DONDERDAG 24 AUGUSTUS 1893. 65 der fontein op de Vischmarkt, geldt eene zaak die Burg. en Weth. aangaat. Dezen zullen echter overwegen of aan de opmerking gevolg kan worden gegeven. De opmerking van de Commissie bij Volgn. 165 is juist. Het vol gende jaar zullen de uitgaven voor de 3 Octoberviering duidelijker uit de rekening kunnen blijken. Bjj Volgn. 166: Kosten van brandverzekering, acht de Commissie het niet onwaarschijnlijk dat de bezittingen der gemeente lager kunnen worden verzekerd dan tegen 92 cents per f 1000. Het is wel mogelijk, maar Burg. en Weth. zjjn in deze gebonden aan het Raadsbesluit van 5 Juli 1883, waarbij is aangenomen dat de eigendommen der gemeente zullen worden verzekerd tegen beurspolis. Zoolang de Raad niet op dat besluit terugkomt, moeten Burg. en Weth. het uitvoeren. De heer Drucker. Mag ik den geachten Wethouder namens de Commissie van Financiën dank zeggen voor de gegeven inlichtingen, die echter op één punt niet volkomen juist zijn, doordien ze zich aansluiten bij het gedrukte rapport der Commissie. Door de schuld van ik-weet-niet-wien is er in dat gedrukte rapport een fout geslopen. Aan het slot van 3°. staat: «voor het overige komt de hoogere uit gaaf op rekening der 3 October-vereeniging." Dit woord »vereeniging" is een fout; er staat in ons geschreven rapport «viering"; wellicht was het schrift onduidelijk. Ik stel er prjjs op, dat dit gecorrigeerd wordt, want de beteekenis is hierdoor eene geheel andere. Overigens, wanneer ik er dit bjj mag voegen, zullen de andere opmerkingen van den heer Juta door onze Commissie op hare beurt overwogen worden. De Voorzitter. Alleen de punt boven de i, van het woord, dat in het rapport staat, stelt mjj in staat er het woord «viering" uit te lezen; maar voor «vereeniging" staan er toch ook geen letters genoeg. Men zal de fout dus wel verschoonbaar vinden. Ik zal haar doen verbeteren. De Rekening wordt in stemming gebracht en voorloopig vastgesteld met algemeene stemmen. De heeren Wethouders onthielden zich van stemming. De Voorzitter. Verlangt nog iemand het woord? De heer Van Reenen. Daar dit de laatste vergadering is, M. d. V.! die ik bijwoon en ik wil hierbij gedacht hebben aan mijne zitting in den Militieraad sluit ik een tjjdperk mijns levens af, welks herinnering mjj steeds aangenaam zal bjjbljjven door de wel willendheid, die ik ook van U, geachte heer Voorzitter, mocht onder vinden. Al waren wij niet altijd homogeen, aan de goede verstand houding heeft dit toch nimmer geschaad. Mocht het U gegeven zjjn nog langen tjjd aan het hoofd te staan van deze gemeente met dezelfde energie en toewijding; Leiden zal er steeds wèl bjj varen. Aan U, geachte heer Secretaris, een woord vsn welgemeenden dank voor de humaniteit en welwillendheid, die ik van U mocht ondervinden, wanneer ik vóórlichting behoefde in gemeentezaken. Blijf Uwe gewichtige en veelomvattende betrekking nog vele jaren met dezelfde belangstelling vervullen. Geachte leden van het üageljjksch Bestuur en van den Gemeente raad! aanvaard mijne welgemeende groeten. Mogen de werkzaamheden en besluiten, die U in de toekomst wachten onder Hooger Zegen tot heil strekken van deze gemeente. Mijne heerenVaart allen wel De heer Tieleman. M. d. V.! Ook mjjnerzjjds een kort woord van dank aan U, M. d. V., en aan de leden van het Dageljjksch Bestuur voor de betoonde welwillendheid en aan de leden van den Raad voor de vriendschap die ik steeds heb mogen ondervinden. Ik beveel mjj bij voortduring in hunne vriendschap aan. IX. Voorstel om de ingekomen stukken in zake de Leidsche Duinwater-Maalschappjj in handen te stellen van de rechtskundige leden van den Raad. (Zie Ing. St. n*. 219.) De Voorzitter. Ik sluit thans de openbare Vergadering en ver ander die in eene met gesloten deuren. Te Leiden ter Boekdrukkerjj van Gebroeders Moré.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1893 | | pagina 5