f 97 f 483. W. Köler Jr. Adressante kan echter niet aannemen, dat Uw College het in het be lang van het onderwijs zou achten, uitsluitend ingezetenen tol derden onderwijzer aan te stellen. De voordeelen van den aanvoer van versch bloed in het onderwijzerscorps liggen te zeer voor de hand, dan dat het noodig zou zijn, die nader in het licht te stellen, üe aanneming der aanhangige voorstellen zal ten gevolge hebben, dat onderwijzers van buiten niet licht er toe zullen overgaan naar Leiden te solliciteeren. Geschiedt dit echter loch, dan zal de benoemde met f 500 moeten rondkomen, tenzij hij bemiddelde familie bezit, die hem in de kosten van zijn onderhoud te gemoet komt Maar dit laatste geval doet zich zoo zelden voor, dat men met die uitzondering geen rekening behoeft te houden Adressante koestert de h. i. niet on gegronde vrees, dat zelfs de grootste economische vernuften te kort zullen schieten, zich van f 500 behoorlijk te voeden, te kleeden en daaruit verder die uitgaven te bestrijden, welke de levenswijze van een beschaafd mensch noodzakelijk maakt. Hieronder volgt eene wanhopige, doch helaas, niet geslaagde poging, om evenwicht te brengen tusschen de uitgaven en inkomsten van een toekomstig Leidsch derden onderwijzer. Pensioenf 10. Kost en inwoning360. Vuur en licht Bovenkleeding Onderkleeding Schoeisel Studiebenoodigdheden Belasting Dokter en apotheker Samen 18.— 40.— 10.— 12.— 20.— 3.— 10.— Na aftrek van deze allernoodzakelijkste uitgaven (die zeker niet te ruim genomen zijn), blijft er dus nog beschikbaar een saldo van 17 per jaar, d. i. ruim 4^ cent per dag, voor reizen (om familie te be zoeken), exainenkosten, uilspanning, lidmaatschap eener vereeniging, enz., al te gader zaken, die men niet bestempelen kan met den naam van weeldeartikelen. Adressante vleit zich met de hoop, dat boven staande cjjfers Uw College zullen overtuigen van de noodzakelijkheid, het bestaande minimum van f 550 te handhaven. Aan HH. Burg, en Weth. van Leiden. Geven met verschuldigden eerbied te kennen, J. A. Buys, J. Kors- wagen en H. H. Bolland, onderwijzers aan de openbare scholen alhier; dal hun uit de voorgestelde wijziging van de Verordening van den 11 Nov. 1880 (Gemeenteblad n°. 3, 1881) gebleken is, dat de School commissie het onderwijs in het Fransch aan de openbare scholen der 3e en 4e klasse wenscht te doen vervallen; dat hun onbekend zijn gebleven de gronden, waarop die wensch steunt en zij dus niet kunnen en mogen oordeelen over de nood zakelijkheid van het voorstel tot het doen vervallen van dit leervak, doch dat zij zich verplicht gevoelen, voordat door Uw College deze wijziging aan den Gemeenteraad ter goedkeuring wordt aangeboden, uwe aandacht te vestigen op het groote verlies, dat zij door de in trekking van dit leervak in hunne inkomsten zullen lijden, terwijl het de bedoeling der Schoolcommissie is, den financieelen toestand van den onderwijzer te verbeteren; dat de twee eerste ondergeteekenden reeds tien jaren en de derde ondergeteekende negen jaar met dit onderwijs zijn belast geweest en een verlies van een deel hunner inkomsten hen des te zwaarder zal treffen, naar gelang zij dit langer hebben genoten; dat zij allen gehuwd zjjn en de behoefte van ieder huisgezin met de jaren stjjgt; dat bij trouwe plichtsbetrachting het inkomen van eiken ambtenaar klimt en zij gevaar loopen het hunne le zien dalen. Redenen waarom zij zich tot U wenden met het beleefde verzoek bij de behandeling van dit onderwerp op hunne belangen te willen letten. 't Welk doende enz. J. A. Buys. Leiden, 5 Juli 1892. J. Kohswagen. H. H^ Bolland N°. 355. Leiden, 8 November 1892. Na overleg met den Voorzitter der Commissie van Fabricage hebben wij de eer U mede te deelen dat er geen bezwaar beslaat tegen de inwilliging van het verzoek van J. Th. Perquin, om voor den ingang van het nieuwgebouwde bovenhuis aan de Garenmarkt n°. 4 een stoep te leggen. Wij geven U daarom in overweging de gevraagde vergunning te verleenen onder voorwaarde dat de rooiing worde gevolgd van de daarnaast liggende stoep en onder bepaling dat de straat van wege de gemeente zal worden opgebroken en de afkomende steenen zullen worden weggevoerd, een en ander op kosten van adressant. