Geldige bonnen Verwoeste kerk van V/ageningen weer in gebruik genomen Waar de geest van Cuido Cezelle bleef leven Bezoek aan. zijn geboortehuis 'har De operettezangers: „Kermisklanten" Haagse muziekweek Matuschka ,Sneeuwvlok - de Eskimo" Een Haagse primeur: Tanzerische Suite Nieuwe uitgaven Molière-avond in de Amsterd. Schouwburg CONTROLEERT MAANDAG 17 JANUARI 1944 ZD Zilveren jubileum bij de politie Onder zeer grote belangstelling heeft de heer Th A de Vries, opper wachtmeester bij de politie alhier. Zaterdag zijn zilveren jubileum bij het politiecorps gevierd De herden king droeg, door de tijdsomstandig heden, geen officieel karakter. Toch hebben velen, vooral de chefs en col lega's van den jubilaris, hun belang stelling getoond tijdens de zeer druk bezochte receptie, die Zaterdagmiddag in de woning van den hoer De Wilde aan de Da Costastraat werd gehou den. Er waren veel bloemen en ge schenken. Drie jubi'arissen gehuldigd Vandaag telde de Uitgeversmaat schappij A. W. Sijthoff te Leiden niet minder dan drie jubilarissen onder haar personeel. De procuratiehouder der firma, dc heer B. P du Qroix, herdacht het feit. dat hij vijftig jaar geleden zijn intrede deed bij de firma. De heer H P. van Dam. eveneens procuratiehouder, vierde zijn gouden jubileum in de boekhandel. Van deze vijftig jaar was de jubilaris 25 jaar bij Sijthoff werkzaam. De derde jubilaris was dc heer D. G. Waasdorp, die 25 jaar aan de firma Sijthoff was verbonden. Hoewel de herdenking een intiem karakter droeg, hadden toch tal van Nederlandse uitgevers en boekhande laren van hun belangstelling blijk ge geven. BURGERLIJKE STAND. Onder trouwd: H. van Berkel en C. Hubcr; M. C. Laman en M. J van der KlelJ H. Noppe en H. J. van den Burp- E. V A. Remouchamps en P. Stav] i; G. Merjenburgh en J. van der Lelie: A. Weeda en G A. Molenaar. Geboren: Jacoba M., d. v. L. Koek en J. A. van der Meer Overleden: J. N. J. Aalders. m.. 32 J.; W van den Hoek. m., 48J L. van Dehn. d.. 18 J.; T A. van Eek. vr 78 J.: P. de Bakker, vr. v. M. Balvert. 56 J. BEROEPEN. Het kiescollege der Ned. Herv. Gemeente alhier beeft ds. W. H. Kelder Jr. te Middelburg beroe pen ln de vacature- dr. J. Rlemens. KORFBALUITSLAGEN. Derde klasse A: AlgemeneGymnasia 2 08. Rood-WitReady 2 41. Olympla Het Zuiden 3 140; B: Algemene 2 Emma 81, ZuiderkwartierHKV 2 34; C: Zwervers 2Rozenburg 2 50. Wlon -Succes 50: D: Merwede Velon 20, SpartaanSperwers 40, Sprangen 2Odo 33. ALPHEN A. D RIJN Knaapje onder kokende melk geraakt Het vijfjarig zoontje van de fami- lie S. alhier trok ln een onbewaakt ogenblik een pot. kokende melk om. Het knaapje liep hierbij ernstige brandwonden op. BURGERLIJKE STAND. Geboren: Wilhelmus Jehanncs Jozef, z v. W. C. Visser en H. J. Kompier: Arle Andrlcs. z. v. C. M. Goedhart en N. van Smlr- ren; Clementina Jacobus, z. v. K. D. van Randeraat. en C. C Zandbergen: Antje Lenl. d. v. C. H Schuurman en M, P. Paling; Simon Petrus, z. v. S P Mens en W. Loomans; Jacoba Wllhcl mlna, cl. v. G. Sloof en T Kok; Su- zarina Johanna Charlotte, d. v. H. Brokaar en H W. v. d Meer. Gehuwd: Gerrlt Jan Rietveld. 31 J., wonende te Lexmond en Christina Paling. 27 j.; Gerrlt v. Zoomer. 26 J. en Adrlnna Borst. 23 J. Jan v. d. Laarse. 26 J. en Franclna Wllhclmlna v. Heusden. 23 J. Overleden: Jacobus Haak. 63 j„ wednr v. Grlejte de Jeu; Willem Pan- cras Janson, 68 J.. geh. m Martina Paardekooper; Maria Johanna v. d. Meer. 35 Jgeh. m. Johannes Fran- zen( wonende te Nlemwecn), Susan na lVs. 77 J.. wed v. Klaas Vergunst; Janny Adrlana Oudhof. 2 J.. overleden te Gouda; Bertha Jaantje Maria Mag- dalena Cornelia v. .Veen. 3 J overleden te Lelden; Leentje Baksteen. 71 j.. geh. m. Jan Basle; Wilhelmus de Jong, 36 j.; Hermanus Zwanenburg. 78 J.; Albertje v. Gunst. 70 J.. geh. m. Balto te Groot; Jacoba Wllhclmlna Sloof. 1 dag. BROOD. BESCHUIT. AARDAP PELEN, (MELK, VLEES: 3 en 4 TABAK: 03 en 04. belde n. keuze VERVANGINGSMIDDELEN: 11 JAM: 12 SUIKER: 13. KAAS: 14 (40+ Of volvet). HAVERMOUT: 15 (250 gram). BLOEM: 16 en 17. KINDERVOEDING: Res D 6 Gort. Res E 6 Rijst of Gort SNOEP: 3 choc., 4 suikerwerk BOTER: 3 A vet of margarine. 3 B marg.; Res B 7 C 7. D 7 en E 7 roomboter (Nog geldig: 50 B 52 A en 52 B> Einde geldigheidsduur 22 Januari DIVERSE BONNEN: 09 Alg eenheidszeep. 10 Alg was- poeder Res C 3. D 3. E 3 was- poeder. Res. E 4 toiletzeep (23 Jan.). R 01 Tabak; Scheerzeep (30 April); 3 hondenbrood; 3 hon denbrood groep K: kattenbrood (t.m 31 Jan); 20. 