HANDELINGEN VIN EEN tHEINTEIMl VAN LEIDEN.
C8.
ZlUlng van Donderdag ÏO December 1874.
geopend 's namiddags te 2 uren.
Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C. Van den Brundeler.
Tegenwoordig de heeren DriessenVan Outeren Suringar, Buys, Juta,
Lezwijn, Stoffels, Van Wensen, Krantz, Van Iterson, De Fremery, Harte-
velt, Bijleveld, Veefkind, Du BieuVan Heukelom, Cock, Goudsmit,
Verster, Dercksen Le Poole en Van den Brandeler.
De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag 3
December 11. worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter legt over:
1#. Adressen om afschrijving van plaatselijke directe belasting, van P. L.
De Gaay Portman, voor D. N. F. Kiehl, en van J. H. Van den Berg.
2°. Adres van J. Zwetsloot, om teelland onder Leiderdorp onder de hand
te koopen.
3°. Adres van H. A. Van Ingen Schenau, om continuatie van de pacht
van het Leiderdorpsche hek na afloop van het loopend pacht-contractin
verband met de voorgenomen verbouwing.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze adressen te stellen in
handen van Burgemeester en Wethouders en van de Commissie van Finan
ciën.
4°. Bekening van de Commissie voor de viering van het derde eeuwfeest
van Leidens ontzet, met suppletoiren staat van begrooting.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen
van de Commissie van Financiën.
5°. Voordracht voor de betrekking van hulponderwijzeres aan de meisjes
school 2de kl.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze ter inzage van de leden
in de leeskamer neder te leggen.
6°. Missive van den Kerkeraad der Ned. (hervormde gemeente, dd. 5
November, houdende mededeeling dat hij eene voorloopige commissie van
bestuurders over de door hem opgerichte kerkelijke instelling ter verpleging
van weezen heeft benoemd.
Deze missive is van den volgenden inhoud:
»Aan den Gemeenteraad.
Leiden f 5 December 1874.
De kerkeraad der Nederd. hervormde gemeente te Leidenin dato 17
Mei 1873 u medegedeeld hebbende, dpt hij, naar aanleiding van het besluit
van den gemeenteraad van 4 October 1872 in zake het H. G. of arme
wees- en kinderhuis, in overeenstemming met, den uwerzijds aan de hand
gegeven weg om de wenschen van den kerkeraad te dier zake bevredigd te
zienvoorloopig had besloten om een eigen weeshuis te stichten
en den loden October jl. bepaald hebbende, om aan dat voorloopig be
sluit zonder uitstel gevolg te gevendoor eene kerkelijke instelling tot
verpleging van weezen in het leven te roepen
heeft de eer u mede te dcelen dat Lijin zijne vergadering van gisteren
eene voorloopige commissie van bestuurders dier instelling heeft benoemd,
bestaande uit de heeren J. D. B. Brouwer, E. C. Segers, A. H. Eigeman
B. Corts, G. J. Corts en W. Werst, die binnen den bij art. 7 der wet
tot regeling van het armbestuur gestelden termijn de bepalingen betreffende
de inrichting en het bestuur der instelling aan het bestuur der gemeente
zal mededeelen.
De kerkeraad voornoemd
J. D. B. Brouwer h. t. Pr.
Joh. Drost, h. t. Scriba."
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze voor kennisgeving aan
te nemen.
Aan de orde is
I. Benoeming van vier leden der Plaatselijke schoolcommissie.
(Zie llandd. 62, n°. 278.)
Voor deze en de verder aan de orde gestelde benoemingen worden de
heeren Juta, Krantz en Van Heukelom door den Voorzitter uitgencodigd
met hem het bureau van stemopneming uit te maken.
Worden achtervolgens benoemd de heerenDr. P. L. Bijke met 20 stem
men (1 blanco-briefje), Mr. J. E. Goudsmit met 18 stemmen (Dr. J. M.
Van Bemmelen verkreeg 1 stem, 2 blanco-briefjes), H. C. Juta met 18
stemmen (3 blanco-briefjes) en Dr. J. H. C. Kern met IS stemmen (Dr.
J. E. Van Iterson JAz. bekwam 1 stem, 2 blanco-briefjes).
II. Benoeming van een lid der Commissie voor de bewaarscholen.
(Zie Handd. 63, n°. 287.)
Met 17 stemmen wordt benoemd de heer Dr. J. E. Van Iterson JAz.,
zijnde 4 briefjes in blanco gelaten.
III. Benoeming van een lid der Commissie voor het akademisch zieken
huis.
(Zie Handd. 65 n°. 297.)
Met 20 stemmen wordt benoemd de heer Mr. B. Th. Bijleveld, zijnde
1 briefje in blanco gelaten.
IV. Verzoek van A. Vinkom een dam te leggen in de singelsloot bij
de voormalige Hoogewoerdspoort.
(Zie Handd. 65, n°. 300.)
1874
De conclusie van het gunstig rapport van Burgemeester en Wethouders
wordt, zonder beraadslaging, met algemeene stemmen aangenomen.
V. Verzoek van W. A. Van Lith en J. C. Bijk, ter bebouwing van een
gedeelte der voormalige stadskweekerij.
(Zie Handd. 61, n°. 274, en 65, n°. 294.)
