68 van sommige behoeftige personen hebben in hoofdzaak het tekort veroorzaakt. (Zie Raadsbesluit van 6 Juni 1889.) Volgn. 145. Kosten van verpleging van arme krank zinnigen Voor kosten van behoeftige personen die voor rekening dezer gemeente in de gestichten verpleegd worden, is verschuldigd 15061.38, terwijl daarvoor is toegestaan 13500, tengevolge waarvan een tekort van 1561.38 aanwezig is. (Zie Raadsbesluit van 6 Juni 1889.) Volgrn 150. Plaatsing en verzorgingskosten in de gestichten der Maatschappij van Weldadigheid. Blijkens ingekomen declaratie van den Directeur der Maatschappij van Weldadigheid te Frederiksoord is aan toelagen voor kleeding en bijdrage in het financieel te kort ter zake van verpleging van 3 personen betaald 274. Op de begrooting is toegestaan 250, zoodat een tekort van 24 aanwezig is. (Zie Raadsbesluit van 6 Juni 1889.) Volgn. 153. Begrafeniskosten van behoe.ftigen Uit de door de Ned. Herv. Diaconie overgelegde rekeningen is gebleken, dat de kosten bedragen 64. Vermits hiervoor op de begrooting is uitgetrokken 50.50, is er alzoo een tekort van 13.50. (Zie Raads besluit van 6 Juni 1889.) Volgn. 158. Pensioenen, lijfrenten en wachtgelden Sedert het opmaken van de begrooting is aan enkele personen pensioen toegekend, waardoor de ter zake toegestane gelden niet toereikend waren. (Zie Raadsbe sluit van 6 Juni 1889.) Volgn. 165. Kosten voor openbare vermakelijkheden en feesten De meerdere uitgaaf is veroorzaakt door de ten Kaad- huize gehouden receptie bij gelegenheid van het bezoek aan deze gemeente van de leden der Holland Society uit Amerika. (Zie Raadsbesluit van 6 Juni 1889.) Volgn. 168. Kosten van gemeenschappelijke zaken, belangen en inrichtingen of werken, bedoeld bij art. 122 der wet van den 29 Juni 1851 (Staatsblad n°. 85.) Tot dekking van het nadeelig slot der trekvaarten rekening was op den dienst 1888 beschikbaar 13200.12 Vermits dat nadeelig saldo 5876.43 bedroeg, ontstaat er verschil van t 2676.31. (Zie Raadsbesluit van 6 Juni 1889.) Volgn. 172. Bijdrage in de kosten van den wegnaar Alkemade Deze bijdrage geschiedt op grond van de Raadsbe sluiten van den 19 December 1867 en 18 Mei 1868, waarbij is besloten aan de gemeente Alkenaade uit te keeren eene vaste bijdrage van 500 'sjaars, en het geen jaarlijks meer dan j 700 wordt betaald voor pacht der tolgelden aan het Zijlhek. Bij de laatst gehouden openbare verpachting ingaande 1 Mei 1888, hebben die tolgelden f 1720 opgebracht, op grond waarvan een be drag van f 166.66s meer moet worden uitgekeerd. Volgn. 175. Uitgaven voortvloeiende uit het beheer der voormalige administratie der vereenigde gast huizen Wegens gedane herstelling van eemge huisjes in de Dolhuissteeg behoorende tot de voormalige administratie der vereenigde Gast- en Leprooshuizen, waaraan meer werkzaamheden moesten worden verricht dan aanvan- kelijk vermoed werd. (Zie Raadsbesluit van 26 Juli 1888.) Samen - 1561.38 13.50 14.53 2676.31 166.66s 125.76s 13561.38 131293.535 1887 en 1888 en de rekening van het üelftsche Jaagpad over het tijdvak van 1 Januari tot 30 April 1887, zullen zijn goedgekeurd, dat concept op de voorgedragen wijze vast te stellen. Evenwel valt hierbij op te merken dat, zooals in ons rapport van heden is medegedeeld, nog over het dienstjaar 1888 uitgaven moeten plaats hebben welke vóór het sluiten van de rekening niet konden plaats hebben. Met het oog daarop, nemen wij de vrijheid aan Uwe Vergadering ter vaststelling over te leggen een suppletoire begrooting ad f 29227.31 strekkende om dat bedrag te vinden door geldleening en het artikel •Onvoorziene Uitgaven der begrooting voor 1889" met genoemde som te verhoogen. Tevens bieden wij U mede ter vaststelling aan een staat bedoeld bij art. 14 der voorschriften betreffende de gemeente rekening, om bedoelde uitgaven rechtstreeks uit den alsdan verhoogden post van Onvoorziene Uitgaven te doen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. De Raad der gemeente Leiden. Gezien de rekening en verantwoording van de inkomsten en uit gaven der gemeente over het dienstjaar 1888 door Burg. en Weth. nevens de hun door den Gemeente-Ontvanger aangeboden rekening met al de daarbjj behoorende bescheiden ingévolge art. 219 der wet van 29 Juni 1851 (Stbl. n°. 