80
pi0, 94. Leiden, 1 Juni 1880.
De Commissie van Financiën heefl de eer le berichlen dat zij onder
zocht heeft de bijgaande suppleloire staten van begrooting en staten van
af- en overschrijving van het R. C. Armbestuur en hel R. C. Wees- en
Oudeliedenhuis alhier, over het jaar 1879.
Zij heeft daartegen geene bedenkingen en stelt u voor die staten goed
le keuren.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz.
pjo, 95, Leiden, 1 Juni 1880.
De Commissie van Financiën, onderzocht hebbende de in hare handen
gestelde rekening van het Stedelijk Werkhuis over hel jaar 1879, heeft
de eer Uwe Vergadering mede te deelen dal zij daarop geene bedenkingen
heeft, en stelt u voor die goed te keuren: de ontvangsten op/20747.49,
de uilgaven op 20747.49, sluitende alzoo quite.
Aan den Gemeenteraad. üe Commissie van Financiën, enz.
99. Leiden, 1 Juni 1880.
Wij hebben de eer u mede le deelen dat er bij ons geene bedenking
is tegen het verzoek van D. J. De Kotï, om eervol ontslag uit zijne
betrekking van hulponderwijzer aan de openbare lagere school n°. 1 voor
minvermogenden, waarom wij de vrijheid nemen Uwe Vergadering te
raden hem dat ontslag le verleenen met ingang van 1 Juli e. k.
De betrekkelijke stukken worden u hierbij overgelegd.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 28 Mei 1880.
Edel-Achlbare Heeren!
Verandering van woonplaats noopt den ondergeteekende zich lot Uw
Edel-Achlbaren te wenden, met verzoek hem tegen 1 Juli a. s. eervol
ontslag te willen verleenen uit zijne betrekking van hulponderwijzer aan
de openbare school n°. 1 voor minvermogenden.
Edel-Achlbare Heeren,
- Met den verschuldigden eerbied,
Uw Edcl-Achtbaren Dw. dienaar
Aan den Gemeenteraad van Leiden. D. J. De Koff.
Leiden, 31 Mei 1880.
In antwoord op uw aposlille van den 29en dezer, waarbij een verzoek
van den hulponderwijzer D. J. De Koff, om eervol ontslag uil zijne
tegenwoordige* betrekking met 1 Juli e. k.heb ik de eer u le melden,
dat bij mij gee'ne bedenkingen bestaan tegen eene gunstige beschikking op
adressants verzoek.
De hoofdonderwijzer der openbare school
n°. 1 voor minvermogenden,
A. Van der Harst.
Aan den heer Burgemeester der gemeente Leiden.
N® O® Leiden, 7 Juni 1880.
Ónder overlegging van het betrekkelijk rapport der Commissie van
Fabricage, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan J. Ruhrwien
de gevraagde vergunning tol het leggen van een waterkoker, onder de
voorgestelde voorwaarden, te verleenen.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan het Gemeentebestuur van Leiden.
De ondergeteekende Jan Ruhrwien, als in huwelijk hebbende Trijntje
van Ommeren, wonende te Aarlanderveenneemt de vrijheid ULd. be
leefdelijk le verzoeken, om ten behoeve zijner huizen gelegen aan den
Lagen Rijndijk, buitendijks, kadaster Sectie C, nommers 1726 en 1727,
een waterkoker te mogen leggen door het jaagpad, vóór en langs de
genoemde huizen naar den Rijn.
Aarlanderveen, den 4 Mei 1880. J« Ruhrwien.
Leiden, 2 Juni 1880.
De Commissie van Fabricage heeft de eer op het request van Jan
Ruhrwien, wonende te Aarlanderveen, te berichten, dat by haar geen
bezwaar bestaat, legen het verleenen der gevraagde vergunning, om een
waterkoker te leggen door het Utrechtsche jaagpad voor en langs de
huizen aan den Lagen Rijndijk, onder Aarlanderveen Sectie C. n 1726
en 1727, mits na verkregen goedkeuring van hel Hoogheemraadschap
van Rijnland, de te graven sleuf worde gemaakt en behoorlijk aangestampt
zonder hinder voor de passage van het Jaagpad en legen betaling eener
recognitie van f 1.50 's jaarsten behoeve der eigenaars van het Utrechtsche
jaagpad. m
Aan HH. Burgemeester De Commissie van Fabricage, enz.
en Wethouders.