21. 22 brandst t.m 29 Febr.; 1 t.m. 17 KF brandst t.m. 30 April. zijbeuk, hetgeen een aanzienlijke verbetering beteekent daar deze vroeger in een van de zijbeuken was opge steld. Voor de preek stoel is een zwart mar mer doopvont ingemet seld. Het niemue elec- trische orgel is op een gaanderij gebouiod, aan liet einde van het schip der kerk, een zeer gun stige oplossing. Ook het meubilair past vol komen in dit interieur van weldadig aandoen de soberheid, de ban ken zijn gemaakt van zeer fraai eikenhout De voorlopiq aange brachte plafondverlich ting zal na de oorlog vervangen worden door koperen kaarsenkronen. Dit is noodzakelijk om dat het plafond iets te hoog is ten opzichte van de zitplaatsen, zo dat een breking nodig is. In het koor Is men nog bezig met het bouwen van een trouio- kapel. De eenvoudige, koele. witte muren completeren het geheel reeds in 1263, toen op waardige wijze In nuarL De eeuwen- graaf Otto van Nassau een der muren is een oude kerk aan het „Nije-Wageningen" tot gedenksteen ingemet- stad verhief, dat tuil seld, waarop te lezen zeggen, het tegenwoor- slaat, dat de kerk in Dc eeuwenoude kerk van Wagenin- gen is geheel gerestaureerd en is dezer dagen officieel in gebruik genomen. (CNF-Stuvel-Pax m) WAGENINGEN. 6 Ja. Marktplein alhier, vrij wel het enige monu ment dat V/ageningen dige V/ageningen. Deze dc Meidagen van 1940 bezit, en dat in de oor- Gothische logsdagen van Mei 1940 Romaanse kerk met verwoest werd, maar toren en terwijl de wereldoorlog zwaar beschadigd werd Gothische spits, is een- nog voortduurde geheel is thans in het kader voudig van structuur in haar oude vorm is van de ivederopbouw en met haar muren gerestaureerd, hersteld 22 December van baksteen is zij een Als is de wefk weer in ge- typisch bruik genomen. De kerk ïiument. van Wapeningen Is hel eerst genoemd in liet zigd, jaar 1280, in een brief van graaf Reinald 1. bijzonderheid Hollands mo- kunnen wij aan dit Het interieur alles nog toevoegen, dat thans sterk gewij- in de kerk begraven de oorspronke- ligt Lubbert Adolph lijke vorm is her- baron Torek, vrijheer steld. De houten schot- van Rosendael en Pet waarbij de kerk gewijd ten tussen 'de pilaren tecum, eerste extra- werd aan Johannes den zijn verdwenen, waar- ordinaire raad van den Dooper. Het is niet met door de Gothische edelen hove van Gel- zekerheid te bepalen, ruimte met haar pila- derland, landdrost van wanneer de kerk ge- ren duidelijk uitkomtde Veluwe, dijkgraaf en bouwd werd, ivant zij De kansel is geplaatst oud-burgemeestèr van bestond ongetwijfeld op de hoek van koor en Wapeningen. De stad Brugge heeft verschillen de poorten; zij maken deel uit van de oude versterkingen van deze stad. Als men bij een van deze poor ten. n.l. de Kruispoort. de Molenwal opklimt.waar nog twee molens zijn overgebleven van de vier en twintig, die er vroeger waren, dan heeft men een wonderschoon gezicht op de stad. dan ligt ze als het ware op een presenteerblaadje voor u. Op de „Meulewal met al 't genoegen der schuldeloze onnozelheid" moet Guido Gezelle, de grote Vlaamse dichter als jongen veel hebben gespeeld. Want het Is van hier maar een paar stap pen naar Rolweg 54. het geboorte huls van Gezelle. dat door de goede zorgen van het Brugse gemeentebe stuur tot museum werd ingericht. Eigenlijk is museum een te gewoon woord. In deze oude vertrekken is de geest van Guido Gezelle, dezen vro men. schuchteren priester, blijven hangen. Het Onzienlijke maakt een diepere indruk, dan de tastbare her inneringen. Zoals hij was Wil men onder de bekoring komen van de ontroerende zachtheid, de diepe innerlijke beschaving en de zuivere wijde vroomheid van dezen door God begenadigden dichter, dan moet men dit Huis ln Brugge bezoe ken. waar Gezelle op 1 Mei 1830 ge boren werd. Zoo spreke en Zoo denlce en Zoo dichte en Zoo doe 'kl Vraag voorraam MOLENAAR'» KINDFRBLOEM, het zeer goed verteerbare, voedzame en sma kelijke nieuwe kindervoedsel als tijdelijke vervanging van Molenaar'» Kindermeel Uitsluitend verkrljgbeai oo de rljstbon; benevens oo de beschultbon (I pek ts 3 beschuitbonnen). lazen we reeds verschillende malen onder zijn portret aan de wand. Inderdaad, Gezellegaf zich. zoals hij was. En zoals hij was zo hervin den wij hem in zijn geboortehuis, Rolweg 54 te Brugge. De helaas kort geleden overleden mej. Lateur. tal van jaren beheer ster van het museum, zuster van Stijn Streuvels en nicht van den groten dichter, leidde ons