103 T Zitting van Donderdag 8 December 1881, geopend 's namiddags te 2 uren. Voorzitter: de heer Burgemeester L. M. DE LAAT DE KANTER. Te behandelen onderwerpen. 1®. Benoeming van een lid der Commissie van Toezicht op de scholen voor Middelbaar Onderwijs. (239) 2°. Verzoek van Mej. J. F. Peyster—Berk, om continuatie als assistent- stadsvroedvrouw. (241) 3°. Benoeming van een lid der Commissie voor de bewaarscholen. (262) 4°. Verzoek van A. Zwanenburg, om ontslag als tweede onderwijzer aan de school n°. 1 van de derde klasse. (248) 5°. Benoeming van een tweede onderwijzeres of onderwijzer aan voor melde school (258) 6°. Voorstel tot tijdelijke opdracht van het onderwijs in de Fransche taal aan het Gymnasium aan den leeraar Frantzen. (253) 7°. "Verzoek van A.. L. Hondius, om ontslag als derde onderwijzer aan de school voor voorbereidend onderwijs der 2d« klasse. (256) 8°. Staten van af- en overschrijving en suppletoire staat van begrooting, dienst 1881. (240 en 246) 9°. Voordracht betrekkelijk het onderzoek van de hoedanigheid en de lichtsterkte van het gas (242) 10°. Idem betrekkelijk de verbetering van de rioleering in de buurt van het Ziekenhuis der rijksuniversiteit (244 en 246) 11®. Idem van J. Van Zanten, om een houten hoofd te plaatsen in den Heerensingel en aldaar rails te leggen. (247) 12®. Voordracht betrekkelijk het in goeden staat doen brengen van het Raamland onder Zoeterwoude en de verzoeken van de Leidsche Scherp- schuttersvereeniging en de Studentenvereeniging Pro Patria, betrek kelijk de oprichting van een schietbaan. (249 en 261) 13°. Idem tot wijziging van de verordening regelende de invordering der plaatselijke directe belasting. (251 en 263) 14°. Idem tot wijziging van de gemeente-begrooting voor 1882. (252 en 263) 15°. Idem betrekkelijk de terugkeering van den grond aan den Vestwal bij den Vliet aan de gemeente. (250 en 263) 16°. Idem betrekkelijk den aanleg van een stoomtram langs den Hoogen Rijndijk. (254) 17®. Idem betrekkelijk de aanvrage van de IJselstoomtramweg-Maat- schappij. (243) 18®. Verzoek van P. J. De Jong, om een brug te leggen. (251) 19°. Idem van C. H. Backer, om een filtreerbak te maken. (257) 20®. Idem 'van W. Laman, om een duiker te leggen. (257) 21®. Tweede suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1881. Tegenwoordig 24 leden, als: de heeren De Fremery, Hartevelt, Van der Zweep, Bredius, Wilhelmy Damsté, Dercksen, Le Poole, Verster, Schel- tema, Du Rieu, Bool, Zaalberg, Quant, De Clercq, Driessen, Van Iterson, Van Wensen, Librecht Lezwijn, Van Dissel, De Goeje, Cock, Buys, Juta en De Laat de Kanter. De heer Zaaijer heeft kennis gegeven verhinderd te zijn deze vergade ring bij te wonen. De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag 17 November jl. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede: 1®. Dispositie van de Ged. Staten, dd. 15/21 November jl. B. n°. 833 (4e afd.) G. S. n°. 6, waarbij de vergoeding van het gemis van vrije wo ning door de hoofden der scholen te genieten tot wederopzeggens wordt vastgesteld op f 350 'sjaars. 2®. Missives van L. Driebergen en C. Van der Spek, waarbij zij de be noeming tot 3de onderwijzers aan de scholen der 3a® klasse n®. 1 en 2 aannemen. 3®. Missive van den heer Mr. J. E. Goudsmit, waarbij hij ontslag neemt als lid van het Curatorium voor de gemeente-instelling tot opleiding van O.-I. ambtenaren. Deze worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoek van Burke C°. te Parijs, tot het plaatsen van standpa len en kiosken in deze gemeente voor den verkoop van dagbladen en het plaatsen van annonces. 2®. Verzoek van Mej. S. M. Van Iperen, om continuatie in hare be trekking van Stads-vroedvrouw. 3°. Idem van J. A. Hueber, om ontslag uit zijne betrekking van leeraar in het schoonschrijven aan de Hoogere Burgerschool voor jongens. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 4®. Bezwaarschrift van F. Pijper tegen zijn aanslag in de plaats, dir. belasting, dienst 1881. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. en de Comm. van Fin. 5°. Maandelijksch rapport van den deskundige omtrent de lichtsterkte van het gas in de maand November jl. Is gedrukt onder de Ing. St. en in de Leeskamer ter inzage nedergelegd. 6°. Adres van het bestuur der IJsel-Stoomtramweg-Maatschappij, hou dende verzoek, onder mededeeling dat de aanvraag om concessie voor een tramlijn LeidschendamLeiden over Zoeterwoude (Hooge Rijndijk) is ver vallen, om concessie voor de lijn 's-GravenhageLeiden, met een zijtak naar Voorschoten en Wassenaar. