GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
85
INGEKOMEN STUKKEN.
REGLEMENT OP DE PLANTENBEURS TE LEIDEN.
N°. 184. Leiden, 21 September 1882.
Door de Afdeeling Leiden en omstreken der Nederlandsche Maatschappij
voor Tuinbouw en Plantkunde is bij nevensgaand adres, in verband met
de artt. 59 en vgl. van het Wetboek van Koophandel, de oprichting verzocht
van een Plantenbeurs alhier, terwijl op onze uitnoodiging door het Bestuur
der Afdeeling een concept-reglement is ingezonden regelende het uur van
het aangaan en afloopen der beurs en alles wat de goede orde aldaar
betreft.
Tegen de oprichting van zoodanige beurs bestaan bij ons geene beden
kingen evenmin als tegen het overgelegd concept-reglement, zoodat wij,
lettende op de bepaling van art. 59 van het aangehaald Wetboek, dat de
beurs van Koophandel plaats heeft op gezag van het plaatselijk bestuur,
en van art. 51 dat het uur van het aangaan en afloopen der beurs en
alles wat de goede orde aldaar betreft, door plaatselijke reglementen wordt
bepaald, Uwe vergadering in overweging geven te besluiten dat eene Plan
tenbeurs alhier zal worden gehouden en tot de vaststelling over te gaan
van het hierbij overgelegd concept-reglement.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft eerbiedig te kennen
de Afdeeling Leiden en omstreken der Nederlandsche Maatschappij voor
Tuinbouw en Plantkunde;
dat in hare vergadering van den 26s'en Mei besloten is stappen bij U
te doen, ten einde de oprichting van een Plantenbeurs te verkrijgen
dat in de laatste jaren dergelijke beurzen zijn opgericht te Amsterdam,
Nijmegen en dezer dagen ook te 's Gravenhage
dat de omvangrijke handel hier ter stede in boomen, bloeiende plan
ten, bolgewassen, groenten enz. duidelijk genoeg de behoefte van eene der
gelijke inrichting aantoont;
dat bij wijze van proef het voldoende zal zijn om te beginnen met
eenmaal 's weeks en wel op Zaterdag Plantenbeurs te houden;
dat er denkelijk voor dit doel wel een geschikt lokaal zal te verkrijgen zijn
dat adressante des gevraagd gaarne bereid is uw bestuur in kennis te
stellen met hare meening omtrent de vast te stellen statuten, van wier
vaststelling grootendeels het al of niet slagen van deze nieuwe instelling
afhangt.
Redenen waarom zij U eerbiedig verzoekt, volgens art. 59 juncto art.
61 van het Wetboek van Koophandel, te besluiten tot het oprichten van
een Plantenbeurs hier ter stede.
't Welk doende, enz.
Mr. II. L. A. Obreen, President.
Leiden, den 16 Juni 1882. W. D. Bosch Secretaris.
De Plantenbeurs te Leiden zal gehouden worden eenmaal 's weeks, des
Zaterdags van 111 uur.
Het toezicht op de beurs zal gehouden worden door drie Commissarissen,
waarvan minstens 1 aanwezig moet zijn.
Commissarissen worden benoemd door de Afdeeling Leiden en omstre
ken der Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde. Zij
zijn belast met de administratie en regeling.
Niemand heeft toegang tot de beurs dan van een behoorlijk toegangs
bewijs voorzien.
In het lokaal waar beurs gehouden wordt, welk lokaal door Commissarissen
wordt aangewezen, moet een Ledenlijst met aanwijzing van Commissarissen
op zichtbare plaats ophangen.
Op de muurvlakte van het lokaal zal tegen betaling van recognitiën
gelegenheid worden gegeven tot het ophangen van annoncesde plaatsing
daarvan geschiedt alleen met goedkeuring van een der Commissarissen,
diens paraaf strekt daarvan tot bewijs.
Commissarissen hebben het recht beursbezoekers welke zich onbehoor
lijk gedragen van de beurs te doen verwijderen.
