16 van 30. Art. 1. De contractante ter andere zijde verbindt zich gedurende den tijd bij deze overeenkomst bepaald voortdurend voor hare rekening in goeden staat te onderhouden en te exploiteeren den paardenspoorweg van de brug over de Singelgracht bij het Plantsoen, over de Hoogewoerd en Breestraat, langs het Kort Rapenburg door de Paardensteeg, over de Beestenmarkt en de Steenstraat tot aan den ingang van het Spoorweg- Station. Art. 2. De contractante ter eene heeft het recht veranderingen in het tracé of in de plaatsing van gebouwen met uitzondering van de bij het onder teekenen van het contract op het zoogenaamde Zigeunerplein bestaande stallen en remises, te bevelen, zoodra dit ten behoeve van het algemeen belang wordt gevorderd, ter beoordeeling van den Gemeenteraad en zonder dat dit aan de contractante ter andere zijde aanspraak geeft op schade vergoeding. Wijzigingen welke de contractante ter andere zijde zelve wenscht aan te brengen, behoeven, zoowel wat de wijziging als de uitvoering betreft, de goedkeuring van Burg. en Weth. Art. 3. Het in art. 1 vermeld onderhoud omvat de spoorstaven, wissels, kunst werken en de straat tusschen- en tot een halven meter buiten de spoor- staven. Het moet geschieden volgens aanwijzing en onder toezicht van Burg. en Weth. Het houden of brengen van de spoorstaven op de gevorderde hoogte en afstand en het vernieuwen van spoorstaven, wissels en alles wat daartoe behoort, geschiedt door de contractante ter andere zijde voor hare rekening ten genoegen van Burg. en Weth. -n Het onderhoud van de kunstwerken en de straat geschiedt door Burg. en Weth. voor rekening van de contractante ter andere zijde. De rekening hiervan wordt elke drie maanden opgemaakt en betaald. Art. 4. Wanneer om redenen van algemeen belang, of tot het maken van kruiswegen of aansluitingen, waterloopen, het leggen van pijpen voor water-, gas-, telegraaf- en andere leidingen, tijdelijk een gedeelte van het spoor buiten gebruik moet worden gesteld, zal de contractante ter andere zijde dit moeten gedoogen en deswegens geene schadevergoeding kunnen vorderen. In dat geval zullen de sporen enz. wederom voor het gebruik in orde gemaakt worden door en op kosten van de contractante ter eene. Art. 5. Elke verandering of wijziging in den vorm van de sporen, rijtuigen, gebouwen enz. moet, vóór zij verricht wordt, de goedkeuring van Burg. en Weth. hebben verkregen. Burg. en Weth. hebben het recht te allen tijde den toestand van rijtuigen, paarden, tuigen enz. te doen opnemen. Wat afgekeurd wordt zal onmiddellijk buiten gebruik worden gesteld. Art. 6. Behoudens de gevallen van overmacht en de bevelen van Burg. en Weth. zal de spoorbaan gedurende den geheelen duur van deze overeen komst voortdurend en geregeld bereden worden volgens dienstregeling en tegen het vrachtloon beide door Burg. en Weth. goedgekeurd. Art. 7. Aan alle aanschrijvingen van Burg. en Weth., alsmede aan de bevelen der politie, gedaan in het belang der openbare orde of naar aanleiding van bestaande of te maken verordeningen, moet terstond worden voldaan, zonder dat de contractante ter andere zijde deswegens eenige vergoeding van geleden of beweerde schade in rekening zal mogen brengen. Art. 8. Indien de contractante ter andere zijde niet voldoet aan de bevelen der politie, niet op de eerste aanzegging verbetering brengt in liet onderhoud van weg of werken, de bevelen van Burg. en Weth. waar die gegeven kunnen worden niet opvolgt en in het algemeen in strijd handelt met de verplichtingen voor haar uit deze overeenkomst voortvloeiende, alles ter beoordeeling van Burg. en Weth., verbeurt zij ten bate van de gemeente voor de eerste maal voor elke overtreding eene som van 10, bij her haling van hetzelfde feit van f 20 en voor de derde en volgende malen Bovendien is de Gemeenteraad bevoegd de concessie in te trekken, wan neer naar zijn oordeel de contractante ter andere zijde hare verplichtingen niet nakomt of daarmede in strijd handelt. In dat geval is deze overeen komst geëindigd en gelden de voorschriften van art. 12. Indien een voorstel tot intrekking van de concessie wordt gedaan, zal daarvan door contractante ter eene aan de Tramway's Trust Company te Londen worden kennisgegeven. Bericht per telegraaf geldt voor behoorlijke kennisgeving. Op dit voorstel wordt niet beslist binnen ééne maand na de kennisgeving. Art. 9. Tot zekerheid en waarborg van de nakoming van hare verplichtingen uit de concessie en deze overeenkomst voortvloeiende deponeert de con tractante ter andere zijde bij den ontvanger der gemeente Leiden effecten, ten genoegen en ter beoordeeling van Burg. en Weth., te zamen eene beurswaarde van f 6000 bedragende. De coupons zullen op de vervaldagen aan contractante ter andere zijde worden uitgereikt, terwijl bij daling der beurswaarde de effecten op de eerste aanmaning tot genoemde waarde van f 6000 moeten worden aan gevuld. Burg. en Weth. zijn gerechtigd om, wanneer de sommen in art. 8 vermeld, alsmede alle kosten welke zij krachtens deze overeenkomst aan de contractante ter andere zijde in rekening kunnen brengen, door