26 gar 500Van der Mey 200; Verdam ƒ400; Brongersma ƒ400; Siche- rer ƒ200; Van Tbiel ƒ250 en Byvanck 200. Zooals in bet rapport der Commissie wordt aangegeven, zal de gebeele verhooging alzoo bedragen eene som van ƒ2100, waarvan 760 moet wor den gebracht op het Gymnasium, en ƒ1340 op die der Hoogere Burger school, terwijl volgens het oorspronkelijk voorstel de verhooging zoude heb ben bedragen ƒ1737. Wij stellen uwe vergadering alsnu voor het door de commissie ontworpeu besluit met de daarin boven aangegeven wijzigingen vast te stellenluidende alsdan als volgt Art. 1. De jaarwedden der leeraren verbonden aan de gemeente-instellin gen voor booger en middelbaar onderwijs worden vastgesteld als volgt: a. voor den rector van het Gymnasium op 3000. b. voor den directeur van de Hoogere Burgerschool op ƒ3000, tfict vermeerderd met 100 voor het onderwijs in warenkennis 3100> c. voor den conrector van het Gymnasium2000. d. voor den leeraar in de physica 2000. e. voor twee leeraren in de wiskunde, voor ieder op1800. voor den derden leeraar in'de wiskunde op1400. g. voor den praeceptor van het Gymnasium voor drie leeraren in Nederlandse he taal-en letterkundegeschiedenis en aardrijkskunde, en voor zes leeraren in vreemde talen en hare letterkur.de, voor ieder op1600. h. voor de leeraren in natuurlijke historie en in staatswetenschap penvoor ieder op 1000. i. voor den leeraar in liet hebreeuwse!)100. j. voor den leeraar in het boekhouden2 k. voor den leeraar in het schoonschrijven100. I. voor den leeraar in het rechtlijnig teeketien500. Art. 2. üe in het vorige artikel onder letter a tot en met g genoemde leeraren (rector en directeur daaronder begrepen) genieten tweemaal eene verhooging van traetement van 200. De eerste verhooging zal voor iederen leeraar ingaan den lsten Januari van het jaar volgende op dat, waarin hij zijn vierjarigen diensttijd volbr.cht zal hebben; vier jaren na dit tijdstip ontvangt hij de tweede. De onder letter h genoemde leeraren ontvangen op dezelfde wijze telkens eene verhooging van ƒ100. De_&*erige lecrajsui—etrtfangen gegttfr -vërhoQging. Art. 3. De bezoldigingen van de leeraren in het handteekenen en in de gymnastiek norden afzonderlijk, geregeld. A t 4. Aan de leeraren in de vreemde talen en hare letterkunde (bedoeld onder litt. g van art. 1), wordt de verplichting opgedragen om de uren, die zij niet behoeven te besteden voor het onderwijs aan het gymnasium en de hoogere burgerschool beschikbaar te stellenhetzij ten behoeve van de kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressenhetzij ten behoeve van de scholen voor meer uitgebreid lager onderwijsmet dien verstande" even wel dat voor-aTtïf^inrichtingen vgg-podtff'KIjs te zametfeén maximum van 24 fffüréiTniet zal wordffirTB^chreden. Art. 5. Deze verordening is toepasselijk op de leeraren, die thans in functie zijn, onder de volgende bepalingen: 1°. De eerste verhooging bedoeld in art. 2 gaat voor die leeraren, die op den lsten Januari 1S76 vier of meer jaren dienst hebben, in met dien datum; voor. de overige op den lsten Januari van het jaar volgende op dat, waarin zij hun vierjarigen diensttijd volbracht zullen hebben. De twee ie verhooging wordt door iederen leeraar ontvangen vier jaar nadat hij in het genot der eerste getreden zal zijn. 2°. De heeren Kroon en Campert worden beschouwd als de leeraren onder letter ede heer Van Loghem als die onder letter van art. 1 genoemd. 3®. Alle persoonlijke toelagen aan onderscheidene leeraren toegekend vervallen. Vermits bij vaststelling van dit besluit na bekomen goedkeuring door het booger gezag, zooals boven werd medegedeeld, het op de begrooting uitgetrokken bedrag vermoedelijk niet toereikend zal wezen, zullen wij later des vereischt de noodige voorstellen tot verhooging van de betrekkelijke artikelen.indienen. Ten slotte zal bij deze gelegenheid tevens eene beslissing moeten worden genomen aangaande de regeling der jaarwedde van den Iet-raar in de nis- en natuurkundige wetenschappen aan dc meisjesschool der 1ste klasse. Onder referte aan het ter zake medegedeelde in de Memorie van Toelich ting op de hegrooting voor dit jaar en in de betrekkelijke stukken stellen wij voor het in het bovenbedoeld besluit aangenomen stelsel van verhooging der jaarwedden van de leeraren aan de gemeente-instellingen voor booger en middelbaar onderwijs mede van toepassing te verklaren op den leeraar voor de wis- en natuurkundige vakken aan eerstgenoemde school. Mij geven derhalve in overweging de in de verordening van 4 Mei 1872 bepalende de jaarwedden van de hoofdonderwijzers ënz. (Gein. blad n°. 