N°. 185. Leiden, 22 September 1882.
De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe vergadering mede te
deelen dat bij haar geene bedenking is tegen de voordracht van Burg.
en Weth. tot uitbreiding van de gasverlichting in de scholen van de 3<Je
klasse n°. 1, 2 en 3, gelegen aan het Plantsoen, in de Van der Werf-
straat en aan de Mare en zulks in verband met de inrichting van het
Herhalingsonder wijs, zoodat zij U in overweging geeft de hierbij overge
legde staten tot wijziging der begrooting goed te keuren.
Ook kan zij zich vereenigen met het voorstel tot verlenging van het
contract aangegaan met het Rijk tot verpleging van behoeftige personen
in het Ziekenhuis der Rijks-Universiteit voor f 0.75 per dag en per per
soon; zij neemt derhalve de vrijheid U te raden tot de verlenging van
de bestaande overeenkomst, wederom voor den tijd van 5 jaren te besluiten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N#. 180. Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Edel Achtbare Heeren!
Ten gevolge van het eervol ontslag, verleend aan mevr. de wed. Kop-
peschaarEssing, als Vrouwen-Kraammoeder alhier, is er in dat college
eene vacature ontstaan.
Ten einde daarin te voorzien, hebben wij de eer U Edel Achtbare het
onderstaande tweetal voor te dragen, met beleefd verzoek daaruit eene
keuze te doen.
N°. 1. Geertruida Gerardina Steygerwalt, geb. "Van Lee.
N°. 2. Susanna Maria Boucher, wed. J. M. Couvée.
Namens "Vrouwen-Kraammoeders,
H. E. SchaapPiekaar.
Leiden, 11 September 1882. II. G. BraakenburgSabelis.
N°. 187. Leiden, 2 October 1882.
In de zitting van 20 October 1881 werd besloten de betrekking van
hoofdonderwijzeres aan de bewaarschool in de Scheistraat nog niet defini
tief te vervullen en ons college gemachtigd om in die vaceerende betrek
king tijdelijk te voorzien, en zulks ten einde de Commissie voor de be
waarscholen, overeenkomstig haar voorstel, in staat te stellen eene proeve
te nemen om verband te brengen tusschen de theoretische en de practische
opleiding der onderwijzeressen en kweekelingen.
Door de Commissie is thans, bij nevensgaand rapport, verslag uitgebracht
aangaande den uitslag van de genomen proeve, waaruit blijkt dat deze
uitnemend heeft voldaan en waarin wordt voorgesteld den tegenwoordi-
gen toestand voorloopig te bestendigen.
Onder referte aan dit rapport geven wij Uwe vergadering in overweging
dienovereenkomstig te besluiten, blijvende de bepaling van art. 2 der ver
ordening op de bewaarscholen van 13 Mei 1869, (Gemeentebl. n°. 6 van
dat jaar) dat deze scholen zullen strekken tot ontwikkeling der kinderen,
voornamelijk door lichaamsoefening en aanschouwelijk onderricht, uit den
aard der zaak gehandhaafd.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, den 28 September 1882.
Wij hebben de eer U te berichten, dat de proef, die wij met goedkeu
ring van den Gemeenteraad genomen hebben om verband te brengen tusschen
de theoretische en de practische opleiding onzer onderwijzeressen en kweeke-
lingen, naar onze bescheidene meening uitnemend heeft voldaan.
Door de welwillende schikkingen van het Bestuur der Kweekschool op
het Rapenburg en onder 't toezicht en de krachtige medewerking der
Directrice heeft Mej. Anna Van der Feen, op onze voordracht door U tijde
lijk als hoofdonderwijzeres aangesteld, de bewaarschool in de Scheistraat
zoo bestuurd, dat het aan deze school verbonden personeel er de gelegen
heid gevonden heeft om in de prae'tijk eene belangrijke schrede vooruit
te doen. Van deze gelegenheid is een goed gebruik gemaakt. Verbeterin
gen zijn tot stand gebracht, de belangstelling der ouders is toegenomen,
het schoolbezoek is getrouwer, het aantal leerlingen grooter geworden.
