HAHSELrai TAB DIB GEIEESTERAAD TAB 1BIDBB. 36. INGEKOMEN STUKKEN ter inzage van de leden nedergelegd. N*. 233. Leiden, 28 September 1875. De Commissie van Financien heeft de eer uwe vergadering mede te deelen dat zij zich vereenigt met de voordracht van Burgemeester en Wethouders strekkende om dat college te machtigen tot het doen herstellen van het daarbij bedoelde torentje van het Baadhuis en geeft u mitsdien in overweging die voordracht goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N®. 234. Leiden, 28 September 1875. De Commissie van Financiën, zich vereenigende met de daartoe betrek kelijke voordracht van Burgemeester en Wethouders, heeft de eer uwe ver gadering in overweging te geven de gehoorzaal kosteloos in gebruik af te staan aan de Commissie voor het gedenkteeken van Leidens Ontzet. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. 233. Leiden, 28 September 1875. Ter voorziening in de vacature bestaande aan de openbare lagere school n®. 1 voor minvermogenden hebben wij de eer uwe vergadering hierbij aan te bieden eene voordracht door ons in overleg met den betrokken hoofd onderwijzer en den districts-schoolopziener opgemaakt, met verzoek daaruit de benoeming van een hulponderwijzer of eene hulponderwijzeres op eene jaarwedde van 550 te willen doen, als: 1°. Frederik Adolph Yan Dam te Leur bij Breda, terwijl ter aanvulling worden voorgedragen2°. mej. Trijntje Koning en 3°. mej. Jacqueline Drinhuyzen, beide alhier. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N°. 236. Leiden, 28 September 1875. Op den 30 Augustus jl. heeft plaats gehad de openbare verhuring van het bevisschen van een gedeelte der Haarlemmertrekvaart van het tolhek over den Bijnsburgervliet tot aan den -echtkanten watermolenwaarvoor slechts één inschrijver is opgekomen, namelijk J. C. Spaargaren, vischhan- delaar onder Oegstgeest, voor de som van 30 per jaar. Vermits de ge boden som ons te gering voorkwam, hebben wij daarop besloten de huur niet te gunnen, in afwachting van een daaromtrent nader te nemen besluit. Inmiddels heeft voornoemde Spaargaren zich thans met het hierbij overgelegd adres tot uwe vergadering gewendmet verzoek de bedoelde perceelen visch- water onder de hand te mogen huren voor 50 per jaar, overeenkomende met het tot dusverre door hem ingevolge vroeger gehouden openbare ver huring betaald wordend bedrag. Wij meenen dat er thans, nu eene openbare verhuring zonder gewenseht gevolg heeft plaats gehad, alleszins termen bestaan om aan het verzoek gunstig gevolg te geven. De gevraagde termijn van 10 jaren komt ons evenwel te lang voordeze zoude o. i. moeten gesteld worden op denzelfden duur als waarvoor de verhuring vroeger heeft plaats gehad. Wij geven uwe vergadering daarom in overweging om meergemeld visch water onder de hand te verhuren aan den adressant voor den tijd van 5 jaren en 3 maanden, ingaande 1 October a.s. voor de som van 50 per jaar en verder onder de bestaande voorwaarden, die hierbij ter kennisneming worden overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den Baad der Gemeente Leiden. Geeft met verschuldigde eerbied te kennen Johannes Cornelis Spaargaren vischhandelaarwonende te Oegstgeest dat hij bij de laatst gehouden inschrijving van de 7 perceelen vischwater in de Haarlemmer Trekvaart hééft ingeschreven voor de som van ƒ30 per jaar, voor den tijd van vijf jaren, dat hem dat water voor die som niet is gegund dat alom de visscherijen in een ongunstige toestand verkeeren, dat hij door de thans plaats hebbende stoombootdienst van Noordwij k op Leidendus in een gedeelte van de bedoelde perceelen vischwater de vis- scherij wordt belemmerd, dat hij zich mitsdien bezwaard acht een koogeren