De Bisschopswijding van
DE WIJZIGING DER KIESWET!
Pioniers
Reeds stemmen
met 23 jaar
Historische en indrukwekkende plechtigheid
Met plechtigen luister en onder overweldigende belangstelling
heeft gisteren in de Kathedraal te Breda de plechtige bisschops
wijding plaats gevonden van Z. H. E. Mgr. Joseph Wilhelmus
Maria Baeten, coadjutor met recht van opvolging van Mgr. Hop
mans, Bisschop van Breda, tot titulair bisschop van Dorylav.
Aan deze plechtigheid waren twee bijzondere bijkomstigheden.
Op de eerste plaats het feit, dat de pasbenoemde Nederlandsehe
Kardinaal, Mgr. De Jong, de treffende ""gebeurtenis voor een
deel bijwoonde en op de tweede plaats, dat de reeds 80-jarige
herder van het Bredasche diocees de bisschopsmacht overdroeg
aan den priester, die in de toekomst zijn diocees zal besturen.
Spijtig was het zeker, dat Kardinaal De Jong slechts het laatste
deel van de plechtigheid kon bijwonen. Door autopech had hij
nl. niet op het oorspronkelijk vastgestelde uur uit Utrecht kun
nen vertrekken.
Reeds lang voor den aanvang
der plechtigheid stroomden de
genoodigden de kathedraal
binnen en waren alle plaatsen
bezet. In het middenschip had-
"den afgevaardigden plaats ge
nomen van de verschillende
Zusters- en Broedercongrega
ties uit het Bisdom, w.o. de
Zusterorde van Etten, waartoe
twee Zusters van Mgr. Baeten
behooren, voorts vertegen
woordigers van alle klooster
orden uit het bisdom en eeni-
ge honderden geestelijken. On
der de wereldlijke genoodigden
waren o.a. het lid van Ged.
Staten Asselbergs, als verte
genwoordiger van den wnd.
Commissaris der Koningin in
de provincie Brabant, verschil
lende burgemeesters o.a. de
burgemeester van Alphen, de
geboorteplaats van Mgr. Bae
ten baron van Oldenneel tot
Oldenzeel, als vertegenwoordi
ger van de souvereine orde der
Malthezers, vertegenwoordi
gers uit onderwijs- en kunste
naarskringen. leden van de mi
litaire en rechterlijke macht en
deputaties van de hoofdbestu
ren van diverse standsorgani
saties en vele anderen.
Tusschen de bedrijven door
liet de organist-directeur van
de kathedraal, Jo Frijters, het
machtige toccata, fugue et
hymne sur Ave Maris Stella
van Flor Peters, door de bo-
genrijen der kathedraal rui-
schen.
„Ecce sacerdos magnus".
De eigenlijke plechtigheid
begon om ruim 10 uur. De wij
deling, kwam met de Pauselij
ke Nuntius Mgr. Giobbe en de
andere bisschoppen aan de ka
thedraal aan. De hooge kerke
lijke gezagsdragers werden
daar verwelkomd door het ka
pittel van de kathedraal, de as-
sistens en de Schola Cantorum
van geestelijken. En terwijl
het vierstemmige Ecce Sarer-
dos Magnus van Vittoria prach
tig en helder door de kerk-
uimte klonk, schreed de stoet
door de kathedraal. Het was
een treffend schouwspel daar
vrijwel het geheele Nederland
sehe Episcopaat bijeen te zien.
De indrukwekkende stoet
begaf zich het eerst naar het
altaar van het Allerheiligst
Sacrament, waar een korte
aanbidding plaats vond. En
terwijl de toonen van het Ecce
Sacerdos door de kerkruimte
klonken, betraden de bisschop
pen en hun gevolg het hoogal
taar, waar Mgr. Giobbe en
Mgr. Mutsaerts op tusschen de
koorbanken geplaatste bidstoe-
len plaats namen. In de koor
banken hadden reeds plaats
genomen de Abten van Zun-
dert en Oosterhout, Mgr. Ver
hoeven van het Bisdom Haar
lem, Mgr. Prof. Dr. Mulders,
van de universiteit te Nijme
gen, Plebaan v. d. Made, ka
nunnikken, Dekens van het
Bisdom en de secretarissen van
de Bisschoppen.
Na de kleeding der bisschop
pen namen de gebeden van de
H. Mis een aanvang, die door
den consecrator pontificaal
werden gezongen aan het
Hoogaltaar en door den Wij
deling aan zijn eigen Altaar
werden gebeden. Tijdens de H.
Mis voerde het kathedraal-koor
de vierstemmige Missa Secun-
do van Hans Leo Hassler uit,
terwijl de wisselende gezan
gen werden uitgevoerd doo)r
de Schola Cantorum, Het geheel
was uitermate plechtig en in
drukwekkend.
