18 Üit het rapport ran de Commissie voor de Gasfabriek zien wg dat de werkman om beurten een rustdag heeft, hoeveel van die rustdagen hem evenwel ten goede komen heb ik niet kunnen vinden. Ik ben de meening toegedaan dat een dag per week aan God en Zijn dienst gewijd niet te veel is, ook niet te veel voor een werkman aan de Gasfabriek. Gaarne zou ik daaromtrent van de Commissie eenige inlichtingen ontvangen, en of in deze geene verbetering zoude zijn aan te brengen. Vroeger is reeds door U, M. d. V., gezegd dat de Commissie daarop attent zoude zijn, maar tot nog toe heb ik niet het minste gevolg daarvan kunnen ontdekken. Over het ontslag zelf zal ik niet spreken. Ik onderstel dat de Directeur der Gasfabriek het beste in staat is om te oordeelen hoe hij handelen moet, evenals dit bij iederen werkgever het geval is. De Voorzitter. Ik moet den heer Van Hoeken in de allereerste plaats doen opmerken dat hij zich, ragns inziens, met alle eerbiedi ging van zjjne gevoelens, op een verkeerd standpunt plaatst. Hij heeft gesproken van een dag per week om dien te wijden aan God en Zijn dienst. Op dit standpunt hebben wij ons niet te plaatsen, met die quaeslie heeft de Gemeenteraad niets te maken. De zaak is eenvoudig deze dat de werkman, zooals door velen wordt gewenseht, moet hebben een rustdag in de week. Ik zou het verkeerd vinden indien wij ons op het terrein begaven waarop de heer Van Hoeken ons wil brengen. Nu staat in het rapport dat aan eiken stoker beurtelings een vrgen Zondag wordt gegeven; maar er staat ook bij dal hg zeer dikwijls van dien vrijen dag geen gebruik wcnscht te maken, maar tegen eene extia belooning blijft doorwerken. Dat in die regeling tot nog toe geene verandering is gebracht, is te wijten aan verschillende oorzaken die dit hebben belet. Maar zoowel de loonen- als de rust dagen hebben reeds een punt van bespreking bij Commissarissen uit gemaakt, waardoor men een middel hoopt te vinden om den werk man een vrijen dag per week te bezorgen. Men moet evenwel niet vergeten dat eene Gasfabriek nooit kan stilstaan en de bezwaren aan rustdagen verbondenniet te licht tellen, vooral niet in het najaar en in den winter wanneer alle krachten moeten worden ingespannen. De heer Van Hoeken. M. d. V.! Sprekende van een vrijen dag heb ik natuurlijk bedoeld een rustdag. Het is mg wel bekend dat de Gemeenteraad niet geroepen is richting te geven aan iemands gods dienstige gevoelens. Maar dit is zeker, als de werkgever geen vrijen dag geeft, de werkman er ook geen heeft, en er derhalve ook geen gebruik van kan maken hetzij dan tot waarneming zijner godsdienst plichten hetzij dan tot andere doeleinden. Een werkman aan de Gas fabriek krggt nu beurtelings een rustdag, maar zou er nu zoo'n groot bezwaar bestaan om die rustdagen eenigszins te vermeerderen Ik weet dat dit wat geld zoude kosten, inaar zelfs al ware de uitgave daar voor niet zoo heel gering, dan geloof ik toch niet dat de Raad on willig zoude zgn om die gelden toe te staan. De Voorzitter. Dat laatste geloof ik ook niet; maar zooals de heer Van Hoeken ook zal weten, zijn er aan de Gasfabriek vaste en tijde lijke werklieden. Vaste werklieden zjjn zij, die winter en zomer doorwerken, en tijdelijke z(jn zij, die naarmate bet seizoen het vergt er voor langer of korter duur aan werkzaam worden gesteld. Nu zgn 't juist die vaste werklieden (die de beste natuurlijk zijn) welke men moeilijk telkens kan vervangen. Zooals ik reeds gezegd heb, en ik wil 't wel herhalen, is deze zaak Commissarissen nog in onderzoek. Op de kosten zal zij niet af stuiten, want die zullen slechts gering wezen met betrekking tot de uitgaven van de fabriek. De beraadslaging wordt gesloten. Op het verzoek wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het advies van Burg. en Weth. beschikt. XVI. Idem van J. fiegeur, om terugbetaling van schoolgeld, lager onderwjjs. (Zie Ing. St. n'. 34.) Wordt zonder beraadslaging of lioofdelgke stemming gunstig op beschikt. XVII. Idem van D. Van der Horst, om ontslag als Directeur der Gasfabriek. (Zie Ing. St. n*. 