64 .sai m '<i wioirfnA tod bk» guit -zo i»iiooböfom xielftw ot nsfeovag ii 'h.ovz ut imoodod ahfiviriaiA V-' --vt! - s3i«o6 uQ. .1 mag hij geen vreemdeling wezen. Eenige bekendheid met het recht, dat in vroegere eeuwen hier te lande, liefst ook met dat, hetwelk in dit gewest en in deze stad heeft gegolden, moet hem niet ontbreken. Daar entegen zal hij geen eigenlijk gezegd letterkundige, geen volleerd geschied kundige, geen rechtskundige van beroep behoeven te zijn, dit laatste te minder, omdat Leiden, gelijk reeds door Burgemeester en Wethouders bij hun voorstel aan den Gemeenteraad d.d. 8 Juni j.l. (n°. 83) is opge merkt, zich in het bezit van een afzonderlijk daartoe aangesteld rechts kundig raadsman mag verheugen. Veeleer zal hij, bij den weinig uitlokkenden staat van het hem toe te vertrouwen Archief, eene innige liefde voor zijn ambt moeten bezitten, en, bij den onvermijdelijken eisch van reorganisatie, aan groote werkkracht een streng ordenenden geest moeten paren. Zelfs zal hij, althans in den aanvang, eene dubbele mate van hulpvaardigheid behoeven, om te midden van zooveel eigen arbeid als hem wacht, anderen gaarne ten dienst te staan, en terwijl hij zelf moeite heeft om te vinden, voor hen het noodige te zoeken. Want het mag niet worden ontkend, de nieuwe Archivaris zal gedurende de ëerste jaren zijner bediening de handen meer dan vol hebben. Men denke slechts aan de uitgebreide oude Rechterlijke Archieven, die door de Hooge Regeering aan de Stad ter bewaring zijn toevertrouwd onder voorwaarde van behoorlijke inventarisatie binnen drie jaren, welke inventarisatie, volgens mededeeling van Burgemeester en Wethouders aan den Gemeen teraad op 7 Mei j.l. (n°. 57), ten gevolge van de ziekte en het overlijden van den vorigen Archivaris nog moet geschieden en in de eerste plaats aan den te benoemen titularis zal moeten worden opgedragen. Inmid dels zal deze dan tevens een begin hebben te maken met het eventueel verplaatsen, het stempelen, het doen herstellen, het voor schade behoe den, het ordenen en rangschikken, het inventariseeren en beschrijven, het lezen en bestudeeren van het oud Stedelijk Archief, waarin ten slotte niets moet verscholen liggen, wat hij niet kent, zoodat hij in ieder rechts kundig geval en bij elk geschiedkundig onderzoek alle ter zake dienende stukken moet kunnen aanwijzen, al behoeft hij (gelijk reeds werd aan geduid) noch de rechtsgeleerde adviseur nbch de historieschrijver der Stad te zijn. Kan hij later, wanneer de boven omschreven arbeid zal zijn volbracht, met de hem toevertrouwde schatten persoonlijk winst doen voor de geschiedenis van stad of staat, van wetenschap of kunst, van -COib 1 'i'-li -■'.■■■■■ i' t.- i' 1 -«O ih'm -tl.".' 'ij ;.0 v rr •l 'i OS i i iiwUw, nobrcttfi'i n- A -dn idori/'oo 3'ili ui r. .tiJ.i. f •r' '/-iOii- VT fjS'ÏOV, -lov 'ir.'i t i" i -ej) Joi'hi-ftv- try- - noji-fo.' 