25
Zifting van Donderdag 8 Mei 1879,
geopend 's namiddags te half drie.
Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C. Van deu Brandeler.
Te behandelen onderwerpen
1». Benoeming van een Bestuurder van het Stedelijk Werkhuis uit den
Gemeenteraad.
2°. Verzoek van Jhr. W. I. C. Rammelman Elsevier, om continuatie als
gemeente-archivaris. (82)
3°. Benoeming van ecne hulponderwijzeres in de handwerken. (83)
4". Idem van een onderwijzer 2de klasse aan de Tusschenschool. (86)
5'. Idem van drie hulponderwijzeressen aan de school n". 1 voor onvermo-
genden. (89)
6». Voordracht betrekkelijk de benaming van straten enz. (52)
7°. Verzoekschrill van II. H. Eichman—Jansen aan de Gedeputeerde Staten,
betrekkelijk haren aanslag op het 4d8 suppletoir kohier der plaatselijke
directe belasting, dienst 1878. (87)
8'. Verzoek van II. Pufkus om eene stoep te leggen. (88)
9". Voordracht tot het verleenen van afschrijving of restitutie van plaatse
lijke directe belasting. (93)
10°. Idem betrekkelijk de erfpacht van domeingrond ten behoeve van de
duinwaterleiding. (85 en 91)
11°. Rekening der Stedelijke Gasfabriek over 1878. (94)
Tegenwoordig de heeren Le Poole, Van Hettinga Tromp, Suringar,
Van der Zweep, Juta, Wilhelmy Damsté, Verster, Du RieuDe Goeje,
Van Heukelom, Van der Lithd'AumerieHartevelt, De Laat de Kanter,
De Fremery, Van Iterson en Van den Brandeler.
De heeren CockVan Wensen Eigeman en Obreen gaven kennis ver
hinderd te zijn de vergadering bij te wonen.
De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag
24 April 11. worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede:
1°. Dispositie van do Ged. Staten dd. 30 April/2 Mei n°. 42 ten geleide
van het goedgekeurd raadsbesluit van 24 April betrekkelijk de aanplemping
van een gedeelte Singelgracht bij de Kweekschool voor Zeevaart.
2°. Dispositie van de Ged. Staten dd. 30 April/3 Mei n°. 91/3, ten ge
leide van het goedgekeurde raadsbesluit van 24 April tot verhooging der
begrooting dienst 1879 met ƒ7000.
Deze worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1". Adressen van den Directeur der Leidsche Melkinrichtingbetrekkelijk
bet leggen van een duiker en hevel naar het gebouw dier inrichting aan
den singel buiten de voormalige Rijnsburgsche poort.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen
van Burg. en Weth.
2*. Rekening van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrou
wenhuis dienst 1878.
3". Idem van het Lutbersch Wees- en Oudeliedenhuis.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen
van de Commissie van Financiën.
4". Adres van W. F. Jongbloed c. s.houdende klachten over de on
reinheid van het plein voor 's Gravestein.
Dit adres luidt als volgt:
'Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Met den meesten eerbied nemen de ondergeteekendenallen wonende
of uitgang hebbende aan het plein van 's Gravenstein en in de Kloksteeg
alfaier, de vrijheid Uwe attentie te vestigen op den slechten toestand van
voornoemd plein. Was zulks voor een acht- a tiental jaren in een net
plantsoen herschapen, sedert lang verkeert bet daarmede in de grootste
tegenstelling en kan slechts aanspraak maken op den naam van 'ruïne of
modderpoel.
Beleefdelijk verzoeken ondergeteekenden dus dat het in Uwe Vergadering
moge overwogen worden in dezen toestand verandering of verbetering te
brengen.
Zonder daarbij Uwe meening en beslissing vooruit te willen loopen
wagen zij het om met bescheidenheid hun gevoelen uit te sprekendat het
gewenschte doel op de minst kostbare wijze zoude kunnen bereikt worden
door genoemd plein eenvoudig en net te bestraten.
Kon daarbijuithoofde de veel hoogere ligging van het plein dan de
aangrenzende gebouwen en Kloksteeg, eenigszins op het aanbrengen eener
waterloozing gedacht wordengenoemd plein zoude huns dunkens Leiden
niet meer ontsieren en de bewoners ontheven worden van de groote last
die zij dikwijls moeten ondervinden van stofwolken of van bet water dat
zelf bij een kleine stortbui in massa van het plein afstroomten zich niet
spoedig genoeg kunnende verliezen, tot in de woningen van sommigen hun
ner een weg zoekt.
Leiden, 1 April 1879. 't Welk doende,
W. F. Jongbloed, H. W. Hazenberg, W. Scheffer, Wed. J. Welvaars,
P. Eilers, G. M. De Meijere, H. A. J. Krüger."
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten ditter beschikking te
stellen in handen van Burg. en Weth.
5". Verslag van den toestand der gemeente over 1878.
Dit wordt gedrukt en zal aan de leden worden toegezonden.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een bestuurder van het Stedelijk Werkhuis uit den
gemeenteraad.
De heeren Juta, De Laat de Kanter en Van Iterson worden door den
Voorzitter uitgenoodigd met hem het stembureau uit te maken.
ZlTTIKGVERSLAG 1879.
Met 16 stemmen wordt de heer H. C. Hartevelt benoemd. Op den heer
Mr. d'Aumerie wordt 1 stem uitgebracht.
