HAMEI TAI DEI GEHEEITEBAAD TAI LEIDEI.
26.
De heer Lezwijn. Mijne HeerenIn de vorige vergadering tot Wethou
der benoemdheb ik van de gedegenheid die de termijn van beraad mij
aanbood gebruik gemaakt, om van Burgemeester en Wethouders eeni'ge
inlichtingen te vragen omtrent de werkzaamheden, die aan mij zouden
worden opgedragen. De verkregen inlichtingen waren van dien aard dat ik
minder bezwaar vond om de benoeming aan te nemen. Ik hoop dat de-
werkzaamheden aan de betrekking verbondenop den duur vereenigbaar
zullen zijn met mijne overige bezigheden. Mijne medeleden betuig ik
inijnen dank voor liet bewijs van vertrouwen dat zij mij hebben geschon
ken. Ik hoop aan dat vertrouwen te zullen beantwoorden door naar
mijne krachten met de overige leden van het Dagelijksch Bestuur mede te
werken om de belangen der gemeente te behartigen. Aan goeden wil
zal het mij niet ontbreken. Ik verklaar mij ook gaarne bereid de benoe
ming tot ambtenaar van den burgerlijken stand aan te nemen.
Silting van ffioadertlag O Juni 18J3.
geopend te ticee uren.
Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C. Van den Brunöcler.
Tegenwoordig de heeren Buys, Eigeman, SeeligVan Puttkammer,
Lezwijn, Hartevelt, De Ereraery, Stoffels, Van Wensen, Krantz, Van
OuterenVan HeukelomDercksen, Du Kieu, Veefkind, Verster, Bijle-
veldCockLe Poole-Goudsmit en Van den Brandeler.
De heeren. Evers en Van Hettinga Tromp gaven kennis verhinderd te
zijn de vergadering bij te wonen.
De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag
23 Mei 11. worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede:
1". Kesolutie van de Gedeputeerde Staten van Zuid-IIolland ten geleide van;
de goedgekeurde raadsbesluiten van II en 23 Mei j. 1., strekkende tot ver
koop van inschrijving op het Grootboek en tot at- en overschrijving op de
begrooting dienst 1871, "en tot afstand van grond aar. C. van Booheemen
cn J. PI. Jansen
2°. dat de heer Lezwijn kennis heelt gegeven de benoeming tot Wet
houder aan te nemen.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Adres van B. C. Looijaardom een mestbak te mogen plaatsen in
het perceel Moriaansteegn°. 18.
2°. Adres van G. Aalbertsbergom als stads heelmeester te worden
bestendigd.
3°. Adres van J. Plu c. s.om eene toelage uit de gemeentekas ten
behoeve van hunne ouders.
4®. Adres van J. J. van Maastrichtom een stoep^te mogen doen leggen
voor het huis in de Choorsteeg.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze adressen te stellen in
handen van Burgemeester en Wethouders, ten fine van bericht en raad.
5®. Adres van J. van Lith om den ko'steloozen afstand van grond bui
ten de voormalige Wittepoortten einde daarop huizen te bouwen.
6®. Adres van A. G. Mulié, om afschrijving van plaatselijke directe
belasting 1872, voor 8 maanden.
Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze adressen te stellen in
handen van Burgemeester en Wethouders èn van de Commissie van Finan
ciën ten fine van bericht en raad.
De Voorzitter. Ingevolge den vastgestelden rooster zijn voor dit jaar aange
wezen tot leden der Commissie bij, de loting voor de schutterij de heeren Van
Outeren en Van lieukelom, en tot leden der Commissie van onderzoek,
de heeren Goudsmit en Du Kieu.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter. Er is voorts ingekomen een brief van den heer Inspec
teur van het lager onderwijs in deze provinciedien ik gemeend heb niet
aan de kennisneming van den Kaad te moeten onthouden. Ik zal den
Secretaris verzoeken den brief voor te lezen.
De bedoelde brief is van den volgenden inhoud:
//'s Gravenhage2 Juni 1872.
Eenige dagen geleden ontving ik van Heeren Gedeputeerde Staten de
verschillende raadsbesluitenwaarbij eene doortastende reorganisatie van het
lager onderwijs in uwe gemeente wordt vastgesteld. Met de meeste belang
stelling heb ik kennis genomen van al wat beraamd is, in overleg met uw
college, met den hooggeachten schoolopziener en de plaatselijke schoolcom
missie, en zelden of nooit heb ik met meer oprecht genoegen eene reeks
van besluiten gelezen, waarbij in zoo waarlijk milden en doeltreffenden
geest voor de belangen van het onderwijs gezorgd is.
Dat uw Gemeenteraad zoo bereidwillig de middelen verleend heeft om
alles wat gewenscht werd tot stand te brengen kan niet genoeg geroemd
worden en zou het mij bijzonder verheugen indien hetgeen voor het onder
wijs ten uwent zoo onbekrompen en met zooveel onderlinge welwillendheid
geschiedt, ook overal elders navolging vond.
