INGEKOMEN STEKKEN,
ter inzage van de leden nedergelegd.
De Voorzitter. Het verheugt mij dat ik in dien geest hoor spreken.
In de vergadering van Burgemeester en Wethoudersdezen ochtendhebben
zij ook reeds besproken of zij, met vasthouden aan het principe, eenmaal
aangenomenden Baad niet een voorstel zouden kannen doen tot tegemoet
koming aan den wensch der Commissie. Mij kwam het voor dat een sub
sidie van f 100, gelijkstaande met den huurprijs enz. voor drie dagen, aan
de bedoelde commissie zou kunnen worden aangeboden.
De heer Eigeman. Wat de Voorzitter daar zegt, is ook het oordeel der
Commissie van Financiënals zoodanigzij moet vasthouden aan het een
maal aangenomen beginsel, maar laat het aan den Baad over daarvan af te
wijken.
De heer Bijleveld. Met veel genoegen, mijnheer de Voorzitter, heb
ik gehoord wat door u is opgemerkt. Ook mijn doel is het te verkrijgen
wat de heeren Seelig en Verster wenschtenmaar langs een anderen weg
dan zij. Niet gaarne zoude ik afwijken van het eenmaal door den Baad
aangenomen beginsel om niet dan in zeer bijzondere omstandigheden voor
het gebruik van de nieuwe zaal geen betaling te vorderen. Die bijzondere
omstandigheid bestaat in deze m. i. niet. Waar men dat beginsel niet wil
loslaten, is de door u voorgestelde weg ook m. i. de juiste.
De heer Krantz. Met het voornemen eene bloemen-tentoonstelling te
houdenom daardoor het schoonheidsgevoel bij de werklieden op te wekken
kan ik mij zeer goed vereenigenmaar het komt mij voordatom die te
doen gelukkende keuze van de gehoorzaal zeer ongelukkig is. Die zaal is
zeer mooi, 's avonds wanneer zij goed is verlicht, maar op den dag voor
eene bloemententoonstelling naar mijne meening ongeschikt. Bij de in het
vorige jaar gehouden tentoonstelling van schilderijen, is de ongeschiktheid
van dergelijke lokalen voor tentoonstellingen duidelijk gebleken. In de ge
meente of omstreken waren doelmatiger gelegenheden te vinden geweest
o. a. hét gebouw der maatschappij tot Nut van 't Algemeenwaar ook een
tuin bij is. De middelen die worden aangewend om de uitgaven te dekken
hebben ook mijne sympathie niet. Het kan niet strekken tot opbeuring van
het eergevoel der werkliedenom op verschillende wijze als het ware te be
delen en hen daardoor onmachtig te verklaren om met eigen krachten iets
in hun belang tot stand te brengen. Naar ik meen zijn reeds voor eenigen
tijd door inschrijvingen giften gevraagden indien verdere ondersteuning
noodig is, zijn fabrikanten en werkbazen verplicht die te verleenenmaar
niet de gemeentekas.
De heer Seelig. Ik wil volstrekt niet spreken over het voor en tegen
der gehoorzaal voor het onderwerpelijk doel. Maar als ik zie, dat aan het
hoofd der personen, die met de regeling der tentoonstelling belast zijn, de
heer Witte staat, dan ben ik gerustwant hij zal geen voorstel doen om
eene bloemententoonstelling in een daarvoor ongeschikt lokaal te doen houden.
De heer Veefkind. Tot geruststelling van den heer Krantz kan ik zeg
gen dat de heer Witte aan de stadszaal de voorkeur geeft boven alle andere
localiteiten hier ter stede. Ook heeft de Commissie wel degelijk de mede
werking ingeroepen van particulieren en zullen de geldendoor persoonlijk
bezoek en circulaires bijeengebracht, strekken tot goedmaking van een deel
der kosten, maar de huur der stadszaal zou er niet uit kunnen worden
bestreden.
De Voorzitter. Zoo niemand meer het woord verlangt, zal ik het voor
stel in stemming brengen om een subsidie van f 100 aan de Commissie
voor deze zaak toe te staan en voorts afwijzend op het door haar gedaan
verzoek te beschikken.
De heer Krantz verlaat de vergadering.
In stemming gebracht wordt het voorstel met 15 tegen 2 stemmen aan
genomen.
Tegen stemden de heeren Du Eieu en Cock.
