HANDELINGEN TAK DEN GENEENTEBAAD TAN 1ET1EN. 16. Zitting van Donderdag 26 Julij 1866, geopend des namiddags te 2 ure. Voorzitterde heer Burgemeester Dr. W, C, van den Brandeler. Tegenwoordig de heeren: de Moen, van OuterenStoffels, Tollens, Iioltz, Lezwyn, Hoog, de Fremery, WttewaallKrantz, Cock, du Rieu, Hubrecht, van Heukelom, Goudsmit, van der Hoeven en Hartevelt. De heer van Wensen gaf kennis verhinderd te zijn de vergadering bij te wonen. De aanteekeningen van het verhandelde in de zittingen van Donderdag 28 JunijZaturdag 30 Junij en Maandag 2 Julij 11. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede: 1°. De volgende verslagen omtrent bezoeken in gestichtenals a. in het Heilige Geest of Arme Wees- en Kinderhuis. //Op heden den 9 Julij 1866 hebben wij, Dr. Willem Cornelis van den Brandeler, burgemeester, en Petrus Isaacus de Fremery, wethouder dezer gemeenteals daartoe door het Collegie van dagelijkseh bestuur uitgenoo- digd, ons begeven naar het IJ. G. of Arme Wees- en Kinderhuis, ten einde te voldoen aan het voorschrift van art. 179 litt. u der gemeentewet. Wij zijn aldaar ontvangen door hh. Regenten welke ons voorstelden om allereerst het gesticht in alle zijne onderdeelen te bezigtigen. Wij werden bij dat bezoek door hen rondgeleid in de ruime en welingerigte zalen, die allen zonder onderscheid getuigden van reinheid en goede luchtverversching. Op de naaikamer waren 30 meisjes vcreenigdwaarvan nog 13 dagelijks gedurende twee uren schoolgaan. Op de breischool waren er 22 te zamen die bijna allen nog schoolonderwijs genieten. Beide afdeelingen voorzien in de vervaardiging van al het benoodigde lijf- en linnengoed, bovendien verdienen de kinderen nog f 14 a 15 per week voor naai- en breiwerkdat hun op verschillende wijze wordt verschaft. Buiten het huis zijn 53 jongens geplaatst, die na aftrek van eenig zak-en spaargeld zuiver f 36 a f 37 inbrengen. De bovenkleederen en schoenen worden mede in het gesticht vervaardigd. In de minnekamer vonden 28 kinderen verzorgingwaarvan ongeveer de helft in eene daarbij behoorende bewaarschool worden bezig gehouden. In het schooliocaal dat allezins voldoet aan de vereischten van goede luchtverversching en helder licht, waren 98 jongens en meisjes vereenigd; door den hoofd-onderwijzer H. L. de Haas werden ons o. a. verschillende schrif ten overgelegddie allezins blijk gaven van de gemaakte vorderingen. Ook bet godsdienstig onderwijs heeft dagelijks plaats en wordt bij afwisseling des Zondags ook in het kerklocaal gegeven. Ook in de gymnastiek wordt wekelijks gedurende twee uren les gegeven. In de ziekenzalen vonden wij niet meer dan 2 jongens en 3 meisjes, zeker een gering aantal in verhouding van het verpleegde personeel; wij mogen met blijdschap alzoo vermelden dat de gezondheidstoestand zeer voldoende is, zooals mede blijken kan uit het geringe getal overledenen in dit jaar, zijnde 2 jongens en 2 meisjes, terwijl tot dusverre geen enkele werd aangetast door de heerschende cholera. De keukens en kelders zijn doelmatig ingerigt en geven ruime gelegen heid om al te schaften en te bewaren wat noodig is. Terwijl het graan voor eigen rekening wordt ingekocht, wordt het brood mede in huis gebakken en voldoet de qualiteit uitnemend. Twee malen in de week wordt vleesch geschaft en Zondags soep, verder boonenerwtenaardappelen met groenten enz. Des morgens ontvangt ieder een kom koffij met brood en des avonds gekarnde