44 Ik zou wel wenschcn te vragen of men niet van tneening is, dat door aanneming van het voorstel der bedoelde Commissie de hoofd- quaestie wellicht geprejudicieerd en zelfs half en half beslist zoude kunnen worden geacht, namelijk de vraag of de posten, die over schreden zijn, wel uil de gemeentekas moeten worden betaald; ecne vraag, die mijns inziens ernstige overweging verdient. •dat de Raad besluite Burg. en Weth. te machtigen om 2/3 der bijrekening door de aannemers van de nieuwe Gehoorzaal ingeleverd, uit te betalen, onder voldoende borgstelling voor de teruggave van zooveel als later de Raad mocht rneenen dat van de bijrekening moet worden afgetrokken." De toelichting lot dit voorstel kan zeer kort zijn. De Commissie door den Raad belast met een onderzoek der bijrekening in zake de Gehoorzaal, is met dit onderzoek bezig. Hel is haar evenwel tol nog toe onmogelijk 'geweest om zelfs maar cenigszins te kunnen nagaan of er eventueel voorstellen aan den Raad zullen moeten™|worden'gedaan,'^om||naar aanleiding van posten die op die bijrekeningen voorkomen en door haar minder juist geoordeeld werden, bet aangevraagde crediet te verminderen Het werk der Commissie is van dien aard, dat builen haar wil om. van vele zijden vertraging wordt ondervonden, zoodat het onderzoek langer zal duren dan wij aanvankelijk hadden gemeend. Nu kunnen wij overigens ook geheel heatnen het bezwaar door de aannemers aangevoerd,jdat £dil uiislelaJvoor hen een groot geldelijk nadeel tengevolge kan hebben, oindat zij dan geruimen tijd moeten wachten op hetgeen hun naar hunne meeuing rechtmatig toekomt. En om aan dit bezwaar tegemoet te komen is dit voorstel ingediend. Voor de Commissie zoude het eveneens aangenaam zijn wanneet- de aannemers een goed deel van liet hun toekomende ontvingen, omdat wij dan kunnen doorgaan met ons onderzoek, zonder voort durend er aan te moeten denken, dat wij langzaam maar zeker werkende, ook langen lijd den aannemers het geld onthouden waarop zij toch gerekend hebben. Ons onderzoek zal door aanneming van ons voorstel kalmer en nauwkeuriger kunnen geschieden, en ik geloof dat de aanneming wenschelijk en raadzaam is, zoowel in het belang van de aannemers, als in het belang van het werk door de Commissie te verrichten. Het voorstel wordt voldoende ondersteund en maakt derhalve een onderwerp van beraadslaging uit De Voorzitter. Wjj zouden bereid zijn het voorstel over te nemen, indien de Raad 'l niet noodig mocht oordeelen 't eerst in handen van de Commissie van Financiën te stellen. De heer Drucker. M. d. V.! Namens de Commissie van Financiën kan ik verklaren, dal er b(j4ihaar geen bezwaar tegen dit voorstel bestaal. De Voorzitter. Het eenige bezwaar indertijd door mij tegen het voorstel van den heer Van Heukelom geopperd, was. dal de leveran ciers van de aannemers en deze zeiven groot nadeel zouden lijden, wanneer het onderzoek aan de uitbetaling der bijrekeningen vooraf moest gaan. Door dit voorstel zou dat bezwaar voor twee derden vervallen. De heer Cock. M. d. V.! Ik zou zeer genegen zijn dit voorstel van de Commissie ad hoe te ondersteunen, en ik zeg ook nog niet, dal ik er tegen zal stemmen. Ik wensch echter eerst op één punt te worden gerust gesteld. Indien het voorstel zoodanig is geredigeerd, dat uil de betaling van twee derden of drie vierden nog in de verte niet volgt, dat óf de gehecle som, óf het resteerde deel door de gemeente verschuldigd is, dan zou ik mij wel inet het voorstel kunnen vereenigen. Ik wensch echter eerst hieromtrent gerust gesteld te worden. De heer Fockema Andreae. De bedoeling van den lieer Siegenbeck van Heukelom en mij is, dal de Raad