De heer De Laat de Kanter. Het komt mij ,»oor dat het voorstel van Burg. en Weth. tot verlaging van den prijs het eerst in stemming moet norden gebracht. Dit heeft de verste strekking. De heer Van Jterson. Er is geen voorstel van Commissarissen der gasfabriek. De heer De Laa.t de Kanter. Wij hebben voorgesteld den prijs op 7 ets. per M' te brengen. Het voorstel van den heer Hartevelt is tweeledig in zoover het l® strekt om de invoering van de prijsverlaging te verdagen voorloopig tot 1 Januari; 2" om de meerdere winst dan waarop du bij de begrooting is gerekend aan te wenden om den post plaatselijke directe be lasting daarmede te verlagen. Het komt mij dus voor dat in de eerste plaats moet worden uitgemaakt: zullen wij den gasprijs verlagen? en wordt die vraag bevestigend beantwoordvervolgenswanneer zal die verlaging ingaanP terwijl daarna kan worden uitgemaakt, welke bestemming aan de eventueel te maken grootere winst zal worden gegeven. Ik wil niet ontkennen dat ik sedert de behandeling der begrooting, toen besloten werd, in plaats van de meerdere winst te besteden tot vermindering van de inkomstenbe lasting de post aankoop van kapitalen werd verhoogdvan een zeer ge matigd voorstander een zeer warm voorstander van prijsverlaging ben geworden. Wat mij in het voorstel van den heer Hartevelt voornamelijk toelacht is dit, dat, wanneer de Baad besluit den prijs van het gas gedurende hetge- heele jaar 18S0 op 8 ets. te houden, wij voor hetgeen wij meer voor het gas betalen schadeloos gesteld worden door lagere inkomstenbelasting. Ik meen dus dat de quaestie van de prijsverlaging de prioriteit heeft en ik geef mitsdien io bedenking dit punt eerst in stemming te brengen om vervolgens in omvrage te brengen het tijdstip wanneer de verlaging zal ingaan en eindelijk de bestemming welke aan de meerdere winst gegeven zal worden wanneer in den geest van het voorstel van den heer Hartevelt wordt beslist. De Voorzitter. Hield, gelijk de heer De Kanter opmerkte, het voorstel in dat de gasprijs verlaagd zou worden met I Januari 1881 en hetgeen de gasfabriek over dit jaar meer opleverde gebruikt zou worden tot vermindering van den hoofilelijken omslagdan zou ik mij er gaarne mede vereenigen. Dit staat er echter niet in. liet voorstel van den heer Har tevelt is naar mijne opvatting geen voorstel, omdat het alleen strekt om voorloopig den actuëelen toestand te bestendigen, een doel dat evenzeer zal bereikt worden als bet voorstel van Burg. en Weth. mocht worden verworpen. De lieer Hartevelt. Het voorstel, zooals bet door mij geformuleerd is strookt volkomen met den werisch van verschillende leden in den Baad. Uitstel is zeer goed te verdedigen niet allti n maar wij zullen op bet einde des jaars eerst kunnen oordeelenwat de gevolgen zullen zijn geweest van verbetering der lichtsterkte, verbetering v/nii qualiteit enz.; daarom heb ik het woord 'voorloopig" gebruikt, en dus niet om altijd uit te stellen. Zullen de uitkomsten zóó zijndat beter licht kan gepaard gaan met verlaging van prijs, dan zal een dergelijk voorstel zeker beter onthaal ontmoeten dan thans bet geval schijnt te zullen zijn. De heer De Gokje. Ik hoop ook dnt san het voorstel of de prijsverla ging zal worden vastgesteldniet de prioriteit zal worden gegeven. Die zaak wenschte ik nu niet in principe beslist te zienhoewel ik de eerste zou zijn om ecne beslissing, en wel ten gunste van het jfoorstelte nemen wanneer gebleken zal zijn dat wij dit zonder gevaar kunnen doon. De Voorzitter. Dan zal niets beslist worden en behoeft het voorstel niet gedaan te worden. De heer De Goeje. Hoe, indien nu vele leden zeggen dat zij het punt niet kunnen beslissen bij gebreke van hoofdgegevensdie eerst na afloop van het jaar zullen verstrekt worden? De heer Van Iterson. Men kan den Baad toch niet dwingen eene beslissing