53.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming met ingang van 1 Mei een eervol ontslag verleend. XVIII. Verzoek van Mevr. J. L. Van HasseltVan der Sleyden, om ontslag als Regentes van het H. G Weeshuis. (Zie Ing. St. n°. 56.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming een eervol ontslag verleend, onder dankbetuiging voor de vele diensten door haar in deze betrekking bewezen. XIX. Idem van de schippersvereeniging Schuttevaer, omtrent de bediening der bruggen. (Zie Ing St. n°. 57.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeenkomstig het advies van Burg. en Weth. op beschikt. XX. Voorstellen van de heeren P. L. C. Driessen c s. betrekkelijk afbraak van de Waalsche kerk. (Zie Ing. St. n'. 12, 14, 44 en 49.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Kaiser M d. V.! Zal een voorstel aan den raad, niet gedaan door het Dageljjksch Bestuur, eenige kans hebben op eene goede ontvangst, dan moet in de eerste plaats van de goede bedoe ling der voorstellers bljjkenindien daaraan door ben die krachtig behoorden mede te werken tot het welslagen van het voorgestelde, eenigermate wordt getwijfeld. Ons voorstel van 18 Jun. jl. heeft niet weinig de verbazing, ik zoude haast zeggen de verontwaardiging opgewekt van enkele leden van den raad, wegens zjjne barheid en beslistheiden toch M. de V. blijven wjj bij de meening dat het voorstel in geene andere bewoordingen gesteld had moeten worden. Wij overtuigd van het goed recht aan onze zijde, mochten niet an ders dan in duidelijke en besliste termen de maatregelen voorstellen, die in ons oog het meest met het belang van de ook aan onze zorgen toevertrouwde zaakrakende den wederopbouw van de stadsconcert- zaal met wat daarbij behoort, strookt. Persoonlijk is het ons vrij onverschillig hoe men de inrichting, waarvan hier sprake is, wil tot stand brengen en mocht de raad meenen dat ons voorstelzooals het bij het nadere voorstel van 28 Febr. jl. is aangevuld en toegelicht niet in het welbegrepen belang van onze gemeente is, dan zullen de voorstellers zich daarbij natuurlijk nederleggen, echter steeds over tuigd dat ontwijfelbaar zeker later blijken zal, dat men de belangen der gemeente dus het meer algemeene heeft opgeofferd aan een zeer particulier belang, dat alleen in schijn bedreigd is geworden. M. de V. heeft in de vorige vergadering van 23 Jan. jl. den voorstellers aangeraden hun voorstel in te trekken; toen zjj daartoe niet konden besluiten werd door u voorgesteld het voorstel niet in behandeling te nemen. Eene groote meerderheid der raadsleden heeft echter door hunne uitgebrachte stem doen blijken van hun ge voelen, dat het niet aangaat op eene dergelijke wijze aan de goede bedoeling van de voorstellers te twijfelen. Bij zulk eene opvatting der zaak door het Dagelijksch Bestuur aan den dag gelegd, is het uiterst moeielijk het bewijs te leveren dat de voorstellers uitsluitend het gemeentebelang op het oog hebben en de houding van het Dage lijksch Bestuur alleenlijk verklaard kan worden uit zijne natuurlijke neiging om ingrijpende voorstellen alleen dan den Raad ter aanne ming aan te bevelen als die van dat College zijn uitgegaan. De verdenking hier bedoeld ter zijde stellende, meenen wij niet beter te kunnen doen dan nader de motieven mede te deelen, die ons geleid hebben tot de voorstellen van 18 Januari jl. en 28 Februari jl. Het voorstel van 18 Januari jl. M. d. V.! is een gevolg van onze zucht om het betere te verkiezen boven het goede. Ieder, die met het voorloopig plan 116 zijn ingenomenheid betuigd heeft, zal met ons verklaren, dat onze Architect werkelijk, de beschikbare ruimte in aanmerking genomen, eene inrichting ontworpen heeft, die aan de behoefte van het oogenblik tamelijk wel voldoet, maar dat onge twijfeld daarin, als gevolg van de buitenlandsche reis na het ont werpen van dat plan, wijzigingen van beteekenis aangebracht zullen en moeten worden. D, M. d. V.! zal een van de eerste