9) daaromtrent voorkomende betrekkelijke zinsnede te lezen als volgt: De jaarwedde van den leeraar voor de wis- en natuurkundige vakken bedraagt ƒ1600. Die leeraar geniet tweemaal eene verhooging van trae tement van ƒ200. De eerste verhooging gaat in met den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij zijn vierjnrigen diensttijd vol bracht zal hebbenvier jaren na dit tijdstip ontvangt hij de tweede. Aangezien «ie tegenwoordige titularis, de heer J. H. Jennes, als zoodanig is benoemd den 28sten November 1872 zal de voorgestelde verhooging eerst met 1 Januari 1877 behoeven te worden toegepast. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethoudersenz. Leiden, 30 Januarij 1876, In antwoord op uwe missive van den 26sten dezer, n°. 79, hebben wij de eer u te berichtendat eene vaststelling van het aantal door iederen leeraar te geven lessen ons minder wenschelijk toeschijnt. Wij achten liet gevaarlijk eene zaakdie van zoo velerlei omstandigheden afhankelijk moet zijn-, bij verordening te regelenen nemen de vrijheid u te herinne ren dat de vaststelling van het aantal lessen voor enkele leeraren in dc vreemde talen alleen geschied is, om hen, daar zij tevens onderwijs zouden moeten geven aan de normaalschool, te doen begrijpen, dat de bedoeling niet washen met werkzaamheden te overladen. Namens de vereenigde Commisssie van toezicht op de gemeente- instellingen van hooger en midddelbaar onderwijs, v. d. Brandeler, Voorzitter. H. J. Hamaker, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. N°. 23. Leiden, 9 Februari 1876. Op het door den heer Dr. J. Van Kaathovën aan uwe vergadering gericht verzoek om na het verstrijken van den loopenden termijn, op 14 Maart e. k.op nieuw voor den tijd van drie jaren in zijne betrekking van stads chirurgijn te worden gecontinueerd, hebben wij, evenmin als de drie groote armbesturenwier rapporten hierbij worden overgelegdreden tot afwijzend advies, zoodat wij de eer hebben u voor te stellen de gevraagde continuatie toe te staan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Dr. Jacobus Van Kaathoven, dat de termijn van zijne benoeming tot stads-chirurgijn aanstaanden 14 Maart verstreken zal zijn en hij gaarne in die betrekking wenseht gecontinueerd te worden. lieden waarom hij de vrijheid neemt uwe vergadering te verzoeken hem als zoodanig te willen herbenoemen. 't 'Welk doende Leiden, 18 Januari 1876. Uw Dw. Dienaar Dr. Jac. Van Kaathovën. Leiden, 2 Februari 1876. Voldoende aan UEd. Achtb. uitnoodiging van 25 Januari n°. 117. om te dienen van bericht en raadomtrent liet verzoekschrift van den heer Dr. J. Van Kaathovën, om continuatie in zijne betrekking als stads-chi- rurgijnhebben diakenen der Nederduitsche Hervormde Gemeente alhier, de eer UEd. Achtb. te berigten dat bij genoemd collegie geen bezwaar is gemaakt om genoemden heer de gevraagde continuatie te verluenen. Namens Diakenen voornoemd, Aan HIl. Burgemeester en Wethouders G. J, Corts Voorz. der Gemeente Leiden. C. C. Tieleman Secret. Leiden, 7 Februari 1876. Voldoende aan UEd.-Achlb. uitnoodiging van dato 25 Januari jl, N°. 117, om te dienen van bericht en raad op het daarbij copieëlijk overgelegd ver zoek van den heer Dr. Jacobus Van Kaathovën, vragende om herbenoeming zijner betrekking als stads-chirurgijn, expireerende 14 Maart e. k. hebben Mrn regenten van de 11. C. Armen alhier, de eer bij deze te berichten: Dat bij het collegie geene bedenkingen tegen adressants verzoek bestaan en mitsdien de inwilliging er van hij den llaad der gemeente aanbevelen. Mrn regenten voornoemd De Voorzitter, L. J. A. Desertine. De Secretaris, A. H. Hessels. Den Heere Burgemeester der gemeente Leiden. Leiden, 31 Januari 1875. Ter voldoening aan uw verzoek in dato 25 Januari jl., op het adres van den heer Jacobus Van Kaathovën. dd. 18 Januari II., inhoudende zijne herbpnoeming tot stadschirurgijn, zoo wenschen Armverzorgers der Neder- landsche Israëlictische Gemeente, dat adressants verzoek ingewilligd worde. Arihverzorgers der Nederlandsche Israëlitische Gemeente te Leiden J. E. Goudsmit Voorz. S. A. Andreson, Secret. Aan HH. Burgemeester, Wethouders en den Gemeenteraad te Leiden. Tc Leiden ter Boekdrukkerij van 3. C. DRABBE. f

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1876 | | pagina 4