HANDELINGEN TAN DIN GEMEENTERAAD TAN LEYDEN Zitting van Donderdag 31 Julij 1861, geopend des namiddags ten 2 ure. Voorzitter: de heer Burgemeester Mr. D. Tïeboel Siegenbeek. Tegenwoordig de heeren Meerburg, Stoffels, Tollens, Hartevelt, van KaathovenKneppelhout van Sterkenburg, de Fremery, Lezwyn, ten Sande, Wttewaall, Krantz Driessenvan Outeren, Le Poole, du Rieu, Goudsmit, ilubrecht, van der Hoeven, Hoog, Scheltema en Siegenbeek. De heeren Tichler en de Moen gaven kennis verhinderd te zijn de ver gadering bij te wonen. De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Dingsdag 28 Juni] 11. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede Zes dispositiën van Gedeputeerde Staten der provincie Zuidholland, als: 1°. eene van den Jl®» Junij 1864, B. n°. 3363 (3* afd.) G. S. n°. 31 houdende goedkeuring der raadsbesluiten van 9 Junij jl., tot afstand van gemeentegrond aan P. van der Meer en H. van Cazant, W. C. Baert, F. C. Rose en J. van der Tas; 2°. eene van gelijke dagteekeningB. n°. 3219 (3» afd.) G. S. n°.42/l, waarbij de raadsbesluiten van den 9™ Junij jl., tot verhooging der begroo ting voor 1864, worden goedgekeurd; ^3°. eene van den 28®n der vorige maand, B. n°. 3492/2 (3® afd.), G. S. n 23, behelzende goedkeuring der raadsbesluiten van den 9®° bevorens, tot af- en overschrijving op de begrooting voor 1864; 4°. eene dd. 1 Julij jl. B. n°. 3698 (3® afd.), G.S. n°. 32, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van den 28®» Junij jl., tot het onder de hand afstaan der tienden onder Leyderdorp; 5°. eene van den l*l'u dezer maand, B. n". 3708 (3® afd.) G S n° 4 houdende magtiging op de gemeentebesturen van Leyden en Bergen'op Zoom, om m overleg te treden over de herziening van het gemeenschap pelijk beurtverdrag en tanef; 1 6°. eene in dato 11 Julij jl., B. n°. 3722 (2® afd.) G. S. n°. 37, waarbij de rekening der dienstdoende schutterij, over 1863, definitief wordt goed gekeurd. 7°. Eene missive van de Gezondheids-commissie, van den 9®° dezer maand, n°. 47, waarbij de leden dier commissie het ontslag aanbieden. Deze missive is van den volgenden inhoud Leyden, 9 Julij 1864. Ingevolge art. 3 der Verordening van 31 Julij 1860 (Gemeenteblad n°. 6), zoude de Gezondheids-commissie verpligt zijn, een dubbeltal in te dienen voor elk der vacaturen onstaan door het ontslag van de heeren Dr R S Tjaden Modderman en Dr. E. van der Ven. De Ondergeteekendenleden der genoemde commissieevenwel van oor deel zijnde dat zij bij den Gemeenteraad niet die ondersteuning en belang- stelhng ondervonden waarop zij meenden te mogen rekenennemen de vrijheid bij deze mede hun ontslag aan te bieden. B. F. Krantz Tichler leden van den GemeenteraadF. W. Kbieger G. Aalbersberg, leden van de Plaats. Commissie van geneesk. toevoorzigtP. IIoekema kingma geneeskundige S. Tak regtsgeleerde, J. van Lith, bouwkundige. De Voobzitter. Ik stel voor, al de medegedeelde stukken voor kennis geving aan te nemen. Ik kan er intusschen bijvoegen, dat mijne pogingen bij de Gezondheids-commissie aangewend, om haar van haar besluit terug te brengen, geen gunstig gevolg hebben gehad. Al de bovenvermelde mededeelingen worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: Verantwoording van de inkomsten en uitgaven der gemeente, over rekening011 °V egglng der door den Gemeente-ontvanger aangeboden De Voorzitter. Ik stel voor, die rekening te stellen in handen der Commissie van Financien. Ik voeg daarbij een tweede voorstel: om name lijk Burgemeester en Wethouders te ontslaan van de verpligting, hun bii het reglement van orde opgelegdom op Zaturdag den voorlaatsten dag van July eene vergadering te beleggen. Het is eene bepaling, eenvoudig gemaakt met het oog op de verpligting om de rekening vóór het eind van Julij aan te bieden. En daar nu aan die bepaling voldaan is, stel ik voor, mij te ontheffen van de verpligting uit het reglement van orde voortvloeijende. Overeenkomstig het tweeërlei gedane voorstel vah den Voorzitter wordt besloten. ,?®ne ™ssive ™n den Minister van binnenlandsche zaken, dd. 17 Junij jl., n 204, betrekkelijk den straatweg buiten de Rijnsburgerpoort. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze te stellen in handen en'raad"111113816vroeger adviseerde, ten fine van berigt 3 Adres van Ably, Oudendorp en Cie, waarbij deze om denzelfden grond verzoeken, welke door G. Tibboel wordt verlangd. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze te stellen in handen behandelen111 61 etllouders> om de beide zaken sim.nl et semel te 1864.' 48. Adressen van S. Platteel en P. van den Berg, tot het leggen van stoepen, de eerste in de Schoolstraat, de tweede op 'het Rapenburg. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten ook deze adressen te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders, ten fine van berigt en raad. 5°. Staat van begrooting, voor 1865, van Regenten van het Evange lisch Luthersch wees- en oudeliedenhuis. Wordt beslotenovereenkomstig de voordragtdeze te stellen in handen der Commissie van Financiën, ten fine van berigt en raad. 6°. Rekening van het H. G. of armen wees- en kinderhuis over 1863 met rapport der Commissie van Financiën. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze ter inzage van de leden in de leeskamer neder te leggen. Aan de orde is: v°ordragt tot het verleenen van ontslag aan de docenten van het Ste delijk Gymnasium. De voordragt is van den volgenden inhoud: "Na het besluitin onze laatst voorgaande vergadering genomenzullen thans nadere voorzieningen worden gevorderd. In de eerste plaats behoort ten aanzien der leeraren beslist te worden, thans nog aan het met den 15den September opgeheven gymnasium verbonden. Overeenkomstig de dezerzijds gedane voordragten, waarop bereids uwe goedkeuring is verkre gen, stellen wij u thans voor te besluiten. Aan de leeraren, thans aan het stedelijk gymnasium verbonden, wordt met den 15<lenSeptember aanst uit die betrekking een eervol ontslag verleend. Bijaldien zij niet bij de ge meente-instellingen van hooger en middelbaar onderwijs, tegen gemelden datum op te rigtenmogteu worden aangesteldwordt hun gedurende drie jaren een wachtgeldten bedrage van twee derde gedeelten der bezoldiging door hen genoten, verzekerd." De heer van Kaathoven. Ik heb geene bedenking tegen deze voor- dragt; maar ik neem de vrijheid te vragen, of de heer Krantz, voorzitter van de Gezondheids-commissie, ook bereid zou zijn ons de redenen mede te deelen, die hare leden hebben gedrongen om allen hun ontslag te nemen. Het is zeker eene beleefdheid die ik' van hem verzoek, maar ik doe die vraag omdat in de kennisgeving van dat besluit geene redenen zijn op<m- geven en ik moet aannemendat de commissie niet dan om gewigtige tot dat besluit zal gekomen zijn. De Voorzitter. Ik wenschte allereerst de behandeling van het in dis missie gebragte punt voort te zetten. Als dit afgeloopen is, zal ik den heer Krantz, indien hij daartoe bereid mogt zijn, gelegenheid geven den heer van Kaathoven te beantwoorden. De voordragt, waarover door geen der leden het woord gevraagd wordt, wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De Voorzitter. Ik geef thans den heer Krantz gelegenheid om, zoo hij daartoe genegen mogt wezen, het woord te voeren. De heer Krantz. Ik ben gaarne bereid op de gedane vraag te ant woorden, doch het spreekt van zelf dat dit slechts individueel geschiedt, met als voorzitter of uit naam der commissie. Naar mijn gevoelen is het bij verschillende gelegenheden gebleken, dat de commissie de sympathie van den Raad niet haden hebben hare voorstellen niet die ondersteuning ondervonden, die tot bereiking van het doel noodig waren en dat is de reden waarom zij meent zich niet langer de moeite te moeten getroostenaan hare betrekking verbonden. Ik zal als blijk van dat gemis aan belangstelling maar een paar bewijzen aanhalen. De commissie had kort na hare vestiging verlangddat aan haar mogt worden verbonden een vaste secretaris, iemand, aan wien eenige werkzaamheden konden worden opgedragen, die, ofschoon schijnbaar nietig, evenwel dikwerf met onbelangrijk zijn. De Raad heeft aan dat verlangen niet wdlen voldoen. Bij de benoeming van een wetenschappelijken keurder heeft de Raad zich niet vereenigd met de voordragt van de Gezondheids-commisrie die daartoe naar hare meening den meest geschikten persoon had aangewezen! Ook verdere handelingen toonen aan, hoe Weinig de Raad met den werk kring en de adviezen der commissie is ingenomen. Nog onlangs zijn door de com missie voorstellen gedaan, betreffende de vervalsching van levensmiddelen, eene zaak die zij van het grootste belang achtte voor den gezondheidstoestand der ingezetenen. De Raad heeft daaraan geene waarde gehecht. In het al gemeen vinden maatregelen voor hygiene in ons land geene belangstelling. Dit is ook het geval bij den Raaddaarom heeft de commissie geoordeeld dat zij verder niet met nut in die betrekking kon werkzaam zijn. De heer van Kaathoven. Ik bedank den Voorzitter der commissie voor dat antwoord. Ik meende, dat eene zoodanige toelichting ook daarom van belang kon zijn opdat men, wanneer men besluiten mogt eene nieuwe commissie te benoemende bezwaren zou kennendie aanleiding tot het genomen ont slag hebben gegeven. Nu heeft wel de heer Krantz die bezwaren doen kennen als de uitdrukking van zijn individueel gevoelenmaar ik geloof wel te mogen aannemen, dat zij ook door de overige leden zullen gedeeld zijn. ■G*Voordragt tot benoeming van leeraren aan de instellingen van hooger en middelbaar onderwijs. De heeren Meerburg, Tollens en le Poole worden door den Voorzitter aangewezen om met hem het bureau van stemopneming uit te maken. Overeenkomstig de aanbeveling van Burgemeester en Wethouders worden benoemd tot rector van het Gymnasium, op eene jaarwedde van f2500, de heer G- D. Suringar; met 20 stemmen, zijnde 1 briefje in blanco gelaten; 20

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1864 | | pagina 1