HANDELINGEN TAR DIN GEIEERTEBAAD TAR LEIDER. 26. INGEKOMEN STEKKEN ter inzage van de leden nedergelegd, N°. 16*. Leiden, 10 Juli 1875. Op het verzoek van G. Brinks, om als onderwijzer der 2de klasse aan de openbare school n°. 2 voor minvermogenden een eervol ontslag te be komen tegen 1 September e. k.hebben wij het gevoelen ingewonnen van den hoofdonderwijzer der betrokken school, wiens advies hierbij wordt over gelegd en waarmede wij ons vereenigen. Wij nemen alzoo de vrijheid u te raden den adressant het gevraagd ontslag tegen gemeld tijdstip eervol te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den Baad der Gemeente Leiden. Geeft met versehuldigden eerbied te kennen, G. Brinks, onderwijzer der 2de kl. aan de school n°. 2 voor minvermogendendat hij tegen den 1ste September eervol wenscht ontslagen te worden uit genoemde betrekking. 't Welk doende, Leiden, Juli 1875. G. Brinks. Leiden, 10 Juli 1875. Edelachtb. Heer! Ter voldoening aan uw apostille van gisteren, n°. 1864, heb ik do eer u te berichten dat er bij mij geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van het verzoek van den onderwijzer G. Brinks, om tegen 1 September eervol uit zijn betrekking ontslagen te worden. De hoofdonderwijzer der openbare school n°. 2 voor minvermogenden, Den Edelachtb. Heer Burgemeester N. Brouwer. van Leiden. N°. 168. Leiden, 10 Juli 1875. De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de voordracht van Burgemeester en Wethouders tot continuatie van de huur van het ijk- lokaal tot uit. Juli 1880, en heeft de eer uwe vergadering te advisceren, overeenkomstig die voordracht te besluiten. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. 169. Leiden, 15 Juli 1875. De Commissie van Financiën vond bij het nazien der in hare handen gestelde rekening van bet Heilige Geest of Arme Wees- en Kinderhuis alhier over den dienst van 1874, geene bedenkingen en heeft de eer U te raden die goed te keurenin ontvangst ad 55395.64jin uitgaaf ad 51944.85, alzoo opleverende een batig saldo van /3450.79y, onder be paling dat daarvan in de eerstvolgende rekening verantwoording zal behooren te worden gedaan mitsgaders van hetgeen is aangewezen alsnog te verhalen ten beloope van 290.33. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz. N°. 1ÏO. Leiden, 15 Juli 1875. De heer J. H. Bijdendijk verzoekt in nevensgaand adres restitutie van betaalde plaatselijke directe belasting over 1874, omdat hij den llden Juli 1873 met getuigschrift van woonplaatsverandering is afgeschreven naar de gemeente Asperen. De opgave van den adressant is volkomen juist, doch levert geen grond op om de gevraagde restitutie te verleenen. Eerst dan zouden er termen aanwezig zijn, wanneer adressant zijne woonplaats binnen de gemeente Aspe ren had blijven vestigen, doch aangezien hij den 5den Februari 1874 weder in de bevolkings-registers dezer gemeente is ingeschreven, het beschrijvings- billet voor de plaatselijke directe belasting heeft geteekend en zijne woning met meubelen en inboedel alhier heeft aangehouden, moet zijne woonplaats geacht worden alhier gevestigd te zijn. Burgemeester en Wethouders nemen dientengevolge de vrijheid uwe ver gadering voor te stellen de gevraagde restitutie niet te verleenen en tot afwijzing daarvan te adviseeren. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, 20 Juli 1875. Ten aanzien van het adres van J. H. Bijdendijk, ter bekoming van restitutie van betaalde plaatselijke directe belasting dienst 1874, hebben wij de eer uwe vergadering mede te deelendat wij geen bedenkingen hebben tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders en geven u alzoo in overweging om afwijzend op het adres te beschikken. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. lffl. Leiden, 16 Juli 1875. Ter voorziening in de aan de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs der 1ste klasse voor jongens, door het vertrek van den heer W. Melgerd, ontstane vacature van hulponderwijzer in het bezit der akte 1875. voor de Franscke taal, op eene jaarwedde van 600, hebben wij de eer uwe vergadering de volgende voordracht aan te bieden, door ons uit de opgekomen sollicitanten opgemaakt in overleg met den betrokken hoofd onderwijzer en den districts-schoolopziener, met verzoek tot de benoeming over te gaan, te weten: 1°. Hubrecht Marinus Hubregtse alhier, 2°. Klaas Big- terink te Hoogezand, en ter aanvulling van het drietal: 3®. J. W. Dautzen- berg te Waubach. