41
Controle op dat water mogelijk is. Het gevolg zal zijn dat niet alleen
de Singel zal worden verpest, maar langzamerhand ook de stads
grachten. Uil is geene wijsheid van mijzelf, men kan dit lezen in
de beide verslagen van de Commissie voor de Volksgezondheid. Mij
dunkt dat het daarom niet aangaat, dat zulk een gewichtig ontwerp
wordt afgedaan in eene hoogst onvoltallige vergadering, te minder
nn door den heer Zaaijer, op dit gebied zeker eene autoriteit, is ge
zegd dat uitstel van de zaak volstrekt geen gevaar zal opleveren
voor de volksgezondheid. Ik zou hel nemen van eene beslissing ten
zeerste afraden, en de aanneming van het voorstel van Burg. en
Weth. in deze onvoltallige vergadering ten hoogste betreuren.
De Voorzitter. Ik wensch volstrekt niet te betwisten, dat de Raad
niet bevoegd zoude zijn op een vroeger genomen besluit terug te
komen, of om thans de zaak uit te stellen, maar waar er zoovelen
zijn, die in het belang der volksgezondheid eene zoo spoedig moge
lijke demping wenschclijk achten, en ik die wenschelijkheid beaam,
daar kan ik mij persoonlijk met eene motie tot uitstel niet ver-
ecnigen.
De heer Was. Maar de Commissie voor de Volksgezondheid advi
seert volstrekt niet om tot demping van de sloot over te gaan, zij
ondersteunt integendeel warm het denkbeeld om de sloot door uit
baggeren te reinigen.
De Voorzitter. Ik geloof dat de heer Was het verslag der Com
missie niet goed gelezen heeft. Het baggeren is een tijdelijke maat
regel.
De heer Was Ik heb het niet alleen gelezen doch zelfs overge
schreven, M. de V. Ik lees in het rapport der Commissie:
«Het voorstel om de sloot door uitbaggeren te reinigen verdient
«warme ondersleuning. Het is zaak daarmede onverwijld te beginnen,
«met kracht door te werken en niet op te houden eer het euvel ver-
«dwenen is."
Dat wil derhalve zeggen volkomen reiniging. Er is geen sprake
van een lijdelijken maatregel.
De Voorzitter. Ik moet nog doen opmerken dat de Albumine-
fabriek het baggeren als tijdelijke maatregel zelve heeft voorgesteld
en daarop slaat de zinsnede welke door U is voorgelezen.
De heer Was. Dat bewijst dus, dat de heer Zaajjer gelijk had.
De heer Zaaijer. M. de V.! In hetgeen zooeven door D gezegd
is, dat de coupure niet zal worden gemaakt vóórdat er zekerheid be
staat dat gedempt zal worden tot aan de wed. De Bink toe, ligt juist
het krachtigste argument om de zaak voorloopig uit te stellen. Want
krijgt de Albuminefabriek de verlangde toestemming niet, en gaat zij
niet tot demping over dan zou, ook volgens U, het maken van eene
coupure niet noodig zijn. In uitstel is dus volstrekt geen bezwaar.
Wordt de zaak nu aangehouden en blijkt het later dat de pogingen
der fabriek om haar spoelwater behoorlijk te zuiveren, zijn geslaagd dan
kan met voldoende kennis van zaken eene beslissing genomen worden.
De toestand is ook niet zóó dringend meer, dat daardoor een uitstel
van enkele weken niet gerechtvaardigd zou zijn. Door het uitbag
geren van de slöot en verminderden toevoer van spoelwater is reeds
veel verbeterd; men kan niet beweren dat de toestand daar thans
zooveel ongunstiger is dan op enkele andere plaatsen. Ik voor mij
zie althans in dat korte uitstel volstrekt geen bezwaar.
De heer De Sturler. M. de V.! Waar de heer Zaaijer zegt dat
de toestand thans niet onhoudbaar is, vergeet hij, geloof ik, dat
er in de laatste dagen veel regen is gevallen, waardoor er bij het
vuile water ook veel hemelwater is gekomen. Komt er evenwel
droogte dan zal men weder denzelfden toestand van weleer krijgen.
Ik meen verder dat men Gedeputeerde Staten zeer dankbaar moet
zijn, dat zij als voorwaarde hebben gesteld het maken van eene cou
pure in den Singel. De huizen van de Bouwvereeniging loozen door
een riool dat zich uitstort in de sloot bij het Schuttersveld. Nu is
de toestand feitelijk zoo, dat die sloot aan de eene zijde geheel dood
loopt, komt er evenwel eene coupure in den Singel dan krijgt men
circulatie en strooming in het gedeelte dat niet gedempt wordt. Aan
dat deel van de gemeente zal derhalve door het maken van eene
coupure een grooten dienst worden bewezen.
