110 school 3c klasse rr. 2 (den heer Brouwer) hebben wij de eer mede te deelen, dat wij ons volkomen kunnen vereenigen met het in be doeld schrijven vervatte verzoek tot uitbreiding van het hulppersoneel aan die school met een derden onderwijzer (3e onderwijzeres.) Aan HH. Burg, en VVeth. De Plaatselijke Schoolcommissie, van Leiden. D. Bierens de Haan, Voorzitter. J. A. Van Hamel, Secretaris. N°. 286. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 24—30 October 1886. N°. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. Oct. 24 1 5.45-6.30 7 17.6 2 25 5.30-6.30 7 17.3 3 26 5.30—6.30 8 16.9 4 27 5.30-6.30 8 17.7 5 28 5.30-6.30 7 16.9 6 29 5.30—6.30 8 18.3 7 30 5.30—6.30 8 18.5 Namens de Commissie der Gasfabriek, D. Van der Horst. N°. 287. Leiden, 8 November 1886. Blijkens de hierbij overgelegde stukken is het voor het behoud van het kostbaar Gobelinbehangsel in de vergaderkamer van Burg. en Wethouders dringend noodig dat daaraan eenige herstellingen worden verricht, terwijl een ingesteld onderzoek heeft aangetooud dat de in het rapport der Commissie van Fabricage genoemde personen in alle opzichten geschikt en bekwaam kunnen worden geacht om met dit belangrijk werk te worden belast. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging ons te mach tigen bedoelde herstelling te doen uitvoeren, zullende later zoo noodig een voorstel tot verhooging van het betrekkelijk begrootings-artikel worden ingediend. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 12 October 1886. Het Gobelinbehangsel in de Vergaderkamer van het College van 1 üagelijksch Bestuur langs den wand tegenover de lichtramen verkeert in zulk een toestand dat zonder spoedige herstelling dat fraaie kunst werk dreigt te vergaan, 't Is bovendien noodig, dat het behangsel, voor het aldaar geplaatst deurkozijn opengeknipt en rondom vastge plakt en gespijkerd, waardoor het geschonden is, eene herstelling onderga. Daartoe is gelegenheid door de herstelling op te dragen aan de juffrouwen Knol en Van der Kaay, oud-leerlingen der Rijksschool voor Kunstnijverheid, die te Amsterdam een atelier voor kunstnaaldwerk hebben opgericht, en lot de herstelling bereid zijn tegen betaling van eene som van f 350. De Commissie van Fabricage heeft de eer voor te stellen daarvoor een som van 400 beschikbaar te stellen, opdat daaruit ook de kosten voor uitstoomen, afnemen, ophangen en verzenden kunnen worden bestreden. Aan Heeren Burg. en Weth. De Commissie van Fabricage. der gemeente Leiden. Leiden, 1 November 1886. In antwoord op Uw geeerd schrijven, de dato 15 Octoberjl., bege leidende eene missive van de Commissie van Fabricage aan Uw college van 12 October 11. inhoudende een voorstel omtrent herstelling van het Gobelinbehangsel in de Vergaderkamer van het college van Dagelijksch Bestuur op het Raadhuis, tegenover de ramen, heeft Uwe Commissie de eer te antwoorden, dat met de meeste nauwgezetheid door haar het voorstel is overwogen en de daartoe noodige infor- matiën door haar zijn ingewonnen. Na raadpleging van verschillende deskundigen, en een onderzoek in loco op het Raadhuis, zoowel als bij de directie der Rijks Kweek school te Amsterdam, is het haar gebleken, dat zij in goed vertrouwen aan de beide dames Knol en Van der Kaay de herstelling mag zien op dragen. De beide daines zullen het werk verrichten onder toezicht der directie van de Kweekschool, zij zullen overkomen om zelf hel doek van den wand te nemen, of dit werk onder hare leiding te doen geschieden. Hare opvatting der herstelling en de voorzorgen die zij zullen nemen tot blijvend behoud, zijn in overeenstemming met hetgeen Uwe Com missie meent dat noodig wordt geacht. Zij gelooft dat de uitgetrokken som van f 350, hoewel gering, niet of slechts weinig zal worden overschreden; wellicht kan het meerder kostende, uit de vijftig gulden gevonden worden, die de Commissie voornoemd, voor het afnemen, ophangen en verzenden heeft uitgetrokken. De Commissie van het Stedelijk-Museum stelt U voor, het voorstel van de Commissie van Fabricage te ondersteunen, ten einde het fraaie kunstwerk in beteren staat te brengen en voor geheelen onder gang te bewaren. Aan Burg. en Weth. der H. C. Hartevelt, Voorzitter. Gemeente Leiden. W. Plette, Secretaris. N°. 