HINDElINfiEN VIN DIN KEIEENTEBIID VIN LEIDEN.
25.
Zitting Tan Donderdag 15 Juli 1875,
's namiddags te 2| uur.
Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C- Van den Brandeler.
Te behandelen onderwerpen:
1». Benoeming van een Commissaris der Bank van Leening. (157)
2°. Idem van drie Bestuurders van het Werkhuis. (160)
3°. Idem van drie hulponderwijzers of hulponderwijzeressen aan de scholen
n°. 1 voor onvermogenden en de scholen n». 1 en 2 voor minvermogen
den. (155)
4». Idem van eene onderwijzeres 2de klasse aan de meisjesschool l,teklasse. (156)
5». Idem van een hulponderwijzer of eene hulponderwijzeres aan de school
n». 1 voor minvermogenden. (158)
6*. Idem van eene onderwijzeres 2de klasse aan de Tusschenschool. (165)
7». Verzoek van W. Werstter bekoming van wachtgeld of pensioen we
gens de opheffing van zijne betrekking aan de Bank van Leening. (142 en 163)
8°. Idem van W. Melgerd. om ontslag als hulponderwijzer aan de jongens
school l!le klasse. (159)
9°. Idem als voren van Mej. II. M. Niemeijer, als hulponderwijzeres aan de
school n°. 1 voor onvermogenden. (166)
10». Idem als voren van G. Brinks, als onderwijzer 2de klasse aan de school
n». 2 voor minvermogenden. (167)
11». Voordracht betrekkelijk de verhuring van het I Jkkantoor op de Aalmarkt
aan het Rijk. (161 en 168)
Tegenwoordig de lieeren Hartevelt, Goudsmit, Suringar, Juta, Eigeman,
Le Poole, Verster, Scheltema, Du Bieu, Dercksen, Van ItersonStoffels,
Lezwijn, Van Hettinga Tromp, De Fremery, Cock en Van den Brandeler.
De heer Van Outeren gaf kennis verhinderd te zijn de vergadering bij
te wonen.
De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Zaterdag 26
Juni 11. worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede:
1®. Dispositiën van de Gedep. Staten van Zuid-Holland, dd. 28 Juni/3 Juli
n°. 48/2, 5/7 Juli n°. 27/1, houdende goedkeuring van de raadsbesluiten
van 27 Mei, tot af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1874, en
van 26 Juni, tot afstand der tienden onder Leiderdorp, en van gemeente
grond aan Dr, R. B. Hirschig en J. Van der Kemp.
2®. Missive van A. Borgmanhoudende aanneming van de betrekking als
hulponderwijzer.
Deze missive luidt als volgt:
»Wel-Ed. Heeren!
Vereerd met mijne benoeming als hulponderwijzer aan de openbare lagere
school voor minvermogenden n°. 2, neem ik de vrijheid voormelde betrek
king bij dezen aantenemen op 1 Augustus e. k.
Vertrouwende dat UEd. zulks goedvinden ben ik,
Wel-Ed. Heeren,
UWEd. dv. dienaar,
A. BqrgmaN.
Aan den Raad der Gemeente Leiden."
Deze worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1®. Adressen van W. Van den BerghJ. Bijdendijk, E. MekernF. A.
Knage, voor de Wed. Sala, W. J. H. Van AmeromW. Melgerd, Jhr.
Mr. W. H. Snouck Hurgronje en Molenaar, om afschrijving of restitutie
van plaatselijke directe belasting.
2°. Adres van A. Gijbeis c.s.houdende verzoek dat de Korte Lange-
gracht moge worden gedempt.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze adressen te stellen in
handen van Burgemeester en Wethouders en van de Commissie van Financiën.
3®. Rekening van het Heilige Geest of Arme Wees- en Kinderhuis,
over 1874.
4®. Idem van het Israëlietisch Armbestuur.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen
van de Commissie van Financiën.
5®. Adres van R. Dijkstra, om ontslag als leeraar aan de gemeente
instellingen voor hooger en middelbaar onderwijs.
6". Adressen van J. T. J. Schimmel en J. N. Van der Mark, om te
worden benoemd tot opzichter bij de fabricagewerken.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze adressen te stellen in
handen van Burgemeester en Wethouders.
7". Voordracht voor de benoeming van een hulponderwijzer aan de jongens
school 1ste klasse.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze ter inzage van de leden
in de leeskamer neder te leggen.
8°. Adres van agenten van politie, houdende bezwaar tegen de ontwerp
verordening op het verleenen van pensioen aan gemeente-ambtenaren.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten dit adres te behandelen bij
de betrekkelijke verordening.
De Voorzitter. Nog is ingekomen eene missive van de Gedeputeerde
Staten, daarbij inzendende een aan Z. M. den Koning ingediend adres van
den Kerkeraad der Nederd. Hervormde gemeente alhier, waarbij Zr. Ms.
tusschenkomst wordt ingeroepen tot vereffening van het geschil met het
Gemeentebestuur over de rangschikking van het H. G. of Arme Wees- en
Kinderhuis op de lijst der instellingen van weldadigheid. Daaromtrent zullen
1875.
