M Zitting van Donderdag IS Maart 1886. geopend 's namiddags te twee uren. Voorzitter: de heer Burgemeester L. M. DE LAAT DE KANTER. Te behandelen onderwerpen: 1°. Beëediging en installatie van de toegelaten leden van den Gemeenteraad. 2°. Benoeming van een lid der Commissie van Fabricage. 3°. Idem van twee leden der Commissie van Financiën. 4°. Idem van een Voorzitter dier Commissie. 5°. Idem van twee leden der Commissie voor de Huishoudelijke Verordeningen. 6°. Idem van een tweeden onderwijzer aan de school 3a® klasse n°. 1. (44) 7°. Idem van een tijdelijk ambtenaar belast met het toezicht op de invordering van de belasting op de honden. (47) 8°. Verzoek van de Leidsche Duinwatermaatschappij om water te mogen leve ren aan ingezetenen van Leiderdorp aan de Haarlemmertrekvaart. (39) 9°. Idem van mej. H. Maas, om een stoep te leggen aan de Kalvermarkt. (41) 10°. Voorstel tot verhooging der jaarwedden van de leeraren in het Fransch en Hoogduitsch aan het Gymnasium. (42) 11°. Verzoek van P. Van Batenburg, om restitutie van schoolgeld. (43) 12°. Idem van W. G. Meijer, om ontslag als eerste onderwijzer aan de Jongensschool lBt® klasse. (45) 13°. Idem van mej. W. Du Pon, om ontslag als derde onderwijzeres aan de school 4a® klasse n°. 1. (46) 14°. Voorstel betrekkelijk de demping der sloot bij de Doelenkazerne. (49) 15°. Vervoek van C. J. Leembruggen, ter bekoming in gebruik van grond aan den Zijlsingel. (50) 16°. Idem van A. Teljeur, om in de Singelgrachten te mogen visschen met palingfuiken. (51) 17°. Voorstel tot verhuring van de lokalen gelegen bij de Hooglandsche Kerk. (52) 18°. Voorstel betrekkelijk de tijdelijke vervulling van de vacature in het College van Stads Genees- en Heelkundigen. (55) 19°. Voordracht betrekkelijk de inrichting van het Oud-Archief. (157 van 1885 en 35) Tegenwoordig 21 leden, als: de heeren De Goeje, Zaalberg, Was, Driessen, Knappert, De Fremery, Hartevelt, Krantz, Du Rieu, Zaaijer, Alma, Land, Cock, Verster, Le Poole, Van Reenen, Fockema Andreae, Vos, Juta, Van der Hoeven en de Voorzitter. De heeren Bool, Bredius, Kaiser en Van Hoeken, hebben kennis gegeven verhinderd te zijn de vergadering bij te wonen. De Voorzitter stelt het eerst aan de orde: I. Beëediging en installatie van de toegelaten leden van den Ge meenteraad. Achtereenvolgens leggen de heeren Mr. J. B. Vos, L. Le Poole, J. J- Masijk Huiser Van Reenen en Mr. S. J. Fockema Andreae in handen van den Voorzitter de bij de wet gevorderde eeden af. De Voorzitter. Ik wensch de nieuwbenoemde leden geluk met hunne benoeming tot lid van den Raad en met het vertrouwen dat de kiezers getoond hebben in hen te stellen. Ik hoop en vertrouw dat hunne deel neming aan onze werkzaamheden zal strekken tot bevordering van het welzijn van onze goede gemeente Leiden De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag 4 Maart jl. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede 1°. Dispositie van de Gedep. Staten van Zuid-Holland dd. 9/12 Maart jl. B. n°. 588 (3da afd.) G. S. n°. 56, ten geleide van het goedgekeurd 2a® supplet. kohier wegens de plaats, directe belasting, dienst 1885. 2°. Missive van Commissarissen van de Sted. Gasfabriek 15 Maart jl., houdende mededeeling dat de winst over 1885 f 65993.73 bedraagt. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoek van Ch. Van der Geest te Leiderdorp, om vergunning tot het leggen van een ijzeren buis door den Zijldijk. 2°. Voorstel van de raadsleden Dr. M. J. De Goeje, Mr. II. Van der Hoeven, A. J. Krantz en Mr. F. Was in zake de meerdere betaling door niet-ingezetenen van de voordeelen die deze gemeente aanbiedt dan door de ingezetenen. Dit voorstel luidt als volgt: „De Raad, van oordeel, dat, voor de voordeelen, welke deze gemeente aanbiedt, aan niet-ingezetenen meer in rekening behoort gebracht te worden, dan aan ingezetenen, noodigt Burgemeester en Wethou ders uit, om, met inachtneming van deze beslissing, eene regeling in dien zin te ontwerpen en aan den Raad in te dienen." 3°. Voorstel van het hoofd der school 4a® klasse n°. 1, tot uitbreiding van het hulppersoneel aan zijne school met een derden onderwijzer of derde onderwijzeres, wegens het vermeerderd aantal leerlingen. 4°. Verzoek van A. Van Rijn te Leiderdorp, tot het maken van een waterstoep aan den Heerensingel over de Gasthuislaan. 5°. Idem van Maertens, om restitutie van betaald schoolgeld voor zijne kinderen leerlingen van openbare lagere scholen. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 6°. Supplet. begrooting dienst 1885 van het Sted. Werkhuis. 7°. Rekening, dienst 1885 van het Geref. Minne-of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. Zitting verslag 1886. 