91 N® 363. Leiden, 4 December 1879. De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen den in hare handen geslelden staat tot verhooging der begrooting dezer gemeente dienst 1879 in ontvangst en uitgaaf met een bedrag van /3010; zij neemt dan ook de vrijheid U te raden dien staat vast te stellen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz. N®. 264. Leiden, 4 December 1879, Wij hebben de eer hierbij aan te bieden eene voordracht, opge maakt in overleg met den betrokken hoofdonderwijzer en den distiicls schoolopziener, ter benoeming van een onderwijzer Isle klasse aan de openbare lagere school n°. 3 voor minvermogenden op eene jaarwedde van /"900 en zulks ter vervulling der vacature ontslaan door het over lijden van den heer D, H. Poelman, waarvan aan Uwe Vergadering mede- deeling is gedaan. Die voordracht luidt als volgt: 1°. G. Gesink, onderwijzer 2de klasse aan de school n®. 1 voor min vermogenden; 2°. G. B. Engeltjes, onderwijzer 2de klasse aan de school nu. 1 voor on vermogenden, en 3°. E. Peters, onderwijzer te Velp. Wij nemen de vrijheid U te verzoeken thans lol eene benoeming te willen overgaan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N°. 265. Leiden, 3 December 1879. Onder overlegging van bijgaande stukken hebben wij de eer Uwe Ver gadering mede te deelen, dat ook wij geen bezwaar hebben tegen de inwilli"ing van het verzoek van den hulponderwijzer J. Brouwer om een ee°rvol ontslag uil zijne tegenwoordige betrekking, waarom wij de vrijheid nemen U in overweging te geven hem dal ontslag te verleenen en zulks met ingang van 1 Januari 1830. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den Edel Achtbaren Raad der Gemeente Leiden. Geeft met verscliuldigden eerbied te kennen, ondergeteekende, hulp onderwijzer aan de school voor meer uitgebreid lager ouderwijzer 1ste klasse, voor jongens, alhier, dal hij benoemd is lol hulponderwijzer te Amsterdam. Reden waarom hij eervol ontslag verzoekt uit zijne tegenwoordige be trekking tegen 1 Januari 1880. Leiden, 28 November 1879. J. Brouwer Jr. Leiden, 2 December 1879. De ondergeteekende heeft de eer U mede te deelen, dat hij geen be zwaar heelt tegen de inwilliging van het verzoek van den hulponderwijzer J. Brouwer, om hem legen 1" Januari 1880 een eervol ontslag te ver leenen uil zijne tegenwoordige betrekking. G. Japikse, hoofdonderwijzer aan de openbare school voor meer uiig. lager onderwijs der le klasse, voor jongens. Aan HH. Burg. en Weth. dezer gemeente. N°. 266. Leiden, 4 December 1879. Ter vervulling eener vacature aan de openbare lagere school n°. 2 voor minvermogenden, hebben wij de eer Uwe Vergadering hierbij aan te bieden eene voordracht, opgemaakt in overleg met den betrokken hoofdonderwijzer en den districtsschoolopziener, ter benoeming van eene hulponderwijzeres, op eene jaarwedde van/550, als: 1». Ulej. C. 91. Dee, hulponderwijzeres alhier; 2°. 91ej. J.K.Jansen, en 3». 91ej. J. Van Sonsbeek, beideu werkzaam aan openbare lagere scholen binnen deze gemeente. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N°. 26?Leiden, 4 December 1879. Wij hebben de eer U hierbij over le leggen de adviezen van de drie groote Armbesturen op het verzoek van den heer Dr. W. P. Weebers om in zijne betrekking van stads-geneeslieer le worden gecontinueerd, onder mededeeling dat ook wij legen de inwilliging van dal verzoek geene bedenking hebben, zoodat wij de vrijheid nemen Uwe Vergadering iu overweging te geven genoemden heer wederom voor den tijd van drie jaren in die betrekking le bestendigen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft met verscliuldigden eerbied te kennen Wilhelmus Petrus Weebers, dat hij beleefdelijk verzoekt in de betrekking van stads geneesheer te worden gecontinueerd. 't Welk doende, Leiden, 20November 1879. W. P. Weebers, med. doet. Leiden, 1 December 1879. Voldoende aan Uwe Achtbare uitnoodigirig van 21 Nov., n®. 943, om te dienen van bericht en raad omtrent liet verzoekschrift van den heer Dr. W. P. Weebers, om continuatie in zijne betrekking als stads-genees- heer, hebben diakenen der Ned. Herv. Gemeente alhier, de eer UEd. Achtbaren ie berichten: Dal bij genoemd College geen bezwaar beslaat de gevraagde continuatie te verleenen. Namens diakenen voornoemd Aan HI1. Burg. en Weth.' N. Werner, Voorzitter, der gemeente Leiden. T. J. v. 't Hooft, Secretaris. Leiden, 20 November 1879. Ingevolge Uwe missive, dd. 21 Oct., n°. 943, hebben Mm. Regenten der R. C. armen en weezen alhier de eer UEdel-Achtb. mede le deelen, dat er van hunne zijde geene bezwaren bestaan om het verzoek van den heer Dr. W. P. Weebers in le willigen. Mrn. Regenten voornoemd, Aan Heeren Burg. en Weth. J. L. A. üesertine, President, der gemeente Leiden. W. Van Heeswijk, Secretaris. Leiden, 1 December 1879. Gelezen het ons door HH. Burgemeester en Wethouders toegezonden afschrift, in dato 21 November jl.onder n®. 943, van den heer Medic. Doctor W. P. Weebers, inhoudende het verzoek om als stads geneesheer Ino. stekken 1979. bestendigd te worden, zoo geven Armverzorgers der Nederlandsche Isra- ëlielisclie Gemeente U le kennen, dat aan adressants verzoek voldaan worde, aangezien hunnerzijds geene bezwaren hiertegen beslaan. Armverzorgers der Nederl. Israël. Gemeente te Leiden J. E. Goudsmit, Voorzitter. Aan den Gemeenteraad van Leiden. S. A. Anureson, Secretaris. N®. 