GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
67
INGEKOMEN STUKKEN.
N®. 3X2. Leiden, 22 Augustus 1893.
De Commissie van Financiën vereenigt zich gaarne met de zienswijze
van Burg. en VVeth., dat de kosten van de vernieuwing der Turf-
marktsbrug over eenige jaren behooren te. worden verdeeld. Zij
adviseert U mitsdien, te besluiten overeenkomstig de voordracht van
Burg. en Weth. van 17 Aug. 11. n°. 214 en vast te stellen den daarbjj
overgelegden suppletoiren staat van begrooting.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
Nü. 223. Leiden, 22 Augustus 1893.
Bij onze Commissie bestaat geen bezwaar tegen de wjjze, waarbij
Burg. en Weth. voorstellen de middelen te vinden, noodig voor de
uitbreiding der school in de Brandewjjnsteeg. De Commissie geeft
U alzoo in overweging, te besluiten overeenkomstig de voordracht
van Burg. en Weth. van 17 Aug. 11. n®. 215 en vast te stellen de
daarbij gevoegde begrootingsstaten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 224. Leiden, 24 Augustus 1893.
Na overleg met de Commissie van Fabricage geven wij Uwe Ver
gadering in overweging aan J. W. Van Leeuwen vergunning te
verleenen om aan zjjn perceel in de Maarsmanssteeg een afvoerbuis
te leggen naar het stadsriool in de Stadhuispoort tot afvoer van het
wasch water van den lettervorm, onder voorwaarde dat:
1®. de aansluiting geschiede door aanbrenging van een ijzeren of
looden buis wijd 6 centimeters, naar behooren ten genoege van den
Gemeente-Architect bevestigd;
2®. dat alle kosten van aanbrenging en bevestiging en van de te
maken bestratingen komen voor rekening van den adressant
3®. dat door adressant eene jaarljjksehe recognitie worde betaald
van een gulden;
4®. dat de vergunuing vervalt, indien niet binnen 3 maanden daarvan
gebruik is gemaakt.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen: J. W. Van Leeuwen,
BoekhandelaarDrukker, Maarsinansteeg, alhier;
dat hij lot het afvoeren van het waschwater der lettervorm tot
heden heeft gebruik gemaakt van een onder den waschbak geplaatsten
emmer;
dat het hem zeer zou gerieven wanneer die gebrekkige waterafvoer
kon gelegd worden, door middel van een looden of ijzeren afvoer-
buisje, in het stadsriool. Dit riool bevindt zich naast zijne huizinge
in de zoogenaamde Stadhuispoort.
Redenen waarom hjj zich tot UEd. Achtb. wendt met hel eerbiedig
verzoek dat het U moge behagen hem daartoe vergunning te verleenen.
't Welk doende,
Leiden, 21 Augustus 1893. J. W. Van Leeuwen,
Maarsmansteeg.
N°. 223. Leiden, 24 Augustus 1893.
Na ingesteld onderzoek door de Commissie van Fabricage bestaat
er geen bezwaar tegen de inwilliging van nevensgaand verzoek van
de Leidsche Katoenmaatschappij ter bekoming van een strook grond
van de Nieuwe Waardstraat zullende de overblijvende straat een
breedte behouden van 4.55 meters.
Wjj geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging:
1*. te verklaren dat niet meer voor den openbaren dienst bestemd
is eene strook grond van de Nieuwe Waardstraat grenzende aan de
Leidsche Katoenmaatschappij lengte van 10 en ter breedte van
1.50 meters, alzoo ter grootte van 15 centiaren;
2®. dien grond in eigendom af tc staan aan de Leidsche Katoen-
maatschappij tegen betaling van een koopsom van f 5 per centiare en
van de kosten van overdracht en onder voorwaarde dat de uitbouwing
van schuine kanten voorzien wordt.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, de Leidsche Katoen
maatschappij, voorheen de Heyder ds Cie, fabriekante alhier,
dat zjj ter uitbreiding harer industrie benoodigd heeft een stuk
grond in de Nieuwe Waardstraat, ter lengte van 10 en ter breedte
van Ij- meters, zooals op bijgaande schets in duplo is aangegeven.
Reden waarom zij zich tot UwEd. Achtb. wendt, met beleefd ver
zoek, dat stuk grond aan haar af te staan.
't Welk doende,
De Leidsche Katoenmaatschappij
voorheen De Heïder Cie,
Leiden, 17 Augustus 1893. Fel. Driessen.
N®. 226. Leiden, den 24 Augustus 1893.