zijn om te erkennen, dat onze Architect, indien hem meer plaatsruimte wordt gegeven, eene in richting zal ontwerpen beter aan de behoeften van thans voldoende en ongetwijfeld aan toekomstige begeerten. Was het onmogelijk om over meer ruimte te beschikken, zonder enorme kosten daarvoor te maken of zeer groote belangen op te offeren, dan was de zaak zeer eenvoudig, men behield in algemeenen zin plan 116, maar nu zonder eenig bezwaar het bouwterrein aanzienlijk vergroot kan worden en daardoor de geheele inrichting in algemeene bruikbaarheid veel winnen zal, meenen de voorstellers dat zij verplicht zjjn op te komen tegen eene afwijking van uwe gewone wijze van handelen, M. d. V, u die voorheen in volkomen overeenstemming met ons steeds het betere boven het goede verkoos en met zoo te handelen onze stad uitste kende diensten bewezen hebt. Under de algemeene bruikbaarheid van de inrichting begrijpen wjj het zooveel mogelijk vrij staan van de groote vergaderzaal, opdat zij, toegerust met de noodige uitgangen bij paniek de gelegenheid zoude aanbieden tot gemakkelijke verwijdering en alzoo het aantal slacht offers tot een minimum zoude worden beperkt. De voorstellers meenen dat het Plan 116 geene genoegzame waarborgen geeft bij voorkomende ongelukken en dat die waarborgen niet te verkrijgen zijn, tenzij de ruimte waarop het gebouw verrijzen zal zoo groot is, dat aan bijna alle zjjden van de groote vergaderzaal in- en uitgangen van vol doende grootte bestaan, waardoor een eventueel ontkomen aan gevaar bevorderd wordt. De groote wenschelijkheid hiervan is gemakkelijk aan te toonen, door er op te wjjzen dat de zaal niet alleen voor concertzaal maar voor allerlei vereenigingen van menschen en kinderen gebruikt moet worden. Verbeeld u eens M. d. V., dat de brand in de oude zaal uitgebroken ware op een tijd dat eenige honderden kinderen bij een Kerstfeest daarin vereenigd waren. Welke daarvan de gevolgen zouden zijn geweest bij de toen beslaande inrichting, kan ieder voor zich ligt nagaan. De vermeerdering van bouwterrein verkregen door het afbreken van de Waalsche kerk kan ook in andere opzichten nuttig voor de inrichting worden aangewend. Onze kundige Architect zal zoodra hem de beschikking over het geheele terrein gegeven wordt, kunnen zorgen dat zooveel mogelijk aan de wenschen van de verbruikers, die niet alleen zij zijn die gaarne concerten bjj- wonen, voldaan wordt. De inrichting zooals zij gegeven is op plan 116 moge goed zijn, niemand kan ontkennen dat zij beter kan en zal worden als den Architect meer bouwterrein wordt gegeven en boven dien zal dan de bouwmeester zich nimmer kunnen verschuilen, ter verklaring van gemaakte bedenkingen, achter het zoo schoon klinkende argument «gebrek aan ruimte." Maakt men den toestand bij den herbouw niet veel beter dan hij was, indien zulks mogelijk is, dan begaat men een grove fout, en de mogelijkheid bestaat als het terrein waarop zich thans de Waalsche kerk bevindt mede gebruikt zal worden. Dit M. d. V. wat betreft de reden waarom wij het terrein waarop de Waalsche kerk slaat wenschen te gebruiken. Nu nog een enkel woord over de wijze waarop wg de Walen willen helpen, tot toe« lichting van ons voorstel van 28 Februari jl. Thans M. d. V. blijkt nergens van de verplichting der gemeente Leiden om te zorgen voor een behoorlijk gebouw waarin de Walen ongestoord hunne godsdienstoefeningen kunnen houden. Wij zijn door het schrijven van den Waalschen kerkeraad van 21 Januari jl over tuigd dat dc Waalsche gemeente niet zooals de andere godsdienstige gemeenten hier ter stede voor eigen rekening een kerkgebouw kunnen aanschaffen, en wenschen nu dat bij Raadsbesluit worde vastgesteld, dat de gemeente Leiden voortaan voorzien zal in een kerkgebouw met consistorie en kosterswoning, uitsluitend ten gebruike voor de Waalsche gemeente. Wij meenen dat deze bijzonder gunstige be paling voor de Waalsche gemeente gerechtvaardigd is op grond van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1890 | | pagina 3