57 hoogte meer dan 4 meter bedraagt, een zeer belangrijk voordeel. Waar het niet aanwezig is, doet men altijd verstandig met het geheele gebouw af te breken. Hier is dit niet noodig. Het huis kan eene school worden met kamers, die wat verlichting, verwarming en ventilatie betreft, aan billijke eischen voldoen. Of deze kamers in voldoend aantal gemaakt kunnen worden, ook wanneer men den tuin bebouwt, hangt af van de beslissing der quaestie: of de Hoogere Burgerschool voor Meisjes hare lokalen met uit sluiting van ieder ander gebruiken moet, dan of zij er enkele met de Kweekschool zou kunnen deelen, als de Gymnastiekzaal, de Teekenzaal, de leerkamer voor Physica en Chemie en enkele gewone leerkamers, die de Hoogere Burgerschool overdag en de Kweekschool des avonds en Woens dag en Zaterdag namiddag gebruikt. Wordt deze vraag toestemmend beantwoord en het gemeenschappelijk gebruik toegelaten, dan is er gele genheid om in de behoeften der drie scholen te voorzien. Op bijgaande schets is duidelijk aangegeven hoe ik de inrichting zou aanraden. De H. B. verkrijgt dan 8 leerkamers. 1 leerkamer Physica en Chemie. Kabinet. Werkkamer. leerkamer Natuurlijke Historie, kamer voor de Directrice. Docenten. De L. S. 8 Enkele kamers. 3 Dubbele kamers. De Kw. 4 Leerkamers. 1 Gymnastiekzaal. 4 Teekenzaal. 1 kamer voor den Directeur. Voor den Concierge kan men eene der arbeiderswoningen in de Lijs- bethsteeg huren en die door eene deur in de schutting met het terrein in gemeenschap brengen, wanneer de Bonwvereeniging daartegen geen bezwaar heeft. Volgens dit plan verliest de Lagere School hare speelplaats. Dit verlies is zeker geringer dan het schijnt; want de speelplaats is bil en het tocht er bijna altijd. Tegenover dit verlies staat eene belangrijke winst: de Gymnastiekzaal tevens speelzaal. Toch zou ik bij goed weder den kleinen gaarne eenige ontspanning in de vrije lucht gunnen en geef in overweging het gedeelte van de Lange Vrouwenkamp, gelegen tusschen de Sions- en Hazewindsteeg af te sluiten en met de school in gemeen schap te brengen, wanneer het namelijk voor den publieken dienst gemist kan worden. Eindelijk Uwe laatste vraag, of de bezwaren, aan het samenwonen verbonden, onoverkomelijk zijn. Leer- en Kweekschool kunnen als deelen van één geheel beschouwd worden. Er zijn dus twee instellingen te be schouwen, ieder onder een eigen zelfstandig hoofd geplaatst. De scholen zijn bijna geheel van elkander gescheideniedere heeft een afzonderlijken ingang, althans overdag; dezelfde concierge kan voor reinheid en orde zorg dragen; er is misschien van beide zijden groote welwillendheid en inschikkelijkheid te wachten, toch hoewel ik de bezwaren niet onover komelijk acht zie ik erg tegen de samenvoeging op. Ik weet bij onder vinding, dat onder een zoo groot aantal personen, als hier bijeenkomen zoo licht aanleiding tot minder gewenschte verhoudingen en stemmingen ontstaat. Is de geldelijke opoffering niet al te groot, dan mag het de Gemeente wel iets waard wezen, dat de Hoogere Burgerschool een eigen gebouw heeft en dat Leer- en Kweekschool zich vrijelijk kunnen bewegen. Leiden, 22 April 1882. Op den 25 Februari j.l. had eene Commissie uit ons College de eer bij Uwe Excellentie ten gehoore te worden ontvangen, ten einde Haar het belang voor te dragen, dat de gemeente Leiden heeft bij het vrije ge bruik van de Ruïne, en zulks in verband met Uwe missive van 22 Decem ber des vorigen jaars N°. 1021, welke nog onbeantwoord was gebleven. De Commissie had het voorrecht van Uwe Excellentie de toezegging te ontvangen dat zij aan ons College binnen weinige dagen zoude verzoeken den Raad voor te stellen voorloopig genoegen te nemen met de vrije beschikking over twee stukken grond der Ruïne, het eene groot ruim 17 aren, gelegen aan den Z.O. hoek, het andere groot ruim 13 aren, gelegen aan den Z.W. hoek, respectievelijk benoodigd voor den bouw van eene Hoogere Burgerschool en van een Gymnasium, welke stukken grond aangeduid zijn op de teekening gevoegd bij onze missive van 24 Mei 1880, N°. 383. Vermits wij tot dusverre de toegezegde missive niet mochten ontvangen en er dringend behoefte bestaat om spoedig tot de oprichting van bedoelde schoolgebouwen over te gaan, terwijl de daar voor gereedliggende plannen niet bij den Gemeenteraad kunnen worden aanhangig gemaakt, alvorens aangaande het vrije gebruik van de beide stukken grond bovenbedoeld eene beschikking is genomen, zoo nemen wij de vrijheid U. E. beleefdelijk te verzoeken ons de bedoelde missive alsnu te willen doen geworden. Aan Z. E. den Minister van Burgemeester en Wethouders enz. Binnenlandsche Zaken. Aan den Heer Burgemeester der gemeente Leiden. De directeur der Kweekschool, J. A. Van Dijk. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1882 | | pagina 5