De eigenlijke Wijdingscere
moniën geschiedden na het
Epistel.
De historische plechtigheid
vond haar voltooiing in een
plechtigen zegen vanaf het al
taar door den nieuwen Bis
schop en het uitgeleide van al
le geestelijke hoogwaardig-
heïdsbekleeders onder de juich-
toonen van het Laudate Pueri
Bij het verlaten van de ka
thedraal hadden de nieuwe
Bisschop, Kardinaal de Jong en
de andere Bisschoppen een wa
re ovatie in ontvangst te ne
men. Ook op de route naar het
paleis en voor het paleis weer
klonk telkens een krachtig hul
debetoon.
OVEREENSTEMMING
TUSSCHEN CHRISTION EN
S JAHRIR.
De Indonesische samenwer
king met de Britten hing gis
terenavond af van het besluit
van het „kabinet" van „minis
terpresident" Sjahrir. De geal
lieerde opperbevelhebber sir
Philij, Christison, heeft van
daag bij den ministerpresident
en zijn minister van voorlich
ting een persoonlijk bezoek af
gelegd, ten einde op hen een
beroep tte doen om samen te
werken en het „kabinet" kwam
jater bijeen om de voorstellen
in beschouwing te nemen. Men
verwacht, dat Sjahrir heden in
staat zal zijn den geallieerden
bevelhebber te doen weten, of
het „kabinet" met het voorstel,
dat de Indonesische T.K.R. in
de toekomst hand in hand met
de Britten zal samenwerken
ter verzekering; van den terug
keer van den toestand van vre
de, accoor gaat.
Reuters speciale correspon
dent heeft heden gemeld, dat
de' Indonesische leiders de
voorstellen goed schijnen te
hebben ontvangen, ofschoon
zij zich nog niet willen ver
binden om nu reeds een offi-
cieele verklaring daaromtrent
af te geven. In politieke krin
gen voorspelt men, dat het
persoonlijk beroep van Chris
tison merkbare resultaten zal
hebben.
De vriendschappelijke per
soonlijke betrekkingen, die tus
schen Christison en de Indo
nesische leiders bestaan werden
geïllustreerd, toen de geallieer
de bevelhebber van zijn ont
moeting met Sjahrir naar een
Indonesische militaire parade
is gegaan, gezamenlijk be
waakt door Britsch Indische en
Britsche militaire politie en
manen van T.K.R. Christison
werd hartelijk door ir. Soekar-
no en leden van het Indone
sische „kabinet" ontvangen en
poseerde met hen voor de fo
tografen.
DE MOERDIJKBRUG BIJNA
GEREED.
De K.N.A.C. meldt dat naar
alle waarschijnlijkheid de ver-
keersbrug bij Moerdijk over
het Hollandsch Diep reeds de
volgende week voor het ver
keer zal kunnen worden open
gesteld. Over twee gedeelten
zal eenrichtingverkeer moeten
worden toegepast in verband
met de geringe breedte van
enkele overspanningen.
De Italiaansche minister van bin-
nenlandsche zaken, Romita, heeft ver
klaard, dat de verkiezingen eind April
en begin Mei plaats zullen hebben.
Er is een wetsontwerp bij
de Tweede Kamer aanhan
gig gemaakt tot wijziging der
Kieswet.
Wordt dit ontwerp tot wet
verheven. dan zal men in
plaats van op 25-jarigen leef
tijd reeds kunnen stemmen
als men den 23-jarigen leef
tijd heeft bereikt. Wij geloo-
ven dat dit voorstel zeker
het Staatsblad zal bereiken.
Op 21-jarigen leeftijd is
men meerderjarig. Het is
heel normaal dat een jonge
man o op 23-jarigen leeftijd
een gezin heeft en het ware
zelfs te wenschen dat de eco
nomische omstandigheden
meer jongemannen in staat
stelden op dien leeftijd een
gezin te stichten. Waarom
zou men op 23 jaar niet kun
nen stemmen. Terecht herin
nert de Regeering er aan dat
velen uit deze leeftijdsgroep
gedurende de bezetting de
eischen van het staatsburger
schap hebben verstaan.
Men aanvaarde dus gerust
de grens van 23 jaar.
Opheffing stemplicht
Iets anders staan wij tegen
het voornemen om de stem
plicht. beter de opkomst
plicht. te laten vervallen.
Thans is het zoo. dat men
op straffe van een boete ver
plicht is in het stemlokaal te
verschijnen. Verplicht om te
stemmen is men niet. Er zit
dus iets onwaarachtigs in het
voorschrift dat men moet
verschijnen. Dat verschijnen
heeft geen beteekenis. Dwin
gen tot stemmen kan men
iemand niet.
