15 op in den geest als de heer Kaiser aangeeft, dan zouden wij hen van den wal in de sloot helpen, omdat zij dan, wat voor hen nog minder aange naam zou wezen, van den Gemeenteraad afhankelijk werden. Het voorstel wordt daarna en bloc goedgekeurd. IV. Voorstel betrekkelijk de regeling der aanstaande Paasch- en Pink- stervacantiën aan het Gymnasium. (Zie Ing. St. n°. 22). Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. V. Verzoek van Dr. J. Baert, om ontslag als stadsgeneeskundige. (Zie Ing. St. n°. 24). Wordt eervol verleend onder dankbetuiging voor de vele en langdurige diensten aan de gemeente bewezen. (Toejuichingen) VI. Voorstel tot verhooging van den post der begrooting, dienst 1886, uitgetrokken voor de demping der Zijdgracht. (Zie Ing. St. n°. 29 en 37). Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. VII. Verzoek van de Leidsche Duinwatermaatschappij om water te leve ren voor een perceel aan de Haarlemmertrekvaart. (Zie Ing. St. n°. 30). De heer De Goeje. M. de V.Moet nu, naar aanleiding van het geen zooeven omtrent het gas bepaald is geworden, ook deze levering niet voorloopig worden toegestaan De Voorzitter. Het betreft hier een verzoek van een ingezeten van Leidentegen de inwilliging van zijn verzoek kan dus m. i. geen be zwaar bestaan. De heer Zaalberg. Gesteld echter, M. de V., dat de boerderij wordt overgedragen aan een ander persoon, die geen inwoner is van Leiden? De Voorzitter. In dat geval zal de nieuwe eigenaar, zoo hij dat ver kiest, in het genot van duinwater blijven. De Raad kan het verzoek wei geren of toestaaneenmaal echter die toestemming gegeven hebbende, kan hij die niet meer intrekken. De heer Verster. De kosten voor aanleg van de pijpen zijn aanmer kelijk op een zoo grooten afstand. Komen die ten laste der maatschappij De Voorzitter. De maatschappij legt geen pijpen, tenzij zij van een behoorlijk voordeel verzekerd is. In de concessie-voorwaarden is de bepa ling opgenomen, dat de maatschappij niet verplicht is hoofdbuizen te leggen tenzij de gebruikers zich verbinden tot een waterverbruik dat minstens 10 °/0 van de kosten van aanleg bedraagt. De maatschappij zal dus geen kosten maken, die niet behoorlijk gedekt zijn. De heer Van der Hoeven. Heb ik 't goed begrepen, dat deze toe stemming alléén voor deze enkele boerderij gegeven wordt? De Voorzitter. Ja! De heer Van der Hoeven. Zij zal dus nooit een antecedent zijn, waarop de maatschappij zich zal kunnen beroepen. Het gevaar dreigt, dat wij nog meerdere dergelijke aanvragen krijgen. De Voorzitter. Het gevaar dreigt niet alleen, maar zooals ik bij den aanvang der zitting mededeelde zijn er reeds verscheidene aanvragen van niet-ingezetenen ingekomen omtrent de levering van duinwater. In eene volgende vergadering zal men gelegenheid hebben deze aanvragen te be spreken. L)e maatschappij is verplicht alle tot haar gerichte aanvragen bij den Raad over te brengen, maar de Raad kan ze weigeren. Op verzoek wordt alsnu dit voorstel in stemming gebracht en aange nomen met 15 tegen 1 stem, die van den heer Van der Hoeven. De Voorzitter. Ik stel voor de orde van den dag te wijzigen. De heer Cock heelt mij medegedeeld, dat hij mogelijk de vergadering nog zou komen bijwo nen hij heeft op 't oogenblik een vergadering van Rijnland, en wanneer wij de behandeling van dit punt tot het laatste uitstellen, kan hij misschien nog vóór dien tijd in de vergadering komen. Aldus wordt besloten. VIII. Tweede Suppletoir Kohier der Plaatselijke Dir. Belasting, dienst 1886. (Zie Ing. St. n°. 32.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. IX. Verzoek van M. H. Lem, om ontslag als tweede onderwijzer aan de Leerschool. (Zie Ing. St. n°. 33). Wordt zonder discussie eervol verleend met 1 Mei 1886. X. Suppletoire staat van hegrooting en staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1886. (Kosten van aanleg van een park op de Ruïne). (Zie Ing. St. n°. 36 en 38). Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. XI. Voorstel betrekkelijk de kosten van de hulpbanken der Bank van Leening en tot vermeerdering van het kapitaal der gemeente in die Instelling. (Zie Ing. St. n#. 31 en 38). De heer Driessen. Zoude U, M. de V., mij niet het een en ander kun nen mededeelen omtrent de werking van de hulpbanken? De Voorzitter. Er is van heeren Commissarissen der Bank van Lee ning een schrijven ingekomen, dat gedeeltelijk opgenomen is onder de gedrukte stukken, maar in zijn geheel voor de leden in de leeskamer is neergelegd. Commissarissen vonden het beter, en Burg. en Weth. deelen dit gevoelen, om aan deze zaak voor het oogenblik geen meerdere publiciteit te geven. Ik kan U echter wel mededeelen, dat de werking van dien aard is dat vermeerdering van kapitaal noodzakelijk is. Ik zal mij echter ont houden van verdere mededeelingen, en U, na afloop van de vergadering, het schrijven van Commissarissen in handen stellen, waarin U alle ge- wenschte inlichtingen zult vinden. Het voorstel wordt daarna zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1886 | | pagina 3