vele malen rond. In de heerlijke tuin achter het huis speelde hij als kleine jongen en bezong er later de bomen ,en struiken. En telkens ziet men tus sen bomen en struiken gedichten, die hij maakte op deze wonderen der natuur aan takken opgehangen Het oude Vlaamse vrouwke vertelde van den goeden priester, dien ze zo goed gekend heeft en van wien ze zo ziels veel gehouden heeft en wiens nage dachtenis haar bovenal heilig is. Getuigen In de vitrines liggen de tienduizen den spreuken, die Gezelle uit de mond van het eenvoudige volk op tekende. Talrijke boeken, tijdschrift artikelen cn manuscripten getuigen van het werkzame leven van dezen groten Vlaamsen dichter. Dichten is geen kunste, kom geen kunste, Dichten is een gunste Gods, een gunste. En deze gunste Gods heeft Gezelle HAAGS NIEUWS Directeur; R J Kerkmeester. Bus- sum; hoofdredacteur: Hendrik Llndt Amsterdam: plv hoofdredacteur; lr. A H. de Haas van Dorsser. Haarlem binnenland J v Grieken; illustratie en opmaak; R Kampstra, volkscul tuur en kunst. M Wolters, muziek G K Krop: sport: J J Llbcr; adver tenties: A. H. Lammers, allen te Am sterdam. K 113 VERKEERSONGEVALLEN. Zater dagochtend is de 58-jarige dr. E. J. B uit de Van Neckstraat in de tramrails geslipt en met een beenbreuk naar Bronovo gebracht De zeventienjarige C. de K. uit de Ravensteinstraat- is Zondagavond op het Hobbemaplein van de treeplank van een rijdende tram gestort en met een hersenschudding en snijwonden aan het gelaat naar het ziekenhuis Westeinde getransporteerd. Op de Prinsegracht bij de Boek horststraat is gisteravond de 60-jarige J. R. geb. P. uit de Schenkstraat door onoplettendheid in de duisternis tegen lijn 6 gelopen. Zij is met een hersen-1 hevigs, dat alleen door de laaiende Geboortehuis van Guido Gezelle te Brugge. (Cliché A.P.-archief zich op meesterlijke wijze waardig gemaakt. „Pier Jan. -die geen Frans Kan" noemde Gezelle's vader zich fier en zelfbewust. Gezelle kende de Franse taal als de beste, maar daarnaast heeft hij zijn moedertaal, 't Vlaams, doen her leven in een ongekende luister. De Vlaamse tale is toonder zoet Voor die heur geen geweld en doet. U moet. zodra de mogelijkheid daartoe weer bestaat, ook eens een bezoek gaan brengen aan het Gezel- le-museum te Brugge. Ons is het. tel kenmale een grote heerlijkheid, de warme stralen van Gezelle's geest zo tastbaar te mogen voelen. En ner gens ondergaat men dit inniger dan in 's dichters geboortehuis. Romantiek en bravour Aan Paul van Kempen werd een sympathieke hulde gebracht door het leidse publiek, dat de Stadsge hoorzaal tot in de uiterste hoeken vulde tijdens het derde abonne mentsconcert van het Residentie Orkest. De vermaarde oud-Leidenaar gaf aan zijn geboortestad de eerste uitvoering van Sibelius' Vijfde Sym- phonie in Es gr.t., een werk. dat echter kwalitatief niet geheel even redig is aan de grote faam van den Finsen componist. Hoewel veel dank baarheid past voor de daad van de kennismaking, blijft het muziek ge voelige oor niet doof voor de ondoor zichtige instrumentatie, de motivi- sche zwakheden en de kleurloze zwaarmoedigheden, die Sibelius hier in dit werk heeft verenigd. Het is romantische muziek, die een ver bleekt ideaal opverft en dit is zeker niet de componist van onze verbeel ding. Er kwam wel eens geïnspireer- der werk uit zijnij pen en zeker uit het land van de bossen en meren, dat zich terecht een karartkteristie- ke muzische vermaardheid begint te verwerven. Over de voorbeeldige her schepping van Van Kempen echter niets dan lof. - Cor de Groot speelde technisch feilloos en virtuoos Llszts 2e piano concert en onder de uiterlijke bra vour speelde een innig bewogen ge voel voor evenwichtige verhoudingen. Steeds verder raakt, deze muziek van het klankbewustzijnij van deze eeuw en slechts de meesterlijke vertolking vermag haar buiten de opgelegde onechtheid houden. De Groot heeft zijn zending hier volkomen verstaan. Na de pauze toonde de dirigent zich met zijn sterke visie op Beet hoven. Het dramatische wordt fel geaccentueerd, de innerlijke span ning krijgt iets onverbiddelijks en schudding naar het ziekenhuis aan het Westeinde gebracht. COED VERDUISTERD COED BESCHERMD liefde tot het verdraagbarg wordt getemperd. Uit deze stuwingen, die meer in de geest dan in de materie leven, deed Van Kempen Beetho- vens Zevende in glorie weerklinken. Er waren langdurige ovaties voor dirigent, solist en orkest. WILL G. GILBERT. Alex Wunnink heeft