welke voor de gewone consumenten passenook voor den kleinen winkelier en de arbeiders, althans wanneer eenige hunner zich onderling verstaan. De hier bedoelde schikking zou natuurlijk ten voordeele komen van de stads-kas, want hoe meer mededinging onder dekoopers, hoe hooger prijzen maar behalve^ deze zou zij even natuurlijk èn de kleinhandelaars èn de fabriekanten èn het geheele publiek gerieven en bevoordeelen. Zeker deze allen zouden in het vervolg de coaks duurder, veel duurder betalen dan thans, maar toch minder duur dan wanneer zij uitsluitend bij den groothan delaar ter markt zullen moeten komen. Immers het i3 duidelijk dat de groothandelaar aan zijne afnemers hooger prijs vraagt dan hij zelf aan de stad betaald heelt. Hij zal bijv. het tegen vijftig centen aangekochte voor zestig centen willen afzetten. Stelt men nu het publiek in de gelegenheid zelf voor BB centen bij de stad te koopendan zal men tegelijk zijn belang en dat van de stads-kas bevorderen. Beiden deelen dan te zamen de win sten van den groothandelaar. Onzeker of tegen het stelselhier aangeprezenwelligt ook groote prak tische bezwaren konden worden aangevoerd, welke het ten slotte geheel on aannemelijk maakten, heeft de Commissie, alvorens haar advies vast te stellendaarover Commissarissen van de gasfabriek geraadpleegd. Werkelijk hadden deze meerdere bedenkingen tegen ons voorstel, en wel voor alles deze: dat wekelijksche veilingen aan de gasfabriek, om de ongeschiktheid van het terrein en de beperkte ruimte, bijna ondenkbaar waren. Het be zwaar was gemakkelijk op te lossen: immers er is niet één reden waarom de verkoop van coaks juist aan de gasfabriek zou moeten plaats hebben. Indien Burgemeester en Wethouders daarvoor een lokaal aanwijzen, hetzij op het stadhuis, hetzij elders, kan de verkoop door een stadsbode als ge- magtigde van den gemeente secretaris op zeer eenvoudige en onkostbare wijze geschieden. De naam van den kooper, de prijs benevens de aanwijzing van dag en uur der aflevering worden op gedrukte billetten ingevuld, en bij de uitreiking van dit billet aan den kooper vordert men tevens de koopsom in. Acht de directie van de gasfabriek het noodigdan kan zij voor de afle vering van groote en die van kleine partijen verschillende dagen bestemmen zoodat toepassing van het aangeprezen stelsel niet alleen niet zal leiden tot buitengewonen toeloop maar zelfs tot eene veel eenvoudiger en regelmatiger aflevering dan nu bestaat. Bijzondere omslag bij de veiling is evenmin te vreezen. Volgens opgave van den heer Directeur der gasfabriek is de grootste hoeveelheid welke des winters gelijktijdig wordt aangebodenonge veer 1600 hectoliters. Splitst men dien voorraad bijv. in tien partijen van 100, vier van SO en veertig van 10 hectoliters, dan zou de grootste vei ling van het jaar uit naauwelijks vijftig koopen bestaan. Commissarissen van de gasfabriek erkenden dat deze opheldering hunne hoofdbedenking wegnam en de minderheid wa3 dan ook volkomen bereid zich met onze voor stellen te vereenigen. De meerderheid echter bleef aan hare eigen plannen de voorkeur geven, hetzij omdat zij van eene publieke veiling allerlei be zwaren en moeilijkheden vreesde, hetzij omdat naar haar gevoelen de door ons voorgedragen regeling aan de kleine burgerij toch niet zou ten goede komen. Uwe Commissie heeft intusschen gemeend, dat zij zich niet mogt laten terughouden door bezwarenwelke zij allerminst deelen kan. 't Is haar niet duidelijk waarom aan eene veiling van coaks meer moeijelijkheden zouden verbonden zijn dan aan elke andere, en zij acht het onbetwistbaar, dat het publiek gebaat moet worden wanneer het, behalve bij den handelaar, bij de gemeente zelve koopen kan. Daarenboven de maatregel, dien wij voorstellen, is geen onveranderlijke. Men vergete niet dat de invoering der publieke verpachting voor een gedeelte van de burgerij zeer nadeelige ge volgen zal hebben. Indien nu op redelijke gronden wordt betoogd, dat de eene wijze van invoering drukkender, de andere minder drukkend zijn zoude, waarom dan niet de minst drukkende althans beproefd en dus het bewijs geleverd dat de Baad, de belangen van de gemeentekas