ap, Ckidejaat&awmd Rond den haard ZAKAGENDA 1946 U Ai J~) E drukker stuurt me 'n nieuwe zakagenda en ter- wijl ik hem doorblader, en al K' die witte vakken zie achter de versche data's, herinner ik me, c, dat ik als jongen met Nieuw- b< jaar esn.s een mooie kleurige Ni glanzende kaart kreeg met een p geweldig chip, en op de boeg in dik-goud'druk: list cijfer van het komende jaar 1918. de Dat schip kocist nog in m'n 2a verbeelding. Geen wonder, dat die nieu- 1 we agenda me een scheepsjour- -!?- j naai' 1 i j kt. dat wacht op de me- yn< 1 -iedeelingen van den bevelvoe renden kapitein. v Want het nieuwe jaar 1946, c! koerst met ons de diepten in.. de wijde verte! Wij houden uitkijk, willen door de nevelen beenboren, maar geen schijnwerpers zijn sterk genoeg, alleen dit eene: «{- achter de nevelen zullen de cii eeuwige heuvelen oprijzen maar die zijn hoog en ver. Het „morgen" houdt zijn schatkamers gesloten en Gód heeft alleen den sleutel. Het legt achter stille sluiers, het is als een zee, geen kust te zien. Waar? Wanneer?.. 3 Ongekende uren, het jaar neemt zijn koers, de uren ver- Bal loopen, wit schuim achter ra zend wentelende schroef! Het nieuwe jaar een nieuwe reus, een nieuwe Oeeaanstoo- mer is in de vaart gekomen. De raam staat in alle kranten, overal wordt het gesignaleerd., op al'e kaden., in alle havens wuiven mensehen, schreien menschen, vloeken mensehen. Het heeft een verbijsterend snelle vaart. 7Ï Achter bureaux, onder groe- "I1 ne lampen wordt de koers be- -U rekend. wordt geluisterd naar den seinenden marconist van de varende boot. w i Menschen turen, houden uit- jfli i kijk, willen de toekomst door- I dringen, de wolken wegschui- o ven. aai De mensch berekent.tijd y1 en uur.lading en ballast! Mensch wees wijs! God staat aan het roer, in Zijne handen is het veilig Hij, de Eeuwige houdt koers! zi Een nieuwe agenda ligt voor J1 me: open scheepsjournaal. Onze lippen tellen de dagen, de datums. tilt; Open witte vakken, een groot cijfer er voor. Wat wordt er achter inge- vuld? w» Een brok levensverhaal? tilt Een verdriet? ee« Een offer, een snik. een gil, een schreeuw; een schrijnende, 0(4 een bonzende vreugde, een ,a" brandend geluk? s(ej Ik weet het niet, Hij weet Mei het! grill Als Hij 's avonds buigt over kaarten, onze route bestudeert onze koers, dan, dan zal Hij de t agenda, het levensseheepjour- naa^l bijhouden! Hij zal de roode en groene tèie signaal-lichten laten flikkeren. z.N, Hij zal zijn bevelen geven. Hij zal koers houden! A. I Ook wij moeten invullen! Wat zal het zijn..? Laat het «n, goed zijn! Wij varen allen te samen. Wij zijn iederen dag bij 8 elkaar. Hml Wij zijn op elkander aange wezen. Maakt eiken dag gelukkig z.% voor een ander. Later niet. 1 Breek niet, verniel niet, ver- W, guis niet! Br" Maar wees goed! D Vul achter eiken datum in: Een offer:.... wees goed! Een gebed:.... wees goed! j Help, steun, beur op, geef A» moed, geeft troost, vergeef, 11 vergeet, wees goed! Aa' En de dagen zullen zich aan- eenrijsn: eiken dag zal God dan met een rood kruisje teekenen: J rood.... liefde offer.... wees 1 goed! aanc Het nieuwe jaar is in de *!J vaart! e Los de trossen, de machines stampen, dreunen. wtns< Ons verlangen zet de muziek cl»! in. wjj. Ons gemis verzwijgt vele woorden. vi Gelukkige vaart! aa« .Want zijn piloot is God! suns" Daar ligt het Oude jaar te sterven. Mager, uitgeteerd, nog slechts één kalenderblad op het bibberend lijf. Dokter Tijd probeert het leven te rekken met pillen en poeders en zure drankjes. De Hollandsche huismoeder ziet meer heil in een schotel dampende oliebollen, 't Is alvergeefsch, het oud Jaar moet ter zieleEn wij blijven er vroo- lijk onder. Wij komen uit het Oude Jaarsiof. Er is gepreekt over dejn Tijd en over den Dood. Mijn oude pastoor de brave man is lang zijn eeuwig Nieuwjaar ingegaan! heeft het volgehouden om alle jaren met donkere stem ons gemoed te treffen, wanneer hij de hoofdrolspeler van dit Oude Jaarsspel ten tooneele voerde. „Ziet, daar komt hij. de man met de ellemaat. Hij meet de lengte, hij meet de breedte, en keuken een sfeer van vroolijk- heid in de huiskamer te bren- gen. Geen Hollandsche huismoe der zal haar kookboek opslaan 1 om te zien, hoe zij oliebollen moet bakken. Zoo'n recept gaat 1 van moeder op dochter en van dochter op kleindochter, zooals van vader op zoon en van zoon op kleinzoon het mannelijk ge slacht in zijn jongensjaren op Nieuwjaarsmorgen tegen el kaar staat op te bieden, hoé- HONGERTOCHT IN' DE BARRE WINTER VAN '15. hij zwijgt en gaat zijn somber werk beginnen, 's Anderen daags keert hij weer. Zijn ma ten kloppen, hij sluit u binnen zes wanden, draait knarsend de schroeven aan, en hij zwijgt en hij gaat weer heen. 