Zondag met .zijn „Kermisklanten" Scala danig op ■stelten gezet. Het publiek was opge togen. zong de liedjes ongevraagd mee, het ene open doekje vongde op het andere, zodat steeds herhaald moest worden en al moet men doordat de voorstelling zo lang duur de na afloop rennen om op tijd binnen te zijn. men bleef de opera comique tot het einde uitzitten. Het was dan ook geen kleinigheid, wat. daar op de planken werd ge bracht. Onophoudelijk was er een vrolijke actie, pittige zang van Truce Speijck. van Leni van den Broek, van Rud Gerrand. Jos Plemper. W. Velt- man, Albert Heyneman en vele an deren. van het koor. dat zich wer kelijk. zowel in de actie, als ,ook vocaal, uitmuntend weerde en dan was er een grote plaats toebedacht aan de humor, die de eigenlijke (melodramatische) moraal van het verhaaltje voldoende camoufleerde Waar het gegeven wat kort van stof was, vond Alex Wunnink de kans om allerhande kermismoticven in te las sen. Zo zag men werkelijk circus- artisten op het toneel komen, acro baten. een dierendresseur met zijn honden en eens verscheen er een levensgrote schimmel op de planken. De regie was steeds op theater- effecten berekend en met groot suc ces. te meer. daar de decors (o.a. een voortreffelijk nagebootste ker mistent. waar de boniseur Johan Boskoop net echt was), bijzonder na tuurgetrouw waren. De muziek van Louis Ganne werkte al even electri- serend als de vertoning, waarvoor Ben Geijssel een woord van lof ver dient, Ongetwijfeld zullen „De Ope- rettezangers" met deze „Kermisklan ten" vele volle zalen trekken. THEO RAMAKER Maria Quin tS c h o 11 e n, die Maandag in Diligentia een liederen- avond gaf met Marinus Flipse aan de vleugel, had een belangrijk pro gramma samengesteld, waartegen zij. ondanks bepaalde goede eigenschap pen als zeer zuiver intoneren, een zekere intelligentie in de dictie en een over het algemeen welluidende stem. niet was opgewassen. Debussy eist veel meer raffinement. Roussel meer herscheppend vermogen en Poulenc die vlotte Franse vertolking, welke ik eigenlijk alleen nog maar van Cignac heb gehoord, die nog een kwaliteit beter is dan Panzéra Het was verdienstelijk, wat dc zangeres deed, maar nog niet goed. De ge ringe renonans van de weinig soe pele stem. werkte ook niet mede Flipse heeft geroutineerd, hoewel te luid begeleid. Willem Noske en zijn voor treffelijke begeleidster Elisabeth Everts hadden Dinsdag een goede avond in Diligentia, met als stralend hoogtepunt de Sonate van Franck en met de te weinig op vioolrecitals gespeelde, enthans met grote toewij ding vertolkte „Vier stukken' Opus 17 van Suk. Noske had zijn avond; j technisch volkomen gaaf. voor zijn doen vrij rustig, ook in het vibrato, volkomen zeker ln de streekbeheer- sing, Elisabeth Everts was hem ge heel waardig met haar uitstekend en vitaal klavierspel. zodat ook de Sona tine voor viool en piano van Frits Noske. gecomponeerd in 1942. een ideale vertolking verkreeg. Een eer lijk stuk muziek zonder enige „mo derne" allure en met een zeer effectrijke aanwending van de Dori sche toonsoort in het laatste deel. Men staat steeds weer verwonderd over het blijkbare gemak, waarmede Gerard Hengeveld de grootste tech nische moeilijkheden van het klavier- spel overwint. Deze enorme techni sche vaardigheid en gedisponeerdheid voor het instrument hebben in de eerste Jaren van zijn pianistisch op treden wel eens geleid tot oppervlak kigheid. Van dit laatste euvel was Zondegmiddag in Diligentia niets meer te bespeuren. Het Praeludium e de Fuga in Bes van Bach werden in een prachtige stijl geïnterpre teerd. De volgende Sonate van Mo zart. (K.V. 333) kreeg aan parelende musiceervreugde alles, wat zij vraagt en het Prélude. Choral et Fugue van Franck. een pianistische toetssteen als weinig klavierwerken, werd met volkomen beheersing der technische problemen in het licht ener intens muzikale vertolking geplaatst. Met het groote, weinig in het openbaar gespeelde variatiewerk van Reger over een Thema van Telemann be sloot Hengeveld op magistrale wijze zijn klavieïmiddag. die door een zeer talrijk en door zijn spel enthousiast gestemd publiek werd bijgewoond. P. TEUNISSEN Jr. De pianist André Jurres presen teerde zich Donderdagavond in Dili gentia met een programma van Beet hoven. Brahms. Grieg. Liszt en De bussy. Uit de aard van zijn nog immer waar te nemen voorkeur voor het virtuoze element kwam ziin tech nisch uitnemend beslagen speelwijze het best tot haar recht