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. De ondergeteekende Johannes Theodorus Perquin, handelaar te Leiden en 's Hage, verzoekt beleeld hen» vergunning te verleenen tot het plaatsen van 2 palen en een stoep voor het bovenhuis Raamsteeg en een stootpaal aan den hoek Garenmarkt en Raamsteeg. 't Welk doende enz., UEdAchtb. Dw. Dienaar, J. Th. Perquin. N*. 354. Leiden, 8 November 1892. Na overleg met den Voorzitter der Commissie van Fabricage hebben wjj de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat er bij ons geen be zwaar bestaat tegen de inwilliging van het verzoek van C. A. J. Jacobs, om eene hardsteenen stoep te leggen vóór het perceel Mare 48, weshalve wij U in overweging geven de gevraagde vergunning te verleenen onder voorwaarde dat de stoep niet breeder zij dan 66 centimeters uit den gevel en niet meer dan 2 centimeters boven de straat worde gelegd en onder bepaling dat de straat van wege de gemeente zal worden opgebroken en de afkomende steenen zullen worden weggevoerd, een en ander op kosten van adressant. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergeteekende C. A. J. Jacobs, alhier woonachtig; dat hij op het terrein van het door brand vernielde huis aan de Lange Mare n". 48 een nieuw pand wenscht te doen bouwen dat hij voor dat pand een hardsteenen stoep zou willen leggen; dat hij daarvoor de toestemming van Uwen Raad behoeft. Reden waarom hij eerbiedig verzoekt hem de vergunning tot 't leggen van een stoep te willen verleenen, zullende hij zich gedragen naar de daaraan te verbinden voorwaarden. 't Welk doende enz., Leiden, 27 October 1892. C. A. J. Jacobs. Leiden, 4 November 1892. N#. 356. Leiden, 10 November 1892. Onder overlegging van nevensgaand verzoek van W. Köler Jr., geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adressant wegens vertrek uit de gemeente, terugbetaling van schoolgeld te verleenen voor eene dochter, vroeger leerlinge van de Meisjesschool le klasse, over de maanden November en December tot f 10. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan Burg. en Weth. der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, Willem Köler Jr., leekenaar, gewoond hebbende Hooigracht 14, dat hij zich genoodzaakt heeft gezien, door zijn vertrek naar Amsterdam op 29 October '92, om zijn dochtertje Willeinina van de Meisjesschool le klasse, hoofd mej. Jesse, te nemen. Aangezien zijn dochtertje voor het eerst de lessen aan genoemde school heeft gevolgd op 16 Aug '92, heeft zij dus slechts 2) maand deze school bezocht, terwijl door onderge teekende twee kwartalen schoolgeld zijn betaald. Redenen waarom hij U beleefd verzoekt, hem wel terugbetaling van het te veel betaalde schoolgeld te willen toestaan. 't Welk doende, Bloemgracht 140 Amsterdam. N°. 35?. Leiden, 17 November 1892 Wij hebben de eer aan Uwe Vergadering hiernevens over te leggen het advies van de Commissie van Fabricage omtrent het in de zit ting van 10 November jl. aangehouden voorstel tot het verleenen van een toelage aan den Hoofdopzichter der gemeente werken. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 15 November 1892. Naar aanleiding van het in onze handen gesteld voorstel van Burg. en Weth. tot het verleenen van eene toelage aan den Hoofdopzichter der gemeente-werken P. G. Lancel, wegens de waarneming gedurende drie maanden van de vaceerende betrekking van gemeente architect, hebben wij de eer U mede te deelen, dat onze Commissie het een stemmig billijk acht dat ter zake eene toelage worde verleend. De meerderheid kan zich mede geheel vereenigen met het voorgesteld bedrag vafi 300, zoowel met het oog op de door den Hoofdopzichter gedurende den tijd der vacature gedane werkzaamheden als op de omstandigheid dat een vierde der jaarwedde van den architect, 2500 zonder de periodieke verhoogingen, ruim hel dubbele bedraagt van de voorgestelde toelage. Een lid is evenwel van oordeel dal de gepraesteerde diensten vol doende beloond worden door het verleenen van eene toelage van f 200. Aan Burg. en Weth. van Leiden. De Commissie van Fabricage. N». 358. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 31 October6 November 1892. Nc. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Slandkaarsen 1 October 31 5.45—7.45 7 16.6 2 Nov. 1 530—7.30 8 16.6 3 I 2 5.30—7.30 7 16.4 4 3 5.30—7.45 8 16.8 5 4 5 30—7.45 7 16.8 6 5 5.30—7.30 8 16.6 7 6 5.30—7.45 8 16.6 Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Muré.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1892 | | pagina 3