De heer Van Wensen verlaat de vergadering.
X. Verzoek van P. Veen Jz.om ontslag als onderwijzer der 2de klasse
aan de school n°. 1 voor minvermogenden.
(Zie Handd. 45n°. 209.)
Dit verzoek wordt zonder hoofdelijke stemming toegestaan.
XI. Bekeningen, dienst 1873 van: a. het E. K. Wees- en Oudelieden-
huis, l. het B. K. Armbestuur; c. het Nederlandsch Israëlietisch Armbe
stuur; d. Vrouwen-Kraammoeders.
(Zie Handd. 43, nos. 199202.)
Deze worden achtereenvolgens in stemming gebracht en met algemeene
stemmen aangenomen.
Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten.
N°. 313. Leiden, 24 Augustus 1874.
Wij hebben de eer u te berichten op het adres van Klaas Visser, jagers
baas alhier, daarbij den eigendom verzoekende van een gedeelte erf aan
den Vestwal bij den Vliet, tot het bouwen van een stal, dat wij even als
de Commissie van Fabricage, wier rapport wij hierbij overleggen., bezwaar
maken in den afstand van bedoelden grond, zoodat wij de vrijheid nemen
u te raden, den adressant te kennen te geven dat in zijn verzoek niet kan
worden getreden.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan de Edelachtbaren raadsheeren der gemeente Leiden.
De ondergeteekende Klaas Visser, jagersbaas, wonende te Leiden op
den Vlietwijk 2 nieuwn. 27 geeft eerbiedig te kennen dat hij wenscht
te bekomen den eigendom van een klein gedeelte erf gelegen aan den Vliet
binnen de stad Leiden, groot ongeveer 72 centiaren, uitmakende een noord
westelijk deel van het perceel kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie E
n°. 1167, voor het geheel groot 2 aren, 26 centiaren, welk gedeelte erf op
bijgaande schetsteekening met groene tint is aangewezen, ter bouwing van
een stalletje met overdekte mestput volgens nevensgaande teekening.
Bedenen waarom hij zich tot UEdele achtbaren wendt met verzoek hem
bedoeld gedeelte erf in eigendom af te staan op zoodanige voorwaarden als
UEdel achtbaren zult bepalen.
't Welk doende,
Leiden,. 1 Juli 1874. Klaas Visser.
Leiden, 12 Augustus 1874.
Bij het in onze handen, om te dienen van bericht en raad, gesteld request
van Klaas Visser wordt gevraagd de eigendom van een gedeelte erf, groot
ongeveer 72 centiaren, uitmakende een noordwestelijk deel van den open
grond bij het kadaster bekend onder Sectie E, n°. 1167, liggende aan den
Vestwal bij den Vliet, ten einde daarop te bouwen een stal met overdekten
mestput.
Dit perceel evenwel is beter geschikt tot bebouwing met arbeiderswonin
gen, waarvoor de grootte die 226 centiaren bedraagt, en de ligging in de
nabijheid van den Vliet, achter de nieuwgebouwde arbeiderswoningen van
de firma J. en A. Le Poole eene gunstige gelegenheid aanbiedt, die ver
broken zou wordenwanneer een gedeelte daarvan werd afgestaan tot het
bouwen van een stal.
De Commissie van Fabricage vindt uit dien hoofde bezwaar in zulk een
afstand en acht zich verplicht het nemen van eene afwijzende beschikking
aan te raden.
Aan HH. Burgemeester De Commissie van Fabricage, enz.
en Wethouders.
N'. 313. Leiden, 24 Augustus 1874.
Ter vervulling van de vacature van onderwijzeres der 1ste klasse aan de
openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs 2de klasse voor meisjes,
waaraan is verbonden eene jaarwedde van ƒ700 met verhooging van ƒ50
voor het geven van onderwijs in de Fransche taal, ontstaan door het ver
leend eervol ontslag aan mejuffrouw J. M. Breunissen Troost, hebben wij
in overleg met de hoofdonderwijzeres der betrokken school en den districts
schoolopziener de navolgende voordracht opgemaakt en verzoeken u tot de
benoeming over te gaan, als: mejuffr. Johanna Elisabeth Werner, geboren
Drechsler, alhier, mejuffr. Anna Maria Will, te Middelburg, mejuffr. Maria
Ankersraid, te Schiedam.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DBABBE.