pachtsom te besteden dat hij evenwel door de weigering van UEd. Achtb. hem het vischwater voor de som van ƒ30 per jaar af te staan, zich genoodzaakt ziet zijn bod te verhoogen dat de pachtsom sedert verscheidene jaren heeft bedragen f50 per jaar, dat hij nu eerbiedig verzoekt dat door UEd. Achtb. besloten werd hem dat water voor 10 achtereenvolgende jaren te verpachten voor de som van ƒ50 per jaar. Bedenen waarom hij de vrijheid neemt zich tot UEd. Achtb. te wenden, zich yleijende dat gunstig op dit zijn verzoek door UEd. Achtb. zal worden beschikt. 'tWelk doende etc., Oegstgeest, 27 September 1875. J. C. Spaakgaren. Leiden 2 October 1875. De Commissie van Financiën heeft de eer uwe vergadering in overweging te geventot goedkeuring te besluitenvan de voordracht van Burgemeester en Wethouders, strekkende om aan J. C. Spaargaren, voor den tijd van 5 jaren en 3 maanden, ingaande 1 October dezes jaars, voor de som van 50 in het jaar, te verhuren het vischwater van het daarbij bedoelde ge deelte der Haarlemmertrekvaart. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz. N°. 239*. Leiden, 7 October 1875. De Commissie van Financiën heeft de eer u te berichten op de in hare handen ten fine van bericht en raad gestelde begrooting voor 1876 der Bank van Leening alhier, dat zij deze onderzocht heeft en daarop bij haar geene aanmerkingen zijn voorgekomen, weshalve zij vrijheid vindt u te raden deze goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N#. 238. Leiden, 30 September 1875. Ter vervulling der vacature aan de openbare lagere school n°. 1 voor minvermogenden, hebben wij in overleg met den betrokken hoofdonderwij zer en den districts-schoolopziener eene voordracht opgemaakt, die wij de 1876, eer hebben bij deze aan uwe vergadering voor te leggen, met beleefd ver zoek daaruit de benoeming te willen doen van een hulponderwijzer op eene jaarwedde van 550, te weten: 1". Jacob Tammo Borgman teWestzaan; en ter aanvulling van het drietal: 2°. Johannes Jacobus Cockuyt en Gerrit Bernardus Lalleman, beide alhier. Burgemeester en Wethouders, enz. 3 Aan den Gemeenteraad. N°. 239. Leiden, 2 October 1875. Wij hebben de eer uwe vergadering hierbij over te leggen de berichten van de plaatselijke commissie van toezicht en van den inspecteur van het middelbaar onderwijs omtrent de sollicitanten naar de betrekkingen van leeraar in de natuurlijke historie en in de Hoogduitsche taal- en letterkunde aan de gemeente-instellingen voor hooger en middelbaar onderwijs alhier. Ons met die adviezen vereenigendenemen wij de vrijheid u ter benoeming aan te bevelen voor natuurlijke historie, dr. William Burck te Haarlem, en voor Hoogduitsche taal- en letterkunde, den heer J. J. A. A. Frantzen te Oosterhout; wat laatstgenoemde betrekking betreft, onder bepaling dat de uren welke de benoemde niet behoeft te besteden voor het onderwijs aan het Gymnasium en de Hoogere Burgerschoolbeschikbaar zullen blij ven ten behoeve, hetzij van de Kweekschool voor onderwijzers en onder wijzeressen, hetzij van de scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs, met dien verstande evenwel, dat hij aan alle inrichtingen van onderwijs te zamen niet meer dan 24 uren 's weeks werkzaam zal zijn. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethoudersenz. Leiden 29 September 1875. In antwoord op uwe missive van den 13 Sept. 11. n°. 691 en onder terug zending harer bijlagen hebben wij de eer te berichten, dat wij den heer dr. W. Burck te Haarlem voor de betrekking van leeraar in de natuurlijke historie aan de gemeente-instellingen voor hooger en middelbaar onderwijs aanbevelen. Namens de Yereenigde Commissie van toezicht op de gemeente instellingen voor hooger en middelbaar onderwijs. v. d. Beandeler, Voorzitter. H. J. Hamaker; Secretaris. Aan Burgemeester en Wethouders van Leiden. Leiden, 29 September 1875. In antwoord op uwe missive van den 23 Aug. 11. n#. 