144 Aan den Edel Aebtb. Raad der Gemeente Leiden. Geven de ondergeteekenden Gebr». Den Houter te kennendat zij voor de woning boven hun nieuw gebouwd pakhuis Oude Heerengracht n°. 24 wenscben te leggen een stoepzerk. Zij behoeven hiertoe uwe toestemming en verzoeken door deze beleefdelijk dat hun die worde gegeven. 'tWelk doende, Leiden, 1 September 1876. uwe dienstw. dienaren, Gebr». Den Houter. N°. 210. Leiden, 15 September 1876. Door J. W. Filippo wordt bij nevensgevoegd adres vergunning gevraagd tot het leggen van een stoep en het plaatsen van palen vóór zijn huis op de Oude Heerengracht n°. 14. Wij hebben hierop den heer Voorzitter der Commissie van Fabricage gehoord en zijn met dezen van oordeel dat geen bezwaar bestaat den adres sant de gevraagde vergunning te verleenen, onder voorwaarde dat de stoep worde geplaatst in de rooiing van dc daarnevens liggende stoep, en stellen u dus voor daartoe te bestuiten. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, la Augustus 1876. Heeren Burgemeester en Wethouders der stad Leiden. l)e ondergeteekende verzoek UEd. Achtb. om voor zijn huis op de Oude Heerengracht wijk 8, n®. 14, vergunning te mogen vragen om een hartsteenen stoep en palen te stellen met onderwerping aan rooiing enz. enz. In afwachting. UEd. Dw. dienaar, J. W. Filippo. N°. 211. Leiden, 16 September 1876. De Commissie van Financiën mankt geene bedenkingen tegen de in hare handenten fine van onderzoekgestelde rekening van de plaatselijke schoolcommissie over 1875 en heeft de eer u voor te stellen die goed te keuren de ontvangst ad ƒ196.88 en de uitgaaf ad ƒ196.88 sluitende alzoo quite. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz. N®. 212. Leiden, 19 September 1 876. De Commissie van Financiën heeft de eer uwe vergadering te berichten dat bij haar geen bezwaar bestaat tegen de goedkeuring der voordrachten van Burgemeester en Wethouders betreffende: a. het beschikbaar stellen van 250 voor het stellen van een bliksem- allrider op de Lakenhal; b. het in het openbaar verkoopen van bouwgrond aan den vestwal tusscben de Kaiserstraat en den Vliet; c. het niet toestaan van het verzoek van J. Van der Kamp, om den eigen dom van het plein buiten de voormalige Hoogewoerdspoort. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën enz. N®. 213. Leiden, 18 September 1876. De Commissie van FTnanciën heeft de eer u te berichten op de in hare handen ten fine van bericht en raad gestelde begrooting Voor 1877 der bank van leening alhier, dat zij deze onderzocht heeft en daarop bij haar geenc aanmerkingen zijn voorgekomen, weshalve zij vrijheid vindt u te raden deze goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. 214. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geelt met verscbuldigden eerbied te kennende Commissie voor de Volks voorlezingen van het Departement Leiden der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen dat zij nu reeds driemalen eene Tentoonstelling heeft gehouden van bloe men en planten door den werkman en diens gezin gekweekten het plan heeft opgevat om, overeenkomstig het hierbij gevoegde prospectus, in het volgende jaar ook eene tentoonstelling te houden van werkstukken enz. door den werkman in zijn' vrijen tijd vervaardigd; dat zij niet zonder zelfvoldoening mag vermelden dat de bedoelde Bloe mententoonstellingen geheel aan de verwachting hebben beantwoord, en deze inderdaad beschavend en veredeleud op de volksklasse hebben gewerkt, en de door haar ontworpen tentoonstelling van werkstukkenbij genoegzame deelneming, voorzeker dienzelfden gunstigen uitslag hebben zal; dat zij om verschillende redenen, waaronder de financieele questie, niet de geringste plaats beslaat, niet voornemens was, om, nevens de voorge nomen tentoonstelling van werkstukken, ook in het volgende jaar nog weder eene bloemententoonstelling te houdenmaar zijsedert dit bekend is ge worden van onderscheidene kanten zóóveel aanzoek heeft ontvangen om toch ook de Bloemententoonstelling te doen doorgaandat zij vooral met het oog op de gunstige resultaten die de vorigen opleverden geen vrijheid vindt om aan haar primitief voornemen om de Bloemententoonstelling in het volgende jaar niet te doen plaats hebbengevolg te geven dat, daar zij dus de innige overtuiging heeft dat deze en soortgelijke tentoonstellingen in hooge mate de belangstelling van het volk niet alleen, maar van alle klassen der maatschappij opwekken, en het zeer zeker ook tot uwe roeping behoort om alles wat strekken kan om veredelend op het volk te werken te bevorderen, zij met vrijmoedigheid uwe ondersteuning van haar pogen in deze inroept; dat zonder dien steun het baar onmogelijk zal zijn aan haar voornemen om in het volgend jaar de beide voorgenomen tentoonstellingen te houden gevolg tc geven, maar wanneer zij daarvan, reeds nu, de zekerheid had, de verwezenlijking barer plannen aan geen redelijken twijfel onderhevig is; redenen waarom zij zich eerbiedig tot uwe vergadering is wendende met het verzoek dat het uv behagen moge voor de beide door haar te houden tentoonstellingen op de gemeentebegrooting voor 1877 uittetrekken eene som van vijf honderd gulden (f 500) ah subsidie. 't Welk doende enz. De Commissie voor de Volksvoorlezingen voorn., W. T. Werst, Voorzitter. A. W. Kroon Jr., Secretaris. N°. 