268. Leiden, 29 November 1879. Door Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnland is bij nevensgaand schrijven vergunning verzocht oin in verband met de daarbij omschreven werken grond te bergen in een gedeelte der Vroonwalerenwaartegen blijkens het ingewonnen bericht van de Commissie van Fabricage geen bezwaar bestaal. Wij stellen Uwe Vergadering mitsdien voor de gevraagde vergunning onder de voorgestelde voorwaarden te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, 15 November 1879. Door de uilvoering van het voorgenomen werk eener verbreeding van het Kalwijksche Kanaal bij de Binnensiuis in verband met de stichting van hel Stoomgemaal aldaar, zal eene groote hoeveelheid grond wegge voerd moeten worden, voor de berging waarvan hij ons in aanmerking komen eenige gedeelten van de Vroonwateren onder Warmond, namelijk die gedeelten welke met eene roode tint zijn aangeduid op de hierbij gevoegde silualiekaarl. Wij hebben de eer U te verzoeken aan den Gemeenteraad een voorstel le doen om ons daartoe vergunning le verleenen. Vermits het bestek, waarnaar de werken aanbesteed zullen worden, eerlang moet worden vastgesteld, zou het ons zeer aangenaam zijn indien wij die vergunning spoedig mochten ontvangen. Tot verschaffing van de wellicht door U gewenschle toelichting, zal onze ingenieur gaarne worden bereid gevonden. Dykgraaf en Hoogheemraden van Rijnland, De Clercq, Dijkgraaf. VV. G. De Bruyn Kops, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. Leiden, 26 November 1879. De Commissie van Fabricage heeft de eer op de in hare handen ge stelde missive van H.H. Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnlandvan den 15den dezer maand N». 23/1310 te berichten, dal bij haar geen bezwaar bestaat legen het verleenen van de gevraagde vergunning, om een gedeelte grond, ter verbreed ing van het Kalwijksche kanaal, bij de Bin nensiuis, le bergen of le storten in een gedeelte der Vroonwaleren onder Warmond langs twee zijden van den Laker- en van den Kooipulder, volgens de overgelegde situalieteekeningmits het Hoogheemraadschap zich vooraf wat de schadeloosstelling betreft, verstaat inet den pachter der Vroonvisscherijen, de afscheiding van den eigendom der perceelen die thans aan den oever liggen, behoorlijk worde afgepaald en de gemeente Leiden woidt gevrijwaard voor alle reclames die uil de aanplemping van de zijde der eigenaren van de bedoelde perceelen zouden kunnen voortvloeien. Aan HH. Burgemeester De Commissie van Fabricage, enz. en Wethouders. N°. 269. Leiden8 December 1879. Ter voldoening aan art. 2 der Verordening van den 21sten December 1857, heeft de Plaatselijke Schoolcommissie alhier de eer U ter vervul ling der vacaturen, welke ten gevolge van de periodieke aftreding van vier harer leden op den 31 sten December dezes jaars in hare Commissie zullen ontstaan, de navolgende personen aan te bevelen: Voor de vacature, ontslaande door de aftreding van den lieer Dr. A. Heynsius De heeren Dr. A. Heynsius en Dr. T. Zaaijer. Voor de vacature, ontslaande door de aftreding van den heer Dr. H. Boursse Wils De heeren Dr. H. Boursse Wils en Dr. A. Van Rhijn. Voor de vacature, ontstaande door de aftreding van den heer Dr. H. G. Van de Sande Bakhuyzen: De heeren Dr. H. G. Van de Sande Bakhuyzen en Mr. J. De Wal. Voor de vacature, ontstaande doar de aftreding van den heer Mr. F. Was: De heeren Mr. F. Was en F. De Sloppelaar. De Plaatselijke Schoolcommissie alhier, F. Was, Secretaris. Aan den Gemeenteraad alhier. N®. 2?0. Leiden, 10 December 1879. Onder overlegging van bijgaand schrijven van de Commissie der be waarscholen alhier hebben wij de eer Uwe Vergadering in overweging le geven lot de benoeming van een lid dier Commissie le willen overgaan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, 3 December 1879. Ter vervulling der vacature, die met ultimo December e. k. ontslaan zal door de periodieke aftreding van Prof. J. E. Van llerson JAz.die lot ons leedwezen verzocht, heeft niet weder in aanmerking te komen hebben wij de eer, ter voldoening aan hel voorschrift van art. 15 onzer instructie, U aan te bevelen Dr. H. Treub en Dr. A. Nijkamp. De Commissie der Bewaarscholen alhier, Aan Heeren Burg. en Weth. De Fremery, Voorzitter. der gemeente Leiden. J. A. Van Dijk Secretaris. N°. 271. Leiden, 10 December 1879. Wij hebben de eer U hierbij over le leggen een schrijven van de Commissie van bestuur over het Ziekenhuis der Rijks-Universiteit te Leidenhoudende mededeeling dat met uil. December e. k. de heer A. H. Eigeman, volgens den opgemaakten rooster aan de beurt van af treding is. Wij hebben alzoo de eer Uwe Vergadering voor te stellen tot de be noeming van een lid dier Commissie le willen overgaan, onder mede deeling dal volgens het reglement de aftredende leden herkiesbaar zijn. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders enz. 'I Welk doende, enz.,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1879 | | pagina 2