De heer Zillesen. M. de V.! Alvorens mijne stem voor of tegen
de motie uit te brengen, zou ik gaarne nog eene enkele inlichting
ontvangen.
Wat mij betreft in beginsel ben ik voor eene zoo spoedig mogelijke
demping en derhalve gekant tegen uitstel, omdat het bij mij geen
gewicht in de schaal legt dat de stukken drie dagen in de leeskamer
hebben gelegen zonder dat dooi alle leden inzage er van is genomen.
Mij dunkt, dit ligt aan de leden zeiven, men kan ze inzien als men
wil. En dat de vergadering niet voltallig is, acht ik ook niet zoo
bedenkelijk Wanneer er van de 27 leden 19 aanwezig zijn, dan is
zulk eene vergadering volkomen Bescliluszfahiq
Wat echter mijne overtuiging aan het wankelen heeft gebracht, is
liet aangevoerde door den heer Zaaijer, dat namelijk zoo de Albu
minefabriek geene vergunning krijgt om haar spoelwater in het riool
te loozen, zij ook vermoedelijk niet tot demping van de sloot zal
overgaan. Wanneer dit het geval mocht zijn kan ik eenigszins komen
in het door hem geopperde bezwaar. Dan toch zal de uitgave van
f 18D0 ten bate koinen van een gering getal perceelen. en de vraag
doet zich voor of in dat geval zulk eene uitgave genoegzaam gewet-
t d is
Ik zou dus deze vraag willen doen: is er reeds met de fabriek
eene overeenkomst aangegaan tot het loozen van haar spoelwater in
het riool, en is zij in zoodanig geval gebonden om tot de demping
over te gaan? Is die overeenkomst niet gesloten, dan wordt het eene
andere zaak, en weet ik nog niet in hoeverre ik met de motie tot
uitstel zal kunnen medegaan.
De heer Van Hoeken. Met uitstel kan ik mjj niek vereenigen, want
^1 wordt de sloot slechts gedeeltelijk gedempt, de coupure zal toch
noodig zijn, om de circulatie van het water naar de bleekcrij en an
dere slooten te onderhouden.
Ik zie ook volstrekt niet in dat er eenig verband bestaat tusschen
de Albuminefabriek en het maken van de brug of coupure. Wel
komt mij de daarvoor aangevraagde som van 1800 wat hoog voor,
dergelijke bruggen zijn meermalen gemaakt voor minder geld, maar
ik onderstel dat hij aanneming van hel voorstel ook niet meer ge
bruikt zal worden, dan volstrekt noodig bljjkt te zijn.
De Voorzitter. Ik deel het gevoelen van den lieer Van Hoeken,
dat het verband tusschen de uitloozing der Albuminefabriek en het
dempen van de sloot niet zoodanig is, als het wordt voorgesteld.
Eene overeenkomst met de fabriek is nog niet gesloten; dit behoeft
ook niet. Zij heeft het recht om in de sloot uit te loozen, en wil
zij dat recht behouden, dan moet zij zich ook onderwerpen aan alle
voorwaarden, die haar zullen worden opgelegd. Zorgt zij derhalve
niet dal het riool of de sloot niet verontreinigd wordt, dan wordt
eenvoudig de vergunning tot loozen ingetrokken.
De beraadslaging wordt gesloten.
De motie van den heer Kaiser, om de behandeling van het voor
stel uit te stellen, wordt in stemming gebracht en met 11 tegen 8
stemmen verworpen.
Tegen stemden de heeren: Van Bultingha Wichers, Zillesen,^ Alma,
Van Hoeken, Van der Breggen, Van Reenen, Le Poole, De Sturler,
Zaalberg, Hasselbach en de Voorzitter.
Voor stemden de heeren: Zaaijer, Tieleman, Verster van Wulverhorst,
Koetser, De Goeje, Kaiser, WTas en Driessen.
De Voorzitter. Verlangt nu iemand nog het woord over het
voorstel zelve
De heer De Goeje. Wat is eigenlijk het voorstel M. d. V.?
De Voorzitter. Om in den Rijnsburgersingel eene coupure en brug
te maken en daarvoor f 1800 toe te staan.