635 en onder terug zending der stukken hebben wij de eer u te berichten, dat wij voor de vacante betrekking van leeraar in het Hoogduitsch aan de gemeente-instellingen voor hooger en middelbaar onderwijs aanbevelen den heer J. J. A: A. Frant zen te Oosterhout. Namens de Vereenigde Commissie van toezicht op de gemeente instellingen voor hooger en middelbaar onderwijs. v. d. Beandeler, Voorzitter. H. J. Hamaker, Secretaris. Aan Heeren Burgemeéster en Wethouders van Leiden. Leiden, 1 October 1835. In antwoord op uw schrijven van heden n#. 735 heb ik de eer te be richten dat ik mij geheel vereenig met de voordracht der Commissie van Toezicht, en derhalve voorstel aan den gemeenteraad ter benoeming aan te bevelen: voor natuurlijke geschiedenis dr. W. Burck, van Haarlem; voor Duitsche taal- en letterkunde J. J. A. A, Frantzente Oosterhout. De Inspecteur M. O., Steïn Paevé. Aan Burgemeester en Wethouders van Leiden. N°. 240. Leiden, 4 October 1875. Wij hebben de eer u hierbij over te leggen de adviezen van de vereenigde commissie van toezicht en van den inspecteur op het middelbaar onderwijs omtrent den eenigen sollicitant naar de betrekking van leeraar in de Engel- sche taal- en letterkunde aan de gemeente-instellingen voor hooger en mid delbaar onderwijs. Wij nemen de vrijheid u ter benoeming aan te bevelen den heer Thomas Plummer, onder voorwaarde dat hij zich in den loop der jaren 1876 of 1877 de bevoegdheid voor middelbaar onderwijs verschaffe, en onder bepaling dat de uren welke de benoemde niet behoeft te besteden voor het onderwijs aan het Gymnasium en de Hoogere Burgerschool, beschikbaar zullen blijven ten behoevehetzij van de Kweekschool voor onderwijzers en onderwijze ressen, hetzij van de scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs, met dien verstande evenweldat hij aan alle inrichtingen van onderwijs te zamen niet meer dan 24 uren 's weeks werkzaam zal zijn. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, 21 Sept. 1875. In antwoord op uwe missive van den 23 Aug. 11. n®. 635 en onder terug zending der bijgevoegde stukken hebben wij de eer u te berichten, dat wij den heer Thomas Plummer, thans docent te Noorthey, aanbevelen voor de vervulling van de vacante betrekking van leeraar in de Engelsche taal- en letterkunde aan de gemeente-instellingen voor hooger en middelbaar onder wijs. Echter stellen wij u voor, aan den gemeenteraad in overweging te gevendat hij bij eene eventueele benoeming den heer Plummer de ver plichting opleggezich binnen zekeren tijd de bevoegheid tot het geven van middelbaar onderwijs in 't Engelseh te verschaffen. Namens de Vereenigde Commissie van toezicht op de gemeente- instellingen van hooger en middelbaar onderwijs. V. d. Brandeler, Voorzitter. H. J. Hamaker, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. Leiden, 29 Sept. 1875. In antwoord op uwe missive van den 27 Sept. 11. n®. 2001 en onder terug zending harer bijlagen hebben wij de eer u te berichten, dat wij ons met het gevoelen van den heer inspecteur van het m. o. vervat in zijne missive van den 26 Sept. 11. n®. 2027 niet kunnen vereenigen. Wij blijven van mceningdat het beter is den heer Plummer aan te stellen tot leeraar aan beide inrichtingenomdat hijhoewel aanvankelijk slechts voor het gymna sium bestemd, bij ziekte, vacature of dergelijke omstandigheden, misschien ook aan de hoogere burgerschool onderwijs zal moeten geven. 39

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1875 | | pagina 1