volkomen vrij blijvc. De Raad zal, wanneer hij dit voorstel van ons aanneemt, geheel vrij zijn om naderhand uit te maken of op het bedrag bijrekeningen iels moet worden uitbetaald, en, zoo ja, hoeveel. De aannemers zullen zich moeten verbinden oin, wanneer hun naar 's Raads oordeel minder dan hel 2/3 toekomt, terug te geven wat zij te veel hebben ont vangen Onze bedoeling is dus niet om iets te prejudiciecren. De heer Cock. Wanneer dat zeker is, en wanneer de aannemers een goede zekerheidstelling geven, dan zie ik er ook geen bezwaar in. De heer Siegenbeek van Heokelom. De heer Fockema Andreae heeft er mij op attent gemaakt, dat in de redactie iets ligt, wat tot onduidelijk heid aanleiding kan geven. De woorden, luidende: «Uitbetalen onder voldoende borgstelling voor de teruggave van zooveel als later de Raad meenen mocht dat van de berekening moet worden afgetrokken" zou ik dus liever aldus willen lezen: «Uitbetalen onder voldoende borgstelling voor de teruggave van iels of alles, wanneer de Raad dat later noodig mocht oordeelen." De heer Fockema Andreae. In elk geval zal een eventueel contract met de aannemers wel worden opgemaakt in overleg met den stads- consulent. De heer Cock. Daar zou ik grooten prijs op stellen, M. d. V.! De beraadslagingen worden alsnu gesloten.. Het voorstel van den heer Siegcnbeek van Heukelom wordt in stemming gebracht en aangenomen met algemccne stemmen. XI. Idem van de Commissie van den openbaren Ecredienst van de Waalsche gemeente, om een kolk te maken met loozing voor hel kerkgebouw aan de Breestraat. (Zie Ing. St. n®. 84.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming toegestaan. XII. Voorstel betrekkelijk de verandering van de Turfmarktsbrug, in verband met de werken der vaartvcrbelering. (Zie lug. St. n®. 85.) De Voorzitter. Mijne heeren! Er dient nu natuurlijk een voor stel te worden geformuleerd. Burg. en Weth. stellen eenvoudig voor om op de vraag van Gedeputeerde Staten of de gemeente Leiden voor hare rekening wil nemen, de kosten van plan C' een ontken nend antwoord te geven. De gemeente heeft zich alleen verbonden om de doorvaarlwijdle van de Turfmarktsbrug te brengen op 8 meter. Deze voorwaarde, door den Raad goedgekeurd, is in een contract opge nomen. Nu zijn er later in de plannen der vaartverbelering veranderingen gebracht, zoodal de mogelijkheid bestaat dal die doorvaarlwijdle van 8 meter later zal blijken onvoldoende te zijn. Mocht dit hel geval z n, dan spreekt hel van zelf dat de Provincie heeft te zorgen voor cene grootere doorvaarlwijdle dan aoorspronke- lijk was vastgesteld. Burg. en Weth. hebben Gedeputeerde Statcnj'in overweging gege ven om nu reeds dadelijk aan de Turfmarktsbrug eene grootere doorvaarlwijdle te geven, omdat de brug nu toch veranderd moet worden, onder voorwaarde evenwel, dal de kosten, door de grootere doorvaarlwijdle vcreischl, zouden worden gedragen door de, Provincie. Gedeputeerde Staten hebben daarop geantwoord dat, Lzij in dit voorstel niet konden treden. De geheele correspondentie vinden de heeren in de Ingekomen Stukken. In ons antwoord aan Gedeputeerde Staten hebben wij gezegd, dat wij bereid waren, wanneer Gedeputeerde Stalen dit verlangden, om aan den Raad voor te stellen voor rekening der gemeente ;eene grootere doorvaarlwijdle aan de brug te geven, onder bijvoeging echter, dat Burg. en Weth. zulk een voorstel niet zouden kunnen ondersteunen. Hierop ontvingen wij een brief van Gedeputeerde Staten waarbij ons werd verzocht om toch zulk een voorstel bij den Raad in te dienen en aan dit verzoek hebben wij thans voldaan. Burg. en Weth. kunnen niets anders doen dan voorstellen aan Ge deputeerde