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. ZlTTINOVKMLAO 1881. 7°. Nader schrijven van den heer Scheltema, over de in de Raadszitting van 20 October jl. medegedeelde cijfers uit de rekening van 1852; met rapport van Burg. en Weth. Is gedrukt onder de Ing. St. en in de Leeskamer ter inzage nedergelegd.' 8°. Rapport van Burg. en Weth. en van Comm. der Stedel. Gasfabriek op het ingekomen adres van bewoners van de Plantage over den onvol doenden toestand van het gaslicht. Is zonder hoofdei, stemming besloten adressanten mede te- deelen dat de voor de uitbreiding der Gasfabriek benoodigde werken, thans zoo ver zijn gevorderd, dat voor het vervolg vermoedelijk overal ten volle gas kunnen worden aangevoerd. 9°. Rapporten in zake de verbetering van ventilatie in de lokalen van de Hoogere Burgerschool. 10°. Voordracht ter benoeming van een derden onderwijzer aan de Jongensschool der lst« klasse. Worden in de Leeskamer voor de leden ter inzage nedergelegd. 11®. Voorstel van Comm. der Gasfabriek, betrekkelijk het maken van eene verbinding van de fabriek met den Holl. IJzer. Spoorweg. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. en de Comm. van Fin. 12°. Een schrijven van bewoners der Haarlemmerstraat enz. over den onvoldoenden toestand der Schapensteeg. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. De Voorzitter deelt vervolgens nog mede: dat de verkiezing van een lid van den Raad, tengevolge van het door den heer mr. P. A. Van der Lith genomen ontslag, zal plaats hebben op op 20 December 1881 en dat in het hoofdbureau zitting hebben de hee ren Van Wensen en Du Rieu, terwijl het onderbureau zal zijn samenge steld uit de heeren Hartevelt, Voorzitter, Van der Zweep en Driessen. Aan de orde is: I. Benoeming van een lid der Commissie van toezicht op de scholen voor Middelbaar Onderwijs. (Zie Ing. St. n°. 239). De Voorzitter. Ik verzoek de heeren Van de Zweep, Le Poole en Zaalberg om met mij het stembureau uit te maken. Benoemd wordt de heer Dr. W. Pleyte met 22 stemmen. Er is één blanco briefje. II. Verzoek van Mej. J. F. PeysterBerk, om continuatie als assistent- Stads-Vroedvrouw. (Zie Ing. St. n°. 241). Mej. Peyster—Berk wordt met 21 stemmen opnieuw benoemd. Er zijn 2 blanco biljetten. Gedurende deze stemming komt de heer Juta ter Vergadering. III. Benoeming van een lid der Commissie voor de Bewaarscholen. (Zie Ing. St. n°. 262). De heer Dr. D. Bierens de Haan, aftredend lid, wordt herbenoemd met 23 stemmen, terwijl er 1 blanco-biljet in de bus gevonden wordt. IV. Verzoek van A. Zwanenburg, om ontslag als tweede onderwijzer aan de school n°. 1 van de derde klasse. (Zie Ing. St. n®. 248). Het ontslag wordt eervol verleend. V. Benoeming van een tweede onderwijzeres of onderwijzer aan voor melde school. (Zie Ing. St. n°. 258). Benoemd wórdt mej. J. Drinhuyzen, thans derde onderwijzeres, met 20 stemmen; er zijn 4 blanco biljetten. De Voorzitter. Tengevolge van deze benoeming, die met 1 Januari a. s. intreedt, kan aan den onderwijzer A. Zwanenburg volgens zijn ver zoek ook tegen-dien tijd eervol ontslag worden verleend; en ik stel alzoo voor dat eervol ontslag te doen ingaan met 1 Januari a. s. Daartoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. VI. Voorstel tot tijdelijke opdracht van het onderwijs in de Fransche taal aan het Gymnasium, aan den leeraar Frantzen. (Zie Ing. St. n°. 253). Dat voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. VII. Verzoek van A. L. Hondius, om ontslag als derde onderwijzer aan de school vo.or voorbereidend onderwijs der 2aa klasse. (Zie Ing. St. n°. 256). Dat ontslag wordt zonder hoofdelijke stemming eervol verleend. VIII. Staten van af- en overschrijving en suppletoire staat van begroo ting, dienst 1881. (Zie Ing. St. n°. 240 en 246). Aangenomen met algemeene stemmen. IX. Voordracht betrekkelijk het onderzoek van de hoedanigheid van de lichtsterkte van het gas. (Zie Ing. St. n°. 242). De heer Bool. Indien mijne herinnering omtrent hetgeen in deze zaak is voorgevallen juist is, dan is het denkbeeld tot het instellen van een onderzoek ontstaan naar aanleiding van een voorstel tot verlaging van den gasprijs. Men meende toen dat het beter was dien prijs niet te ver- lagen, maar eene verbetering in de lichtsterkte van het gas te brengen, omdat deze te wenschen overliet. Tot dat onderzoek werd dan ook besloten,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1881 | | pagina 1