54 Met IB stftmmcn wordt benoemd de heer G. F. Alechc; zijnde 1 stem uitgebracht op den lieer Mr. J. Bredius. VI. Benoeming van drie Bestuurdcren van het Werkhuis. (Zie log. St. no. 142.) Bij afzonderlijke stemmingen worden benoemd de heeren a. D. A. Schretlenmet algemeene stemmen. (De heer Le Foole was inmiddels ter vergadering gekomen.) h. II. P. J. Van Wensen met algemeene stemmen. (De heer Van Iterson was inmiddels ter vergadering gekomen.) c. G. J. Leembruggen met algemeene stemmen. VII. Idem van een Commissaris der Bank van Lecning. (Zie Ing. St. n°. 143.) De beer Mr. C. Cock wordt benoemd met algemeene stemmenzijnde 1 biljet in blanco gelaten. VIII. Verzoek van G. Aalbertsbergom continuatie als stads-heelmeester. (Zie Ing. St. n°. 139.) Met algemeene stemmen wordt de adressant op nieuw als zoodanig benoemd voor den tijd van drie jaren. IX. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1878, van het R. K. Armbestuur. (Zie Ing. St. n°. 128.) Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd, X. Suppletoire begrooting en staat van af- en overschrijving, dienst 1878, van het 11. K. Wees- en Oudeliedenhuis. (Zie Ing. St. n°. 130.) Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. XI. Idem als voren van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (Zie Ing. St. n". 131.) Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. XII. Verzoek van J. Bolt, om cene spoelstoep te legger.. (Zie Ing. St. n®. 132.) Wordt zonder hoofdelijke stemming toegestaan. XIII. Idem van de agenten van politie, betrekkelijk eene wijziging van de verordening op het verleenen van pensioen. (Zie Ing St. nos. 133 en 150.) Met algemeene stemmen wordt het voorstel tot afwijzing van het verzoek aangenomen. XIV. Idem van Mej. C. F. Timmer, om ontslag als hulponderwijzeres aan de meisjesschool der 2de klasse. (Zie Ing. St. n°. 134.) Wordt zonder hoofdelijke stemming besloten het gevraagd ontslag eervol te verleenen. XV. Idem van H. W. Te Winkel Jr. en J. Smit Jr., om het gebruik van een schoollokaal voor het geven van godsdienstonderwijs. (Zie Ing. St. no. 135.) Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel, om het verzoek toe te staanaangenomen. XVI. Idem van de Commissie voor de Volksbijeenkomstenom eene toelage ter tegemoetkoming in de kosten van zaalhuur. (Zie Ing. St. no. 136 en 150.) Met algemeene stemmen wordt het voorstel, om het verzoek toe te staan, aangenomen, hebbende de heer Wilhelmy Damsté, als lid der Commissie, zich huiten stemming gehouden. XVII. Idem van Mej. M. Van der Vaart, om ontslag als hulponder- nijzeres aan de school no. 2 voor onvermogenden. (Zie Ing. St. no. 138.) Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten het gevraagd ontslng eervol te verleenen. XVIII. Voordracht tot uitbreiding van het bedrijf kapitaal der gasfabriek. (Zie Ing. St. n°. 120.) De heer Scheltema; Een enkel woord, mijnheer de Voorzitter, een voudig om mijne stem te motiveerendie ik tegen deze voordracht zal moeten uitbrengen. Aangezien ik niet de zekerheid heb dat de opbrengst der gasfabriek of liever het overschothet batig saldo of boe men het noemen moge, dat, zeg ik, wat als inkomst gerekend wordt en als inkomst in de kas der gasfabriek vloeit, dat dit bedrag niet hooger is dan de wer kelijke zuivere winst van de gasfabriek, zoodat nat wij als kapitaal aan de gasfabriek geven niet intact aanwezig blijft, zoolang ik die zekerheid niet heb en voor het oogenblik beb ik die nietzal ik mij tegen voordrachten als deze en tegen elke vermeerdering van het kapitaal der gasfabriek moeten verklaren en kan ik aan deze voordracht mijne stem niet geven. In stemming gebrachtwordt de voordracht met 14 tegen 2 stemmen aangenomen. Tegen stemdende heeren Cock en Scheltema. XIX. Idem betrekkelijk de jaarwedde van den directeur der gasfabriek. (Zie Ing. St. no. 121.) De beer Scheltema. Ik heb tegen dit voorstel tot verhooging der jaar wedde van den directeur der gasfabriek geen bezwaar. Maar ik kan mij met die verhooging uiet vereenigen op de gronden daarvoor in de stukken aangevoerd. Daarin wordt namelijk de meerdere omzet bijgebracht als argument voor de verhooging. Nu is het geldelijk bedrag in de laatste jaren niet zoo vermeerderd. De omzet heeft in de laatste 5 a 6 jaar twee ton 'sjaars bedragen. Daarin kan dus geen grond zijn gelegen om de bezoldiging van den directeur te verhoogen. Maar toch ben ik zeer voor die verhoogingomdat ik begrijp dat voor iemand die met ijver en nauw gezetheid dergelijke gewichtige betrekking waarneemt, eene som van /"3500 eer te laag dan te hoog is te achten en hem zelfs meer verhooging zou toekomen. Ik wijs daarop omdat in de stukken den directeur voor vrije woning eene som van f 500 wordt toegerekend. Die vrije woning kost de gemeente echter veel meer. Als men in aanmerking neemt den prijs voor aankoop van den grond cn de kosten van den bouw, dan kan men wel rekenen dat in de eerste acht jaar die vrije woning