De Voorzitter. Naar aanleiding van het ter elfder ure ingekomen ver
zoek van C. Van den Berg, om dien grond tegen betaling te erlangen,
wenschen Burgemeester en Wethouders voor te stellen op het verzoek van
Van Lith en Bijk afwijzend te beschikken, en voorts uitvoering te geven
aan het vroeger genomen raadsbesluit om aan dien afstand voorwaarden te
verbinden en overigens voor de verkrijging van den grond eene mededinging
te openen. Burgemeester en Wethouders stellen dus voor, ben daartoe te
machtigen en in verband daarmede den staat van af- en overschrijving vast
te stellen.
De heer Cock. Ik meen, dat in de raadsvergadering van 19 Maart 11. besloten
is den grond publiek te verkoopen. Maar de wijze waarop men toen van
plan was den openbaren verkoop te doen plaats hebben, blijkt niet genoeg
zaam duidelijk. Ook eene inzage der toen gevoerde discussiën heeft mij de
zaak niet veel duidelijker gemaakt. Zooveel heb ik intusschen daaruit
gemeend te moeten opmaken, dat eigenlijk twee hoofddenkbeelden op den
voorgrond stonden. Het eene denkbeeld kwam, geloof ik, daarop neer,
dat men den grond niet in den gewonen zin publiek zoude verkoopen
maar hem, verkaveld of onverkaveldvoor iedereen te koop beschikbaar
zoude stellen. Men zoude dan wachten totdat gegadigden zich voordeden
dit zoude geschiedenhetzij nadat vóóraf door ons voor elk kavel een vaste
prijs was vastgesteld, hetzij zonder eene dergelijke prijsbepaling, in welk
geval gegadigden ons een bod zouden moeten doen. Het tweede denkbeeld,
dat toen, althans bij mij, op den voorgrond stond, bestond daarin, dat men
den grond eerst in geschikte kavelingen zoude verdeelen en dan met de
noodige combinatiën op de gewone wijze publiek verkoopen. Ook nu nog
geloof ik, dat dit plan de meeste kansen van welslagen aanbiedt. Wat de
moeielijkheid der uitvoering betreft, namelijk dat het voor Burgemeester en
Wethouders nog al moeielijk zijn zal te beslissen, of het bod op de publieke
veiling gedaan voldoende is, deze kan men vermijden door in de veilings
conditiën den termijn van beraad, dat de verkooper zich gewoonlijk bedingt,
wat lang te stellen, zoodat de Baad zelf konde beslissen, of hij den koop
wilde gunnen of niet. Doch ik herhaalwat men in de vergadering van
19 Maart eigenlijk wilde, weet ik niet juist en ik vraag dus nu, welke
wijze van verkoop Burgemeester en Wethouders met hun voorstel van heden
bedoelen.
De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders wenschen zich dit voor te
benoudenen zullen een voorstel indienenhetzij om den verkoop in kave
lingen of wel en bloc te doen plaats hebben. Daarbij zal gelet worden
zoowel op de bevordering van de sierlijkheid der aan te leggen buurt, als
op de voor de gemeente meest productieve wijze waarop de gronden zullen
kunnen worden uitgegeven. Daarom wenschen zij geheel vrij te blijven en
zich niet te zeer te binden aan het in de vergadering van 19 Maart jl.
daaromtrent geresolveerde.
De heer Cock. Ik dank umijnheer de Voorzittervoor die mededee
ling. Maar dan sluit mijne goedkeurende stem voor het tegenwoordig voor
stel toch niet tevens in de goedkeuring van den modus quowaarop de ver
koop zal plaats hebben.
De heer Le Poole komt ter vergadering.
Het voorstel wordt vervolgens aangenomen met 21 stemmen tegen I, die
van den heer Veefkind.
De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders stellen alsnu voor den
staat van af- en overschrijving, ten bedrage van ƒ1600, te veranderen in
/39. Bij gelegenheid van de aanbesteding voor den aanleg van riolen en
het gelijk maken van den grond aldaar, hetgeen op/800 geraamd wa3,
is voor 839 ingeschreven. De staat van 1600 was destijds opgemaakt
in betrekking tot het vroeger plan; de kosten van aanplemping enz., zullen
nu e. q. komen ten laste van den kooper.
De voorgestelde staat van at- en overschrijving wordt hierop met alge
meene stemmen goedgekeurd.
VI. Verzoek van B. E. Spijker, om pensioen of toelage uit de ge
meentekas.
(Zie Iinndd. 63, n°. 281, en 65, n°. 298.)
De heer Stoffels. Naar aanleiding van het verzoek van Spijker is door
de meerderheid van het college van Burgemeester en Wethouders geadviseerd
daarop afwijzend te beschikken. Ik heb mij met dat advies' niet vereenigd.
De man is ongeveer 80 jaren oud en heeft niet lang meer te leven. Hij
heeft 60 jaren de gemeente gediend met moeilijken arbeid. Ik zou dus
wel de clementie van den Baad willen inroepenen den man wat toe
kennen. Ik vertrouw, dat hij er niet lang gebruik van zal kunnen
maken. Ik zou dus voorstellen hem een wachtgeld van ƒ100 te verleenen
aangezien hij geen aanspraak op pensioen kan maken.
De Voorzitter. Het rapport der Commissie van Financiën strekt om
het verzoek in gunstige overweging te nemenmaar zoo uwe vergadering
niet mocht kunnen besluiten reeds dadelijk aan adressant een zeker pensioen
toe te staanhet adres aan te houden en Burgemeester en Wethouders uit
te noodigen ten spoedigste hun ontwerp betrekkelijk de pensionneering van
gemeente-ambtenaren aan de orde te stellen.
De heer Stoffels. Ik ben bevreesd, dat, als de zaak lang moet duren,
Spijker er niet meer is. Ik stel alsnog voor, hem f 100 toe te kennen als