8°. Verzoek van G. Rebel, om afschrijving van plaats, dir. belasting dienst 1886, wegens verandering van woonplaats. Worden gesteld in handen van de Commisie van Financiën. 9°. Verzoek van Gebr. Van Hoeken, ter bekoming van grond aan de Haven. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. Aan de orde is: II. Benoeming van een lid der Commissie van Fabricage. De Voorzitter. Mag ik de heeren Driessen, Vos en Juta verzoeken met mij het stembureau uit te maken De heer Alma verkreeg 17 stemmen; op den heer Van Hoeken waren twee stemmen uitgebracht, twee briefjes waren blanco gelaten. De Heer Alma was alzoo benoemd en verklaarde op een desbetreffende vraag van den Voorzitter de benoeming aan te nemen. III. Benoeming van twee leden der commissie van Financiën. Uitgebracht werden op den heer S. C. M. Knappert 14 stemmenop den heer Fockema Andreae 4, op den heer Kranz éen en op den heer Was eveneens éen stem, één briefje was in blanco gelaten. Benoemd werd alzoo de heer S. C. M. Knappert. De Voorzitter. Verklaart de heer Knappert zich bereid de benoeming te aanvaarden? De heer Knappert. Ik weet, M. de V., bij ervaring welke moeielijkheden aan het lidmaatschap van de Commissie van Financiën zijn verbonden, wanneer hare werkzaamheden geregeld blijven, zooals dit tot nu toe het geval is geweest. Daarbij komt dat mijne ambtelijke betrekking niet toelaat over voldoenden tijd te kunnen beschikken om die werkzaamheden waar te nemen op de wijze, zooals dit volgens de tegenwoordige verordening be hoort te geschieden en deze omstandigheden in aanmerking nemende, moet ik tot mijn leedwezen voor de eer eener benoeming bedanken. De Voorzitter. Aangezien de heer Knappert de benoeming niet aan neemt zal een nieuwe stemming plaats hebben voor de aanvulling der eerste vacature. De uitslag daarvan is dat de heer Fockema Andreae 7 stemmen, de heer Krantz 5 stemmen, de heer Land 8 stemmen en de heer Le Poole éen stem verkreeg, zoodat, daar niemand de volstrekte meerderheid ver kreeg, opnieuw een vrije stemming moest plaats hebben. De heer Krantz. M. de V.Ik wensch de leden te verzoeken hunne stem niet op mij uit te brengen, daar onoverkomelijke bezwaren mij toch zouden verhinderen de benoeming aan te nemen. Benoemd werd daarna de heer Mr. N. K. F. Land met 11 stemmen, de heer Fockema Andreae verkreeg 10 stemmen. De Voorzitter. Is de heer Land bereid de benoeming te aanvaarden? De heer Land. Ik zou gaarne gebruik willen maken, M. de V., van het recht, mij door de wet toegestaan, en mij omtrent dit punt te be raden. Bij de stemming voor een tweede lid dier commissie werd de heer Fockema Andreae benoemd met 16 stemmen, De heer Zaaijer verkreeg 3, de heeren Was en Le Poole ieder éen stem. De Voorzitter. Is de heer Fockema Andreae bereid de benoeming te aanvaarden De heer Fockema Andreae. Het is geen aangename verrassing voor mij, M. de V., nu reeds tot lid van de Commissie van Financiën benoemd te worden, te minder daar ik mij overtuigd houd dat er in dezen Raad leden zitting hebben, die meer bevoegd zijn dan ik om den Raad te ad- viseerenik zal echter de benoeming aanvaarden, omdat ik mij niet ge rechtigd acht de eerste opdracht, die de Raad mij geeft, af te wijzen. De Voorzitter. De benoeming van een Voorzitter zal moeten uitge steld worden, totdat de heer Land zich omtrent zijne benoeming zal hebben verklaard. De heer Land. Ik verklaar nu, M. de V., de benoeming te aanvaarden. De Voorzitter. Aangezien de heer Land de benoeming heeft aange nomen, stel ik thans aan de orde de benoeming van een Voorzitter der Commissie van Finantiën. Benoemd werd de heer H. C. Juta met 19 stemmen. Op de heeren Land en Fockema Andreae was één stem uitgebracht. De heer Juta verklaart zich bereid het Voorzitterschap te aanvaarden. V. Idem van een lid der Commissie voor de Huishoudelijke Ver ordeningen. De Voorzitter. De leden zullen zeker reeds hebben opgemerkt, dat er een drukfout op de agenda staat, en dat er in plaats van één lid twee leden moet gelezen worden. Voor de eerste vacature werden bij eerste stemming op de heer Land 7, Was 6, Zaaijer 4, en op de heeren Du Rieu, Van der Hoeven, De Goeije en Fockema Andreae ieder 1 stem uitgebracht. Bij de tweede vrije stemming verkregen de heeren Land 12, Was 6, Zaaijer 2 en Van der Hoeven 1 stem, zoodat de eerstgenoemde gekozen was en zijne benoeming aanvaardt. Voor de tweede vacature verkreeg de heer Was 15 stemmen, de heer Zaaijer 3, en de heeren De Goeije, Le Poole en Van der Hoeven ieder 1 stem, zoodat de eerstgenoemde gekozen was, die zijne benoeming aanvaardt. VI. Idem van een tweeden onderwijzer aan de school 3a® klasse n°. 1. (Zie Ing. St. n°. 44). Benoemd wordt de heer Vijver van Doveren met 19 stemmen, terwijl 2 blanco briefjes waren ingekomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1886 | | pagina 1