's Ande rendaags keert hij andermaal weer met zijn zwarte dragers. En zij dragen u weg uit uw ka mer, weg uit uw huis..Wel aan. geliefd christenvolk, wat is de tijd?:..." Maar wij, misdienaars, ro ken. wanneer na het Lof de gangdeur naar de pastorie opensloeg, de oliebollen uit de keuken van de oude Ali, en vroegen ons af, hoe de pastoor dien avond nog één oliebol door de keel zou kunnen krij gen. Doch. geliefd Christenvolk, wat is de tijd? Ge komt uit de kerk en peinst over den dood en ge zijt nog niet thuis of een goede geur verdrijft alle som bere gedachten. Zoo is het goed. Het is goed, even stil te staan en ons te be zinnen op wat het oude ook weer bracht en nam. Maar i dan? Procedamus in pace, in i vrede voorwaarts. Teveel hebben wij misschien in den loop der jaren op de jaarwisseling iets droefs en drukkends gelegd orrder den invloed van romantische en droefgeestige naturen. Bij de oudste dichters klinkt slechts I vreugde in deze uren. Bij die van lateren tijd druipt alles j van mist en tranen en dit is toch kwalijk te rijmen met de I uiteraard zoo blijmoedige ge- 1 dachten aan Gods leiding en i voorzienigheid. Oudejaars avond moge een avond van bezinning zijn, hij blijft een opgeruimd en blijmoedig ka rakter dragen Er zijn oude vaderlandsche recepten genoeg om vanuit de veel oliebollen er wel gegeten zijn Het aantal appelbeignets telt in dezen wedstrijd niet mee. Het zijn de kleine maar fijne dingskes, die je terloops ver werkt' en er je lippen bij af likt. Och, en er zijn ook weinig dronkelieden op Oudejaars avond. Ik bedoel niet dit jaar natuurlijk. Want oude men schen zijn verstandig en de jonggehuwden komen mis schien volgend Oudejaar in aanmerking voor een borrel- kaart. Neen. ik bedoel het in het algemeen. Van anijsmelk is kind noch grijsaard ooit dron ken geworden, aan heete cho colade heeft nog niemand zich me punch op over, dan kom je bezat, en schiet er een war- ONDERTEEKENING DER CAPITULATIE IN WAGENINGEN. hoogstens tot een vroolijke dronk. En dat zijn toch de Oudejaarsdranken van een goede traditie. Goed. als wij dan toch niet dronken widen worden, Iaat ons dan maar heelemaal zijn als kinderen, die het rijk der hemelen al half in hun hand hebben. Avond van heerlijke, huise lijke gezelschapsspe en. Eere aan het ganzenbord! Voor een paar centen haal je het in den winkel ondanks alle papierschaarschte. want geen ambtenaar op Rijkspapier zal een pantser rond' zijn hart bouwen, wanneer men hem komt vragen om é'en papier vergunning voor ganzenbor den. Het ganzenbord! In den pot staat een meisje met een rood jasje en zes reikhalzende ganzen. Twee dobbelsteenen en een onbeperkt aantal spelers. En daar begint wonderlijk symbool bij de jaarwisseling met een heel braak liggend jaar weer voor ons de snel le tocht naar het nog onbeken de geluk. Wie het geluk heeft, dat hij op een gans terecht komt, rijdt er spoorslags mee heen, nog eens het aantal oo gen dat hij geworpen heeft. En van de ganzen als de pot verdeeld is - op het spel van alle vogels tegelijk. „Alle vogels vliegen!" O, zie opa daar zitten met zijn beide han den omhoog, als de ooli.jke kleinzoon geroepen heeft, dat alle olifanten vliegen. Ja, ia, dat kost grootmoeder een ex tra rondje oliebollen en de mannen mogen eens stoppen uit grootvaders tabakspot. En intusschen waart het oude jaar bibberend door de straten en niemand ziet er naar om. Het is weg. voorbij, voor men het weet. Het loopt Goed. loopt het tegen twaalf, te™cn twaalf. dan ruimen wij het speelgerei weg, wij steken de kaarsen bij de kribbe aan en heerlijke herders van alle eeuwen.... wij wachten het nieuwe jaar. Maar waarom zouden wij dat dan niet biddende doen? Waarom zou vader geen rozen hoedje beginnen, of het oude „Volledig Lees- en Gebeden- UIT DEN NOOD boek voor Katholijcken" van zijn vader zaliger opslaan en er het „Dankgebed op den laat- sten dag van het jaar" uit voorbidden? Of met eenvoudi ge, eigen woorden het sterven de jaar uitbidden, het oude jaar in handen nemen en het God in dank terugschenken met een bede. dat hij ons in het nieuwe weerom trouw zal bewaren? .TOEN DE NOOD HET HOOGST WAS..- Dan is de jaarwisseling ge schied. Dan wenschen ou.öers en kinderen elkaar een „Zalig Nieuwjaar". Dan bedoelen wij. dat God, als goede Vader, ons alles geven zal, wat wij zullen vragen in zijn Naam, en aat hij ons een al te mateloos leed besparen moge. En zou het dan niet schoon zijn, wanneer wij alreeds nu een van allen in een sober maar schoon vers al onze wen schen en vooral al onze goede voornemens samenvatten? Laat alles nu ook nieuw ziin, Heer, van meet af aan U toegewijd!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

De Burcht | 1945 | | pagina 6