'i liü Sub fcvii.'i-i (i. (id fr-hbri ri fff '.'ai V-iif'i Ups <1 -7 -■ üT !V;f- fii» jiia'. Jad na ;i'. UDI i beschaving of recht, des te beter. Maar niet dit is bij voorkeur zijne roe ping. Integendeel, hij zou aan die roeping ontrouw worden, indien hij zijn ambtelijken tijd aan eigen onderzoekingen wijdde, in plaats van te zorgen dat zijn Archief in goeden staat wierd gebracht, en dat de na sporingen van anderen zoo gemakkelijk en vruchtbaar mogelijk wierden gemaakt. Een Archivaris behoort vóór alles aan zijn Archief en aan andereneerst daarna ook aan zichzelven. Hiermede hopen Ondergeteekenden aan het tot hen gericht tweeledig verzoek te hebben voldaan. Zij willen echter niet eindigen zonder in het belang der zaak, waarin zij gehoord zijn en die hun zeer ter harte gaat, den wensch te hebben uitgesproken, dat het den Gemeenteraad behagen moge, eene Commissie te benoemen, die den Archivaris zooveel noodig bijstaat en zich verzekert, dat deze zijne niet in alle opzichten even aan gename taak nauwgezet volbrengt. Ondergeteekenden meenen, dat zulk eene Commissie niet te talrijk zou moeten zijn en bij voorkeur uit zaak kundige Raadsleden met een Wethouder aan 't hoofd zou behooren te bestaan. Zij wijzen op het voorbeeld van andere plaatsen, vooral op dat van Rotterdam en Utrecht, wier welgeordend archiefwezen hun bij het opmaken van dit advies gedurig voor den geest stond, en waar derge lijke commissiën met uitstekend gevolg werkzaam zijn. Ten slotte hebben Ondergeteekenden de eer, hierbij een afdruk te voe gen van de gewijzigde Verordening op de inrichting en het gebruik van het Archief te Utrecht en van de Instructie voor den Archivaris en de beambten aldaar, wijl daarin bepalingen voorkomen, die proefondervin delijk zijn gebleken, in de genoemde stad heilzaam te werken, en die ook te Leiden allicht van nut zouden kunnen wezen. Ondergeteekenden hebben op den rand, hier en daar waar het noodig scheen, eenige woor den van toelichting bijgevoegd. R. Fruin. Aan den EdelAchtbaren Raad J. G. R. Acquoy. der Gemeente Leiden. W. Pleyte. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF. ii Si iwm rsr£il? ;W .iQ m iï .f "I V'j'iSijib 9fib Jji.fi SSIvbfi hgOfilVSS i o'tkV/ no *ri:so3fcojjï«9 enk .nohioj hr-.U 7ob ■■•uil "iOOb «Sbn-.-jlffJOJ^rafcfiO 4c ïi ncv baoov/jiif; •lohis'n nu Hul 31 ttnr isov'ihdot u .i.'WKi.fittil i'.iüifl fisfa ,bgi& Uns jiS .Ufibio wt/f.'i ut ös»b fia fföjjfriv'obj^alüji'iooV u i" .on 'i"< ivcs s enedioJ n&gniw !'i :b:!«}tosr/0 UO0 iid i: i'd C!i!lf!S OOilKlif ïjiV -loitlatA t-d af,7 brioilni s(I. jst •m c.v.d -jal zisnlq oG .u lOOilod 9Ü A i i is t a a v n ;oO .5» :.ii si:,yniil jfanuqo sfl .a i nU v bnorini oü U I nos.iia huO noo ,fi9loab !- - jrfoissoi labno Jiw i aiictmo'iB nub t—.ii .<1 fiji/sow gnf.'ridüt.A R99 oi ifiA :iu-.s ioT - .ujiK oihsfqe 1 tjo Jul irrAAutu o'iis nsiöod «fiR Jot i .b' (Caslus RRV D'- iii i ,vf.i| .,n<K}OT39if sfiobio ilöo ci o?:p'.7 odjii Roqi'ioov qo bovw r- U i .';s i 'h UlvtL wo.oi5ï l~.d nac Ixss i' i"i >'A IioO tod jid ..iiq .jrf iid ïmorr tiiorh -.! ,Vr*.f» fïihioiloot |'!3 v. -j a-ei .'Oi i'jingUidvd iM ..'I n UiijilaboJ:: Ti'i.fo - -1 tr'j- noLu'ïu fs-.jiii i" i Jó «ia fnóisKJor nps nai "'i iï i. ,;.vi •fj to't:; iao .nahi/orl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1885 | | pagina 2