116 1°. enz., worden ingericht dat Leiden hare doorvaart behoude en zie vermeerde ren genoegen kan worden genomen. Mocht Uw College zijn vroeger besluit met dat der Staten in overeen stemming brengen, zoo zal het ons daardoor in de gelegenheid stellen bij de ons door de Staten opgedragen „voorbereiding van het noodige zoowel tot het verkrijgen der vereischte onteigeningswet als tot uitvoe ring van het werk," uit te gaan van het beginsel dat de verbinding tusschen Vliet en Rijn zal geschieden ten Westen Uwer stad. Daar wij met dien voorbereidenden arbeid niet wenschen te dralen, bevelen wij ons aan de beslissing Uwer Vergadering binnen een niet te lang tijdsverloop te mogen vernemen. De Gedeputeerde Staten der provincie Zuid-Holland, Aan den Raad der gemeente Fock, Voorzitter. Leiden. F. Tavenraat, Griffier. De Staten der provincie Zuid-Holland. Aan de orde is het rapport der Commissie, benoemd bij besluit van den 6a«n dezer n°. XVIII, in wier handen is gesteld de missive van de Ged. Staten, waarin zij verslag doen van hetgeen door hen aanvankelijk is verricht ter uitvoering van de besluiten der Staten van 24 Juli 11. n°. VII, betreffende de verbetering van de vaartsgemeenschap in dit ge west en verdere voorstellen; De Voorzitter herinnert dat de conclusie van het rapport strekt om de Ged. Staten te machtigen: 1°. enz. en 3°. om zoo de Gemeenteraad van Leiden zijn besluit van den 4a«n October jl. herzienend, de daarin vervatte verbindtenis, wat punt III be treft, zoo mocht wijzigen, dat het kome te luiden als volgt: „ten allen tijde te zorgen voor de beweegbaarheid van al de over de vaart gelegen of nader te leggen bruggen en voor hare kostelooze en vlugge bediening bij dag en bij nacht ten behoeve van de scheepvaart; zullende tot dat einde de bediening zóó zijn ingericht dat de schepen bij het naderen van iedere brug aldaar des daags een brugwachter vinden, die door tijdige opening der brug tegen oponthoud waakt, terwijl des nachts voor hetzelfde doel minstens zes brugwachters beschikbaar zullen zijn, en wel aan die bruggen langs de vaart, welke de Gemeenteraad, na overleg met de Gedeputeerde Staten, als de voor de scheepvaart meest doelmatige stations zal aanwijzen; alles behoudens de verplichting van Leiden om, wanneer later de behoefte aan meer bedienend personeel mocht blijken, ten zijnen koste voor de uitbreiding van dat personeel zorg te dragen" die zóó gewijzigde verbindtenis der gemeente Leiden namens Uwe Ver gadering ten behoeve der provincie aan te nemen. De beraadslaging daarover geopend zijnde, wordt één of meermalen het woord gevoerd door de heeren: De Laat de Kanter, Van Velzen, Buys, Begram en Blussé. Daarna worden de twee eerste punten van de conclusie van het rap port zonder hoofdelijke omvraag onveranderd aangenomen. Vervolgens wordt het derde punt van de conclusie van het rapport in stemming gebracht en aangenomen met 56 tegen 5 stemmen. Tegen stemden de heeren Hartevelt, De Fremery, Neeb, De Laat de Kanter en Le Poole. Bij deze stemming waren afwezig de heeren Bichon, Van Velzen, A. Van Weel, Van den Berg, Polak Daniëls en De Vries. En is mitsdien besloten: De Gedeputeerde Staten te machtigen: en 3°. om zoo de Gemeenteraad van Leiden zijn besluit van den 4a#n October jl. herzienend, de daarin vervatte verbindtenis, wat punt III be treft, zoo mocht wijzigen, dat het kome te luiden als volgt: „ten allen tijde te zorgen voor de beweegbaarheid van al de over de vaart gelegen of nader te leggen bruggen en voor hare kostelooze en vlugge bediening bij dag en bij nacht ten behoeve van de scheepvaart; zullende tot dat einde de bediening zóó zijn ingericht, dat de schepen bij het naderen van iedere brug aldaar des daags een brugwachter vinden, die door tijdige opening der brug tegen oponthoud waakt, terwijl des nachts voor hetzelfde doel minstens zes brugwachters beschikbaar zullen zijn, en wel aan die bruggen langs de vaart, welke de Gemeenteraad, na overleg met de Gedeputeerde Staten, als de voor de scheepvaart meest doelmatige stations zal aanwijzen; alles behoudens de verplichting van Leiden om, wanneer later de behoefte aan meer bedienend personeel mocht blijken, ten zijnen koste voor de uitbreiding van dat personeel zorg te dragen" die zóó gewijzigde verbindtenis der gemeente Leiden namens Uwe Ver gadering ten behoeve der provincie aan te nemen. 'sGravenhage 20 November 1883. De Staten voornoemd. Voor extract conform De Griffier der Provinciale Staten van Zuid-Holland, F. Tavenraat. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1883 | | pagina 2