behartigende, ook niet blind is geweest voor de belangen der kleine burgerij? Mogt het later blijken wat bijna ondenkbaar is dat de wijze van handelen door ons voorgesteld de financiële belangen der gemeente benadeelt, of wel mogt de ervaring leeren wat bijna even onwaarschijnlijk is dat de burgerij daardoor in niets gebaat wordt, dan kan men immers na zes of twaalf maanden tot het oorspronkelijk plan van Commissarissen der gasfabriek terugkomen. Bleef er alzoo ten aanzien van de hier ontwikkelde kwestie verschil van meening bestaan tusschen de meerderheid van Commissarissen en uwe financiële Commissie, algemeen was men het eens, dat welk van beide stelsels de Baad ook mogt aannemen, het in elk geval niet goed zou zijn juist thans, nu de winter voor de deur staat, met openbare uitbesteding te beginnen. Commissarissen der gasfabriek achtten het wenschelijk de invoering tot l Maart 1872 uit te stellen, terwijl zij zich voorbehielden als maatregel van overgang reeds vroeger eene verhooging van den prijs der coaks in te voe ren. Uwe commissie, de wenschelijkheid van dergelijke regeling gaarne erkennende, vond geenerlei bezwaar om zich met dit denkbeeld te vereenigen. Als slotsom van al het bovenstaande heeft de Commissie van Financiën alzoo de eer u voor te stellen, om, beschikkende op de adressen van han delaren in steenkolen, aan Commissarissen der gasfabriek te schrijven: 1°. dat de vergadering hare goedkeuring hecht aan het plan om, beginnende 1 Maart 1872, al de coaks, welke de gasfabriek oplevert, openbaar te ver- koopen, met uitzondering alleen van 5000 hectoliters, welke tegen den thans geldenden prijs uitsluitend aan de gemeente instellingenin haar rapport van Augustus 11. genoemden aan de beambten van de gasfabriek blijven voor behouden; 2°. dat zij het intusschen wenschelijk acht eene proeve te nemen met verkoop op kleine schaal, en wel zéé, dat hetzij elke week, hetzij om de veertien dagen al naar mate dienstig zal blijken in het openbaar, ter plaatse nader door Commissarissen in gemeen overleg met Burgemees ter en Wethouders te bepalen, tegen gereed geld verkocht worde de aanwezige voorraadin zulke partijen als Commissarissen zullen vaststel len, mits die partijen in den regel niet meer bedragen dan honderd en niet minder dan tien hectoliters; 3°. dat zij Commissarissen uitnoodigt tegen het einde van 1872, of zoo noodig vroeger, aan den Baad over te leggen een staat, aanwijzende de uitkomsten van de verschillende veilingen, te gelijk met hun praeadvies qmtrent de vraag, of de nu voorgeschreven maatregel al of niet bestendigd zal moeten worden. Aan den Gemeenteraad. Do Commissie van Financiënenz. N°. 17. Leiden, 14 September 18 71. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Christophilus ter Laag, practiserend Doctor in de Genees- en Verloskunde, dat de tijd waarvoor hij benoemd is tot Stads-Doctor weldra zal verstreken zijn, dat hij bereid is die betrekking te blijven waarnemen, weshalve hij verzoekt dat de Baad def gemeente besluite dat hij in zijne betrekking van Stads-Doctor zal worden gecontinueerd. 't Welk doende, Aan den Baad der gemeente Leiden. Dr. C. ter Laag. Leiden, 7 October 1871. Wij hebben de eer u te berigten, op het in onze handen gesteld adres van den stadsgeneesheer Dr. C. ter Laag, om continuatie in zijne betrek king, dat wij na kennis genomen te hebben van de daarop uitgebragte allezins gunstige rapportendoor Diakenen der Nederduitsch Hervormde gemeente, Begenten der Hoomseh Catholijke armen en Armverzorgers der Israëlitische gemeente volkomen vrijheid vinden u dienovereenkomstig te radenden adressant op nieuw voor den tijd van drie jaren in zijne be trekking te continueeren. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N°. 18. Leiden, 22 September 1871. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Jacques Louis Adoiph Deser- tine Chirurgijn en Vroedmeesteren als zoodanig als Stads-Chirurgijn aan gesteld met bepaling hij om de drie jaren moet aanvragenen die tijd weldra geexpireerd zal zijn. Zoo neemt hij de vrijheid zich tot UEd.-Achtb. te wenden, met be leefd verzoek hein wel in die betrekking te willen continueeren. 