61 1664.25 Volgn. 83. Bezoldiging van den Concierge. 100. Tengevolge van het toekennen aan den Concierge van het Stedelijk Museum eener tegemoetkoming ad 100 'sjaars ter voor ziening in de kosten van de noodige huis houdelijke hulp. (Zie Raadsbesluit van 20 Juni 1889). Volgn. 96. Onderhoud van huizen, torens, poorten en dergelijke Op de begrooting is ter zake geraamd 11000, terwijl bij suppletoire begrooting het artikel is verhoogd met 10000 voor den bouw eener kunstzaal, te zamen 21000. De werkelijke uitgaven hebben bedragen 22664.25, zoodat te veel is uitgegeven f 1664.25, waarin is voorzien door aanvulling van den post met 2300 uit het artikel Onvoorziene Uitgaven krach tens Raadsbesluit dato 4 Juli 1889, zoodat feitelijk beschikbaar was 23300 en aan gezien de werkelijke uitgaven uitmaken een bedrag van 22664.25 is van de toe gestane gelden minder verbruikt ƒ635.75. Onder de uitgaven komen posten voor waarvoor geen gelden op de begrooting, zijn uitgetrokken, doch waartoe bereids machtiging werd verleend bij Raadsbesluit van den 6 Juni 1889, tot herstelling der woning van den pachter van den haardaseh en vuilnis, waarvan de kosten bedroegen 378 en bij Raadsbesluit van 28 November 1889 betrekkelijk het onderzoek van de bliksemafleiders ad f 100. Vervolgens is voor het wegruimen van het puin alsmede voor het afbreken van het door brand vernielde gedeelte der Stadsgehoorzaal betaald f 612.81. Voor die uitgaven bleek echter geen verhooging van den post noodig te wezen, vermits van de op de begrooting aanwezige gelden ad ƒ700 en ƒ1000, in zake de ver nieuwing van den vloer in de koffiekamer en verbetering van de verwarming der Ge hoorzaal, tengevolge van den brand, niets is behoeven te worden verwerkt. Volgn. 98. Grondlasten, Personeele lasten en Patentrechten Hiervoor was op de begrooting toegestaan f 1850, terwijl te dier zake verschuldigd was f 1958.57}. (Zie Raadsbesluit dato 24 October 1889.) Volgn. 112. Onderhoud der brandspuiten. Door het inrichten van eenige berg plaatsen voor de slangenwagens der brand- kranen, de reddingsladders en de Well's- lampen. (Zie Raadsbesluit dato 14 Nov. 1889.) Volgn. 113. Belooning en premien aan de brandspuitlieden en beambten Door den brand van de Gehoorzaalvan de fabriek van den heer Zaalberg en de vele kleine branden welke gedurende het jaar hebben plaats gehad. (Zie Raadsbesluiten dato 24 October 1889 en 19 Juni 1890.) Volgn. 126. Vergoeding aan onderwijzers aan het hoofd van scholen staande, wegens gemis van vrije woning Tengevolge van de oprichting der nieuwe school aan de Langebrug, die met 1 Mei is geopend, waardoor het getal hoofden der openbare lagere scholen met één is ver meerderd. (Zie Raadsbesluit dato 24 October 1889-) J Volgn. 135. Kosten van de vergelijkende examens Door het gehouden examen ter benoeming van een hoofd der openbare lagere school der 4e klasse n#. 1. (Zie Raadsbesluit dato October 1889.) Volgn. 137. Pensioenen, lijfrenten en Wachtgelden Tengevolge van het toekennen van pen sioenen aan den eervol ontslagen agent van politie J. Kuiper, alsmede door het overlijden van de gepensioneerde gemeente- abtenaren I. J. Mulder en J. v. d. TogtJr. aan wier erfgenamen, ingevolge de ver ordening, een kwartaal van het pensioen ingegaan met den dag van overlijden is uitgekeerd. (Zie Raadsbesluiten dato 24 October 1889 en 19 Juni 1890.) Volgn. 164. Kosten voor openbare ver makelijkheden Naar aanleining van het Raadsbesluit dd. 9 Mei 1889, waarbij een crediet is ver leend van 1000 voor de feestelijke her denking van Zjjner Majesteits veertig jarige regeering. (Zie Raadsbesluit van 4 Nov. 1889.) Volgn. 172. Kosten van insinuation, nota- rieele akten en andere kleine uitgaven Op grond van de tusschen deze gemeente en het Bestuur der Vereeniging van Leidsche Notarissen opgemaakte akte van verhuring betreffende het tot verkoophuis ingerichte gedeelte van den Burg waarvan de kosten door de gemeente zijn voldaan en wegens teruggave van de door den pachter der Gehoorzaal gestorte pachtpenningen over de maanden Augustus en September (Zie Raadsbesluiten dato 26 September 1889 en 24 October 1889.) Samen 673.54} 9636.46 f 106205.77 108.87} 3170.96 2250.— 233.33 165.50 100.— 1000.— Dan verkrijgt men de vorenstaande of het verschil tusschen de geraamde uitgaven volgens de begrooting ad859787.85} en werkelijke uitgaven volgens de rekening 753582.08} 106205.77 Hierdoor komt men tot het werkelijk bedrag van het batig saldo der rekening van de inkomsten en uitgaven der gemeente over den dienst 1889. Over 1889 is namelijk minder uitgegeven dan de raming bedroeg106205.77 hiervan afgetrokken het bedrag dat minder is ontvangen 14183.77 dan maakt de som van92022.— het batig saldo uit der rekening, waaruit blijkt dat die rekening goed is opgemaakt. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden ter Boekdrukkerij van GEBROEDERS MURE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1890 | | pagina 5