zoodat later kan worden beschikt op de aanvragen van den grond tusschen
de St. Jacobsgracht en het perceel aan de gedempte Koepoortsgracht, aan
N. J. Stallinga afgestaan.
De Commissie heeft derhalve de eer voor te stellendat de gemeenteraad
niet meer ter openbare dienst bestemd verklare de strook gronds van den
Vestwal tusschen de openbare wandeling en de erven gelegen en uitkomende
aan den Kijfhoek, tusschen de Zijdgracht en de St. Jacobsgracht om voorts
kosteloos in gebruik te geven
1°. aan A. van Driel, een strook gronds van den Vestwal ter lengte van
120 meters op eene breedte van 4 meters, nader aan te wijzen en op te
meten onder het toezigt der Commissie van Fabricageten einde te worden
aangelegd en gebruikt tot lijnbaan of touwslagerijmits die strook afslui
tende aan de vestzijde door een houten behoorlijk geverfde schutting ter
hoogte van 2.50 meters, en aan de andere zijde door eene afheining, ten
genoegen der Commissie van Fabricage, een .en ander voor zijne kosten te
maken en te onderhouden, onder bepaling dat die grond tot geen ander
einde worde aangelegd, ingerigt en gebruikt, dan met bijzondere vergunning
van den Gemeenteraadalsmede dat bij het ophouden van dat gebruikuit
welken hoofde ookde bestaande afscheidingen worden het eigendom der
gemeente
2°. een strook gronds ter breedte van de verschillende perceelen en ter
lengte van 2 a metersvoor zooveel de binnengrenslijn dat zal toelaten
in gebruik af te staan, zonder betaling van recognitie, aan de eigenaars der
daaraan grenzende erven mits voor hunne rekening nemende de kosten der
afscheiding tusschen hunne gemeenschappelijke erven
3°. een strook gronds ter lengte van 12.50 metersbij eene breedte
van ongeveer 7.50, om te worden verheeld aan het perceel bij het kadaster
bekend onder Sectie A, n°. 272, door den eigenaar Salomon David van
Gelder, mits dien grond behoorlijk ten zijnen koste afsluitende, onder goed
keuring der Commissie van Fabricage
4°. een strook grondslater op te metenop gelijke wijze in gebruik
af te staan aan de eigenaars der aangrenzende erven bekend onder Sectie A
n#. 299, 300 en 301, als: C. Keereweer Pz., J. Plantfeber en L. Boot,
alles onder dezelfde verpligting en zonder betaling van regt of recognitie.
De Commissie van Fabricageenz.
Leiden, 1 Augustus 1871.
De Commissie van Financiën heeft de eer te berigten op de adressen
van eenige ingezetenen, allen wonende in de Hoefstraat alhier, ter bekoming
van grond achter hunne huizen aan den Vestwal, en van A. van Driel,
tapijtfabrikant alhier, houdende verzoek lvera in gebruik te willen afstaan
de gedempte graeht aan den Vestwal tusschen de Zijdgracht en de Sint-
Jakobsgracht, ten einde daarop eene touwslagerij op te rigtendat zij daarin
geen bezwaar heeft en mitsdien de vrijheid neemt u te raden tot den kos-
teloozen alstand van dien grond te besluiten.
De Commissie van Financiën, anz.
Zitting van Donderdag ÏO Augustus 1871,
ten 2 ure.
Waarnemend Voorzitter: de Wethouder P. I. de Fremery.
De vergadering kon, eerst nadat een half uur was verstrekenaanvangen,
omdat het vereischte aantal leden niet tegenwoordig was. Ten half drie
ure opent de Voorzitter de bijeenkomst.
De Voorzitter. Bij afwezigheid van den waarnemenden Burgemeester,
den heer StoSels, heb ik de eer de vergadering te openen en verzoek ik den
Secretaris de presentielijst voor te lezen.
De Secretaris leest de presentielijst en daaruit blijkt dat tegenwoordig zijn
de heeren Le PooleLezwijnDriessenGoudsmit, Hartevelt, Hubrecht
van Outerenvan Heukelomdu KieuBijleveld en de Fremery.
De heer Dercksen gaf kennis verhinderd te zijn de vergadering bij te
wonen.
De heer Hubrecht. De heer Cock heeft mij verzocht kennis te ge
ven dat hij verhinderd is deze vergadering bij te wonen.
De Voorzitter. Daar uit de presentielijst blijkt dat er maar elf leden
tegenwoordig zijn, zoodat in de vergadering niet het vereischte getal leden
aanwezig is om te beraadslagen of besluiten te nemen, stel ik voor
morgen ten half drie ure eene zitting te houden. De reden daarvoor is
dat de verschillende rekeningen over 1870 moeten worden goedgekeurd om
die tijdig aan Gedep. Staten te kunnen inzenden. Het is dus noodig zoo
spoedig mogelijk eene vergadering te houden. Mogt onverhoopt morgen
het bij art. 48 bepaald getal leden niet aanwezig zijndan zal ik eene
nieuwe vergadering op Zaturdag moeten beleggen,
De heer Bijxeveld. Ik heb er natuurlijk niets tegen dat de vergadering
op morgen wordt belegd. Maar ik wenschte mede te deelen dat het mij
althans, uithoofde van ambtsbezigheden, welligt onmogelijk zal zijn die
vergadering bij te wonen.