Wanneer nu later geleidelijk de meer geoefenden naar de beide overige
scholen worden overgeplaatst en door minder geoefenden vervangen, die
op hare beurt voor nieuw aankomende onderwijzeressen en kweekelingen
plaats maken, dan is de bloei van onze bewaarscholen en de toekomst
van haar, die er hare krachten aan wijden, verzekerd.
Wij achten het in het belang der aan onze zorgen toevertrouwde in
richtingen, dat de bestaande toestand bestendigd worde. Deze toestand is,
in hoofdtrekken geschetst, als volgt.
De bewaarschool in de Scheistraat is de practische oefenschool van de
Kweekschool op het Rapenburg, in de eerste plaats voor onze eigene onder
wijzeressen en kweekelingen, maar in de tweede plaats ook voor juffrou
wen, die herwaarts gekomen zijn ten einde zich voor te bereiden om aan
het hoofd van eene bewaarschool te kunnen staan.
De inrichting van de school, de regeling der werkzaamheden en de ver
deeling van den arbeid blijven opgedragen aan de Directrice der Kweek
school.
De hoofdonderwijzeres wordt op voordracht der Commissie door H.H.
Burg. en Weth. tijdelijk aangesteld en bestuurt de school naar de voor
schriften der Directrice.
Op voordracht der Commissie wordt door H.H. Burg. en Weth. bepaald,
welke onderwijzeressen en kweekelingen aan deze school werkzaam zul
len zijn.
Met toestemming der Commissie kan de Directrice kweekelingen der
Kweekschool zich in deze school laten oefenen. Daar deze kweekelingen
in den regel beschaafde en ontwikkelde jonge dames zijn, oefent haar om
gang met onze leerlingen op deze een weldadigen invloed uit.
Het zal ons ten hoogste aangenaam zijn, wanneer de voorgedragen
denkbeelden uwe goedkeuring mogen wegdragen en door U een voorstel
in onzen geest aan den Gemeenteraad gedaan wordt.
De Fremery, Voorzitter.
J. A. Van Dijk, Secretaris.
Aan Heeren Burg. en Weth. De Commissie der bewaar
der Gemeente Leiden. scholen te Leiden.
N#. 188. Leiden, 3 October 1882.
Ter vervulling eener vacature aan de Meisjesschool der 2^ jklasse heb
ben wij de eer Uwe vergadering hierbij aan te bieden eene voordracht,
opgemaakt in overleg met den heer Arrondissements-Schoolopziener, na
ingewonnen advies van het betrokken hoofd der school, dat ter inzage in
de leeskamer is nedergelegd, ter benoeming van eene derde onderwijzeres
op eene jaarwedde van f 550, vermeerderd met f 100 voor het geven
van onderwijs in de Fransche taal.
1°. Mej. Gouda Willemina Catharina Vermandei, onderwijzeres te Zalt-
Bommel.
2°. Mej. Johanna Aristida Prins, werkzaam aan de school der 2ae klasse,
voor jongens en meisjes.
3°. Johanna Martina Stolp, onderwijzeres te Rhenen.
Wij nemen de vrijheid Uwe vergadering te verzoeken alsnu tot eene
benoeming te willen overgaan.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
N°. 180. Leiden, 5 October 1882.
De Commissie van Financiën heeft de eer U te berichten dat het onder
zoek der begrootingen voor 1883 van de volgende, niet gesubsidieerde
gemeente-instellingen van weldadigheid, tot geene bedenkingen heeft geleid.
Zij stelt U mitsdien voor deze goed te keuren bij besluiten, waarvan het
model aan den voet dier respectieve begrootingen is gevoegd, als die van
1°. Het Roomsch-Katholiek Armbestuur in ontvang ad f 7245.69 en
in uitgaaf ad f 7245.69 sluitende quite.