De Voorzitter. Mag ik ook vragen of de heer Hartevelt tijd van
beraad verlangt, of wenscht bij zich reeds nu te verklaren?
De heer Hartevelt. Ik dank, u mijnheer de Voorzitter, ik zal zeer
gaarne do betrekking aanvaarden.
II. Verzoek van Jhr. W. I. C. Rammelman Elsevier, om continuatie
als gemeente-archivaris.
(Zie Ing. St. n°. 82.)
Met algemeene stemmen wordt tot de continuatie voor den tijd van twee
jaren besloten.
III. Benoeming van eene hulponderwijzeres iu de handwerken.
(Zie Ing. St. n°. 83.)
Mej. C. Theyssen wordit met 15 steramen benoemd. Er waren 2 briefjes
in blanco.
IV. Benoeming van een onderwijzer 2de klasse aan de Tusschenschool.
(Zie Ing. St. n°. 86.)
Met 15 steramen wordt benoemd J. V. Disselkoen, onderwijzer te Amers
foort. Er waren 2 blanco-biljetten.
V. Benoeming van drie hulponderwijzeressen aan de school n°. 1 voor
onverraogenden.
(Zie Ing. St. n°. 89.)
Mej. Tb. Middelkoop, K. Struyck en W. II. De Visser worden ieder
met 15 stemmen benoemd. Bij elke stemming waren 2 blanco biljetten
ingeleverd.
VI. Voordracht betrekkelijk de benaming van straten enz.
(Zie Ing. St. nó. 52.)
De Voorzitter. Zooals de heeren weten zijn nog enkele punten dezer
voordracht in de vorige zitting aangehouden. In de eerste plaats moet nu
herstemd worden over den naam Doezaslraatte geven aan de gedempte
Koepoortsgracht, waarover toen de stemmen hebben gestaakt.
Dit punt wordt thans aangenomen met 9 tegen 8 stemmen.
Tegen stemden: de heeren Juta, Verster, Du Rieu, Van Heukelom,
d'Aumerie, Hartevelt, Le Poole en van Hettinga Tromp.
De lieer Versteh. Is nu ten aanzien van de spelling der namen een on
derzoek ingesteld
De Voorzitter. Ik geloof dat het 't beste is dat de vergadering dit
aan Burg. en Weth. overlaat.
De heer Verster. In de vorige vergadering, mijnheer de Voorzitter,
kon ik, met betrekking tot den naam Dousategenover het gezag van
den Hoogleeraar De Vries alleen aanvoeren het monument iu de kerk te
Noordwijk, terwijl door den heer Scheltema, voor zooveel Boerhaave aan
gaat, gewezen werd op den naam, zooals die op het voetstuk van het
standbeeld voorkomt. Thans kan ik echter mededeclendat ik eigenhan
dig geschreven en door de betrokken personen onderteekende stukken heb
geraadpleegdnamelijk vier brieven van Dousa en acht van Boerhaave
en dat mij daaruit is geblekendat de namen door hen zeiven werden ge
schreven Dousa en Boerhaave. Voor verderen twijfel blijft nu m. i. geen
grond meer over.
De heer Van Iterson. Zouden wij ook hierover maar niet liever stem
men Ik ben er toe bereid.
De Voorzitter. Ik bedank den heer Verster voor de gedane mede-
deeling. Burg. en Weth. zullen nog een onderzoek instellen. De verga
dering kan dit dus wel aan ons overlaten.
In de tweede pluats i3 aan de orde do naam Doezabrug voor de brug
buiten de voormalige Koepoort.
Wordt aangenomen met 9 tegen 8 stemmen.
Tegen stemden: de heeren Juta, Verster, Du Rieu, Van Heukelom,
d'Aumerie, Hartevelt, Van Iterson en Le Poole.
De Voorzitter. Burg. en Weth. stellen nu ook voor den singel aldaar
Doezasingel te noemen.
De heer Do Ried. Ik geloof dat die singel zeer goed kan worden
genoemd Zoeterwoudsche Singel. Hij loopt geheel langs de gemeente
Zoeterwoude en daarom oordeel ik den naam Zoeterwoudschen Singel beter
dan Doezasingel.
De Voorzitter. In de vorige vergadering was men het nog nl eens
om geen namen van plaatsen te geven aan onze straten of grachten, maar
verlangt rnen dit nu dan is het mij wel.
De heer Van der Zweep. Dan zou ik het beter vinden den singel
Plantage-singel te noemen.
De Voorzitter. Doen de heeren dan ook een voorstel?
De heer Du Rieu. Ja, mijnheer de Voorzitter. Ik stel voor den singel
Zoeterwoudschen Singel te noemen.
De heer Van der Zweep. En ik stel voor hem Plantage-singel te
noemen.
Het voorstel van den heer Du Rieu, voldoende ondersteunde zijnde,
wordt aangenomen met 10 tegen 7 stemmen.
Tegen stemden: de heeren Wilhelmy Damsté, De Laat de Kanter,
De Fremery, Le Poole, Suringar, Van der Zweep en de Voorzitter.
De Voorzitter. Burg. en Weth. wenschen nu nog de Langebrug te
noemen Frans van Mierisstraat.
De heer Van Heukelom. Dat is zeker omdat hij daar in een riool
gevallen is?
De heer Du Rieu. Ik wensch wel te vernemen, welke Frans van Mieris
hier nu bedoeld wordt. Er waren twee personen van dien naam, de groote