melk met grutten. In het gesticht worden verpleegd 142 weezen, waarvan 70 jongens en 72 meisjes, en 78 armkinderen, zijnde 40 jongens en 38 meisjes, te zamen dus 220, waarover, behalve de binnenvader en moeder, nog 7 vrouwelijke en 6 mannelijke personen toezigt houden. De financiële gesteldheid mag ook voldoende worden geachtwaartoe niet weinig hebben bijgedragen de verschillende en aanzienlijke legaten in de laatste jaren aan dit gesticht vermaakt, waardoor het mogelijk is geworden zonder verhoogd subsidie verschillende verbeteringen daar te stellen. De inschrij vingen ten laste van het Rijk bedragenƒ273,900.2£ pCt.41,900. 4 pCt. ƒ21,000.-— 3 pCt. Hebben velen in dit gesticht eene veilige haven gevonden, om onderrigt en verbeterd als nuttige leden in de maatschappij weder te keerenaange naam was het ons dit te erkennen en daarvoor aan de Regenten den wel verdienden dank te brengen. v. d. Brandeler. P. I. de Fremery." b. In het Evangelisch Luthersch Wees- en Oudeliedeuhuis, «Ter voldoening aan art. 179 litt. ic der gemeentewet, hebben wij Dr. W. C. van den Brandeler, burgemeester, en M'. C. W. Hubrecht, wethouder, als gecommitteerden uit het Collegie van dagelijkseh bestuur, op heden ons begeven naar het Evangelisch Luthersch wees- en oudeliedenhuis, en wer den aldaar door hh. Regenten ontvangen. Bij het bezoeken der verschillende zalen, merkten wij vooral de luchtig heid en reinheiddie aldaar heerschtemet genoegen op. In het gesticht waren 7 jongens en 17 meisjes verpleegd, welke voor het meerendeel in de gemeentescholen voor meer uitgebreid lager onderwijs 2° klasse onderwijs genoten. Het getal der oude mannen bedroeg 10, dat der vrouwen 15. 1866 Aan de heerschende ziekte waren een jongen van 7 jaar en eene vrouw van 76 jaar overleden. Wij vernamen overigens met genoegen dat de ge zondheidstoestand nu niets te wenschen overliet, en geenc zieken in behan deling waren. HH. Regenten deelden ons mede dat de vader en moeder in het gesticht met naauwgezetheid hunne taak vervulden. Wij betuigden aan hh. Regenten onzen dank voor de verschillende be- moeijingendie zij in het belang der weezen en oude lieden nemenen bevalen het gesticht in hunne voortdurende zorgen aan. Leyden, v. d. Brandeler. 24 Julij 1866. C. W. Hubrecht." c. in het Gereformeerd Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. //Op heden den 24«> Julij dezes jaars hebben wij Dr. W. C. van den Brandeler, burgemeester, en Mr. C. W. Hubrecht, wethouder, als daar toe uit het Collegie van dagelijkseh bestuur gecommitteerd, ons ter voldoe ning aan art. 179 litt. u der gemeentewet, begeven naar het Gereformeerd Minne- of Armen Oude Mannen- en Vrouwenhuis, en werden aldaar door hh. Regenten ontvangen. Door de verschillende zalen rondgeleidwaren wij in de gelegenheid ons te overtuigen van de frischheid en de zindelijkheid die overal heerschten vooral ook de luchtigheid der slaapzalen met hooge verdieping, en de doel matige wijze waarop eene op den zolder geplaatste, door eene perspomp gevulde bak de verschillende lokalen van water voorzag, trok zeer onze aandacht. De bevolking bestond uit 63 personen, 30 mannen en 33 vrouwen, waaronder 10 paar gehuwden. De oudste is 93 jaar. De oude mannen en vrouwen genoten eene goede gezondheid, de zieken zaal was ledigen in dit jaar was slechts één sterfgeval voorgekomen. Eiken dag bij goed weder maken de oude lieden, in afdeelingen gesplitst, en voor zoo verre