Het was mij dan een behoefte u mijn meest oprechten dank te brengen
voor uwe bemoeiingen ten deze. Het openbaar onderwijs te Leiden gaat
eene schoone toekomst te gemoet en dankbaar zal de burgerij voor zich
zelve en latere geslachten erkennen wat hare overheid en hare verlichte
vertegenwoordigers in den Gemeenteraad voor de opvoeding en ontwikkeling
harer kinderen gedaan heeft.
Ik vertrouw dat deze weinige regels door uw geacht college welwillend
zullen worden opgenomen. Ze zijn mij ingegeven door een oprecht gevoel
van hoogachting en erkentelijkheid.
De Inspecteur van het lager onderwijs in Zuidholland
Lindo.
Aan heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden."
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een ambtenaar van den burgerlijken standter ver
vanging van den heer rar. C. W. Hubrecht.
De heeren Van WensenDu Kieu en Verster worden door den Voorzitter
uitgenoodigd met hem het bureau van stemopneming uit te maken.
Met 19 stemmen wordt benoemd de heer Lezwijn, terwijl één blanco-
billet in de bus wordt gevonden.
De heer Goudsmit komt ter vergadering.
1872.
II. Benoeming van een lid der Commissie van Financiënter vervanging
van den heer mr. P. G. Lezwijnbenoemd tot Wethouder.
Met 12 stemmen wordt benoemd de heer Eigeman; zijnde verder uitge-
bragt op de heeren Du Kieu en Krantz elk 2 stemmen, Le Poole, Van
Hettinga Tromp, Cock, Seelig en Van Puttkammer elk 1 stem.
De Voorzitter. Mag ik vragen of de heer Eigeman nu reeds wenscht
mede te deelenof hij het lidmaatschap der Commissie aanneemtdan of
hij zich een tijd van beraad wenscht voor te behouden
De heer Eigeman. Ik ben bereid, mijnheer de Voorzitter, de betrek
king aan te nemen.
III. Benoeming van eene Kegentesse van het Heilige Geest of Arme
Wees- en Kinderhuis.
(Zie Handd. 25, n®. 86.)
Met IS stemmen wordt benoemd mejufvrouw W< M. Pluygers, zijnde
3 briefjes in blanco gelaten.
IV. Benoeming van een eersten hulponderwijzer 4de klasseaan de open
bare school n". I voor minvermogenden.
(Zie Handd. 25 n°. 85.)
Met 17 stemmen wordt benoemd J. G. Enders, zijnde 4 briefjes in
blanco gelaten.
V. Benoeming van een hulponderwijzer 2de klasse en van een hulp
onderwijzer 4de klasse, aan de openbare lagere school n®. 1 voor onvermo-
i genden.-
(Zie Handd. 25, n°. 91.)
Kespectivelijk worden daartoe met 18 stemmen benoemd D. Sluiter en
B. E. van Slogtereuzijnde telkens 3 briefjes in blanco gelaten.
VI. Benoeming van een hulponderwijzer 1ste klasse aan de openbare
school voor meer uitgebreid lager onderwijs 1ste klasse voor jongens.
(Zie Handd. 25 n°. 90.)
Met 18 stemmen wordt benoemd J. C. Boeser, zijnde 3 briefjes in
blanco gelaten.
De Voorzitter. Ik stel thans voor J. C. Boeser eervol ontslag te ver-
leenen uit de betrekking waartoe hij reeds door den Kaad was benoemd,
maar welke betrekking hij nog niet aanvaard heeft.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
VII. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1872
van de administratie der gemeente-apotheek.
(Zie Handd. 25n®. 89.)
De voordracht deswege wordt, zonder beraadslaging, met algemeene
stemmen aangenomen.
VIII. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1871,
van de administratie der Vereenigde Gast- en Leprooshuizen.
(Zie Handd. 25, n®. 88.)
Wordt op gelijke wijzo aangenomen.
IX. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1871, van de administratie
der Vereenigde Gast- en Leprooshuizen.
(Zie Handd. 25, n®. 87.)
Aangenomen als voren.
X. Kekening van het Evangelisch-Luthersch Wees- en Oudeliedenhuis
over 1871.
(Zie Handd. 25n®. 92.)
Goedgekeurd als voren.
XI. Suppletoire staten van begrooting en van af- en overschrijving op
de begrooting, dienst 1871, van het Koomseh-Katholijk Armbestnur.
(Zie Handd. 25, n®. 94.)
Goedgekeurd als voren.
XII. Suppletoire staten van begrooting en van af- en overschrijving,
dienst 1871, van het Koomseh-Katholijk Wees- en Oudeliedenhuis.
(Zie Handd. 25 n». 93.)
Goedgekeurd als voren.
29