9j_ Leiden, 17 Mei 1880.
In de zitting van 8 April jl. werd mededeeling gedaan van een verzoek
van het Hoofdbestuur der Leidsche Vereeniging tot bevordering van ge
regeld schoolbezoek, ter bekoming van een jaarlljksch subsidie uit de
gemeentekas ten behoeve van de door haar opgerichte Herhalingsschool,
tot een bedrag van f 250.
Wij zijn er van overtuigd dat de Vereeniging door de oprichting van
bedoelde school inderdaad een belangrijken dienst aan de gemeente heeft
bewezen en dat eene eventueele opheffing der school, nu daardoor in
eene werkelijke behoefte der kinderen van de geringere volksklasse wordt
voorzien, in hooge mate zoude zijn le betreuren.
Hel komt ons alzoo voor dal er termen bestaan de school uil de
gemeentekas te subsidieeren en wij geven Uwe Vergadering daarom in
overweging le besluiten dal aan voornoemde Vereeniging ten behoeve van
de door haar opgerichte Herhalingsschool tot wederopzeggens een jaar-
lijksch subsidie van 250 uil de gemeentekas zal worden toegekend,
te beginnen met het jaar 1881zullende alsdan vermeld bedrag op de
begrooling van dal jaar worden uitgetrokken.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders enz.
Leiden, 19 Mei 1880.
De Commissie van Financiën kan zich vereenigen met nevensgaande
voordracht van Burg. en Welh. tot het verleenen van een subsidie aan
de Herhalingsschool.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën enz.
No 99 Leiden, 7 Juni 1880.
Blijkens het hierbij overgelegd rapport der Commissie van Fabricage,
bestaat hel voornemen om voor het dempen van het St. Jansgrachtje,
de noodige gelden bij de behandeling van de begrooting voor 1881 aan
te vragen, terwijl overigens eenige ondiepten in bedoeld grachtje zullen
worden weggenomen ter tegemoetkoming aan de ingekomeni bezwaren.
Wii stellen Uwe Vergadering alzoo voor, aan den adressantH. Van
Klaverenle kennen te gevendat eene demping van het St. Jansgrachtje
bij de begrooting voor 1881 in overweging zal worden genomen en dal
inmiddels aan zijne klachten wordt te gemoel gekomen.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan den Wel-Edelen Heeren leden van den Raad der Stad Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen H. Van Kla*®ren, van
beroep manufactuur-verwer, wonende Ouden Rijn, hoek St. Jansgracht
Dat het den Heeren van den Raad moge behagen om eerstgenoemde gracht
le mogen laten uitdiepenwant die gracht ligt vol met puin en onrein
heid, hetwelk voor de gezondheid hoogst nadeehg is, ten 2de loopen
er in die gracht 2 riolen uit van 7 huisgezinnenen ten 3de kan ik mijn
vak niet uitoefenenomdat het water met den grond gelijk staatde
puin die ik heb opgenoemddie is veroorzaakt door de verbouwing der
d v K.crk«
Hopende dat het den Heeren van den Raad moge behagen om aan mijn
vriendelijk verzoek gevolg te geven.
Blijf ik Uw onderdanige Dienaar,
Leiden, 20 Mei 1880. H. Van Klaveren.
Leiden2 Juni 1880.
De Commissie van Fabricage heeft de eer op het adres van H. Van
Klaveren te berichten, dal hel St. Jansgrachtje, loopende van den Ouden
Rijn naar den Ouden Singel, werkelijk is vervuild en
door het gemis van eene behoorlijke doorstrooming, zoodat reeds vroe
ger het plan tot demping heeft bestaan en er nu sprake is, om bij
plaatselijke begrooling voor 1881 daarvoor de vereischte kosten e ramen
aangezien de demping geen bezwaar voor de aangrenzende perceelen heeft
terwijl intusschen door hel wegnemen van ondiepten, die het meeste
grond tot klachten geven, zal worden tegemoetgekomen aan de daarom
trent bij het adres ingediende bezwaren.
Aan HH. Burgemeester De Commissie van Fabricage enz.
en Wethouders.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.
