GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
37
18
8.9.45
19
8.9.45
20
8.9.45
21
8.10.—
22
8.9.45
23
8.10.—
24
8.10.—
INGEKOMEN STUKKEN.
N°. H3. Leiden, 27 Mei 1890.
Onder overlegging van nevensgaande stukken geven wij Uwe Ver
gadering in overweging aan A. en A. 11. Romer vergunning te ver-
leenen om twee bruggen te leggen over de sloot langs den Uoogen
Rijndijk en een duinwalerbuis door den berm onder de door de
Commissie van Fabricage voorgestelde voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en VVeth. van Leiden.
Aan den EdelAcbtb Raad der gemeente Leiden.
Met dezen neinen ondergeteekenden de vrijheid zich tot UEdel
Achtb. te wenden met bet beleefd verzoek, om tot toegang van eenige
pereeelen gebouwde huizen, Kadastraal bekend 4350 tot en met 4362,
Sectie A, Utrechtschen Straatweg of Hoogen Rhijndijk.
Om den berm van den weg eenigszins weg te mogen steken, en
alsdan door dien, looppad verkrijgende, voor de brug welke toegang
zal moeten verleenen tot die pereeelen.
Waarbij wij U machtiging verzoeken om die bruggen te mogen
leggen alsook eene compositiepijp voor aanleg van duinwater door
bedoelden berm te mogen brengen.
Leiden, 29 April 1890.
't Welk doende,
Mejuf. A. Römer.
A. H. Römer.
Leiden, 27 Mei 1890.
De Commissie van Fabricage heeft de eer op het request van A.
en A. H. Römer te berichten dat bij haar geen bezwaar beslaat tegen
het verleenen der gevraagde vergunning om tot toegang naar de ge
bouwde huizen aan den Hoogen Rijndijk onder de gemeente Zoeter-
woude over de sloot aldaar te leggen twee bruggen en een geleipijp
voor duinwater in den berm, mits zulks geschiedt onder toezicht van
den Gemeente-Architect, tegen vergoeding der kosten voor beschadi
ging van weg en berm, alsmede legen betaling voor iedere brug
van een jaarlijksche recognitie van één gulden, ten Kantore van den
Gemeente-Ontvanger.
Aan HII. Burg. en Weth.
der gemeente Leiden.
De Commissie van Fabricage.
N°. 113.
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van
18—24 Mei 1890.
Ne.
Datum.
Uur.
Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen
Mei
N°. H4.
7
8
7
8
7
8
8
16.8
16.5
16.4
16.4
16.7
16.8
16.8
Leiden, den 29 Mei 1890.
T«r vervulling van de vacature ontstaan door het aan den onderwijzer
D. ,1. Dobbe verleend eervol ontslag, hebben wij de eer Uwe Ver
gadering bierbij eene voordracht aan te bieden ter benoeming van
een derden onderwijzer aan de school van de 3e klasse n°. 3, op eene
jaarwedde van f 550.
Die voordracht opgemaakt in overleg met den heer Arrondissement-
Schoolopziener, na ingewonnen bericht van het hoofd der school, is
samengesteld als volgt:
1°. S. Broekhuyzen, thans tijdelijk met de waarneming dier be
trekking belast,
F. A. Schilthuyzen en
3°. W. A. Kriest, beiden adspirant-ondcrwijzer alhier.
Onder mededeeling dal de betrekkelijke rapporten in de Leeskamer
ter inzage zijn nedergelegd, neinen wij de vrijheid U te verzoeken tot
eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 116. Leiden, den 29 Mei 1890.
Ter vervulling van eene vacature van derde onderwijzeres aan de
Meisjesschool 2e klasse, hebben wij de eer Uwe Vergadering hierbij
eene voordracht aan te bicden, opgemaakt in overleg met den Arron-
dissements-Schoolopziener, na ingewonnen bericht van hel hoofd der
school, ter benoeming van een derde onderwijzeres op eene jaarwedde
van 550 vermeerderd met 100 voor de akte van hoofdonder
wijzeres, met f 100 voor de akte voor de Fransche taal en met 50
voor die voor het leekenen, als:
1°. Mejuffr. S. H. E. Prins, onderwijzeres te Amersfoort,
2°. Mejuffr. W. Van Romburgh, onderwijzeres te Rotterdam, en
3°. Mejuffr. G. M. J. Schretlen, onderwijzeres te Leiderdorp.
Onder mededeeling dat de betrekkelijke stukken in de Leeskamer
ter inzage zijn nedergelegd, nemen wij de vrijheid U te verzoeken
tot eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 116. Leiden, 29 Mei 1890.
Ter vervulling van de vacature van 2en onderwijzer of 2e onder
wijzeres aan de Leerschool, verbonden aan de Kweekschool voor Onder
wijzers en Onderwijzeressen, ontstaan door het overlijden van W. F.
