50
N°. 117. Leiden, 23 Juni 1881.
Ter vervulling der vacature, ontstaan door het verleend eervol ontslag
aan Mej. M. C. W. Peltzer, hebben wij in overleg met den heer Arron-
dissements-Schoolopziener, na ingewonnen bericht van het hoofd der be
trokken school, dat in de leeskamer ter inzage is nedergelegd, eene voor
dracht opgemaakt ter benoeming van eene tweede onderwijzeres aan de
Meisjesschool 2de klasss op eene jaarwedde van f 700, vermeerderd met
f 100 voor het geven van onderwijs in de Fransche taal, als:
1°. Mejuffr. Louisa Johanna Cornelia Kuyl, onderwijzeres te Voorschoten.
2°. Mejuffr. Clara Frederika Timmer, onderwijzeres alhier, en
3°. Mejuffr. Jeannette Wilhelmina Cornelie Vorderman, onderwijzeres
te Zutfen.
Wij nemen als nu de vrijheid Uwe vergadering in overweging te geven
tot eene benoeming te willen overgaan.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTIIOFF.