in Brahms en Liszt, doch ook in Debussy's eer ste serie „Images" wist de concert gever een eigen geluid te doen hoo- ren. G K. KROP. Het abonnementsconcert van het Concertgebouworkest zag Willem v. Otterloo als dirigent van Beet- hovens ouverture Coroiian en Debus sy's „Trois Nocturnes", waaraan het dameskoor van de Ned. Omroep mede werkte. De op gave wijze, maar in uiterst traag tempo vertolkte ouver ture werd door de weergave van Debussy overschaduwd. Er leefde een krachtige poczle in de tere klank weefsels, die sommige geijkte slap heden, vaak ten onrechte voor natu- ralistisch-impressionistische stijlop vatting aangezien, op weldadige ma nier tegenstreefde. Het koor schonk niet- die voldoening, welke men zou hebben gewenst. Goede zang en scher pe intonatie vermogen het nog niet in het door den componist bedoelde ondeelbare klankgeheel te plaatsen en bovendien is er een manco aan sonoriteit, dat schadelijk op som mige timbreringen werkt. Met Rogers Vioolconcert wist Geore Kulen- kampff een triomf te behalen. Zijn grootste vioolstijl draagt de hoorders naar de toppen van een spontaan be leven. zeker in znij fierheid, warm in zijn emotie. Gevoelskunst bij uit stek. maar edel gericht. Het spel der onderlinge verhoudingen werd door door Van Otterloo volkomen beheerst. Bij de eerste Haagse opvoering van Norbert Schultze's sprookjesopera „Schwarzer Peter" door het Duitse Theater werden de Amsterdamse indrukken verstevigd. Het zou best mogelijk zijn als volwassene te toeven in een kinderlijke, fantasierijke sfeer, vooral wanneer die zo smakelijk en bekoorlijk in Fritz Harlans uitmun tende regie geschapen wordt. Maar de muziek, die geen opera-materie, doch lichte operette-allure bergt, is een teleurstelling die af en toe de verveling niet buiten het welwillend luisterende oor kan houden. Voor détails raadplege men de Amster damse bespreking. WILL G. GILBERT. [je tweede Tekeningen en tekst van WIM MEULD1JK door W. H. Krulderlnk 65) Dit stil staan was hem een marte ling. Rosita's optreden liep ten ein de. De zenuwen der mannen span den zich tot het uiterste. „Ik vang haar, zodra ze klaar is, vooraan in de loopgraaf op. Wie weet wat ze anders nog uithaalt." In een oogwenk was Staal ver dwenen. Als een struikrover, die het slachtoffer, die hij wil bespringen, beloert, verschool hij zich tussen een paar heesters, die voor het podium prijkten. Rosita's dans was uit. Zacht was ze neergezegen in het gras, als een vogel, die voelt te gaan sterven. Weer traden ogenblikken van diepe, indrukwekkende stilte in. Staal knarste met zijn tanden, als om zich zelf een teken te geven, dat hij zijn gevoelens de baas was. Toen het applaus losbrak als een orkaan, sprong ze op. Lenig als een hinde huppelde ze naar de heesters, die Staal verborgen hielden. Hij stond op het put haar bij de arm te grijpen. Doch voor hij haar be reiken kon. was ze teruggekeerd om buigend te danken voor de nog steeds aanzwellende bijval. Twee-, driemaal naderde ze Staal om weer terug te keren en het Juichende pu bliek te danken. Het stomme pu bliek bleef maar klappen en Rosita bleef buigen, totdat ze plotseling een teken gaf aan den dirigent van het orkest. Waarachtig, ze bisseerde het laatste deel van de dans. Staal was buiten zjch zelve. Wat moest hij doen? ALs een wilde, woest naar voren stormen en haar weg sleuren? Dat zou een consternatie geven. Geen twijfel aan. het publiek zou er zich mee bemoeien. Daar ging hem een licht op. Dat was na tuurlijk de bedoeling! Ze had op zo'n aanval van razernij gespeculeerd. Tijdens het tumult zou ze wel kans gezien hebben te verdwijnen. Staal lachte stilletjes. Hij had haar door zien. Dat hij zich had weten te be heersen en haar die kans niet had gegeven, bracht hem weer in een goed humeur. *.c». „Koning Winter. Je bent nu en Kwef als ze onder de deurKter ln mijn handen Je dochterheb ik door ln de kamer glurei.? Daar staat Je hebt die arme koning Winter met ge- ^n™og vii™mlnüten om boeide handen ln de vensterbank n| te Jdenl[en en dan hoog boven dc begane grond In de )k Je naar beneden|» kamer is behalve een stuk of tien sneeuwvlok heeft alles gehoord, sneeuwdulveltjes ook koning Knarse- Mviug, Kwef. fluistert hij tot zijn tand. HIJ staat op zijn horloge te hond: „Wij moeten koning Winter turen en zegt juist redden. Ik heb een goed planl Onder Jubelende bijval had Resita ten tweeden male haar dans beëin digd. Staal zette zich schrap. Daar kwam ze aan. Haar