te nemen indien hij niet wil. De heer Van der Lith. Naar mijne meening heeft de heer De Kanter gelijk om te eischen dat eerst het voorstel van Burg. en Weth. in omvraag wordt gehraebt. Er bcstnat een voorstel, dat behandeld moet worden. Nu heeft een der leden een tegenvoorstel ingediend dat geen amendement is, maar een voorstel, dat juist het tegenovergestelde wil, van hetgeen Burg. en Weth. verlangen. Het voorstel van de Commissie van Financiën is een amende ment, dat van den heer Hartevelt, hetgeen strekt om nu gecne beslissing over prijsverlaging te nemen, een zelfstandig voorstel, dat de voordracht van Burg. en Weth. niet ter zijde mag stellen. De juiste wijze van han delen is mijns inziens, dat men eerst het voorstel van Burg. en Weth. in stemming brengt. Zij die geene prijsverlaging op het oogenblik willen kunnen dan tegenstemmenzonder te beslissen over eene eventueele latere prijsvermindering. Is dat voorstel afgestemddan kan het voorstel Hartevelt worden behandeld. Ieder, die tegen prijsverlaging is, stemme dus tegen bet voorstel en dan dwingt men den Baad niet een besluit te nemenwant bij laat alsdan den toestand zooals hij is. Ik moet ten sterkste opkomen tegen het gebruik van tegenvoorstellen, om een voorstel van Burg. en Weth. als het ware weg te moffelen. De heer Van Iterson. Is dat een voorstel wegmoffelen, wanneer een der ledeu uitstel voorstelt? Dat is een handelwijze, die ik hier honderdmaal heb bijgewoond. De heer Van der Lith. Dat is het geval niet. Er wordt voorgesteld den gasprijs te verlagen en de heer Hartevelt stelt voor den prijs te be houden. Dat ziju twee voorstellen, geheel met elkaar in strijd. De heer De Goeje. Dat hangt af van de bijvoeging der tijdsbepaling. Wordt het voorstel van Burg. en Weth. in stemming gebracht, dan zal ik er tegen stemmen, en toch zou het mij spijten, wanneer Burg. en Weth. niet aan het einde van het jaar opnieuw met een voorstel ter tafel kwamen. De heer Van der Lith. Ik herhaal, dat, wordt het voorstel van Bnrg. en Weth. verworpen, de toestand gehandhaafd wordt. De heer Hartevelt. Voorloopig tot I Januari a. s. De heer Van der Lith. Maar het zegt niet dat het na 1 Jan. tegen verlaging is. Ik blijf van meening dat het voorstel van den heer Har tevelt eenvoudig bet tegenovergestelde is van de voordracht van Burg. en Weth. Ik ben dus tegen dat voorstel. Ook de beleefdheid eischt mijns bedunkens, dat het voorstel van Burg. en Weth. voorga. De Voorzitter. Ik verneem dat Burg. en Weth. en de Commissie voor de gasfabriek beiden het gewenscht vinden dat er een besluit worde genomen dat de gasprijs dit jaar gehandhaafd worde, maar met ingang van 1 Jan. op 7 ets. gebracht worde, overeenkomstig het primitieve voorstel der Com missie van Financiën. De heer Hartevelt. Gij hebt gelijk, mijnheer de Voorzitter! De Commissie van Financiën gaf ruim eene maand geleden in haar rapport aan om de prijsverlaging eerst met 1 Januari 1881 te doen ingaan; toen wist zij nog niet, dat heden waarschijnlijk besloten zoude worden, dat de licht sterkte 16 kaarsen zou bedragen op een afstand van 1100 Ms, en dat door die verbetering in lichtsterkte waarschijnlijk minder gas zou worden ge bruikt. Dat alleen noopt mij voor te stellen voorloopig tot 1 Januari den gasprijs op 8 ets. te houden. Ik heb niets tegen het in omvraag brengen van het voorstel van Burg. en Weth. Ik maak mij niet beangst dat het aangenomen zal worden. De heer De Laat de Kanter. Wil de heer Hartevelt zijn doel berei ken, dan behoort hij m. i. eene motie van orde tot verdaging van de voordracht van Burg. en Weth. voor te stellen. De heer De Goeje. Ik meende dat dit de bedoeling was van den Voor zitter, toen hij eene stemming over het voorstel Hartevelt afkeurde. De heer Van Wensen. Ook ik acht het beter de zaak te verdagen tot dat gebleken is dat de