49 tegenheid om in de voorwaarden daaromtrent eene bepaling op te nemen. üe Voorzitter. Wij hebben niet alleen over dezen maar ook over den vorigen pachter klachten gehoord. De lieer Zillesen. Zou er bezwaar zyn om bij voorbeeld eene Commissie van keuring te benoemen? In het algemeen wordt de wijn nog al eens afgekeurd; men zegt dat hij die van een zijner borgen krijgt. De Voorzitter. Men neemt niet altijd het hoogste bod aan; bij de vorige verpachting is dit ook niet gedaan, omdat de hoogste bieder minder gunstig bekend stond. Ik kan niets anders doen dan den fiachtcr wyzen op zijn eigen belang en er over spreken vóórdat wy tem de pacht gunnen. Het is zeer gemakkelijk gezegd, men moet niet gunnen, maar het is daarentegen niet zoo gemakkelijk om eene gunning te weigeren. Daarvoor moeten afdoende gronden zijn. Onderstel dat een pachter komt met borgen die ook zijne leveranciers zullen zyn, dan kan men hem toch niet alleen op dien grond afwijzen. Wy kunnen toch niet zeggen dat wy hein niet aannemen, omdat hy aan die borgen gebonden is. Het is zeer lastig om zonder dat er op den persoon of zijne antecedenten iets aan te merken volt, eene gunning te weigeren. De heer Zillesen. Het was mijne bedoeling ook niet om in den bcstaanden toestand verandering te brengen. Maar nu er weder opnieuw voor 10 jaren eene verpachting moet plaats hebben zou ik hel Dagelijksch Bestuur wel in overweging willen geven om middelen te beramen, ten einde aan de zeer gegronde klachten over het consumable te gemoet te komen. De Voorzitter. Wij zullen zoo nauwkeurig mogelijk toezien, dat de pachter goede consumptie verstrekt. De heer Zaalberg. Moet de pacht wéér voor tien jaar uitbesteed worden? Kunnen wij het nu niet op vyf jaar stellen? De Voorzitter. Men moet niet vergeten, dat men dan een minder gunstigen toestand in het leven roept. De pachter heeft veel kosten te maken voordat hy in de Gehoorzaal gcinstallecrd is; kan hij er nu langer in blijven, dan kan hy zijn kosten ook eerder dekken en een hoogcr pachtsom geven. De heer Zaalberg. Maar dan zal de consumptie misschien beter worden, want dan heeft de pachter er eerder belang by, dat zijn pacht hernieuwd wordt. De heer Was. Kan men in het contract niet een boete-bepaling opnemen? Zou men bijv. niet kunnen bepalen, dat als de pachter niet aan zyne verplichtingen voldoet, ter beoordeeling van Burg. en Weth. men hem dan met een zekere som kan beboeten? Dan treft men de borgen ook, en Burg. en Weth. zullen geen boete opleggen, als zy niet de zekerheid hebben dat de pachter werkelyk in zyne verplichtingen tekort is geschoten. De Voorzitter. Een volledig bewys kan men nooit leveren, zonder dat men zelf dat slechte goed ook gebruikt, anders moeten wy op het oordeel van anderen afgaan. Van bedorven goed heb ik nooit gehoord. Men zegt dat de wyn zuur is en het hier slecht, ofschoon ik er toch groote hoeveelheden van heb zien verdwynen. En de pachter zou ons immers kunnen tegenwerpen, dat onze smaak nog geen regel voor de deugdelijkheid van zyn waren hoeft te vormen. De heer Zillesen. Ik wil alleen nog opmerken, dat de bedoelde grieven niet direct van my afkomstig zijn, maar dat zij door velen gedeeld worden en men, myns inziens, trachten moet daarin in het vervolg tegemoet kan komen. De heer Was. Er valt niet alleen te klagen over de comsumtie, maar ook over de bediening. Ik herinner aan het gebeurde ter gc- gclegenheid van het 3e October-fcest, toen een zeer groot aantal menschen gelracteerd moesten worden, en er slechts twee knechts voor de bediening waren. Er is toen bijna oproer geweest, en alleen door het verstandig optreden van den heer Goedeljee is dit voorkomen. Maar waarom zouden wy geen boete-bepaling in het contract op nemen? Kwaad kan 't nooit! De Voorzitter. Ik heb er niets tegen om eene boete-bepaling in de voorwaarden op te nemen, wanneer men dan aan Burg. en Weth. wil overlaten om die op de beste plaats in te lasschen. Wordt by acclamatie goedgekeurd. De heer Van der Hoeven. M. d. V.! Heb ik U niet hooren zeggen dat op grond van slechte qualiteit van consumable de overeenkomst kan ontbonden worden? Ik zie dat nergens in de voorwaarden. De Voorzitter. Wy zullen zorgen dat er eene voldoende boete bepaling in de voorwaarden wordt opgenomen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. VI. Staat van afschrijving van aanslagen in de Plaatselijke Directe Belasting. (Zie Ing. St. n°. 141.) De Voorzitter. De Commissie van Financiën heeft geen bezwaren tegen dezen staat ingebracht. Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goedgekeurd. VII. Rekening van de Stedelyke Gasfabriek. (Zie Ing. St. n*. 