21
N°. 4*. Leiden, 2 Maart 1883.
In de zitting van den Gemeenteraad van 23 September 1846 werd
naar aanleiding van een adres van Mr. J. G. La Lau, uitgever der Leid-
sche Courant dat hem eene jaarlijksche som zoude worden toegestaan
voor de plaatsing van alle stads- en landsstukken in gemelde courant,
besloten aan den adressant, te beginnen met het jaar 1847, tot weder-
opzeggens toe te> verleenen eene jaarlijksche toelage van f 200 onder
voorwaarde dat alles wat betrekking heeft tot de stad, het Stedelijk Gym
nasium, de Bank van Leening en alle commissiën en administratiën, uit
en tot het stedelijk bestuur behoorende, kosteloos in de Leidsche Courant
worden overgenomen of geplaatst, in welk besluit geene wijziging werd
gebracht toen de Leidsche Courant door Dr. J. C. Drabbe werd overge
nomen. Tot dusverre werd dan ook voor de plaatsing van bedoelde stuk
ken eene som van f 200 jaarlijks op de begrooting uitgetrokken.
Verder is bij de Verordening van 20 Augustus 1863 (Gemeenteblad
n°. 14) bepalende de wijze van afkondiging der plaatselijke verordeningen
o. a. voorgeschreven dat de afkondiging der verordeningen zal geschieden
door aanplakking en plaatsing in de Leidsche Courant.
In het laatst van het vorig jaar werd ons door den heer Drabbe medegedeeld
dat met 1 Januari d. a. v. zijne boek- en courantdrukkerij werd overgedragen
aan gebroeders Muré, terwijl hij, onder dankbetuiging voor het vertrouwen
hem tot nu toe als uitgever der Leidsche Courant geschonken, zijnen op
volger in de welwillendheid van het Gemeentebestuur aanbeval.
De heeren Muré verzochten tevens, bij de mededeeling van de overne-
ming der courant, dat hun op dezelfde voorwaarden als hun voorganger
de plaatsing der officieele stukken zoude worden gegund.
Vermits vóór den aanvang van dit jaar geene definitieve beschikking
daaromtrent kon worden genomen, hebben wij de uitgevers verzocht ge
durende het eerste kwartaal van dit jaar met de plaatsing der stukken
op de bestaande voorwaarden voort te gaan, waartoe zij zich bereid
hebben verklaard, zoodat vóór 1 April a.s. ter zake eene beslissing zal
moeten worden genomen.
Inmiddels heeft de heer A. W. Sijthoff, uitgever van het Leidsch
Dagblad, zich tot Uwe Vergadering gewend met verzoek genoemd dagblad
tot officieel orgaan der gemeente Leiden te willen verklaren, terwijl de
uitgevers der Leidsche Courant hebben verzocht den bestaanden toestand
te handhaven.
Hoezeer nu de verandering van uitgever op zich zelve voorzeker geen
grond oplevert om in de aanwijzing van het voor de plaatsing van de
officieele stukken bestemd dagblad wijziging te brengen en ook thans voor
eene behoorlijke publiciteit is zorg gedragen, aangezien van alle af te'
kondigen stukken aan het Leidsch Dagblad mededeeling wordt gedaan,
hadden wij het voornemen om, nu de uitgever van laatstgenoemd dagblad
zich ter zake tot Uwe Vergadering had gewend, in het belang der ge
meente eene inschrijving open te stellen voor de verplichte opneming der
bedoelde stukken. De belanghebbenden zouden alsdan de voorwaarden
kunnen aangeven, waaronder zij bereid zijn die verplichting op zich te
nemen.
Intusschen heeft de uitgever van het Leidsch Dagblad bij het nevens
gaand adres verzocht het vroeger ingediend verzoek als niet gedaan te
beschouwen, zoodat het plan om eene inschrijving ter zake te openen
uit den aard der zaak behoort te vervallen.
Wij geven Uwe Vergadering thans in overweging den bestaanden
toestand te handhaven, zoowel de verordening van 6 Maart 1863 betrek
kelijk de afkondiging der verordeningen, als het besluit van 28 September
1846 betrekkelijk de plaatsing van de daarin bedoelde stukken in de
Leidsche Courant tegen eene jaarlijksche toelage van f 200, met bepaling
evenwel dat de handhaving van den bestaanden toestand slechts geldt
voor den tijd van drie jaren, gerekend te zijn ingegaan den l»ten Januari
1883, zullende vóór 1 Januari 1886 daaromtrent eene nadere beslissing
moeten worden genomen.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, de ondergeteekende Albertus
Willem Sijthoff, boekdrukker en uitgever van het Leidsch Dagblad alhier;
dat hij bij den overgang van de Leidsche Courant in andere handen
beleefd verzoekt het Leidsch Dagblad tot officieel orgaan der gemeente
Leiden te willen verklaren
dat hij vermeent dit verzoek te mogen gronden op de omstandigheid,
dat het getal Abonnés tot 4200 is geklommen en de algemeene versprei
ding zeker ook in het belang is van de publication der gemeente.
Leiden, 14 Februari 1883.
't Welk doende,
A. W. Sijthoff.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geven eerbiedig te kennen, Andreas Alexius Petrus Muré en Hendrik
Theodorus Bernardus Muré, firma Gebroeders Muré, uitgevers der Leidsche
Courant
dat de heer A. W. Sijthoff, uitgever van het Leidsch Dagblad, een
request bij den Raad der gemeente Leiden heeft ingediend, inhoudende
het verzoek, dat de Gemeenteraad het Leidsch Dagblad verklare tot officieel
orgaan der gemeente Leiden;
dat genoemde heer dit verzoek daardoor tracht te motiveeren, dat de
Leidsche Courant van af primo Januari 1800 drie en tachtig van eigenaar
is veranderd
dat echter bij verordening van 20 Augustus 1800 drie en zestig
(Gemeenteblad n°. 14, 1863), bepalende de wijze van afkondiging der
plaatselijke verordeningen te Leiden, uitdrukkelijk bepaald is: dat alle
afgekondigde verordeningen ten spoedigste zullen opgenomen worden in
de Leidsche Courant;
dat derhalve deze beschikking niet geldt den persoon des uitgevers,
maar uitsluitend de courant zelve;
dat volgens het bescheiden oordeel van requestranten de verandering
van eigenaars hierop dus van geen invloed kan zijn;
dat de Leidsche Courant steeds op stipte en zorgvuldige wijze de in
deze op haar rustende verplichtingen heeft vervuld en haar tegenwoordige
eigenaars voornemens zijn, hieraan te blijven voldoen.
Redenen, waarom requestranten zich tot U Edel Achtbaren wenden met
het eerbiedig vezoek, dat aan het request van den heer A. W. Sijthoff
geen gevolg worde gegeven, maar de beschikking van 20 Augustus 1863
worde gehandhaafd.
't Welk doende,
A. A. P. Muré.
Leiden, 27 Februari 1883. H. T. B. Muré.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, de ondergeteekende:
Albertus Willem Sijthoff, boekdrukker en uitgever te Leiden;
dat het hem wenschelijker voorkomt dat het Leidsch Dagblad zijne
onafhankelijke positie blijft handhaven, en geen officieel orgaan der gemeente
wordt verklaard;
dat hij mitsdien bij dezen zijne aanvraag van den 14a«» Februari 11.
als niet gedaan verzoekt te beschouwen.
Leiden, 2 Maart 1883.
't Welk doende,
A. W. Sijthoff.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.
