76 N". Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 1 October 26 5.30-7.45 7 16.4 2 27 5 30—7.30 8 16 0 3 28 5.30—7.30 7 16.2 4 29 5.30—7.45 8 16.4 5 30 5.30—7.45 7 16.2 6 31 5.30—7.30 8 16.6 7 Nov. 1 5.30—7.45 8 16.6 zoo mogelijk, de noodige maatregelen te willen nemen ten einde onze gemeente wederom in het genot worde gesteld van liet vroeger genoten Rijkssubsidie ten behoeve van de Hoogere Burgerschool voor Meisjes Aan Z. Ex. den Minister Burg. en Weth. van Leiden van Binnenlandsche Zaken. N". 841. Leiden, 3 November 1891. De Commissie van Financiën heeft de eer U in overweging te geven, in overeenstemming met het voorstel van Burg. en Weth. te besluiten tot aanvaarding, voor het Stedelijk Museum, van de Oud heden vermeld in de Missive van Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnland, van 15 October 1891 n°. 28/1615, onder dankbetuiging aan de gevers. Aan den Raad De Commissie van Financiën, der gemeente Leiden. N°. 248. Leiden, den 5 November 1891. Wij hebben de eer U mede te deelen dat er ook bij ons geene bedenkingen bestaan tegen de inwilliging van bet verzoek van F. Van Wijk, om ontslag als derde onderwijzer aan de openbare school der 3de klasse n®. 1 wegens zijne benoeming tot onderwijzer aan eene openbare school te Amsterdam. Wjj geven Uwe Vergadering derhalve in overweging hem uit zijne betrekking een eervol ontslag te verleeneu met ingang van 1 Decem ber a. s. overeenkomstig het door hein gedaan verzoek. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Edel-Achtbaren HH. Leden van den Raad der ge meente Leiden. De ondergeteekende, 3de onderwijzer aan de openbare school der 3de klasse n®. 1, verzoekt beleefd, wegens zijne benoeming tot on derwijzer te Amsterdam, eervol ontslag uit zijne betrekking tegen 1 December a. s. Ofschoon hij zoo vrjj is dit ontslag binnen den daarvoor bepaalden tijd aan te vragen, hoopt hij, dat de Edel-Achtbare Heeren er geen bezwaar in zullen hebben zijn verzoek in te willigen. Met de meeste achting heeft hij de eer te zijn. Leiden, 3 November 1891. Uw üienstw. Dienaar, F. Van Wijk. Leiden, 5 November 1891. In antwoord op uw apostille, waarbij een verzoek van den 3den onderwijzer F. Van Wijk, om eervol ontslag uit zijne tegenwoordige betrekking, heb ik de eer u te berichten, dat bij mij geen bezwaar bestaat om aan adressants verzoek te voldoen. Bijna tien jaren heeft hij aan mijne school zeer goede diensten bewezen. In de vervulling zijner betrekking met 1 December e. k. kan terstond worden voor zien; daarvoor zal ik aan Burg. en Weth. zoo spoedig mogelijk een voorstel doen. Aan den Heer Burg. der Het hoofd der O. S. 3de kl. n®. 1, gemeente Leiden. A. Van der Harst. N®. 243. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 26 October1 November 1891. 2 2 2 2 N'. 244. Leiden, 5 November 1891. Wij hebben de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat ten gevolge van het aan den heer Rijk verleend eervol ontslag, de heer II. Kuiper Jr. tijdelijk is belast geweest met de waarneming der be trekking van leeraar in de Duitsche taal aan de Kweekschool voor Onderwijzers. Op grond van verkregen ervaring omtrent de bekwaamheid van dien leeraar achten wij het wenschelijk hem definitief aan de Kweek school te verbinden en stellen wij U daarom voor de tijdelijke aan stelling in eene definitieve te veranderen, met welk voorstel de dis trictsschoolopziener zich heeft vereenigd. Onder overlegging van de betrekkelijke rapporten geven wij U derhalve in overweging dienovereenkomstig te besluiten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 2 November 1891. Ik heb de eer U te berichten, dat ik den heer H. Kuiper Jr tijdelijk aangesteld als leeraar in de Hoogduitsche taal aan de Kweek school voor Onderwijzers en Onderwijzeressen alhier, nu gedurende twee maanden nauwkeurig heb gadeslagen en dat ik op grond van de verkregen persoonlijke ervaring volkomen instem met al het goeds dat in bijgaande getuigschriften van hem gezegd wordt. Ik acht pu den tijd gekomen om tot de definitieve aanstelling over te gaan, en verzoek U, ook namens den heer Districtsschoolopziener, den heer H. Kuiper Jr., bovengenoemd als eersten candidaat op de voordracht te plaatsen. Als tweeden candidaat meen ik te mogen aanbevelen den heer R. Luitgens, leeraar te Amsterdam. Beide heeren zijn in hel bezit van de Acte A, Middelbaar Onderwijs in het Hoogduitsch. Aan HH. Burg. en Weth. De Directeur der Kweekschool voor der gemeente Leiden. Onderwijzers en Onderwijzeressen. J. A. Van Dijk. 