213. Leiden, 23 September 1876. Ten gevolge van het raadsbesluit van 24 Augustus jl. tot uitbreiding van het hulppersoneel aan de openbare scholen voor minvermogenden hebben wij de eer u aan te bieden eene door onsin overleg met den hoofdonder wijzer der school n®. 1 voor minvermogenden en den districts-scboolopziener, opgemaakte voordracht voor de benoeming van een onderwijzer 1ste klasse- aan die school, op eene jaarwedde van 900 ah: 1°. Dirk Hendrikus Poelman, 2°. Cornelia Lambertus Van den Berge, en 3®. Nicolaas Gou- wentak allen alhier. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N®. 216. Leiden, 21 September 1876. Onder overlegging van het verzoek van G. Van Cazant, ter bebouwing van een gedeelte van het Kaamland buiten de voormalige Marepoort, ver gezeld van het daaromtrent door ons ingewonnen rapport van de Commissie van F'abricage, waarmede wij ons kunnen vereenigen, geven wij uwe verga dering in overweging om aan adressant te kennen te geven dat er bezwaar bestaat aan zijn verzoek te voldoen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan Heeren Burgemeester, Wethouders en Leden van den Raad der gemeente Leiden. Geeft met verscbuldigden eerbied te kennen, Gerardus Van Cazant, koop man, wonende alhier, Noordeinde n®. 25; dat hij wenscht in regt van opstal te bekomen een gedeelte van het Kaamveld gelegen aan den singel tusschen de voormalige Mare- en Heeren poorten dezer stad en kadastraal bekend als een zuidoostelijk deel ter grootte van acht aren, vijf en vijftig centiaren, op bijgaande kaart duide lijk aangewezen; dat hij bij een gunstige beschikking het voornemen heeft op dien grond één schuur en één of meer hooi of korenbergen te bouwenwaarom hij de vrijheid neemt beleefdelijk te verzoeken om zoo mogelijk dezen grond in regt van opstal te mogen aanvaarden voor zoodanige» prijs, aantal jaren en verdere voorwaarden als overeengekomen warden kan. 't Welk doende, enz. Leiden, 22 Augustus 1876. Gerardus Van Cazant. Leiden, 20 September 1876. Bij het hiernevens gevoegd request wordt door G. Van Cazant in gebruik gevraagd, met het recht van opstal, een gedeelte van het Raamland, gele gen aan den singeltusschen de voormalige Mare- en Heerepoortenonder de gemeente Leiderdorp, en wel een zuidoostelijk gedeelte, ter grootte van 855 centiaren, bij het Kadaster bekend onder Sectie A, n°. 2007, ten einde daarop te plaatsen een schuur en een of meer hooi- of korenbargen. De Commissie van Fabricage meent den afstand van dien grond tot dat doel te moeten ontradenomdat de nabijheid der petroleum-bergplaatsen op dit Raamland en van de Stedelijke Gasfabriek aan de overzijde niet ver oorlooft, dat aldaar geplaatst worden aan brandgevaar onderhevige schuren en hooibargenterwijl het bovendien niet bevorderlijk zou zijn aan den welstand langs den singel of de openbare wandeling, wanneer aldaar, nu hooibergen wellicht later daggeldershuisjes en stroomagazijnen worden ge plaatst, in elk geval dat Raamlandnu tot schietbaan gedeeltelijk dienende, ook voor eenige andere bestemming ter beschikking van het Gemeente bestuur dient te blijven. De Commissie acht zich derhalve verplicht tot eene afwijzende beschik king te adviseeren. Aan HH. Burgemeester De Commissie van Fabricage, enz. en Wethouders. N°. 21?. Leiden, 22 September 1876. Na kennisneming van de stukken betrekkelijk het verzoek van J. Ciggaar hebben wij de eer uwe vergadering mede te deelen dat wij er geen bezwaar tegen hebben dat voorloopig tot 1 April a. s. aan adressant worde vergund de tolheffing bij de Postbrug aan de Haarlemmertrekvaart tegen betaling van eene som van f 100 en dat de waarde van de bij beschikking van 12 No vember 1849 aan wijlen D. Ciggaar in gebruik gegeven gronden door des- j kundigen worde getaxeerd. Inmiddels achten wij het wenschelijk dat spoedig worde overgegaan tot de splitsing van de burgerrechtelijke eigendommen van de Haarlemmer- trektvaart aan de gemeenten Haarlem en Leiden toebehoorendeter uitvoe ring van het in het jaar 1872 genomen besluit, en geven wij u mitsdien in overweging Burgemeester en Wethouders uit te noodigen om de afdoe ning van deze aangelegenheid zooveel mogelijk te willen bespoedigen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz. N°. 218. Leiden, 22 September 1876. Door Burgemeester en Wethouders is aan uwe vergadering medegedeeld dat de kosten van zaalhuur voor de onlangs plaats gehad hebbende bloemen tentoonstelling hebben bedragen ƒ186, op grond waarvan wordt voorgesteld de oorspronkelijk aangevraagde toelage aan de Commissie der Volksvoor lezingen ad ƒ100 op bovengenoemd bedrag var. ƒ186 vast te stellen. Wij achten het billijk dat de ter zake aan de gemeente betaalde zaalhuur aan de Commissie worde gerestitueerd en maken dan ook geen bezwaar uwe vergadering in overweging te geven de voordracht goed te keuren en tot de vaststelling over te gaan van den overgelegden staat van af- en over schrijving, strekkende om art. 13 van Hoofdstuk VII, Kosten voor het onderwijs in kunsten en wetenschappen, der begrooting voor dit jaar met ƒ186 te verhoogente vinden uit den post voor Onvoorziene Uitgaven. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1876 | | pagina 2