deze niet op de eerste aanmaning worden voldaan, de gedeponeerde effecten geheel of gedeeltelijk ter beurze van Amsterdam te doen verkoopen en uit de opbrengst zich het alzoo door de contractante ter andere zijde verschuldigde te doen betalen. De gedeponeerde waarde in effecten zal binnen één maand na daartoe door Burg. en Weth. gedane aanzegging, telkens tot het bovengenoemd bedrag van f 6000 moeten worden aangevuld. Bij het eindigen van deze overeenkomst wordt de gedeponeerde waarde of hetgeen daarvan overig is aan de contractante ter andere zijde terug gegeven, behalve in geval van intrekking der concessie voorzien bij art. 8, in welk geval dit waarborgkapitaal ten bate van de gemeente zal zijn verbeurd. Art. 10. Deze overeenkomst wordt aangegaan voor een tijdvak, aanvangende bij het verlijden dezer acte en eindigende 1 Januari 1928. Art. 11. De rechten en verplichtingen voor de contractante ter andere zijde uit de concessie en deze overeenkomst voortvloeiende mogen niet aan anderen worden overgedragen, dan met goedkeuring van den Gemeenteraad. Tevens moet elke verwisseling van directie worden onderworpen aan en afhankelijk gemaakt van de goedkeuring van Burg. en Weth. Art. 12. Bij het eindigen dezer overeenkomst heeft de Gemeenteraad de keuze om öf voor rekening van de contractante ter andere zijde de werken te doen wegruimen en alles in vorigen staat te herstellen; öf alles, wat tot de onderneming behoort, zoo onroerende als roerende goederen, tegen taxatie van deskundigen over te nemen. In het eerste geval komt de afbraak ten bate van de contractante ter andere zijde en is de gemeente bevoegd om, onverminderd hare overige rechten, zoowel op het fonds bedoeld bij art. 9, voor zoover dit niet is verbeurd, als op de opbrengst van den afbraak te verhalen de kosten van herstel der gemeente eigendommen. In het tweede geval gaat de spoorbaan met alles, wat daartoe be hoort, de gebouwen, de paarden, rijtuigen en al wat tot de onderneming behoort, in onbezwaarden eigendom over aan de gemeente Leiden, die verplicht is daarvoor aan de contractante ter andere zijde uit te betalen den prijs, waarop het bovenstaande door drie deskundigen, één te benoe men door Burg. en Weth., één door de contractante ter andere zijde, één door den Kantonrechter te Leiden en allen door dien Kantonrechter te beëedigen, zal zijn geschat. Bij die waardeering zullen de deskundigen de spoorstaven met toebe- hooren alleen mogen schatten als afbraak. Art. 13. Alle vroegere overeenkomsten, op de concessie betrekking hebbende, of daaruit voortgevloeid, zijn vervallen. Art. 14. De contractante ter andere zijde verbindt zich om op kosten der Maat schappij binnen den door Burg. en Weth. te bepalen termijn de rails van de lijn Haven-Haarlemmerstraat te doen wegnemen en de kosten te vol doen verbonden aan de noodige verstrating en herstel in vorigen staat door het Gemeentebestuur. Art. 15. Ter uitvoering dezer overeenkomst kiest de contractante ter andere zijde domicilie ter Griffie van het Kantongerecht te Leiden en onderwerpt zij zich aan de rechtsmacht van den gewonen rechter van de gemeente Leiden, zoodat alle exploiten, dagvaardingen en vervolgingen, ook de executie betreffende, waartoe deze acte of de handelingen en verzuimen van de partij mochten aanleiding geven, desverlangd, aan de gekozen woonplaats kunnen geschieden en voor den rechter dier woonplaats kunnen worden aangebracht en vervolgd, terwijl de gekozen woonplaats zonder goedkeu ring0 van Burg. en Weth. van Leiden niet mag worden veranderd. Art. 16. De kosten dezer acte komen voor rekening van de contractante ter andere zijde. j^o. Leiden, 18 Maart 1885. Wij hebben de eer Uwe Vergadering hierbij over te leggen een adres van II. Kokxhoorn, om uit zijne betrekking van Waagmeester te worden ontslagen, onder toekenning van pensioen, op grond van zijn ruim 75 jarigen leeftijd en zijne zwakke gezondheid. Onder mededeeling dat er bij ons tegen de inwilliging van het verzoek geene bezwaren bestaan, geven wij U in overweging het gevraagd ontslag eervol te verleenen en zulks ingevolge adressants verzoek met ingang van 15 April e. k. of zooveel vroeger als in de waarneming der betrekking zal zijn voorzien. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Gemeenteraad. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen: Hendrik Kokxhoorn, Waagmeester alhier, dat hij bij zich zeiven bewust is, dat hij, door zijnen ruim 75-jarigen leeftijd en zijne zwakke gezondheid niet meer in staat is het bestuur over de gemeentewaag naar behooren te voeren, en alzoo aan Uwe Vergadering beleefd verzoekt dat hem ont slag uit zijne betrekking worde verleend tegen den 15den April e. k. of zooveel eerder als in de waarneming dier betrekking zal zijn voorzien en dat hem na omstreeks 24 jarigen dienst pensioen worde toegekend over eenkomstig de bepalingen vervat in de verordening van den 4<ten Decem ber 1884. Leiden, 12 Maart 1885. 't Welk doende, enz. II. Kokxhoorn. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SUTllOFK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1885 | | pagina 8