voeten schenen nauwelijks de grond te raken. Even hoorde hij het zachte tuisen van het witte kleed. Toen was ze bij dc struiken. Staal trad naar voren en greep haar snel bij de smalle pols. „U bent gearresteerd." Zonder het te willen, had hij zo zacht gesproken, dat het bijna fluisteren scheen. Vlug voerde hij haar de loopgraaf in. De kreet van een dodelijk verschrikte vrouw ging Sn de flarden van het applaus verloren. Staal dacht, dat ze simuleerde. Ze wist toch wat haar te wachten stond. Waarom dan die schrik? Hij trok haar mee door de 'ocp- graaf. Ze begon tegen te stribbelen Ze verzette zich. ze poogde hem te krabben. Toen maakte Staal korte metten. Hij pakte haar op. Knelde haar stevig in zijn sterke armen en droeg haar naar de tent. waar Wij- nands reeds klaar stond om het zeil doek opzij te houden. Hij plantte haar pardoes op de stoel voor de spiegel, waarop nij haar straks had zien zitten. Staal en Wijnands ston den voor haar als een paar jagers, die zelfvoldaan een gevangen tijgerin bewonderen. Ze keken in vrouwen ogen vol tranen, die blonken in het lamplicht. Staal bleef bewegingloos staan, onmachtig een woord te uiten. Wij nands zag, dat hij begon te beven. „Wat heb je?" vroeg hij ongerust. Staal bonkte neer op een bank, die gelukkig net achter hem stond, anders zou hij zich in het mos heb ben laten vallen. Hij greep met twee handen tegelijk naar zijn hoofd en rukte aan zijn haren. „Wat is er?" vroeg Wijnands nog maals. Hij vreesde, dat de emotie St2al te machtig was geworden. Staal schudde een paar maal mis troostig het hoofd. „We zijn er weer ingevlogen" sla- melde hij eindelijk als een verlegen schooljongen, die een streek heeft willen uithalen, doch bijtijds betrapt werd. Als de woudreuzen zich op de tent hadden gestort, zou de commis saris niet heviger zijn geschrokken. Wordt vervolgd) In een tijd. waarin men van over heidswege doende is de kunst te ont doen van vreemde elementen, die op een of andere wijze met onze volks aard in strijd zijn. had een uitvoe ring als in eDn Haag Zondagavond op een concert in de Dierentuin wel licht beter achterwege kunnen blij ven. In een loffelijk streven de sym- phonlsche muziek dienstbaar te maken aan de muzikale verpozing en de amusementsmuziek boven haar plan van middelmatigheid uit te nef- fen, heeft de dirigent Harm Smedes zich gewaagd aan een compositie van Eduard Künneke. de „Tanzerische Suite"; een in 1929 ontstaan werk, dat in Duitsland zekere vermaard heid bezit en dat ontelbare malen door de radio is uitgezonden. Er zijn verschillende opmerkingen bij deze compositie te plaatsen, die alle van meer of minder ingewikkel de, althans uitvoerige muziekaesthe- tische en muziekwetenschappelijke praemissen uitgaan In de vorm van een Concerto grosso heeft Künneke het. symphonieorkest gekruist met het ensemble, dat algemeen bekend is onder de naam „Jazzband". In een muzikale wedijver en in de contrast werking van de eigen ensemblekleu- ren laat hij beide orkesten zich tegen elkaar uitspelen. Het kan niet wor den gezegd, dat hij hierdoor desvm- phonische gedachte absolute jazz in vloeden wilde doen ondergaan; ook niet. dat hij jazzmuziek door sym- phoniscbe veredeling boven haar eigen niveau heeft willen plaatsen. Aan geen van deze twee onbestaan baarheden, die in een inmiddels weer achter ons liggend tijdperk zowel door geëxalteerde componisten van naam als door liedjesschrijvers met pretentie in Amerika en Europa zijn beproefd, heeft Künneke meegewerkt. Maar wel ging hij gebukt onder de misvatting, dat er in de jazzmuziek iets meer zit dan een primitieve muzikale vormgeving van de Ame rikaanse negers, waaruit de Europe se muziekkunst vernieuwing of in spiratie zou kunnen putten. Onder volledige erkenning van de volkenkundige belangwekkendheid van de jazzmuziek als gespeeld door negers kan men niet anders doen dan stelling nemen tegen de Jazz- nabootsing door blanken, hetzij dat deze in de danszaal weerklinkt als luchtig amusement, hetzij dat een componist haar op een of andere wijze in de concertzaal brengt Dit is wat Künneke heeft gedaan. Hi] heeft vergeten, dat niet de orkestbezetting, maar de mentaliteit van de uitvoer ders de jazzmuziek maakt. Hij heeft de surrogaat-jazzmuziek van den blanke aanvaard als een levensvat- bare expressie en haar als een „nieu we" klankkleur, een „nieuw" rhyth- me uitgespeeld tegen Europa's sym phonische traditie. De gevolgen hiervan zijn tweeër lei. Ten eerste