Stalen mede te dcclen dat bij den Raad overwegende bezwaren beslaan om de meerdere kosten aan het plan C' verbonden voor rekening der gemeente te nemen. De heer Du Rieu. M. d. V.! Hebben de andere bruggen in onze gemeente alle eene doorvaarlwijdle van 8 ineter? De Voorzitter. De meeste niet. Wij hebben ons echter ver bonden elke nieuwe brug een doorvaarlwijdle te geven van 8 meter. Bij de meeste bruggen komt het er niet zooveel op aan of zij die wijdte hebben; bij de Turfmarktsbrug echter wel, omdat de schepen daar moeten draaien en heel spoedig in aanraking kunnen komen met den wal van de Beestenmarkt. En daarom is bij die brug eene grootere doorvaartwijdle wenschelijk, vooral met het oog op de toekomst. Maar nu de gemeente zich eenmaal bij behoorlijk contract verbonden heeft eene zekere doorvaarlwijdle aan de brug te geven, zie ik geen enkele reden dat de gemeente nu voor eigen rekening meer zou doen, dan waartoe zij zich heeft verbonden. De lieer Zillesen. M. d. V.Wat zal nu liet gevolg zijn wanneer hel voorstel van Burg. en Weth. wordt aangenomen en dus afwij zend beschikt op het verzoek van Gedeputeerde Stalen. Zullen de laatsten de zaak dan weder voor de Provinciale Staten brengen, of deze wellicht geneigd zijn de meerdere kosten voor rekening dei- Provincie te nemen? De Voorzitter. Dat zullen wij moeten afwachten; dat hangt af van het gewicht, hetwelk Gedeputeerde Staten er aan hechten. Ge deputeerde Staten meenen dat als later de verbrecding van de brug noodig blijkt le zijn, alsdan misschien een gedeelte van de Beesten markt zal moeten worden in beslag genomen; dit gevoelen deel ik niet, want de verwijding kan even goed aan den anderen kant plaats hebben, zooals uit hel nu overgelegde plan C' blijkt. Wij hebben dierhalve geen reden kunnen vinden om op den wensch van de Gedeputeerde Stalen in te gaan, en wenschen, zooals wij reeds in de stukken geschreven hebben, daarom de beslissing aan den Raad over te laten. De heer Zillesen. M. d V.! Ik wensch op iels anders te wijzen, dat id i. een failure is. Bij het opmaken van het plan voor de vaartverbelering is het voornemen geweest de vaart open te stellen voor grootere schepen, dan tot nu toe het geval was, opdat schepen, die nu over Gouda naar Den Haag hun weg moeten nemen, in het vervolg door onze gemeente zouden kunnen varen. Nu is evenwel de Woulcrenbrug, liggende over het nieuwe kanaal, een vaste brug geworden: de schepen kunnen die dus niet passeeren, tenzij ze de mast strijken, zoodal groole schepen dezen weg niet nemen kunnen. Indien nu geen verandering in de bruggen komt, zal niet beantwoord worden aan de verwachting die men er zich van gemaakt heeft, om de nieuwe vaart le doen strekken voor grootere schepen. En als dal het geval is, zie ook ik het nul niet in om een grootere door- vaarlbreedle le maken dan noodig is. De Voorzitter. Ik moet er den heer Zillesen op attent maken, dal hel alleen een quacstie van doorvaarlwijdle geldt. Schepen met grooten opperlast zijn trouwens eene uilzondering. Wij hebben hier slechts rekening le houden met de lengte en breedte der schepen. De Turfmarktsbrug ligt moeilijk voor het draaien der schepen, en om die reden moet ze op een grootere doorvaarlwijdle worden ge bracht. Moet zij naderhand nog breeder worden gemaakt, dan zal de Provincie de kosten moeten dragen. De heer Zillesen. Ik dacht, dat bij het bevaarbaar maken voor schepen van grootere afmetingen ook met de derde afmeting, de hoogte, rekening moest worden gehouden. De Voorzitter. Door ons niet. Wij hebben alleen te doen met- de beweegbare bruggen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1892 | | pagina 2