76 Aan de scholen voor uitgebreid lager onderwijs 100 verhooging voor elke acte voor nieuwe talen en wiskunde. Ook verhooging der toelage voor kweekelingen is noodzakelijk. Hieromtrent en ook wat betreft de uitbreiding van het aantal kweeke lingen vereenigen wij ons met het voorstel van den heer schoolopziener. Mocht ons voorstel de ondersteuning van uw college en de goedkeuring van den Gemeenteraad verwervendan zal ook de verordening bepalende den bijstand, aan de hoofdonderwijzers en de hoofdonderwijzeressen te ver- leenenmoeten herzien worden en in overeenstemming worden gebracht met den werkelijken toestand, daar het hulppersoneel aan de meeste scholen volgens verscheidene besluiten van den Gemeenteraad aanzienlijk vermeer derd is boven het getal in de verordening bepaald. De Plaatselijke Schoolcommissie te Leiden E. Was j Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders alhier. Leiden, 9 Juli 1877. Volgens de slotbepaling der Verordening regelende de jaarwedden van het onderwijzend personeel, moet deze vóór 1 Januari 1878 herzien worden. Met het oog daarop heb ik zelf de bepalingen der verordening ernstig over wogen en de hoofden der scholen geraadpleegd omtrent de wijzigingen die hun noodzakelijk mochten voorkomen. Ons gemeenschappelijk besluit is, dat het raadzaam is, de herziening der verordening uittestellen, behoudens eene wijziging voor zoover de kweekelingen betreft. Zooals zeer terecht in 't jaarverslag der schoolcommissie wordt aangemerkt, is de bestaande rege ling meer dan eens gebleken onvolmaakt te zijn. In 't afgeloopen jaar heeft men driemaal een onderwijzer 2de klasse moeten aanstellen in plaats van een hulponderwijzer, daar zich na herhaalde oproepingen geen geschikte sollici tanten aanmeldden. Doch noch aan mijnoch aan de hoofden der scholen noch aan de schoolcommissiedie ik daartoe uitgenoodigd hebis het mogen gelukkeneen plan van verbetering te ontwerpen dat zonder de uitgaven voor het onderwijs aanzienlijk te verhoogende gebreken van den tegenwoor- digen toestand opheft. De reden hiervan ligt niet in de verordeningmaar in de groote onregelmatigheid van bezoldigingdie door 't gebrek aan hulp personeel in 't geheele land is veroorzaakt. Daar bovendien eerlang eene wijziging althans van art. 19 der wet te wachten is, en de toepassing van bovengenoemden tijdelijken maatregel op de minst kostbare wijze geheel in de behoefte der scholen voorziet, meenen wij dat het beter is, de tegenwoor dige bepalingen voorloopig te handhaven. Er is echter één punt waarop wij eene wijziging wenschelijk achten. De toelage ten behoeve van eiken kweekeling bedraagt thans f 70 voor de scho len van on en minvermogenden, f 80 voor die van meervermogenden. Daar het herhaaldelijk gebleken isdat de geringheid der toelage jongelieden van aanleg terughoudt van hun wensch voor 't onderwijs opgeleid te wordenen men dus niet steeds genoeg keuze heeft, wenschen de hoofden der scholen dat deze toelagen respectievelijk tot f 100 en ƒ120 zullen verhoogd worden. Wij deelen geenszins het gevoelen dergenen, die na eerst jarenlang aan jonge kweekelingen eene taak boven hunne krachten te hebben opgelegd nu prediken dat men de kweekelingen uit de school moet verbannen. Inte gendeel, onder goed toezicht en na behoorlijke instructie bewijzen de kwee kelingen dikwijls uitstekende diensten en uit onze oud-kweekelingen recruteert zich aanhoudend ons hulppersoneel. Daarbij is nog deze wijziging wensche lijk. De school voor voorbereidend onderwijs 2de klassedie eene éénheid vormt met die scholen voor voortgezet onderwijs, biedt veel beter gelegenheid tot vorming en werkzaamheid der kweekelingen dan de laatstgenoemde. Thans mogen aan elk der drie scholen 6 kweekelingen aangesteld wordenop de laatste is in den regel slechts voor weinige oudere kweekelingen plaats; op de eerste wenscht men een grooter getal. Hieraan zou voldaan worden door eene wijziging der verordening, waarbij het getal der kweekelingen voor de drie scholen te zamen bepaald werd op hoogstens 18, in gemeenschappelijk overleg tusschen de betrokken hoofdonderwijzers te verdeelen. Aan Heeren Burge- De Districts-Schoolopziener meester en Wethouders vau Leiden. M. J. De Goeje. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1877 | | pagina 2