Onder overlegging van bijgaande stukken hebben wjj de eer Uwe
Vergadering mede te deelen dat er ook bij ons geen bezwaar bestaat
tegen de inwilliging van het verzoek van Mejufïr. A. C. Brouwer,
om ontslag als derde onderwijzeres aan de openbare lagere school
der 3e klasse n°. 2.
Wij geven U derhalve in overweging haar dat ontslag eervol te
verleenen met ingang van 1 October a.s. of zooveel vroeger als in
de vacature voorzien zal zjjn.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Bij dezen heb ik de eer U beleefd te verzoeken mjj eervol ontslag
te willen verleenen uit mijne betrekking van 3e onderwijzeres aan
de openbare school der 3e klasse n°. 2, en zulks met ingang van
den Isten October of zooveel vroeger als in de vacature voorzien
kan zijn.
Uw dienstw. dienaresse,
Leiden, 22 Augustus 1893. A. C. Brouwer.
Leiden, den 24 Augustus 1893.
Ter voldoening aan den inhoud Uwer apostille dd. gisteren, n°. 3204,
en onder terugzending van bijgaand adres, heb ik de eer U te be
richten dal bij mij geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van
het verzoek, waarom ik met bescheidenheid den raad geef aan adressante
eervol ontslag uit hare betrekking te verleenen tegen pr. October of
zooveel vroeger als in de vacature voorzien zal zjjn.
Aan den Heer Burgemeester Het hoofd der openbare school
van Leiden. der 3e klasse n°. 2.
N. Brouwer.
N°. 22 2. Leiden, den 24 Augustus 1893.
Evenmin als bij hel hoofd der school bestaat er bjj ons bezwaar
tegen de inwilliging van het verzoek van Mejuffr. A. C. Hofman, om
eervol ontslag uit hare betrekking van derde onderwijzeres aan de
Meisjesschool 2de klasse.
Wjj geven U derhalve in overweging haar dat ontslag te verleenen
en zulks, ingevolge het verzoek van adressante, met ingang van 1
October a. s.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergeteekende
A. C. Hofman, onderwijzeres aan de openh. meisjesschool 2de kl. te
Leiden
dat zij is benoemd tot onderwijzeres 1ste kl. te 's Gravenhage,.
waar zij in dienst moet treden op 1 October 1893;
dat zjj dientengevolge U verzoekt haar eervol ontslag te willen
verleenen met ingang van 1 October 1893.
't Welk doende,
Uw onderdanige dienares,
's Gravenhage, 15 Aug. 1893. A. C. Hofman.
Leiden, 22 Augustus 1893.
In antwoord op Uwe apostille van 16 dezer heb ik de eer U mede
te deelen dat bjj mjj geen bezwaar bestaat, dat aan Mej. A. G. Hofman,
3e onderwjjzeres aan de Openbare Meisjesschool 2de klasse, eervol
ontslag verleend worde tegen den door haar gevraagden datum.
Aan HH. Burg. en Weth. Het hoofd der school,
van Leiden. S. Winkler
N®. 228.
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van
1319 Augustus 1893.
N\
Datum.
Uur.
Aantal.
Gemiddelde Eng. Standkaarsen.
1
Aug.
13
7.45 —9.30
7
16.6
2
14
7.45—9.30
8
16.4
3
15
7.45—9.45
7
16.6
4
16
7.45—9.45
8
16.6
5
17
7.45-9.45
7
16.6
6
18
7.45—9.30
8
16.6
7
19
7.45—9.45
8
16.5
N°. 229. Leiden, den 29 Augustus 1893.
Ter vervulling der vacature die met 1 September a.s. zal ontslaan
aan de school der 4e klasse n°. 1, ten gevolge van het aan J. J.
Menkema verleend eervol ontslag, hebben wjj de eer Uwe Vergadering
hierbij eene voordracht aan te bieden, opgemaakt in overleg met den
Arrondissements-Schoolopziener na ingewonnen bericht van het jhoofd
der betrokken school, ter benoeming van een derden onderwijzer
op eene jaarwedde van f 550, als:
1°. G. L. Hofsteenge, onderwijzer te Oegstgeest;
2°. J. Huge, en
3°. J. Mazurel, beiden werkzaam aan openbare lagere scholen in
deze gemeente.
Onder mededeeling dat de betrekkelijke rapporten in de leeskamer
ter inzage zjjn nedergelegd, geven wjj Uwe Vergadering in overweging
tot eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
2
2
2
2
2
2