137.) De heer Bool vervangt den heer De Laat de Kanter als Voorzitter, die met den heer Van der Hoeven gedurende de behandeling van de rekening de zaal verlaat. De heer Cock. In vroegere jaren was mijn gewoonte om bij de be handeling der rekening van de gasfabriek enkele zaken die fabriek betreffende ter sprake te brengen, zooals de lichtsterkte en meer andere. Onze geachte Voorzitter gaf mij toen in overweging die aanmerkingen liever bij eene andere gelegenheid te bespreken, daar juist bij het goedkeuren der rekening de leden der Commissie niet tegen woordig zijn en ook niet mogen zijn. Ik ben gaarne aan die wensch tegemoet gekomen, en heb dan ook, wanneer het geval zich voordeed, bij de behandeling der gemeente-begrooling het gas besproken. Ik wensch thans al mede te deelen dat ik bij de aanstaande behandeling der gemcentc-bcgrooting klagen zal over de onvoldoende lichtsterkte van het gas vooral in de allerlaatste dagen, zooals die door mij met mijn eigen organen is waargenomen, en over de omstandigheid, dat op enkele dagen, dat het geen volle maan was, 't avonds tusschen 10 en II uren verscheidene straatlantaarns niet aan waren. üe beraadslaging wordt gesloten en de rekening zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. De lieer De Laat De Kantcr herneemt zijne plaats als Voorzitter. De Voorzitter. De aan de orde gestelde onderwerpen zyn hier mede afgehandeld. De lieer De Sturler heeft echter toestemming ge vraagd om een voorstel te doen. Ik stel voor om hem die toestem ming te verlcenen. Dienovereenkomstig wordt besloten. De heer De Sturler. M. d. V.! Ik wensch het voorstel te doen om het adres dat heden van het Bestuur van het Departement Leiden van de Maat schappij tot Bevordering van Nijverheid ingekomen is by uitzondering nog in deze Raadszitting te behandelen. Ik weet wel dat hel tegen de gewoonte is, maar het geldt hier eenigszins eene spoedeischende zaak. Deze maal zal de algemeene vergadering der Maatschappij worden gehouden in den Haag; op die Vergadering moet door het een of ander Departement worden aangevraagd de algemeene ver gadering (die dan het volgende jaar plaats heeft) in haar midden te hebben. Nu doe ik het verzoek dit adres thans te behandelen alleen opdat de afgevaardigden van Leiden met ccnige zekerheid in den Haag kunnen optreden en de vraag doen om Leiden als zoodanig aan te wijzen; daartoe zoude ik gaarne weten of de Raad de f 850, in het adres gevraagd zou willen toestaan. De Voorzitter. Ik wensch aangaande deze zaak op te merken dat vóórdat het adres inkwam de heer De Sturler er ons mede in kennis heeft gesteld, zoodat wy de aanvrage nog heden morgen in onze Vergadering van Burg. en Weth. hebben kunnen behandelen. Het üagelyksch Bestuur was voornemens om den Raad voor te stellen het subsidie te verleencn, waartoe wij door verschillende overwegingen geleid zyn. In de eerste plaats omdat wij in de tentoonstelling aan het congres verbonden en speciaal de Leidsche nijverheid betreffende, groot voordeel zien voor Leiden zelve. En de voordeden aan het bezoek van vele congresleden aan onze gemeente verbonden, kan, dunkt ons, wel opwegen tegen de uitgaaf van 850 en ook omdat de Raad eenige jaren geleden een som van 2500 heeft toegestaan voor de tentoonstelling en het congres van Landbouw, en f 1000 voor de vergadering van het Orientalisten-congres; en eindelijk nog om een andere reden, nl. omdat het 't volgende jaar 24 jaar, dus byna een kwart-eeuw, geleden is, dat het congres te Leiden voor 't laatst is ge houden. Het bl(jkt dus dat een dergelijk verzoek van de Maatschappij niet zeer dikwyls voorkomt. Wij hebben dus geen bezwaar het ver zoek toe te staan en nu reeds een besluit te nemen. Ook onlangs hebben wy eene dergelijke wijze van handelen gevolgd, en de Commissie van Finaneien had daar destijds geen bezwaar tegenmis schien heeft zy dat nu ook niet. De lieer Van der Hoeven. Ik wil alleen een vraag doen. Wanneer wij dit verzoek toestaanwordt er dan iets geprejudiciecrd over de mogelijkheid van latere kosten, die uit deze festiviteit kunnen voortvloeien? Zal men ons later nu niet vorrstellen, de con gresleden feestelijk te ontvangen? Kunnen wij nu zeker zijn, dat wij om 't triviaal uit te drukken met deze f 850 er af zullen zijn? De Voorzitter. Ik moet het antwoord aan den heer De Sturler overlaten. Wy beslissen nu alleen, dat wij der Maatschappij een subsidie van 850 zullen toestaan. De heer De Sturler. Mag ik den heer Van der Hoeven opmerken, dat het in alle steden de gewoonte is, dat het Dagelijksch Bestuur de congresleden ontvangt, en hun den cerewijn aanbiedt; de kosten daarvan zijn wij echter bereid te vergoeden. De Voorzitter. Verlangt iemand hoofdelyke stemming? De heer Cock. Ja, M. d. V.! Het voorstel wordt thans in stemming gebracht, en aangenomen met 21 tegen 1 stem, die van den heer Cock, (afwezig waren de heeren: Juta, Van Reenen en Fockema Andreae.) Niets meer aan de orde zijnde wordt de Vergadering gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van GEBROEDERS MURE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1888 | | pagina 7