't welk doende J. L. A. Desertine, Chir. en Vroedm. Leiden, 7 October 1871. Wij hebben de eer u te berigtenop het in onze handen gesteld adres van den stadsheelmeester J. L. A. Desertine, om continuatie in zijne be trekking, dat wij, na kennis genomen te hebben van de daarop uitge bragte allezins gunstige rapportendoor Diakenen der Nederduitsch Her vormde gemeente, Begenten der Boomsch Catholijke armen en Armver zorgers der Israëlitische gemeente, volkomen vrijheid vinden u dienover eenkomstig te radenden adressant op nieuw voor den tijd van drie jaren in zijne betrekking te continueeren. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den Gemeenteraad. Edel-Achtbare Heer! Leiden, 3 October 1871. Diakenen der Nederduitsch Hervormde Gemeente alhier, hebben de eer UWel-Edel-Achtbare hiernevens terug te zenden de in hunne handen ge stelde verzoekschriften van de heeren Dr. C. ter Laag en A. Desertine, waarop zij het genoegen hebben zeer gunstig te kunnen adviseren. Namens Diakenen voornoemd Den Wel-Edel-Achtbare Heer Burge- D. Vels Heyn, Voorz. meester der stad Leiden. C. Kooyker, Secret. Leiden, 6 October 1871. De verzoekschriften van de heeren Dr. C. ter Laag en J. L. A. Deser tine, vragende om continuatie hunner betrekkingen als Stads-Doctor en Heel meester Mra Begenten van B. C. Armen alhier in handen gesteld met UEdel Achtb. apostille van gisteren N°. 1180 en 1213, om te dienen van berigt en raadzoo heb ik de eer onder terugzending daarvan namens het Collegie vermeldUEdel-Achtb. te berigten dat bij haar geene bedenkingen bestaan tegen de inwilliging van het door HEd. gedaan verzoek. Den Heere Burgemeester De Begent Secretaris van het E. C. Armbestuur, der gemeente Leiden. A. G. Hessels. Leiden, 6 October 1871. Armverzorgers der Nederlandsch Israëlitische gemeente hebben de eer u te berigten, op de in hunne handen gestelde adressen van de heeren Dr. C. ter Laag en J. L. A. Desertine, om continuatie in hunne betrekking als Stads- Geneesheer en Stads-Chirurgijndat daartegen bij hun Collegie niet de minste bedenking bestaat, weshalve zij volkomen vrijheid vinden op die beide verzoeken gunstig te raden. Armverzorgers der Ned. Israël, gemeente, Aan HH. Burgemeester en Wethou- J. E. Goudsmit, Voorz. ders der gemeente Leiden. S. A. Andreson, Secret. N°. 19. Leiden, October 1871. De Commissie van Financiën heeft onderzocht de in hare handenten fine van berigt en raad, gestelde begrootingen over 1872 der gesubsidieerde instellingen van weldadigheid en van het Israëlitisch Aripbestuur. Zij heeft daarop geene bedenkingen, terwijl de daarbij voorgedragene subsidiën in overeenstemming zijn met het Baadsbesluit van 19 November 1868 en met B pCt. verminderd. 1'. Het Heilige Geest of Arme Wees- en Kinderhuis. De Commissie raadt n het door Begenten uitgetrokken subsidie ad 1147B te bepalen bij een besluit, waarvan het model bij dit rapport is gevoegden voorts de begrooting goed te keuren de inkomsten op 35288. en de uitgaven op ƒ35288.alzoo quite, bij een besluit waarvan het model aan den voet der begrooting is gedrukt. 2°. Het Roomsch üatholyke Wees- en Oudeliedenhuis. Ook voor deze administratie vindt zij vrijheid te raden het gevraagd subsidie op 11900 te bepalen bij het hierbij gevoegde besluit, en hare begrooting goed te keuren: de inkomsten op ƒ22646.en de uitgaven op ƒ,22646.alzoo quite, bij het aan den voet der begrooting gedrukte besluit. 3#. Het Evangelisch Luthersch Wees- en Oudeliedenhuis. Zij heeft de eer u te raden het subsidie voor die instelling te bepalen op ƒ2380 bij het voorschreven besluit, en die begrooting goed te keuren: de inkomsten op ƒ6727.88, en de uitgaven op ƒ6725.60, dus met een goed lsot van ƒ2.28 bij het aan den voet der begrooting gedrukte besluit, en 4°. Het Nederlandsch Israëlitisch Armbestuur. Het subsidie voor dat bestuur raadt zij u op het daarbij voorgestelde cijfer van 433.50 te bepalen bij het meergenoemd besluit, en de begroo ting goed te keuren: de inkomsten op ƒ1401.en de uitgaven op ƒ1401.alzoo quite, bij het aan den voet dier begrooting gedrukte besluit. De Commissie van Financiënenz.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1871 | | pagina 3