288. Leiden, 8 November 1886. Naar aanleiding van nevensgaand schrijven van Commissarissen der Bank van Leening geven wij Uwe Vergadering in overweging ons te machtigen om aan de Regeering voor te stellen de tarieven van de rente cn van het administraticloon wederom voor een termijn van drie jaren te bestendigen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 6 November 1886. Wij hebben de eer Uwe Vergadering bij deze te herinneren, dat op 31 December a. s. de termijn van drie jaren, bedoeld bij art. 19 van het Reglement voor de Bank van Leening, zal verstreken zijn en dat dus tegen dien tijd de tarieven, genoemd in de artt. 17 en 18 van gezegd Reglement, onder 'sKonings goedkeuring zullen moeten worden herzien. Aangezien het dividend van de Bank. dat in de jaren 1882,1883 en 1884 respectievelijk bedroeg 3.03, 2.475 en 1.55 pCt in het jongst verloopen jaar slechts op 0.41 pCt. van het bedrijfskapitaal neer kwam en in onze begrooting voor 1887 niet hooger kon worden geraamd dan op 2.73 pCt., zoo bestaat er op dit oogenblik zeker allerminst aanleiding om in het tarief of in dat van het Administratieloon eenige verlaging te brengen en geven wij U alzoo in overweging aan de Regeering voor te stellen die beide tarieven alsnog voor een termijn van drie jaren te bestendigen. Aan den Gemeenteraad Commissarissen v. d. Bank van Leening, van Leiden. J. T. Buts, Voorzitter. W. De Jongh, Secretaris. N°. 289. Leiden, den 9 November 1886. Wij hebben de eer U mede te deelen dat er bij ons geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van het verzoek van L. Driebergen, om met ingang van 1 Januari 1887 ontslagen te worden uit zijne tegen woordige betrekking van tweeden onderwijzer aan de school der 3e klasse n°. 2. Wij geven Uwe Vergadering derhalve in overweging hem dat ont slag eervol te verleenen met ingang van genoemd tijdstip. De betrekkelijke stukken worden hierbij overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 8 November 1886. Edel-Achtbare Heeren. Ten gevolge zijner benoeming tot hoofd eener school te Beeraster, neemt ondergeteekende de vrijheid eervol ontslag te vragen uit zijne betrekking van 2en onderwijzer aan de school der 3e klasse n°. 2 alhier en verzoekt beleefdelijk hem dit ontslag te verleenen tegen 1 Januari 1887. Met den verschuldigden eerbied: Den Raad der gemeente Leiden. UEds. dienstv. dienaar, L. Driebergen. Leiden, 9 November 1886. Ter voldoening aan den inhoud Uwer apostille van gisteren, n®. 3402, en onder terugzending van bijgaand verzoekschrift, heb ik de eer U te berichten, dat bij mij geen bezwaar bestaat tegen het ver leenen van eervol ontslag aan den heer L. Driebergen, met ingang van den len Januari 1887. Het hoofd der openbare school der Aan den Heer Burgemeester 3e klasse n-. 2, der Gemeente Leiden. N. Brouwer. N*. 290. Leiden, den 9 November 1886. Het onderzoek der rekening over 1885, van het college van Vrou- wenkraammoeders, heeft bij onze Commissie tot geene bedenkingen geleid, weshalve wij Uwe Vergadering in overweging geven die rekening goed te keureu: het bedrag der ontvangsten op f 2318 O^5 en dat der uitgaven op 2236.01s, zoodat het dienstjaar 1885 oplevert een batig slot van 82.61, onder bepaling dat in de eerstvolgende rekening verantwoording van dit saldo zal behooren te worden gedaan. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N®. 291. Leiden, den 9 November 1886. Wij hebben de eer Uwe Vergadering hierbij eene voordracht over te leggen, ter benoeming van eene derde onderwijzeres aan de open bare school der 2e klasse voor jongens en meisjes, (Leerschool bij de Kweekschool voor onderwijzers) op eene jaarwedde van f 550 en zulks ter vervulling der vacature ontstaan door de bevordering van den onderwijzer M. H. Lem tot 2en onderwijzer aan die school, als: 1°. Mejuffrouw A. J. Cremer, met de tijdelijke waarneming der vacante betrekking belast; 2®. J. A. Doesburg Lannooy, tijdelijk onderwijzer te Hillegom en 3°. Mejuffrouw J. C. Blok, tijdelijk onderwijzeres aan de Meisjesschool le klasse. De voordracht is opgemaakt in overleg met den heer Arrondisse- ments-Schoolopziener, na ingewonnen bericht van het hoofd der school, terwijl de betrekkelijke stukken ter inzage zijn nedergelegd in de Leeskamer. Wij nemen de vrijheid U te verzoeken alsnu tot eene benoeming te willen overgaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden ter Boekdrukkerij van GEBROEDERS MURE, 9 9 9 Bijlagebiief van de Commissie van Fabricage.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1886 | | pagina 6