dat het publiek, dat in deze zaken niet thuis is, eens te meer misleid is geworden met betrek king tot het wezen van de jazzmu ziek en daarenboven waarschijnlijk in de mening is gaan veikeeren. dat er uit „die negergeluiden" best iets kan worden. aLc de Europese compo nist er zich maar mee bemoeit in- plaats van „die zwarten". Ten twee de. dat de symphonische kunst in deze manifestatie het tegendeel van een reiniging van vreemde smetten ondergaat, want „Tanzerische Suite" zit vol met typisch negerse. melodi sche en rhythmische wendingen. Dit kan met de partituur in de hand op onomstotelijke wijze duidelijk wor den gemaakt voorzover zij niet in de directe klank waarneembaar zijn (in dit laatste kan men terecht de ver raderlijkheid van het insluipsel zien!) Er bestaan momenteel, het is geen geheim, van overheidswege uit gegeven voorwaarden voor het mo gen uitvoeren van amusementsmu ziek. Zij beogen een zuivering van de amusementsklanken, die sterk negers zijn beïnvloed. Afgezien van de mogelijkheid of men inderdaad door voorschriften alleen zulk een vernieuwing zou kunnen bewerkstel ligen. zou een eventuele controle op de naleving van deze regels de uit voering van deze suite op staande voet hebben kunnen verbieden. De loffelijke weergave ten spijt, over Smedes' „experiment" kan men moei lijk tevreden zijn, waar het deze suite aangaat, zeker wanneer men beseft, dat onwetendheid van contro lerende instanties hier een meten met twee maten in de hand werkt. Want menig dansorkest, dat hele maal niet experimenteerde en geen andere pretenties had dan simpel amusement tp geven werd om minder sterke „negergeest", dan „Tanze rische Suite" vertoont, onherroepe lijk afgekeurd. WILL G. GILBERT. Johan Elsensohn, die Donderdag 13 dezer zestig jaar werd, speelde Za terdagavond de titelrol in „Georges Dandin" van Molière in de hoofd stedelijke Stadsschouwburg, waar het Amsterdams Toneel de première van Molières tragedie gaf. Als zijn tegenspeelster ziet men hier Elise Hoomans. (Foto Stapf/Reynhoudt De uitgeverij Westland gaf een vierde Busch-bundeltje in het licht: Pater Filuciu6. Thans wordt, een Nederlandse bewerker genoemd: Wilhelmina van 't Woud. Aan haar dankt men dus de vlotte rijmen, die de bekende prentjes toelichten. „Pa ter Filucius" is een „(cultuur)-poli- tiek", satyrisch gedicht: Gottlieb Michael is de Duitse Michel, Tante Petrine (Petrus) de 1 atholieke, tante Pauline (Paulus) de protestantse kerk. Angelika is de staatskerk van de toekomst De hond Schroep is de democratische pers. pater Filucius is de jezuïet, die zich van een en ander bedient, maar die ten slotte toch het lid op de neus krijgt. Een vermake lijk verhaal,! Dr. E. van Hinte schreef voor de Wereldbibliotneek-serie „Encyclopae- dieën in monografieën" een studie over „Stad en Land". Tamelijk eenvoudig, zonder diep op vele be langrijke vraagstukken in te gaan, meer opsommend en aanduidend, dan grote lijnen van een eigen opvat ting gevend en daarbij vrij droog. Bij Kosmos is de hier reeds aange kondigde. verwachte Leeghwaterro- man van Jan Mens verschenen. Dit is het derde Leeghwater-boek. dat in de laatste anderhalf jaar verschijnt: een boek van de A.B C.-uitgeverij en van de Arbeiderspers, van Jcf Last, gingen voor. Wèl een bewijs hoe de liguur van Leeghwater de schrijvers bij hun vlucht in het verleden aan trok. De schrijver heeft ongetwijfeld hard op zijn stof gewerkt en zich be ijverd door vertrouwelijke overpein zingen van zijn figuren, niet alleen zijn geschiedenis maar ook de hele periode, waarin zijn verhaal speelt, kleur en leven te geven. J. R. W. Sinninghe gaf bij Kosmos een „Gelders Sagenboek" uit. dat vrolijk geïllustreerd is met ge knipte silhouetten van H. D. Voss. In dit sagenboek zijn oa. de gege vens verwerkt, die de Volkskunde commissie van de Nederlandse Aka- demie van Wetenschappen op haar vragenlijsten heeft binnengekregen en die bewijzen, dat de sage in alle delen van Gelderland nog levend is. Leest men dit sagenboek, dan ziet men een groot panorama van Gel derland allengs zich uitbreiden. Heu vels, eiken, rivieren, torens en huizin gen. 7n elke huizing, elke toren, elke rivier en dijk elke heuvel, ja. elke eik heeft dan plotseling een eigen ge zicht, een eigen verhaal. Zo wordt Gelderland een zeer levend geheel, levend verleden, sagenomweefd, sa- genomsponnen Boven vele andere sagenboeken heeft dit bovendien het voordeel, dat het overzichtelijk, systematisch en van