's Gravenhage, 4 November 1891. Met terugzending der diverse bijlagen heb ik de eer U te berichten dat bij mij geen enkele bedenking beslaat tegen de definitieve be noeming van den heer 11. Kuiper Jr., als onderwijzer aan de Kweekschool. Aan HH. Burg. en Weth. De Schoolopziener in het district van Leiden. 's Gravenhage, W. Van Marken. N°. 245. Leiden, 5 November 1891. Wij hebben de eer U mede te deelen dat vermits de huur van het huis Aalmarkt n". 6 is geëindigd, krachtens vroeger genomen Raads besluit tot eene openbare verhuring zal moeten worden overgegaan. Inmiddels is het, blijkens bericht van de Commissie van Fabricage, noodig dat vóór eene vernieuwde verhuring aan het huis eenige herstellingen en verbeteringen geschieden, waarvan de kosten zijn geraamd op 350. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging ons tot het doen van de bedoelde herstellingen te machtigen, zullende te zijner tijd een voorstel tot verhooging van het betrekkelijk artikel van de begrooting worden ingediend. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 246. Leiden, 5 November 1891. In verband met het Raadsbesluit van 10 April 1890, betrekkelijk de oprichting van een IJkkantoor op de Lammermarkt werd bij Raadsbesluit van 8 Mei d. a. v. de begrooting voor dat jaar in ont vangst en uitgaaf verhoogd met 5600 in ontvangst Volgn. 51 Geld- leening ter voorziening in de kosten van buitengewone werken, en in uitgaaf Volgn. 106a Kosten voor de oprichting van een IJkkantoor op de Lammermarkt, terwijl bij de voorloopige vaststelling van de rekening over 1890, een bedrag van f 2 op den post Onvoorziene Uitgaven van de begrooling voor 1891 werd overgebracht voor de uitgaven die in 1890 ter zake nog niet hadden kunnen geschieden. Intusschen zullen blijkens bericht van de Commissie van Fabricage de toegestane gelden voor de oprichting van het IJkkantoor niet vol doende wezen. Tengevolge toch van door den Inspecteur van het IJkwezen verlangde verbeteringen werd het gebouw eenigszins kost baarder en werd bij de openbare aanbesteding van 18 Augustus 1890 het werk gegund aan de minste inschrijvers Jc. Van der Kamp en S. Van Leeuwen voor de som van f 6220. Tijdens den bouw werden nog eenige kleinigheden aangebracht voor een bedrag van f 31.72, zoodat nog zal moeten worden voorzien in een bedrag van f 651.72 welk bedrag beschikbaar is op den post voor Onvoorziene Uitgaven. Wy geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging tot de vast stelling over te gaan van den hierbij overgelegden staat model A, strekkende tot het doen van de uitgave rechtstreeks uit den post voor Onvoorziene Uitgaven. Hierbij zij nog opgemerkt dat in de aanbesteding mede begrepen was het maken van een ijzeren hek, waarvan de kosten waren ge raamd op f 280 terwijl voor het plaatsen van een ijzeren hek bij de school aan de Mare gelijk bedrag was uitgetrokken en in verband met de oprichting van hel IJkkantoor achter de school tot plaatsing van het hek niet is overgegaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N®. 247. Leiden, den 5 November 1891. Wjj nemen de vrijheid aan Uwe Vergadering hiernevens over te leggen eene suppletoire begrooting strekkende om enkele posten der begrooting voor dit jaar, welke blijken niet voldoende te wezen voor de behoeften, te verhoogen door toevoeging aan de begrooting in ontvang en uitgaaf met eene som ad 5366. De posten zijn de volgende: Volgn. 76. Onderhoud en aankoop van meubelen voor het Raadhuis 85; Volgn. 82. Kosten van uitgifte van het gemeente- nieuws- of dagblad 100; Volgn. 99 Onderhoud van huizen, torens, poorten en dergelijke 800; Volgn. 104a. Kosten van draineering van het Schut tersveld langs den Maredijk f 150; Volgn. 112. Onderhoud der brand spuiten 250; Volgn. 113. Belooning en premiën aan de brandspuit- heden en beambten 1000; Volgn. 156. Renten van de bijzondere geldleening ter voorziening in buitengewone werken 1245; Volgn. 159. Pensioenen, lijfrenten en wachtgelden ƒ1000; Volgn. 170. Uit- keering aan het Rijk van het aandeel in de kwade posten wegens de directe belastingen 736. Tot toelichting kan worden medegedeeld dat het draineeren van hel Schuttersveld is geschied door werklieden uit Zeeland, die, als meer speciaal daarvoor aangewezen, bedoelde werken beter kunnen uitvoeren, hetgeen uit den aard der zaak meer arbeidsloonen heeft tengevolge gehad. Op het artikel belooning en premiën aan de brandspuitlieden en beambten is een bedrag van 3650 uitgetrokken. De uitgaven daarop gedaan hebben dat bedrag reeds bereikt, door de vele plaats gehad hebbende branden, waaronder er waren van groote beteekenis, en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1891 | | pagina 44