zij dit verlangen, onder toezigt eene wandeling; door hh. Regenten was deze maatregel, die goed werkt, bij het heerschen der ziekte ingevoerd. De voeding bestaat des Zondags uit erwtensoep en spek, de overige dagen bij afwisseling uit aardappelen, grutten, bruine boonen, groentensoep en vleeschdes avonds karnemelk. Wij vernamen van hh. Regenten dat de binnenmoeder zich op eene al leszins lofwaardige wijze van hare soms moeijelijke taak kwijt, terwijl ook de orde die overal heerschte en de aangename wijze waarop zij met de oude lieden omging, ons hiervan de overtuiging gaf. De indruk die dit bezoek op ons maakte, was hoogst aangenaam; wij verheugden ons dat zoodanige inrigting hier ter stede bestaatwaar zoovele oude lieden hunne laatste levensjaren rustig cn onbezorgd kunnen doorbrengen. Alvorens ons bezoek te eindigen, betuigden wij aan hh. Regenten onze erkentelijkheid, voor de voortreffelijke wijze waarop deze inrigting door hen werd bestuurden bevalen wij het belang daarvan met vertrouwen aan hunne goede zorgen aan. y. d. Brandeler. C. W. Hubrecht." Deze verslagen worden voor kennisgeving aangenomen. 2°. De volgende dispositiën van Gedeputeerde Staten van Zuidholland, als: van den 27 Junij 1866, B. n°. 4068/1 (3de afd.)G. S. n°. 30, hou dende goedkeuring van een staat van af- en overschrijving op de ge meente-begrooting voor 1865; dd. 9 Julij jl.B. n°. 4301 (2de afd.), G. S. n°. 49, waarbij do reke ning der dienstdoende Schutterij over 1865 definitief wordt goedgekeurd- c. van den 10en dezer maand, B. n°. 4396 (2de afd.), G. S. n°. 4, strek kende als bewijs van goedkeuring der raadsbesluitenvan 24 Mei tot het voor afbraak verkoopen der poortkantoren, en van 28 Junij tot den verkoop van Inschrijvingen op het Grootboek; d. van dezelfde dagteekeningB. n°. 4355 (3de afd.), G. S. n°. 9, tot goedkeuring der verhooging van de gemeente-begrooting voor 1866. Deze worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over 1°. Gemeente rekening over 1865 die gedrukt is en aan de leden wordt rondgedeeld. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze te stellen in handen van de Commissie van Financiën. 2". Voorstellen van Burgemeester en Wethouders en van den heer Scheltema, omtrent een hoofdelijken omslag. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze stukken te doen druk ken en te stellen in handen van de Commissie van Financiën. 3°. Adres van Bestuurderen van het Genootschap: Mathesis Scientiarum Genitrix, tot verhooging der jaarlijksche bijdrage van 2000.ten behoeve der aan die inrigting verbonden burger avondschool, met ƒ1000. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten dit adres te stellen in handen van Burgemeester en YVethouders en van de Commissie van Finan ciën ten fine van berigt cn raad. 4°. Verzoek van F. A. Knage, om vergunning tot het vernieuwen van de stoep voor het huis op de Hoogewoerdwijk III, n°. 413. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten dit te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders, ten fine van berigt en raad. De Voorzitter. Ik heb de eer nog mede te deelen dat aan het ver zoek van C. 11. Westdyk c. s.bewoners der Beestenmarkt en Steenstraat, tot het leggen van eene noodbrug, bij de vernieuwing van de Blaauwpoorts- brug, is te gemoet gekomen zonder bezwaar voor de gemeentekas. Wordt voor kennisgeving aangenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1866 | | pagina 1