GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 81 INGEKOMEN STUKKEN. N°. 285. Leiden, 25 October 1890. Ten aanzien van het in onze handen gestelde voorstel van Burg. en Weth. strekkende tot verhooging van het maximum van het bij Plaat selijke Directe Belasting te heffen bedrag met 25000, geven wij Uwe Vergadering, onder verwijzing naar ons rapport omtrent de ontwerp-begrooting voor 1891 van heden, in overweging de ver hooging van het maximum te beperken tot f 10000 en mitsdien het overgelegd Concept-Raadsbesluit te wijzigen als volgt: »tot een telken jare bij de vaststelling der begrooting te bepalen bedrag van hoogstens 160000." Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 326. Leiden, 27 October 1890. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van de Inspecteurs van Politie om verhooging van jaarwedde hebben wij de eer U mede te deelen dat er, onzes inziens, termen bestaan om op dit verzoek gun stig te beschikken. Inderdaad schijnt ons de tegenwoordige bezoldiging te gering zoowel met het oog op de zware diensten welke van de titularissen worden gevorderd als op den aard dier betrekking. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging te besluiten dat de jaarwedden der Inspecteurs met 100 wordt verhoogd met ingang van 1 Januari 1891 en mitsdien zullen bedragen voor den Hoofd-Inspecteur f 1500 voor den tweeden en den derden Inspecteur elk ƒ1300 en voor den vierden Inspecteur ƒ500. Mocht dienovereenkomstig worden besloten dan zal later een voor stel worden ingediend tot wijziging van de organisatie vastgesteld bij Raadsbesluit van 4 October 1883. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Edel-Achb. Heeren! Geven met verschuldigden eerbied te kennen: Willem Landzaat, Gerrit Cloos, Rinze Pronk en Josef Romanesko, Hoofd-Inspecteur en Inspecteurs van Politie alhier; dat in den laatsten tjjd in verschillende plaatsen de positie der Inspecteurs van Politie door verhooging der jaarwedden aanmerkelijk is verbeterd; dat de dienst dier ambtenaren, als bij alle gelegenheden het toe zicht moetende uitoefenen, meer en meer zwaarder wordt, in niet geringe mate ook door de hoogere eischen van justitie en publiek, waardoor adressanten zelfs van den weinigen vrijen tijd nog iets moeten afzonderen ter bestudeering van een aantal wetten, teneinde op de hoogte te zijn van hunne bevoegd- en verantwoordelijkheid; dat de goede uitslag van het door hen uitgeoefend toezicht, naar hunne bescheiden meening, in hoofdzaak te danken is aan het prestige over het publiek, waarnaar hun particulier leven geheel moet zijn ingericht; dat dit echter bij de tegenwoordige langzame bevordering tot Commissaris van Politie, op den duur uiterst moeilijk is, te meer daar, in tegenstelling met andere gemeente-ambtenaren, het hun ont zegd is om, op welke wijze ook, het inkomen te verbeteren. Redenen waarom zij DEdelAchtb. eerbiedig verzoeken, dat de jaar wedden van adressanten mogen worden herzien en verbeterd. 't Welk doende, W. Landzaat. R. Pronk. Leiden, 20 October 1890. J. Romanesko. G. Cloos. N®. 227. Leiden, 27 October 1890. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van Mevrouw L. H. A. Van de Garde, weduwe S. Crommelin, hebben wij de eer U mede te deelen dat er, onzes inziens, termen bestaan voor eene gunstige be schikking, zoodat wjj Uwe Vergadering in overweging geven aan adressante vrijstelling of terugbetaling te verleenen van schoolgeld voor haren zoon Samuel, leerling der Hoogere Burgerschool over de laatste drie kwartalen van den cursus 1890/91. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan de HoogEdelAchtb. HH. Leden van den Gemeenteraad. Geeft met verschuldigde hoogachting te kennen: L. H. A. Van de Garde, Weduwe S. Crommelin, alhier; Dat haar zoon Samuel, leerling der le klasse op de Hoogere Burger school, opleiding behoeft om te zijner tijd te kunnen dingen naar eene plaatsing op de Militaire Academie. Dat het daartoe noodig is dat haar zoon bij het verrichten van huiswerk en bij andere oplei dingsstudiën ook buiten de schooluren, zoo door leiding als door toezicht worde ter zijde gestaan Dat na het overlijden van haren echtgenoot, die taak thans op haar alléén rustende, ook ten gevolge van haren wankelenden gezond heidstoestand, hare krachten te boven gaat, en derhalve tot het be sluit is moeten komen haar zoon op eene kostschool te plaatsen. Dat haar zoon daartoe 15 dezer naar Voorburg is vertrokken en derhalve van het onderwijs op de Hoogere Burgerschool geen gebruik meer maakt. Redenen waarom adressante de vrijheid neemt ÜEdelAchtb. HH. beleefd te verzoeken haar van de betaling der drie overblijvende kwartalen schoolgeld voor de Hoogere Burgerschool wel te willen ontheffen. 't Welk doende, Wed. L. H. A. CrommelinVan de Garde. Leiden, 22 October 1890. N». 228. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 1925 October 1890. N° Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. October 19 20 21 22 23 24 25 5.45—8.— 5.45—8.— 5.45—8.15 5.45—8.— 5.45—8.15 5.45—8.15 5.45—8.15 16.4 16.8 16.3 16.8 17.0 17.0 16.6 Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Muré.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1890 | | pagina 1