46
L)e heer Fockema Andreae. M. d. V.! Mag ik nog even 't woord?
Ik wensch u alleen te vragen of wij er nu op rekenen mogen,
dat in de volgende Vergadering de benoeming van de leden van de
Commissie van Financien op de agenda zal worden geplaatst?
De Voorzitter. Zeer zeker! Wij hebben die benoeming nu niet op de
agenda gezet, omdat wij niet vooruit wilden loopen op de beslissing
van den Raad.
Aan de orde is alsnu:
VII. Verzoek van Mej. C. S. M. Kuencn, om gebruik te maken vari
het schoollokaal in de Gortestraat voor zang-onderwijs aan fabrieks
meisjes.
(Zie Ing. St. n°. 102.)
VIII. Idem van G. H. J. Eggink, om een stoep te leggen aan de
Hoefstraai.
(Zie Ing. St. n°. 103.)
IX. Idem als voren van het Bestuur der Christelijke Bewaarschool
aan de Haarlemmerstraat.
(Zie Ing. St. n#. 103.)
X. Idem als voren van A. C. Milikan, aan bet Levendaal, met een
kelderlichtgat.
(Zie Ing. St. n°. 103.)
XI. Idem van J. H. Schulling, om een loozing te leggen naar de
Lombardsteeg.
(Zie Ing. St. n°. 105.)
XII. Idem van G. N. Hylkema, om een seboeiing te herstellen en
een brug te leggen over de sloot langs den Haarleminertrekweg.
(Zie Ing. St. n°. 105.)
XIII. Verzoek van de Wed. Dr. A. H. Schocmaker, om vrijstelling
of terugbetaling van schoolgeld, Gymnasium.
(Zie Ing. St. n°. 107.)
XIV. Idem als voren van J. S. Bertel, Hoogere Burgerschool voor
Jongens.
(Zie Ing. St. n°. 107.)
XV. Idem als voren van de Wed. J. JongeneelM. H. Koopman.
(Zie Ing. St. n°. 107.)
Op al deze verzoeken wordt achtereenvolgens zonder beraadslaging
of hoofdelijke stemming gunstig beschikt.
XVI. Idem als voren van A. L. De Sturler, Gymnasium.
(Zie Ing. St. n°. 108.)
Nadat de heer De Sturler verklaard had zich builen stemming te
houden, wordt op het verzoek zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming gunstig beschikt.
XVII. Idem als voren van F. L. Cadenau.
(Zie Ing. St. n°. 108.)
XVIII. Voorstel tot onderhandsche verpachting van de mestspecien
uit de kolken en riolen.
Op beide verzoeken wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stem
ming gunstig beschikt.
De Voorzitter. Verlangt nog een van de leden het woord?
De heer Van Hoeken. Ja, M. d V.! Ik wenschte verlof te vragen
om een paar vragen te mogen doen over den toestand van de Kleine-
Huvenbrug.
Dit verlof wordt toegestaan.
De heer Van Hoeken. Dan wilde ik u vragen, M. d. V.! of de
overhaal-schouw (die hij die brug gestationeerd is en die, naar ik
meen, te klein is, waardoor veel neringdoenden schade lijden) niet
een uur vroeger in dienst gesteld zou kunnen worden. Er bestaat
daarvoor behoefte voor menigen fabrieksarbeider, die om zes uur op
zijn werk moet zijn, en nu te laat komt. Ik zou u daarom wel
willen voorstellen de schouw in dienst te stellen van 5 uur 's morgens
tot 10 uur 's avonds, in plaats van om 6 uur 's morgens tot 10 uren
's avonds
Mijn tweede vraag is of de kosten van de herstelling van die brug
gedragen zullen worden door de gemeente of door de provincie,
welke zoo vertraagd is geworden, door het plan der provincie om de
richting van de brug te veranderen?
De Voorzitter. Ik ben bereid de vragen van den heer Van Hoeken
dadelijk te beantwoorden.
Wat de vervroegde indienststelling van de overhaal-schouw
betreft, durf ik dit wel dadelijk beloven Het is alleen een quaestie
van eene kleine verhooging van uitgaaf en wanneer later blijkt dat
daardoor de begrootingspost is overschreden, dan zal de af- en over
schrijving op de Begrooting, ter adviseering aan de Commissie van
Financien worden voorgelegd en zeker ook bij deze geen bezwaren
ontmoeten.
De tusschenkomst van Gedep. Staten in de uitvoering van het
werk, dat voor aanbesteding gereed was, is een uitvloeisel geweest
van de Provinciale Verordening van 1885; Gedep. Staten zullen
gebruik makende van hunne bevoegdheid, in het belang der vaartver
betering, waarschijnlijk een wijziging in hel werk maken De meerdere
kosten daardoor veroorzaakt, komen ten laste der provincie.
Als een bewijs, dal Burg en Weth. niet voor dat het noodig is
reparatien voorstellen aan publieke werken, maar daarmede wachten
tot zij werkelijk noodig zijn kan strekken, dat de brug is ineengezakt
en wij dus verplicht werden daar een overhaal-schouw te statio
neeren, en eene voorloopige reparatie aan te brengen, zoodat
de brug weder gedurende eenige tijd kan worden geopend en
gesloten. Wij hebben Gedep. Staten hiermee in kennis gesteld, en
als onze meening te kennen gegeven, dat de vermeerdering van
kosten, die daar het gevolg van zijn geworden, door de provincie
gedragen moeten worden. Wij hebben geene reden om te vreezen
dat zij in dat opzicht niet aan hare verplichting zal voldoen.
De heer Van Hoeken. Dank u, M. d. V.!
Niemand meer het woord verlangend, wordt de Vergadering gesloten.
(Zie Ing. St. n*. 111.)
Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Mdré.