Stemmen is burgerplicht.
Wij vinden het niet onlo
gisch dat de overheid tot na
koming van dien plicht
dwingt in zooverre zij
daartoe in staat is. Dat is
dus door den opkomstplicht.
De menschen hebben nu een
maal dikwiils een stootje
noodig om aan hun plicht te
worden herinnerd. De op
komstplicht nu bewerkstel
ligt dat duizenden die anders
thuis blijven nu niet alleen
verschijnen, maar ook stem
men.
De opkomstplioht heeft
verder het gevolg, dat men
geleidelijk aan het deelne
men aan de verkiezingen
door allen als de gewone
gang van zaken beschouwd,
zooals het hoort.
Geenszins kunnen wij de
meening van de Regeering
onderschrijven, dat onder de
huidige omstandigheden mag
worden verwacht, dat het po
litieke verantwoordelijkheids
besef van het Nederlandsehe
volk van dien aard is. dat
ook zonder dwang aan de
verkiezingen zal worden deel
genomen.
Opheffing van den op
komstplicht zal tot gevolg
hebben dat geleidelijk aan
het aantal kiezers zal ver
minderen.
Zij worden Canadeesche maar
zijn voor Nederland niet
verloren.
6000 Nederlandsehe vrouwen
en meisjes gaan naar Canada.
Een dezer dagen kon men in
de courant lezen, dat 6000
vrouwen en meisjes, gehuwd
respectievelijk verloofd waren
met Canadeesche soldaten en
onder bepaalde voorwaarden
naar hun nieuwe vaderland
konden vertrekken.
De meesten van ons zullen
dit bericht gelezen hebben
tusschen allerlei nieuwtjes van
alle dag en het geval niet hoo
ger hehben aangeslagen, dan
men gemeenlijk met dergelijke
wetenswaardigheden pleegt te
doen.
En toch gebeurt hier on
opvallend iets zeer belang
rijks. 6000 vrouwen, Neder
landsehe vrouwen gaan „Ne
derland" uitdragen in Canada.
Men realiseere zich wat dat be
teekent: 6000 Canadeezen krij
gen een Nederlandsehe vrouw.
Die Canadeezen hebben hier in
Nederland eenigen tijd door
gebracht en een „indruk" van
ons land gekregen. Maar door
hun huwelijk zullen zij pas in
derdaad een stuk Nederland's
„wezen" ervaren. En dan zul
len naar schatting 20 a 25.000
Canadeezen in de toekomst een
van oorsprong Nederlandsehe
moeder krijgen, die hun zal
vertellen van him grootouders,
ooms en tantes in het lage land
aan de Noordzee. Door banden
van bloedverwantschap zullen
zij belangstelling en begrip
krijgen van Nederland. Hoe
groot is de invloed van de
vrouw op den man, maar voor
al ook van de moeder op het
kind!
Deze 6000 vrouwen en meis
jes zullen him nieuwe vader
land, het prachtige Canada
moeten aanvaarden en Cana-
deeschen worden onder de Ca
nadeezen. Maar zij kunnen in
zoo hooge mate bijdragen tot
de betere verstandhouding
tusschen de volkeren in casu
tusschen het Nederlandsehe en
het Canadeesche volk. Men
spreekt tegenwoordig zoo veel
over de „Voorlichting". Die is
hoog noodig, want er zijn veel
verkeerde voorstellingen en
denkbeelden omtrent ons land
in het buitenland (en omge
keerd!). Maar de meest perfec
te voorlichting kan op geen
stukken na bewerken, wat de
ze vrouwen zullen kunnen be
reiken.
Walter Schubart, de cultuur-
philosoof, schrijft in zijn be
roemde boek „Europa und die
Seele des Ostens", dat door
den oorlog de volkeren elkaar
pas goed leeren kennen. De
oorlog brengt massale invasies
en toont de leden der verschil
lende naties niet als gasten of
bezoekers, maar van hun wa
ren kant. Wij dachten, dat we
de Duitschers kenden, omdat
we buurvolkeren waren. Er
woonden hier veel Duitschers,
vele Nederlanders hadden fa
milie- of vriendschapbetrek
kingen met Duitschers; we
wisten van de Duitsche eige
naardigheden en toch, on
danks alle verhalen die we
voor den oorlog hoorden
heeft ons de periode 19401945
de schellen van de oogen doen
vallen. De Duitsche horde is
Nederland binnengestormd,
honderdduizenden Nederland
sehe arbeiders zijn naar
Duitschland gedreven om daar
slavendiensten te verrichten.
Nu pas kennen wij elkaar, zij
het niet van den allerbesten
kant!