de gemeente op een paar duizend gulden 's jaars te staan komt. Ik ben daarom volstrekt, niet tegen de voordracht, maar ik wil er alleen op wijzen dat wij geen voor- deelige speculatiën zouden doen door de vrije woning steeds op dergelijke wijze te verleenen. Zooals ik zeide zou ik het traktement zelfs nog hooger durven stellenzoodat ik overtuigd ben dat het nu voorgedragene voor iemanddie dergelijke betrekking met ijver en nauwgezetheid vervult en die de zaak behartigtniet te hoog is. De heer Du Rieu. Als ik den heer Scheltema wel heb begrepenheeft hij de meening geopenbaard dat de fiuanciën der gasfabriek in Me laatste jaren niet grooter waren geworden. Ik geloof echter dat hij zich vergist. Immers de werkzaamheden zijn wel vermeerderd. Men moet toch niet ver geten dat de cijfers van den financieelen omzet nu 20 pCt. lager zijn dan het geval ware geweest als de Gemeenteraad de gasprijzen op den ouden prijs had gehouden en de prijs der steenkolen niet was verlaagd. Ik geloof dus dat de heer Scheltema geen goeden maatstaf van beoordeeling heeft aangenomen. De heer Scheltema. Ik heb geen maatstaf aangenomenmaar alleen betwist dat de omzet als argument kan gebezigd worden ter rechtvaardiging dezer verhooging. Ik herhaalwaar eene zaak als deze goed behartigd wordt, komt mij eene bezoldiging van f 3500 voor hem, die met ijver en nauwgezetheid zijne betrekking waarneemt, alles behalve te hoog voor. Maar alleen betwijfel ikof die verhooging bij eene zaak als de gasfabriek afhankelijk kan gesteld worden van eenigen meerderen omzet. De Voorzitter. Het laatste gedeelte van de opmerking van den heer Scheltema kan ik niet geheel onbeantwoord laten voorbijgaan. Hij zegt dat de vrije woning van den directeur meer kost dan f 500zoodat wij te dien opzichte geen voordeelige speculatie zouden doen. Mag ik den geachten spreker doen opmerken dat het ons ook niet te doen is ge weest om geldelijk voordeel, maar dat men het hoogst wenschelijk achtte voor het beheer der gasfabriek, dat de directeur in de onmiddellijke nabij heid woont? De voordracht wordt hierop met algemeene stemmen aangenomen De Voorzitter. Alvorens met de behandeling der verdere onderwerpen over te gaanwensch ik mede te deelen dat is ingekomen eene missive van ons geacht medelid, den heer Van der Lithwaarin hij bericht voor nemens te zijn voor zes weken de gemeente te verlaten en dat hij dus gedurende dien tijd de zittingen van den Gemeenteraad en van de Com missie van Financiën niet zal kunnen bijwonen. De vraag is nu bij ons ge rezen of het niet wenschelijk zou zijn tijdelijk in de vacature van een lid van die Commissie te voorzien. De heer Hartevelt. Ik vermeen, mijnheer de Voorzitterdat het nuttig en noodig is dat voor dien tijd de Commissie worde aangevuld. De Voorzitter. Dan wensch ik in overweging te geven te besluiten tot tijdelijke aanvulling der Commissie van Financiën, en daartoe reeds dadelijk over te gaan. Daartoe wordt besloten. De Voorzitter. Mag ik dan dezelfde heeren verzoeken nogmaals als stembureau te furigeeren Tot stemming overgegaan zijnde, worden uitgebracht op de heeren: Juta 8, Du Rieu 3, Driessen 2 stemmen, EigemanScheltema en Le Poole ieder 1 stem. Niemand de volstrekte meerderheid verkregen hebbende wordt tot eene tweede vrije stemming overgegaan. De uitslag daarvan is dat verkrijgen de heeren Juta 11, Du Rieu 4 stem men en Driessen 1 stem zoodat dé heer Juta is benoemd tot tijdelijk lid der Commissie van Financiën. XX. Voordracht betrekkelijk de oprichting van eene hoogere burgerschool voor meisjes. (Zie Ing. St. no. 123 en 145.) De heer Le Poole. Mijnheer de Voorzitter! Ik moet bekennen dat ik na lezing van het rapport van Burg. en Weth. teleurgesteld was. Bij eene zoo gewichtige zaak als deze had ik gedacht dat nu eens duidelijk en klaar zou uiteengezet zijn of eene middelbare school voor meisjes waarlijk nuttig en noodig is; met andere woorden het beginsel, waarop de aanbeve ling van een dergelijk in het maatschappelijk leven ingrijpend voorstel rusten moet, had ik gaarne aangewezen gezien. En wat vind ik? Ik vind twee beweegredenen aangestipt, welke tot het voorstellen van de oprichting eener middelbare school voor meisjes aanleiding geven. In de eerste plaats: de directrice. In de tweede plaats de splitsing der school. De directrice, omdat de bestaande schcol voor hare krachten te groot wordt. En de schoolomdat deze anders moet ingericht wordenofzooals ik ook al gehoord heb, omdat zij, wat localiteit betreft, onvoldoende is. Daar het voor de eerste maal is dat omtrent deze belangrijke zaak in deze vergadering eene beslissing zal moeten worden genomen beb ik eens nagezien wat in 's Lands Vergaderzaal al zoo gezegd is, toen daar voor de eerste maal de zaak a fond in behandeling kwam. Tn de vergadering van Mei 1S71 werd bij de beraadslaging over hoofdstuk V der stnatsbegrooting

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1879 | | pagina 2