Burgemeester en Wethouders hun advies te zijner tijd mededeelen. Inmid
dels zullen deze stukken ter inzage van de leden worden nedergelegd.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een Commissaris der Bank van Leéning.
(Zie Handd. 23 n®. 157.)
De heeren Juta, Dercksen en Lezwijn worden door den Voorzitter uitge-
noodigd met hem het bureau van stemopneming uit te maken.
Tot Commissaris wordt met algemeene stemmen benoemd de heer Mr.
J. T. Buys.
De heer Cock komt ter vergadering.
II. Benoeming van drie Bestuurders van het Werkhuis.
(Zie Handd. 24, n®. 160.)
Worden achtereenvolgens benoemd de heeren: D. A. Sehretlen, met 16
stemmen (de heer P. G. C. Eigeman bekwam 1 stem), A. C. Leembruggen
met 16 stemmen (hebbende het raadslid Hartevelt wegens bloedverwantschap
zich van medestemmen onthouden) en H. P. J. Van Wensen, met 17
stemmen.'
III. Benoeming van drie hulponderwijzers of hulponderwijzeressen aan
de scholen n°. 1 voor onvermogenden en de scholen n°. L en 2 voor min
vermogenden.
(Zie Handd. 23, n°. 155.)
Tot hulponderwijzer aan de school n°. 1 voor onvermogenden (hoofdonder
wijzer de heer J® Wuyster) wordt met 13 stemmen benoemd K. C. Van
Waalwijk j 4 brieljes waren in blanco.
Tot hulponderwijzer aan de school n°. 1 voor minvermogenden (hoofd
onderwijzer de heer A. Van der Harst) wordt met 14 stemmen benoemd
J. J. Cockuyt; 3 briefjes waren in blanco.
Tot hulponderwijzeres aan de school n°. 2 voor minvermogenden (hoofd
onderwijzer de heer N. Brouwer) wordt met 13 stemmen benoemd mej. C.
J. G. Van der Upwich; 4 briefjes waren in blanco.
IV. Benoeming van eene onderwijzeres 2de klasse aan de meisjesschool
lste klasse.
(Zie Handd. 23, n°. 156.)
Met 13 stemmen wordt benoemd mej. C. A. Kouwenbergj 4 brieljes
waren in blanco.
V. Benoeming van een hulponderwijzer of eene hulponderwijzeres aan
de school n°. 1 voor minvermogenden.
(Zie Handd. 23, n°. 158.)
Met 13 stemmen wordt tot hulponderwijzer benoemd G. B. Lalleman,
zijnde 1 stem uitgebracht op Allanterwijl 3 briefjes in blanco waren
gelaten.
VI. Benoeming van eene onderwijzeres 2de klasse aan de tusschenschool.
(Zie Handd. 24, n°. 165.)
Met 12 stemmen wordt benoemd mej. J. M. W. Van Schaik; 1 stem was
uitgebracht op mej. W. C. J. Hepp en 4 briefjes waren in blanco.
VII. Verzoek van W. Werst, ter bekoming van wachtgeld of pensioen
wegens de opheffing van zijne betrekking aan de Bank van Leening.
(Zie Handd. 22, n°. 142, en 24, n". 163.)
De Voorzitter. Zooals aan de vergadering zal zijn geblekenvereenigt
zich de meerderheid van de Commissie van Financiën met het voorstel van
Burgemeester en Wethouders, in der tijd gedaan, tot afwijzing van het
verzoek.
De heer Eigeman. Zooals blijkt uit het rapport der Commissie van
Financiën, heb ik mij met het gevoelen der meerderheid niet kunnen ver
eenigen, daar ik vermeende, dat niet duidelijk was uitgemaakt, of de
adressant was gemeente-ambtenaar of niet. Commissarissen van de Bank
van Leening zeggen nu wel dat de heer Werst niet behoorde tot het perso
neel der vaste beambten; dat hij was belast met de taak om in bijzondere
gevallen gouden en zilveren panden van eenigszins belangrijke waarde le
taxeerenen voor dien dienst eene vrij onbeduidende retributie ontving, on
beduidend vooral in verhouding tot de groote financieële verantwoordeiijk-
heid aan zijne taxatie verbonden. Maar daartegenover geeft adressant te
kennen, dat hij was aangesteld en beëedigd als taxateur in de Bank van
Leening, en dat hij daarvoor genoot eene vaste jaarwedde van 120, be
halve eenige emolumenten en tegemoetkoming in reiskosten. Ik wenschte
gaarne te weten, of de heer Werst was ambtenaar of niet; want het antwoord
op die vraag zal invloed hebben op mijne uit te brengen stem.
De Voorzitter. Volgens de opinie van de heeren van de Bank zelve
behoorde de heer Werst niet tot het personeel der beambten aan die in
richting. Alleen in bijzondere gevallen was hij werkzaam als taxateur van
gouden en zilveren voorwerpenwaarvoor hij eene onbeduidende retributie
ontving.
De heer Cock. De heer Eigeman heeft de vraag gesteld, of de heer
Werst kon aangemerkt worden als vast ambtenaar. Zooals door u terecht
is opgemerkt, mijnbeer de Voorzitter, is door Commissarissen der Bank
van Lcening, in hun praeadvies van 7 Juni 11., die vraag in ontkennenden
27