Door de bevrijding kregen
wij hier bezoek van de Cana
deezen. Legefs hebben hun be
kende bezwaren en daarom
zijn er ook wel harde woorden
gevallen over de Canadeezen,
die in vele gevallen deugd en
gezondheid van onze vrouwen
en meisjes in gevaar brachten.
Het positieve resultaat van hun
bezoek is echter o.a. dat 6000
hunner gehuwd zijn of van plan
zijn in het huwelijk te treden
met Nederlandsehe vrouwen, j
Het stuk „Goodwill" dat 1
Nederland door deze emigratie
naar Canada in dat land kan
verkrijgen, kan m.i. niet hoog
genoeg worden aangeslagen.
Deze vrouwen zullen cellen
kunnen vormen van goede
voorlichting over ons vader
land en wat belangrijk is
van onverdachte voorlichting.
Want de voorlichting, die via
ambassades, couranten, pers
agentschappen enz. een land
bereikt wordt altijd critisch
gadegeslagen. Men moet de
mogelijkheid van bijbedoelin
gen altijd openlaten. Dat heeft
„vriend Adolf" met zijn gesle
pen propagandamethoden wel
duidelijk gedemonstreerd.
Maar deze 6000 vrouwen
gaan Canada inlichten op een
onbevangen wijze. Hun man
nen en kinderen en verdere
familie zullen weten wat Ne
derland is. En omgekeerd hun
familieleden in Nederland zul
len kunnen weten wat Canada
is. Welk een bron van betere
verstandhouding tusschen de
volkeren!
Dit alles zal pas over wel
licht 25 of 50 jaren effec'; heb
ben, maar men dient in dezen
de zaken op langen termijn te
bezien. Goede dingen komen
langzaam. Maar omdat ze lang
zaam komen dienen ze niet
veronachtzaamd te worden. De
goede naam, die Nederland in
bepaalde kringen en landsdee-
len in Amerika heeft, dankt het
grootendeels aan Nederland
sehe immigranten.
Emigratie.
Emigratie wordt veelal als
een verlies van leden voor den
Nederlandschen stam be
schouwd. Dit moge in zeker
opzicht waar zijn, maar aan
den anderen kant zullen wij
altijd een zeker percentage van
onze landslieden voorgoed
moeten laten vertrekken. In
een klein dichtbevolkt land als
het onze groeit men soms vast
en dicht. We zijn te ontwikkeld
en weten te veel van elkaar en
daardoor belemmeren we el
kaar in de ontplooiing onzer
capaciteiten. Daarom is het
begrijpelijk dat er altijd een
aantal menschen zijn, wien de
sfeer hier te benauwd wordt
en die een ander klimaat
noodig hebben om ruimer te
ademen. We zijn niet voor niets
een zeevarend volk met een
prachtig gebiedsdeel overzee,
ïnsulinde, dat ons niet over de
post is thuisgestuurd.
Juist door de afgeslotenheid
der afgeloopen vijf jaar is dat
geaccentueerd. Velen willen
erop uittrekken en zich in het
avontuur storten. Velen wor
den gelukkig in hun eigen be
lang weerhouden.
Maar een zeker aantal Ne
derlanders moet vertrekken,
ook om de relaties met alle
landen der aarde levend te
houden. En voorzoover zij voor
goed emigreeren, zooals deze
6000 vrouwen, zullen zij gewe
zen moeten worden op hun
taak. En die is niet, zooals ik al
zeide, om Nederlandsehe te
blijven of van haar man of
kinderen halve Nederlanders te
maken, of onze politieke voor
posten te worden. Maar wel
om te blijven beseffen dat haar
wieg in Nederland stond en dat
men in Canada voortaan zal
weten, welk een goed land Ne
derland toch is.
En daarom richt ik mij aan
het slot van dit korte woord
tot den minister-president.
Excellentie, laat deze vrou
wen en meisjes niet zonder
meer vertrekken, maar geef
haar minstens een brief mee
ongeveer in den volgenden
trant:
Vrouw of meisje! Ge gaat
Nederland verlaten. Ge stelt U
veel voor van Uw nieuwe va
derland en terecht. Word met
hart en ziel Canadeesche, maar
vergeet nooit dat ge hier ge
boren werd. Zoodra ge dit land
verlaten hebt, zal al het min
der schoone wegvallen en zal
al het dierbare in hevige mate
tot U gaan spreken. Besef dan,
dat gij in Uw tweede vaderland
zoo ontzagelijk veel kunt bij
dragen tot een goede verstand
houding tusschen Uw tweede
en Uw eerste vaderland.
Vrouw of meisje, vergeef dat
nooit!"
Drs. G. H. L. Z.