De Voorzitter. Ik zou gaarne aan het verlangen van den heer Bijle
veld te gemoet komen maar vrees datwanneer de vergadering tot later
wordt verdaagd, wederom andere leden afwezig zullen zijn, en daarom komt
het mij noodzakelijk voor de vergadering te beleggen op morgen.
Dienovereenkomstig wordt besloten en de bijeenkomst opgeheven.
Zitting van Vrijdag 11 Augustus 1871,
ten half drie ure.
Waarnemend Voorzitter: de Wethouder P. I. de Fremery.
Een half uur na het tijdstip van bijeenkomst is het vereischte aantal
leden niet aanwezig.
De Voorzitter. Ik open de vergadering en verzoek den Secretaris de
presentielijst voor te lezeD.
De Secretaris leest de presentielijst voor. De volgende leden zijn tegen
woordig: Bijleveld, Le Poole, Lezwijn, Goudsmit, Hartevelt, Hubrecht,
van Wensen, Driessen, van Heukelom, du Rieu, van Outeren en de
Fremery.
De Voorzitter. Daar het blijkt dat slechts 12 leden tegenwoordig zijn
sluit ik deze vergadering en noodig ik de heeren uit morgen ten 2 ure
ter vergadering op te komen, zoo daartegen geen bezwaar bestaat, ten
einde de agenda af te doen.
Dienovereenkomstig wordt besloten en de vergadering verdaagd tot Zatur
dag ten 2 ure.
lltllng van Zaturdag 13 Augustus 1871.
geopend ten twee ure.
Waarnemend Voorzitter: de Wethouder P. I. de Fremery.
De Voorzitter. Ik open deze vergadering, welke is belegd in overeen
stemming met art. 49 der gemeenteweten verzoek den Secretaris de pre
sentielijst en daarna de notulen der vorige vergaderingen voor te lezen.
Volgens de presentielijst zijn tegenwoordig de volgende leden: Bijleveld,
du Rieu, Cock, van Outeren, Driessen, Hubrecht, Hartevelt. Goudsmit,
Lezwijn, Le Poole, van Heukelom en de Fremery.
De notulen van het verhandelde in de zitting van Maandag 31 Julij en
de aanteekening van de bijeenkomsten van Donderdag 10 en Vrijdag
11 Augustus worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede:
1°. Dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 1 Augustus
B. n°. 4707 (3® afd.), G. S. n°. 38/1waarbij wordt goedgekeurd het raadsbe
sluit van 20 Julij bevorens, tot wijziging der begrooting in ontvang en in
uitgaaf.
2°. Missive van de heeren Knijft en Kaptijn waarbij dezen hun dank be
tuigen voor de den 31en Julij 11. op hun adres genomen beschikking.
Deze missive is van den volgenden inhoud
«Woerden, 11 Augustus 1871.
WelEd. Heeren I
Met belangstelling hebben wij kennis genomen van het voor de ontworpen
spoorweglijn Leiden-Utrecht zoo gewigtige besluit, door uwe vergadering
genomen op den 31sten Julij jl.voor die welwillende medewerking zijn wij
zeer erkentelijk en betuigen wij onzen dank.
Binnen een niet ver verwijderd tijdstip stellen wij ons voor ook de gele
genheid voor particuliere inschrijvingen open te stellen, waarna op eene
nader te bepalen bijeenkomst de zaak der spoorweglijn Leiden-Utrecht
definitief kan worden behandeld.
Met vertrouwen bevelen wij verder onze zaak aan en hebben de eer met
de meeste hoogachting te teekenen
UWelEd. Dv. Dienaren
P. C. Knijff.
A. Kaptijn."
Deze stukken worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over
1°. Adres van adhaesie aan het adres van ingezetenen in de vorige ver
gadering behandeldbetreffende het verzoek van Knijff en Kaptijn in zake
den geprojecteerden spoorweg LeidenUtrecht.
2". Adres van A. van Asperendaarbij andermaal zijne bezwaren inbren
gende tegen zijnen aanslag in de plaatselijke directe belasting 1871, met
rapport.
Deze stukken worden ter inzage van de leden in de leeskamer neder-
gelegd.
3°. Adres van eigenaren van den Schouwburghoudende verzoek tot con
tinuatie van het subsidie ook voor 1872.
Dit wordt aangehouden tot bij de behandeling der begrooting voordat jaar.
4". Adres van M. C. Mac-Donaldwed. D. C. Moordziekwaarbij zij
ontheffing verzoekt van plaats, directe belastingwegens verandering van
woonplaats.
Dit wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders en van
de Commissie van Financiën.
5°. Adres van M. van Weeren, fabriekant alhier, houdende verzoek tot
het in eigendom bekomen van een gedeelte der Pakhuisstraat.
Dit wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een lid der Plaatselijke commissie van toezigt op de
scholen voor middelbaar onderwijs.
De heeren Goudsmit, Cock en Hubrecht worden door den Voorzitter
uitgenoodigd met hem het stembureau te willen uitmaken.
De uitslag der stemming is dat op D. Hartevelt 6 stemmenop Brutel de
la Rivière 2, en op A. J. Wijnstroom 1 stem werden uitgebragt, terwijl
er 2 blaneo-billetten in de bus warenzoodat benoemd is de heer D. Hartevelt.