OEIHEEITERAAD VM LEIPEW.
91
INGEKOMEN STUKKEN.
'Vs
N°. 202. Leiden, 16 October 1882.
Wij hebben geene bedenkingen tegen de in onze handen, ten fine van
onderzoek gestelde rekening van de Plaatselijke Schoolcommissie over 1881,
en geven Uwe vergadering in overweging die goed te keuren in ontvangst
en uitgaaf ad f 192.46.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 303. Leiden, 19 October 1882.
De Comm. van Fin. heeft de eer U te berichten dat het onderzoek der
in hare handen gestelde begrooting voor 1883 van het gesubsidieerde
H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis alhier, tot geene bedenkingen heeft
geleid.
Het daarbij voorgedragen subsidie, dat krachtens Raadsbesluit van 29
November 1868 telken jare met 5 pCt. verminderd moet worden, is sedert
1876 tengevolge der door wijlen den heer Martinus Wijnaendts van Maarse-
veen, aan die instelling besproken erfstelling, ieder jaar met 10 pCt. van
de hoofdsom verminderd. De commissie stelt U voor het door Bestuurders
uitgetrokken subsidie ad f 1000 te bepalen bij een besluit waarvan het
model bij dit rapport is gevoegd en voorts de begrooting goed te keuren,
de inkomsten op f 30753.12 de uitgaven op f 30753.12 sluitende quite
bij een besluit waarvan het model aan den voet der begrooting is gedrukt.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. SOA. Leiden, 19 October 1882.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Het Bestuur der vereeniging tot stichting eener Practische Ambachts
school in deze «gemeente heeft met blijdschap vernomen, dat door heeren
Burg. en Weth., een voorstel bij Uwe vergadering is ingediend, om ten
behoeve dier stichting een aan de Gemeente behoorend lokaal in te rich
ten en in gebruik te geven, alsmede een jaarlijksch subsidie van f 2500
uit de gemeentekas toe te kennen. Het bestuur neemt eerbiedig de vrij
heid U ernstig en dringend te verzoeken, aan dit voorstel Uwe goedkeu
ring te schenken, omdat het daarvan afhangt, of de school in het leven
zal kunnen geroepen worden.
Dat de vorming van bekwame werklieden in het wezenlijk belang der
gemeente is, zal wel door niemand betwijfeld worden. Omtrent het nut
en de beteekenis eener Practische Ambachtsschool meenen wij te mogen
wijzen op de hiernevens overgelegde circulaire, die de vereeniging „Bouw
kunst en Vriendschap" aan Leiden's inwoners rondgezonden heeft, toen
zij het plan tot stichting onzer vereeniging voorbereidde.
Tevens zij het ons vergund onder Uwe aandacht te brengen, dat reeds
bloeiende Practische Ambachtsscholen bestaan in Amsterdam, Rotterdam,
Arnhem, 's Gravenbage, Utrecht, Goes en dat die vóór korten tijd zijn
opgericht in 's Hertogenbosch, Leeuwarden, Middelburg. Zierikzee, of wor
den voorbereid, zooals in Deventer al hetwelk bewijst, dat de behoefte
aan een dergelijk onderwijs voor aanstaande ambachtslieden algemeen
wordt erkend.
Evenwel, de bedenking is geopperd, of de vorming van bekwame am
bachtslieden wel werkelijk het hoofddoel der te stichten school is. Eene
verzekering van het Bestuur, dat zulks zijn ernstig streven zal zijn, is
tegenover die bedenking niet voldoende.
Heeren Burg. en Weth. hebben haar reeds naar onze meening weder-
legd, maar het schijnt ons niet overbodig U nog eenige statistische gege
vens daaromtrent mede te deelen, die ons door de Besturen van bestaande
Practische Ambachtsscholen zijn verstrekt.
Van het aantal leerlingen, die den geheelen cursus der school doorlie
pen en eervol werden ontslagen zijn
Ambachtslie
den geworden
en gebleven.
Amsterdam. 56 tot 80°/0
Rotterdam '0%
Arnhem 89
Groningen bijna 100
Utrecht. 100 °/0
Later geworden
Opzichters
Later geworden
De school be
Onderbazen of
Bazen.
staat.
Teekenaars.
5%
21 jaren.
18%
13
8
10
5
Van 56 ü/o bestaat de zekerheid. Van 24% heeft men de loopbaan niet kunnen
volgen, maar het meerendeel is ongetwijfeld ambachtsman gebleven.
Deze overeenstemmende opgaven gelden voor de beste leerlingen. Er
blijkt uit, dat de bestaande Ambachtsscholen in de eerste plaats de roe
ping vervullen om bekwame ambachtslieden te vormen, en dat men niet
van. haar zeggen kan, dat zij alleen geschikt zijn om opzichters, kleine
bazen en teekenaars aan te kweeken.
Dit wordt nog bevestigd door eene opgave omtrent de leerlingen van
het Genootschap M. S. G. hier ter stede, voor welke juist in de eerste
plaats de op te richten school bestemd is. De statistiek der laatste zes
jaren leert dat van de 100 leerlingen 80% voor handwerkslieden tegen
20% voor teekenaars, opzichters, werkbazen of bouwmeesters bestemd zijn.
Dat de leerlingen van deze laatste kathegorie evenzeer het onderwijs
op de Practische Ambachtsschool zullen genieten, zal de nuttige werking
dier school slechts kunnen bevorderen, nimmer verkleinen.
Het bestuur hoopt en verwacht, dat Uwe vergadering het voorstel van
Burg. en Weth. zal aannemen en ontleent hieraan de vrijmoedigheid, reeds
nu tot U te komen met het verzoek om Uwe goedkeuring te willen ver-
leenen aan art. 1 der voorloopige statuten, waarin bepaald is, dat de be
noeming van de leden des Bestuurs door den Gemeenteraad geschiedt uit
dubbeltallen in de algemeene vergadering der vereeniging opgemaakt, en
dat één dier Bestuursleden een lid van den Gemeenteraad moet wezen.
Het Bestuur der vereeniging tot oprichting
der Practische Ambachtsschool.
J. M. Van Bemmelen. Voorzitter.
A. L. De Stdrler, Secretaris.
N°. 305. Leiden, 23 October 1882.
Onder overlegging van de betrekkelijke stukken hebben wij de eer Uwe
vergadering mede te deelen dat ook bij ons college geene bedenking is
tegen de inwilliging van het door Mej. A. C. Japikse gedaan verzoek om
eervol ontslag uit hare tegenwoordige betrekking van derde onderwijzeres
aan de openbare school van de 4<ïe klasse n°. 1. Wij geven Uwe vergadering
derhalve in overweging haar dat ontslag te verleenen op den door haar
gevraagden datum, zijnde 1 December a. s.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen
Anna Catharina Japikse, dat zij, wegens hare benoeming tot onderwij
zeres te Beverwijk, tegen 1 December e. k. eervol ontslag verzoekt als
onderwijzeres aan de openbare lagere school der 4de klasse n°. 1.
Leiden, 19 October 1882.
't Welk doende enz.,
A. C. jAPtKSE.
Leiden, 23 October 1882.
Tegen de inwilliging van het verzoek van mej. A. C. Japikse bestaat
bij mij geen bezwaar. De heb alzoo de eer U in overweging te geven,
haar op den gevraagden datum eervol ontslag als derde onderwijzeres te
verleenen.
Het Hoofd der Openb. school 4de klasse n°. 1
Aan Heeren Burg. en Weth. II. C. Van der Heijde.
der Gemeente Leiden.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.