85), op den 15 Juli 1889 overgelegd. Overwegende dat de rekening van dien tijd af ter secretarie dezer "emeente voor een ieder ter lezing nedergelegd en algemeen ver krijgbaar gesteld is overeenkomstig het bepaalde bij gemeld art. 219 van genoemde wet. Gelet op het rapport der Commissie van Financien, op de art. 221 en 222 der meergenoemde wet en op het besluit van de Gedeputeerde Staten der provincie Zuid-Holland in dato 10 Augustus 1880, n°. 1, (Provinciaalblad n°. 48.) Heeft besloten; le. de rekening goed te keuren en voorloopig vast te stellen het bedrag der ontvangsten tot de som van zevenhonderd zes en zestig duizend twee gulden vijf en vijftig en een halve cent. 766002.55» en dat der uitgaven tot de som van zeven honderd tachtig duizend drie honderd een en dertig gulden vijf en vijftig en een halve cent780331.55 Dan verkrijgt men de vorenstaande of het verschil tusschen de geraamde uitgaven volgens n. lc0-nQ de begrooting ad780^ 555 en de werkelijke uitgaven volgens de rekening 78lMdi.öo f 131293.535 Door deze berekening komt men tot het bedrag van het nadeelig saldo der rekening van de inkomsten en uitgaven dezer gemeente over den dienst 1888. Immers wanneer men opmerkt dat minder is ont- 14S622 535 vangen, dan geraamd was en dat minder is uitgegeven dan de raming bedroeg 131393.55 en mitsdien sluitende met een nadeelig saldo van f 14329. zegge veertien duizend drie honderd negen en twintig gulden. 2e. het bedrag van hetgeen als oninbaar is afgeschreven a. Hoofdstuk II Volgn. 6 en 7 wegens Plaatselijke Directe Belastingen te bepalen op de som van zes duizend twee honderd negen en vijftig gulden twee cents6259.02 b. Hoofdstuk IV Volgn. 39 wegens andere ontvangsten niet tot de vorenstaande behoorende zeven honderd zestig gulden twee en twintig cents760.22 alzoo te zamen ten somma van zeven duizend negentien gulden vier en twintig cents1 3e. het bedrag van hetgeen nog blijft te verhalen, hetwelk in de eerstvolgende rekening behoort te worden verantwoord, vast te stel en op de som van een duizend zes honderd negen en negentig gulden zes en tachtig cents 1699.87). Gedaan te Leiden ter openbare Raadsvergadering van den N° 170 LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 1117 Augustus 1889. N°. j Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. dan moet de som van 14329.— uitmaken het nadeelig slot der rekening, waaruit blijkt dat die rekening goed en deugdelijk is opgemaakt. Hierbij valt evenwel op te merken, dat over den dienst 1888 e bedrag van 89000 had moeten worden ontvangen als bescUiKuare gelden van de krachtens Raadsbesluit dato 10 November l888 goed- gekeurd door de Gedeputeerde Staten der provincie Zuid-Holland den 20 November d. a. v. aangegane conversieleening groot ÖOUU mits echter die gelden op den volgenden dienst in ontvang zij g bracht is, het nadeelig slot dezer rekening ontstaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aug. 11 12 13 14 15 16 17 7.15—9.15 7.15—9.15 7.15—9.15 7.15—9.— 7.15—9.15 7.15—9.30 7.15—9.15 7 8 8 7 8 7 8 16.5 16.0 16.7 16.4 17.4 16.7 16.8 N° 169. Leiden, den 31 Juli 1889. Wij hebben de eer bij deze aan Uwe Vergadering over te leggen het concept-Raadsbesluit betreffende de rekening v»n ontvangsten en uitgaven der gemeente Leiden over het dienstjaar 188S, me zoek, nadat de rekeningen van de Haarlemsche Trekvaart over de jaren Te Leiden ter Boekdrukkerij van GEBROEDERS MURÉ. 24.- 604.40s

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1889 | | pagina 5