43 Zitting van Donderdag 21 Dei 1885, l geopend 's namiddags te twee uren. Voorzitter: de heer Burgemeester L. M. DE LAAT DE KANTER. Te behandelen onderwerpen: 4°. Benoeming van een lid der Commissie van Fabricage. 2°. Idem van een lid der Commissie van Financiën. 3°. Idem van eene eerste onderwijzeres in de vrouwelijke handwerken aan de scholen n°. *1 van de 3de en 4de klasse. (60) 4®. Idem van een derden onderwijzer aan de school n°. 1 van de 4d0 klasse. (61) 5°. Idem van twee leden van het Bestuur der Practische Ambachts school. (55) 6°. Verzoek van het Bestuur der Weerbaarheidsvereeniging „Neerlandia", om vergunning tot het gebruik van de Waag. (53) 7°. Idem van J. Paulus, om terugbetaling van schoolgeld. (54) 8°. Voordracht betrekkelijk de benoeming van een Archivaris. (57) 9°. Verzoek van Gebr. Van Wijk en Co., om een tapkraan en uitloozing te maken aan de Uiterstegracht. (58) 10°. Idem van H. P. J. Van Wensen, om een aanvoerbuis te leggen aan den Zuidsingel. (58) 11°. Idem van L. Van Es, om een stoep te leggen aan de Janvossensteeg. (59) 12°. Idem als voren van P. Van Roon aan de Haarlemmerstraat. (59) 13°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1885. (Kosten van het huis van bewaring). (62) 14°. Verzoek van L. Sillevis, te Leiderdorp, om een boom te doen rooien aan den Lagen Rijndijk. (63) 15°. Idem van J. G. Noordman, ter bekoming van een stukje gemeente grond aan de Varkenmarkt. (64) Tegenwoordig 21 leden, als: de heeren Driessen, Kaiser, De Goeje, De Geus, Zaalberg, Knappert, Van Hoeken, Verster, Le Poole, Land, Van Dissel, Zaaijer, Bredius, Bool, Hartevelt, De Fremery, Buys, Van der Hoeven, Cock, Was en de Voorzitter. De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag 23 April worden gelezen en goedgekeurd. De heeren Juta en Damsté, hebben kennis gegeven verhinderd te zijn de vergadering bij te wonen. De Voorzitter deelt mede 1°. Missive van de Ged. Staten der Provincie Zuid-Holland dd. 21/27 April jl. B. n°. 225 (2de afd.) G. S. n°. 62, ten geleide van den goed- gekeurden staat van af- en overschrijving op de begrooting der dienst doende Schutterij, dienst 1884. 2°. Dispositie van de Ged. Staten der provincie Zuid-Holland dd. 5/8 Mei jl. B. n°. 1216 (3d9 afd.) G. S. n°. 75, ten geleide van het goed gekeurde raadsbesluit van 23 April tot aankoop van een huis in de Kaar senmakersstraat tot vergrooting van de openbare bewaarschool in de Groenesteeg. 3°. Idem als voren, dd. 5/8 Mei jl. B. n°. 1208 (3d9 afd.) G. S. n°. 56/3, ten geleide van het goedgekeurd raadsbesluit tot verhooging der begrooting, dienst 1885, in ontvangst en in uitgaaf met/li 500. (Kosten verbouwing bewaarschool Groenesteeg) 4°. Missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken dd. 30 April jl. n®. 1220 afd. O., houdende mededeeling dat voor het jaar 1885 ten be hoeve van het Gymnasium een subsidie van 9092 is toegekend. 5°. Missive van het Bestuur der afd. Leiden en Omstreken van de Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde, houdende dankbetuiging voor het toegestaan subsidie ad 200 in de kosten van een in September te houden tentoonstelling. Deze missive luidt als volgt: Leiden, 29 April 1885. Het Bestuur van de Afdeeling Leiden en Omstreken der Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantenkunde heeft de eer zich door deze te kwijten van de aangename taak om aan den Gemeenteraad van Leiden den dank der Afdeeling te betuigen voor het verleenen van een subsidie van f 200 uit de gemeentekas ten behoeve van de in September e. k. te houden tentoonstelling van planten enz. en mede te deelen dat de Afdeeling heeft besloten die tentoonstelling te doen doorgaan en de nog ontbrekende gelden door een waarborgfonds onder de leden bijeen te brengen. Het Bestuur voornoemd, Aan den Gemeenteraad Dr. Boursse Wils, Voorzitter, van Leiden. Van de Pavord Smits, Secretaris. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Rekening en verantwoording dienst 1884, van de Leidsche Duin waterleiding. Wordt ter inzage van de leden in de leeskamer nedergelegd. 2°. Rekening dienst 1884, van het Evang. Luthersch Wees- en Oude- liedenhuis. 3°. Staat van af- en overschrijving dienst 1S84, van de R. K. Armen en het Wees- en Oudeliedenhuis. Wordt gesteld in handen van de Commissie van Financiën. 4°. Verzoek van J. E. Vlaanderen te Katwijk, om afschrijving van plaats, dir. belasting, dienst 1885. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. en de Comm. van Fin. Zitting vkrsi.ag 1885. 5°. Verzoek van J. Van Veen, tot het dempen van een gedeelte sloot langs het Delftsche jaagpad kadastraal bekend Sectie A. n°. 3352. 6°. Idem van Couturier en van R. J. Coronel, om restitutie van be taald schoolgeld voor hunne dochters, leerlingen van een der openbare scholen. 7°. Missive van Commissarissen der bank van leening, over de opriéh- ting van hulpbanken. 8°. Negen en twintig verzoeken van personen om benoemd te worden tot Gemeente-Architect. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 9°. Verslag van den toestand der gemeente, over 1884. Zal worden gedrukt en daarna den leden toegezonden. De Voorzitter deelt nog mede: 1°. dat bij de verkiezing van een lid van den Raad dezer gemeente op 26 Mei a s. in het hoofdbureau zitting hebben de heeren Burgemeester, Voorzitter, en de heeren Dr. G. Zaalberg en Mr. S. Le Poole, leden en in het onderbureau de heeren Dr. M. J. De Goeje, Voorzitter en de heeren Dr. T. Zaaijer en Dr. P. J. Kaiser, leden. 2°. dat ingevolge raadsbesluit van 4 Juni 1863, volgens den rooster, de Commissie voor de loting bij de Schutterij dit jaar zal zijn samen gesteld uit de leden Dr. E. F. Van Dissel en Dr. G. Zaalberg, terwijl de leden Mr. S. Le Poole en Dr. M. J. De Goeje de Commissie van onderzoek bij de Schutterij zullen uitmaken, en dat mede ingevolge dat raadsbesluit al de overige raadsleden als plaatsvervangers zijn aangewezen. 3°. dat aan den eervol ontslagen Waagmeester, H. Kokxhoorn een pensioen is toegekend van 256.67 'sjaars, berekend naar 23y3 dienst jaren en eene jaarwedde van 660; de stukken zijn ter inzage van de leden in de leeskamer nedergelegd. 4°. Missive van Prof. Fockema Andreae, over de benoeming van een Archivaris. Deze missive luidt als volgt: Leiden, 20 Mei 1885. Edel Achtbare Heeren Met groote belangstelling heb ik uitgezien naar de voorbereiding Uwer beslissing omtrent de benoeming van eenen Archivaris. Immers, ik ben van nabij bekend met den inhoud van het gemeentelijke archief vooral van dat deel der voormalige rechterlijke archieven, dat, vroeger bij de Leidsche rechtbank berustende, thans aan de gemeente ter bewaring is toevertrouwdik weet welke wetenschappelijke en ook materieele belangen bij eene richtige zorg voor Uw archief zijn betrokken. Juist hierom was het voorstel U door Burg. en Weth. gedaan, mij eene teleurstelling, zoo groot dat ik mij niet kan onthouden van een enkel woord tot aanprijzing van eene meer afdoende vervulling van den post van Archivaris. Het voorstel van het Dagelijksch Bestuur stelde mij te leur in twee opzichten, omdat het strekt: 1°. tot benoeming voor den tijd van slechts twee jaren en 2°. tot be paling van het tractement op slechts 800. De eischen aan een Gemeente-Archivaris te stellen, zijn niet gering. Hij moet in zich vereenigen, verschillende eigenschappen, die alleen hem kunnen in staat stellen tot een behoorlijk rangschikken en onderhouden van het archief in dier voege, dat raadpleging daarvan voor hen die weten schappelijke onderzoekingen wenschen in te stellen, gemakkelijk zij. Hij moet hiertoe niet slechts eene vrij omvangrijke historiekennis bezitten, maar ook net, ordelijk en nauwkeurig zijn. Dit is echter slechts een deel van hetgeen hij behoeft, en naar het mij voorkomt niet het belangrijkste. Voor de gemeente is het archief nog iets anders en nog iets meer dan eene verzameling van bouwstoffen voor de geschiedvorschers, n. I. de be waarplaats der bewijsstukken voor tal van rechten èn van de gemeente zelve èn van bijzondere personen. Bedrieg ik mij niet, dan brengt hierom het belang van Leiden en van Leidens ingezetenen in de eerste plaats mee, dat tot Archivaris worde benoemd een goed rechtsgeleerde. Slechts deze kan de acten kennen en waardeeren uit het oogpunt waaruit ze voor de gemeente en voor bijzondere personen onmiddellijk belang hebben, n. 1. met het oog op de kracht, de beteekenis en het gevolg der rechtshandelingen daarbij geconstateerd slechts van dezen kan men grondige op archiefstukken gebaseerde advie zen verwachten. En nu veroorloof ik mij met bescheidenheid te vragen, is het waarschijn lijk, is het zelfs denkbaar, dat zich een enkel goed jurist zal aanmelden, die ook aan de eerstgenoemde vereischten voldoet, wanneer men hem een tractement van 800 toezegt en bovendien hem slechts voor twee jaar zijne betrekking verzekert? Men antwoorde niet, aanstelling voor korten termijn waarborgt, dat geen halfgeschikte Archivaris zal worden behouden. Dit is wel in schijn juist, maar men weet het, een van termijn tot termijn aangestelde ambtenaar moet feitelijk van eene ontzachelijke mate van ongeschiktheid blijk geven voordat men hem herbenoeming weigert. Neen bij de eerste aanstelling dienen de voorwaarden zoo gesteld, dat de bekwamen niet worden afgeschrikt. Daarom acht ik het hoogst gewenscht, dat de Raad besluite eenen Archivaris aan te stellen vast, niet voor korten termijn, en op een niet te gering tractement. Naar ik hoop zal Uwe Vergadering het wel enkel aan mijne belang stelling in de zaak die het geldt en niet aan ongepaste bemoeizucht willen toeschrijven, dat ik de vrijheid neem mijne inzichten te harer kennis te brengen. Met betuiging mijner hoogachting ben ik van den Raad Aan den Raad der de onderdanige Dienaar, gemeente Leiden. Fockema Andreae. Wordt besloten dien brief te behandelen bij punt 8 der agenda.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1885 | | pagina 1