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N®. 192. Aan den Edel-Achtb. Baad der gemeente Leiden. Edel Achtbare Heeren! Geven met versehuldigden eerbied te kennenondergeteekenden allen agenten van politie alhier. Dat zij kennis genomen hebbende van de sub-verordening regelende do pensionering der stedelijke ambtenarendaaruit hebben geziendat er geen onderscheid is gesteld tusschen hen en de andere ambtenarenwat aangaat het aantal dienstjarendaar het toch ontegenzeggelijk een groot verschil is, of men zijne betrekking achter bureau of lessenaar, (zooals het grootste getal) of bij dag en nacht in alle weergestel, op straat uitoefent. De agent van politie toch begint, na alvorens gewoonlijk eenigen tijd in militairen dienst te zijn geweest, zijnen loopbaan op ongeveer 30 a 34 jarigen leeftijd met nacht op nacht, zoowel als bij dag zijne beste krachten aan den dienst der gemeente te wijdenen blijft daarmede onbepaald voortgaan tot hij tot 2e klasse bevorderd wordteu hoewel hij dan niet meer nacht op nacht verbonden is, blijft hij toch voortgaan, bij vermeerdering van dagdienst om de vier nachten dienst te doen. En hoe spoedig die bevor dering geschiedtblijkt hieruit dat sedert de reorganisatie der politie (1868) nog niemand is bevorderden er ook in de verte geen vooruitzicht op bestaat. En nu is wel de bepaling gemaakt dat bij ziels- of ligchaamsgebrek vroeger pensioen kan worden verleendmaar dat zal altijd weer afhangen van de beslissing der geneeskundigen wat al of niet voor den dienst ongeschikt maakt, en dan zal 1/60 toch gewoonlijk zeer klein zijn, daar de ondervinding het toch bij herhaling geleerd heeft dat een politie-agent na vijfentwintigjarigen diensttijd, zoo niet geheel ongeschikt, dan toch niet dan zeer moeielijk dienst kan blijven presteren. Daarentegen krijgt een ander ambtenaar na eene gemakkelijk te verkrijgen veertigjarigen dienst ook 1/60 dat is 2/3 van het activiteitstractement. Het is dientengevolge dat wij U Edel Achtbaren beleefd verzoeken: 1°. Onafhankelijk van ouderdomvoor ons het aantal dienstjaren op een naar UE. A. goedvinden bepaald getal te stellenen 2°. te bepalen dat na het eindigen van dien diensttijd het pensioen op 2/3 van het activiteits-tractement wordt gesteld, terwijl wij UE. A. er nog met bescheidenheid op wijzen dat in de gemeente Delft op gelijke wijze gehan deld wordt, (zie Politieblad 1874, bladzijde 155). Mocht ons verzoek door UE. A. gunstig worden geadviseerddan zal het er zeker veel aan toebrengen dat de agent niet zoo spoedig, tot nadeel van den dienst moeite doet om eene andere betrekking te krijgen terwijl diegenen die door een buitengewoon sterk ligchaamsgestel in staat zullen zijn langer dan het bepaalde getal jaren dienst te doen, zulks zeker bij voorkeur zullen doen om alzoo zoolang zij kunnen, liever hun volle tractement dan 2/3 te genieten. Leiden den 15 Juli 1875. 't Welk doende, (Volgen de onderteekeningen.) N®. 1*3. Leiden i 20 Juli 1875. Onder overlegging van het verzoek om ontslag van W. H. Bosman, hulponderwijzer aan de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs lste klasse, voor jongens, en het daarop uitgebracht advies van den be trokken hoofdonderwijzer, nemen wij de vrijheid u dienovereenkomstig te raden het gevraagd ontslag tegen 15 Augustus a. s. eervol te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, 19 Juli 1875. De ondergeteekende, hulponderwijzer aan de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs, voor jongens, lste klasse, verzoekt den Baad hem tegen 15 Augustus a. s. ontslag uit zijne betrekking te willen ver leenen. H. W. Bosman. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Leiden, 19 Juli 1875. De ondergeteekende heeft de eer u te berichten, dat hij geen bedenking heeft uwe vergadering in overweging te geven, om den heer Bosman op diens verzoek tegen 15 Augustus een eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van hulponderwijzer. G. Japikse, hoofdonderwijzer aan de openbare school voor m. u. 1. onderwijs der lste klasse, voor jongens. Aan den Baad dezer fïemeente. 28

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1875 | | pagina 1