De heer De Goeje. Maar moet dan niet worden bepaald hoever
de sloot zal gedempt worden; thans is er alleen sprake van het ge
deelte sloot voor de Melkinrichting.
De Voorzitter. En voor de andere aanwonenden tot het perceel
van de wed. De Bink.
De heer De Goeje. Maar veel verder dan de mèlkinrichting gaat
de demping dan toch niet.
De lieer Hasselbach. De Albuminefabriek moet ook wel dempen;
anders kan door Burg. en Weth. de vergunning worden ingetrokken
om in de sloot te loozen.
De Was. Herhaaldelijk is gezegd, en ik hoor dit nu wcêr fluisteren,
dat wij de Albuminefabriek geheel in onze macht hebben daar het
Dagelijksch Bestuur slechts heeft toe le zien, dat de voorwaarden
der concessie worden nageleefd Maar nu staat het vast dat de fabriek
van den aanvang af in strijd met die voorwaarden heeft gehandeld;
de fabriek heeft altijd gezondigd tegen de vergunning van 20 December
1888 om haar water uit te loozen in de sloot; zij is gedreven in
strijd met de concessie, omdat, zooals de Burgemeester in de Verga
dering van 19 Juni zeide, de Albuminefabriek eigenlijk geen Albumine
fabriek is. In het rapport van de Gommissie voor de Volksgezondheid
wordt dan ook gezegd; «dat de fabriek blijkbaar iets anders doet dan
waarvoor zij vergunning heeft. Die Albumine fabriceert doet dit toch
niet om het ongebruikt met het spoelwater te laten afvloeien."
Er bestond dus alle aanleiding om de fabriek te sluiten, om de
doodeenvoudige reden dat het geen Albuminefabriek was. Zij heeft
gehandeld in strijd met de vergunning van 20 December 18ö8 om
trent de waleruilloozing, omdat volgens de mededeelingen van Prof.
Zaaijer en van de Gommissie voor de Volksgezondheid het spoelwater
zeer vele eiwitachtige stoffen bevat welke in de sloot tot verrotting
overgaan. Men moge nu hoog opgeven van de macht die men in de
toekomst over de fabriek zal hebben, maar ik maak mij heel weinig
illusie over de op haar uit te oefenen controle. Tot nog toe heeft
men volstrekt niet gecontroleerd, en nu zal het nog veel bezwaar
lijker gaan, want is de sloot eenmaal gedempt en wordt alles in het
riool uitgeloosd, dan is alle contróle zoo goed als onmogelijk en zullen
langzamerhand alle singels en stadsgrachten verontreinigd worden.
Ik moet derhalve bepaald protesteeren tegen die herhaalde uit
drukking: «Wij hebben de fabriek in onze macht." Tot nog toe is
nog nooit van die macht gebruik gemaakt, en dat is juist de reden
dat de toestand eindelijk onhoudbaar is geworden. Ik geef toe dat
het uitloozen der faecaliën van de omliggende huizen er toe mede
werkt om de sloot te verontreinigen, maar daaraan is niets te ver
anderen; zoolang er niet een ander stelsel van afvoer van die stoffen
is aangenomen, blijven onze grachten eenvoudig open riolen. Evenals
elders zal ook vóór de oprichting van de fabriek wel over slank van
de sloot geklaagd zijn, doch daar niet meer dan op andere plaatsen.
De Voorzitter. Ik wensch in de eerste plaats den heer Was te
doen opmerken, dat de concessie ook spreekt van melksuiker en deze
wordt in de fabriek gemaakt. Albumine wordt er ook gemaakt, doch
slechts in vasten toestand. Eerlang zal op een open terrein naast
de fabriek eene inrichting worden geplaatst om de Albumine ook in
vloeibaren toestand te verkrijgen, zoodat dan geheel aan de concessie
zal zijn voldaan
Wat nu betreft de opmerking dat, wanneer er een riool is, alle
controle onmogelijk zal zijn, daarvan zie ik de juistheid niet in. Men
zal toch op het terrein van de fabriek, daar waar het spoelwater het
riool binnenvloeit, alle mogelijke controle op dat water kunnen
uitoefenen. Ik geloof werkelijk dat het aandeel, dat de Albumine
fabriek in de verontreiniging der sloot heeft, sterk wordt overdreven.
Men vergete toch niet, dat in die sloot de faecaliën worden geworpen
van 250 menschen en dit feit is dunkt mjj voldoende om verontreini
ging der sloot aan te nemen.