Oostveen, hebben wij de eer Uwe Vergadering hierbij aan te bieden
eene voordracht opgemaakt in overleg met den heer Arrondissements-
Schoolopziener, na ingewonnen bericht van het hoofd der school, ter
benoeming van eene tweede onderwijzeres, op eene jaarwedde van
70u als:
1°. Mejuffr. A. E. S. Michelsen, onderwijzeres der 3e klasse aan de
genoemde school,
2". Mejuffr. C. B. Renaud en
3 Mejuffr. J. B Weyers, beiden werkzaam aan de Openbare Meisjes
school 2e klasse.
Onder mededeeling dat de betrekkelijke rapporten ter inzage in de
Leeskamer zijn nedergelegd geven wij U in overweging tot eene be
noeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 117. Leiden, 29 Mei 1890.
Onder overlegging van nevensgaande stukken geven wij Uwe Ver
gadering in overweging aan Gebr. Van Wjjk cè C®., vergunning te
verleenen tot het maken van eene loozing van hare fabriek aan de
Uiterstegracht, onder de door de Commissie van Fabricage voorge
stelde voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan Burg. en Weth. der gemeente Leiden.
Heeft de ondergeteekende. Firma Gebr. Van Wijk dj C0., de eer bij
deze te berichten dat zij eene uitloozing wenscht te maken uit hare
fabriek aan de Uiterstegracht naar het water aldaar.
Zij behoeft daartoe de toestemming van UEd. Achtb. en neemt
mitsdien de vrijheid beleefdelijk te verzoeken, haar die te willen
verleenen.
Leiden, 17 Mei 1890.
't Welk doende,
Gebrs. Van Wijk C®.
Leiden, 27 Mei 1890.
De Commissie van Fabricage heeft de eer op het request der firma
Gebr. Van Wijk dj C°. te berichten, dat bij haar geen bezwaar bestaat
tegen het verleenen van de gevraagde vergunning tot het maken van
een loozing uit hare fabriek aan de Uiterstegracht Wijk 7 (Straatn®.
53) naar die gracht, mits zulks geschiedt onder toezicht van den
Gemeente-Architect tegen vergoeding der kosten van het opbreken
en herstellen van de openbare straat en van den wal en tegen be
taling van het recht bepaald bij art. 3 n®. 11 van het tarief vastge
steld den 5 Maart 1857.
Aan HH. Burg. en Weth.
der gemeente Leiden.
De Commissie van Fabricage.
N®. 118. Leiden, 29 Mei 1890.
Bij nevensgaand adres is door het Bestuur der Christelijke school
voor meer uitgebreid lager onderwijs (de school aan den Stillen Rijn,
hoofd de heer J. B. Mejjnen) vergunning verzocht om wegens de ver
bouwing van het schoolgebouw, gedurende eenigen tijd gebruik te
mogen maken van het lokaal op de Haarlemmerstraat, welk lokaal
meermalen o. a. bij overbevolking van de school 3e klasse n®. 3, als
schoollokaal werd gebruikt.
Vermits legen de inwilliging van het verzoek geen bezwaar
bestaat en bedoeld lokaal thans niet voor gemeentelijke doeleinden
wordt gebruikt, geven w(j Uwe Vergadering in overweging de ge
vraagde vergunning tot gebruik van meerbedoeld lokaal tot weder-
opzeggens te verleenen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden.
Het Bestuur der Chr. school voor M. U. L. O. alhier moet eerlang
tot verbouwing der school overgaan. Het neemt daarom de vrijheid
UEdel Achtb te vragen, of bij U geenerlei bezwaar zou bestaan, in
dien gedurende een vijftal maanden van het lokaal Haarlemmerstraat
werd gebruik gemaakt, dat reeds zoo dikwerf gedurende een of andere
school verbouwing voor onderwijs gediend heeft.
Namens het Bestuur voornoemd,
Leiden, 24 Mei 1890. S. H. J. De Wolff.
C. A. Evelein.
N®. 119. Leiden, 29 Mei 1890
Evenmin als bij de Commissie van Fabricage bestaat bij ons be
zwaar tegen de inwilliging van nevensgaand verzoek, zoodat wij Uwe
Vergadering in overweging geven aan de Leidsche Melkinrichting en
andere eigenaren van aan den Rijnsburgersingel gelegen pereeelen
de gevraagde vergunning te verleenen tot demping van een gedeelte
der Rijnsburgersingelsloot en hun den daardoor verkregen grond tot
wederopzeggens in gehiuik te geven, een en ander onder de door
de Commissie van Fabricage voorgestelde voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Edel-Achtb. Raad der gemeente Leiden.
De ondergeteekenden, allen eigenaars van pereeelen gelegen aan
den Rijsburgersingel gemeente Leiden nemen met verschuldigde ge
voelens de vrjjheid U te verzoeken hun verlof te geven oin voor