een goede bronnenopgave voor zien is. M. W. Het was, nu het Amsterdams To neel een gehele avond aan Molière wilde wijden, geen slecht I denkbeeld om mei twee werken van verschillend karakter twee zijden van den 17de-eeuwsen Fransen toneel schrijver te belichten; die van den dramaturg en die van den „raison neur" (redeneerkunstenaar). Want weliswaar laat Molière zijn Georges Dandin ook nog wel veel bij zichzelf redeneren, maar het met mate han teren van zijn geliefkoosd gemorali seer doet Molière' in deze tragedie aan dramatische beeldingskracht win nen, terwijl in een stuk als „Les précleuses ridicules" (De belache lijke nuffen) de blijspeltoon nog wel eens verdrinkt in de bespiegelende uitweidingen der personen. Daarbij komt, dat Molière in zijn „Georges Dandin" tot op zekere hoogte zijn levenstragedie uitschreef, evenals bijvoorbeeld in „l'Ecole des maris" (De school der echtgenoten). Hij heeft veel geleden onder zijn huwelijk met een aanmerkelijk jon gere vrouw en dit lijden heeft hij uitgeschreven in de tragedie van den rijken, doch eenvoudigen boer op leeftijd, die zich door zijn jeugdige vrouw van adel bedrogen en gemin acht ziet, zodat de geraffineerde ver nedering hem tot wanhoop drijft. Door deze herinnering aan eigen leed heen weeft Molière nog de uit stands verschil voortspruitende onrechtvaar digheden. Het was Johan Elsensohn vergund, van den tragicus Georges Dandin zijn jubileumsrol te maken ter gele genheid van zijn zestigste verjaar dag. Hij heeft dit naai vermogen ge daan, zij het, dat hij zich hierbij helaas meer naar anderer dan naaf eigen vermogen te richten had. Want het moet met leedwezen gezegd wor den, dat de omstandigheden hem het wel zeer moeilijk maakten, in de uit beelding van den ongelukkigen echt genoot zijn volle talenten te ont plooien. Een wel erg schoolse regie liet de kansen glippen, welke hier voorhanden lagen en slechts in de jonge garde Elise Hoomans-Guus Hermus vond Elsensohn voldoende steun om als protagonist tot. een werkelijk dramatische creatie te ko men. De rest der rolbezetting was nauwelijks, Henny Alma en vooral Willem de Vries, die schijnt te me nen, dat een stuntelige plattelander ook stuntelig gespeeld moet worden, zelfs volkomen onvoldoende. Door het niet getrouw volgen van Molières tekst kon de regie mei weglating der vergelijking met het minnende her- derspaart Dandls' zelfmoordneiging niet voldoende aannemelijk maken en door de weglating van het her dersballet liet zij een schone kans glippen om aan de voorstelling meer fleur te verlenen. geregeld uw gas- en electriciteitsverbruik! Minder dan bij „Georges Dandin" vielen bij „De belachelijke hoofse juffers" de gebreken der regie op. al werd ook hier geen „Molière-peil" be reikt. Danjt zij veel chargeren kon in dit redeneer-stuk voldoende relief bewerkstelligd worden om de aan dacht gespannen te houden en hier aan hielp Frits van Dijk. die de beste rol van deze voorstelling speel de, braaf mee, In Aline Markus en Nono Batenburg zag men twee nuf fen, die weliswaar amuseerden, maar niet genoegzaam van de Molière-geest doordrenkt waren Naast Frits van Dijk moet Gobau worden gehoemd in de rol van den verbolgen vader-oom Gorgibus. Het was jammer voor Elsensohn, dat deze avond vrijwel ln het water viel, maar hij heeft zijn best gedaan en men mag er zelfs zijn sympathieke persoonlijkheid van verdenken, dat nij opzettelijk wat aan de tamme kant bleef om het onvermogen der anderen niet al te zeer bij een meer geladen creatie van den tragicus Dandin te doen afsteken. Intussen liet men het juhileumkarakter van deze voorstelling met verloren gaan. Een langdurige welkomstbijval be groette hem bij zijn opkomst en aan het slot deelde hij de hem gebrachte hulde hoffelijk met de regisseuse Caroline van Dommelen. Maar toch zou men met Strindberg kunnen zeg- "gen: ,,'t Is jammer van de mensen"... G. K. KROP. Binnenkort Is bij het Amsterdams Toneel de eerste opvoering te verwach ten van een nieuw stuk van Dlck OuwendUk. ,JDe kringloop der klein moedigheid", onder regie van Cor van der Lugt Melsert Het Rijksconservatorium te Den Haag verzoekt ons mede te delen, dat aan de verleden week Zaterdag te Am sterdam uitgevoerde Dc Ruytercantate niet, zoals aangekondigd en ln het programma vermeld, het orkest van het het Rijksconservatorium, maar dat van de Omroep medeworkte.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Dagblad voor Leiden en Omstreken | 1944 | | pagina 2