verlichting voldoende is. De heer De Laat de Kanter. Alleen als motie van orde, om het punt van de agenda af te nemen en te verdagen, kan aan het voorstel van dun heer Hartevelt de prioriteit worden toegekend. De heer Van der Lith. Ik zou raden in het belang van den goeden gang van zaken eerst het voorstel van Burg. en Weth. in omvraag te krengen. De heer Hartevelt. Daar heb ik niets tegen. De Voorzitter. Mijn voorstel zou zijn tot de verlaging van den gasprijs over te gaan met l Januari 1881. De heer Cock. Dat is het amendement. De heer Van der Lith. Burg. en Weth. kunnen in dat geval hun voorstel, dunkt mij, intrekken. De Voorzitter. Wat moet daarvoor dan in de plaats komen? De heer Van der Lith. Dan kan het voorstel van den heer Hartevelt in omvraag worden gebracht. De Voorzitter. Ik zal het voorstel van Burg. en Weth, in omvraag brengen. De heer Van Wensen. Wordt, bij eventueele aanneming, de verlaging gerekend te zijn ingegaan met 1 April dezes jaars? De Voorzitter. Neendit kan niet meer, omdat het in April verbruikte gas reeds ten deele is betaald. Na vaststelling van hut besluit zal de reductie aanvangen. Het voorstel van Burg. en Wetb. wordt met 11 tegen 6 stemmen verworpen. Voor stemden: de hecren Librecht Lezwijn, Van Wensen, Driessen, Wilhelmy Damsté, De Laat de Kanter en de Voorzitter. De beer Hartevelt. Nu komt dus mijn voorstel in stemmingom voorloopig tot 1 Januari den prijs van het gas op 8 cents te laten ten einde de hierdoor te verkrijgen winst te doen strekken in mindering van het op te brengen percent in de inkomsten-belasting. De heer Driessen. Ik wensch met een woord mij tegen dit voorstel te verklaren. Ik vind het eene treurige zaak dat men met andere woorden verlangt dat de gaeconsumenten een groot gedeelte der income-tax zullen betalen. Ik vind dat onbillijk. De Voorzitter. Mijn denkbeeld is in het vervolg niet meer dan 10 percent van de verkoopwaarde der gasfabriek als winst te eischen. Zoolang er geen subsidie wordt toegekend voor het lager onderwijsen wij in een tijdperk van overgangen verkeeren kan ik er in berusten den prijs tot I Januari onveranderd te latenmits ik zekerheid verkrijge dat met 1 Januari aan de billijke wenschen der gasverbruikers zal worden voldaan. Nu dit niet het geval is, vind ik geene vrijheid om het voorstel van den beer Har tevelt aan te nemen. De heer Goudsmit. Ik geloof dat de laatste woorden van hot voorstel van den heer Hartevelt daarin eigenlijk niet thuis behooren. De heer Van Iterson heeft opgegeven de slechtheid van het gas. De heer Hartevelt heeft een ander motief aangegeven. Dit zijn twee geheel verschillende en met elkander strijdende motieven. Ik zou dus meenen dat het beter was het motief in bet midden te laten en enkel voor te stellen voorloopig uit stel der prijsverlaging tot I Januari a. s. De Voorzitter. Gij bedoelt de woorden: »tot vermindering van den hoofdelijken omslag.'' Daarvoor beeft de winst in het vorige jaar verkregen ook gestrekthetgeen algemeen genoegen gaf. De heer Goudsmit. Ik acht het toch beter het geheele moiief weg te laten. De heer Van Iterson. Zou het bezwaar niet kunnen worden vermeden door de woorden 'ten einde" in het voorstel te vervangen door 'en". De heer Hartevelt. Ik wil zeer gaarne de woorden »ten einde", in het woordje ven" zien veranderen. De Voorzitter. Kan de heer Goudsmit daarmede ook genoegen nemen De heer Goudsmit. Ja, mijnbeer de Voorzitter. Het gewijzigd voorstel van den heer Hartevelt wordt, hierop in stem ming gebracht, met 14 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen stemden: de heeren Van Wensen, Driessen en Du llieu. VI. Staten van af- en overschrijving op de begrooting voor 1879. (Zie Ing. St. n°. 67, 75 en 80). Worden met algemeens stemmen goedgekeurd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1880 | | pagina 4