Hktttur £cihscl)f (üouraitt
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
BLU- „fi FAX
Abonnementsprijs:
per 3 maanden in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 2.35
Per week 18 ct. Losse nummer» B ct
Alles bU vooruitbetaling.
jq Advertentieprijzen:
p
loop^
22% ct. per regel. Ingezonden Mede-
deelingen 45 ct. per regel. Minimum
5 regels. Bewijsnummer 5 ct. Bij con
tract belangrijke korting.
No. 6331
ZATERDAG 18 JANUARI 1941
21e Jaargang
Bur. Redactie en Administratie:
BREESTRAAl 123 LEIDEN
Telefoon 22710
(Na 6 uur 23186).
Postbox 20. Postrek. 53936
Bijdragen van medewerker». Ingezon
den stukken aan de Red.
Abonnementen, Advertenties, enz. aan
de Administratie
aë'ösen der geschiedenis
ibuf'
ondf e
tinj
deell* zonder groote oorzaak heeft de
Schrift en Historie onder
oestihristenvolk veel ingang gevonden,
danjhrift als kenbron voor ons leven,
le^e de geesten hebben te beproeven;
geschiedenis om Gods gangen na te
h en daarin zijn wereldleiding te
dezer' bunnen Schrift en Historie
p°wel leeren als bemoedigen,
ae gjt leert ons de geschiedenis dan?
4 f meer dit, dat het Calvinisme op
tste |olk zijn stempel drukt in de dagen
isbetyoote politieke en geestelijke bevrij-
vold Toen werd het „waarborg en
e .Hslag onzer vrijheden".
iebellag n*et *n den aard der zaa^-
niet van huis uit een Calvinistisch
Aanvankelijk scheen het dan ook,
jize volksaard meer op het Luthera-
H y was aangelegd; ja, dat wij zeer
ar zouden zijn voor de dwalingen
en jVederdoopers en dergelijke sekten.
was de leiding Gods met ons volk
- en de worsteling om de geloofs-
deP|id was daarop zeker niet zonder
m®}d dat de Calvinistische invloed
"In betrekkelijk gering deel van het
een weerslag in heel het volksleven
iene„volEe had.
rkaaj is zuiver historie, zonder meer.
en vhet is een historische achtergrond
Vis volksleven en zelfstandig volks-
%n. die immer zijn invloed deed
al kwamen er ook dagen van
geloofsv%rslapping en ongekende
nationaal bewustzijn,
jre dit niet het geval geweest, dan
b°njet in later eeuw met name aan Dr.
'P®|ier en zijn medearbeiders niet gelukt
0jiet Calvinisme opnieuw in de front
van den strijd der geesten te bren-
bonDaaruit bleek ten duidelijkste, dat
j~jMalvinisme een levens- en wereld-
te 0^ouwing met universeele kracht is;
iras in de loop der eeuwen niet ver-
óf verdord, maar uit den levenden
!l kwamen nieuwe loten op, anders
.toetfroeger, maar in wezen niet gewijzigd
Jam zijn grondstelling is het Calvinisme
anderlijk, omdat Gods Woord
bij God zelfs geen schaduw
imkeering gevonden wordt; maar in
is er aanpassing, groei
Onveranderlijk is
v)gedachte van Gods souvereine macht
niet! absolute autoriteit van zijn woord;
omvang en vorm van een boom-
j wisselen met het jaar.
Calvinisme verwerpt de stelling,
^en Christen genoeg zou hebben aan
jrgeving der zonden en de gemeen-
nt met God en zich er niet over hoeft
(kommeren om dit geestelijk leven
Clisrn aardsche roeping in verband te
pn. Het godsdienstig-zedelijk leven
i voor hem geen eigen afgezonderd
p; het hangt samen met en oefent
kl uit op zijn arbeid, waartoe hij
levensgebied geroepen is.
ook een les der historie en elk
moet die oPniemv leeren en in
brengen; want telkens ver
in, 1 bet aspect van het wereldgebeuren
zoaen er nieuwe vragen, welke beant-
vanjing eischen.
ferd Kuypers dagen moesten geheel
vicht consekwenties voor de geloofsprak-
:tvantr0kken worden dan in van
«uiin.Willem; maar het wezen van het
ïkscüisme, d.w.z. de Schriftuurlijke kern
da^eze^de- ^n °P dit historisch ver-
|0Ita wiJ ernstig letten om niet
ajfaSen-
oi hebben in de laatste eeuw aller-
gesticht, waarop we in
trotsch mogen zijn. Mits
geJar verstaan, dat het niet meer dan
middelen zijn voor de praktyk van
hebthristelijk leven.
keu|mensck kan no°^ in de toekomst
ter meenen wij soms, dat we ons
nd Ban eenige voorspelling kunnen
^ir dit weten wij, God zal doen, wat
■■behaagt: met ons en door ons, ja
fjk ondanks of zonder ons. Maar
evenshouding heeft Hij ons in Zijn
l voorgeschreven; daaraan ver-
niets en wij mogen er geen wijzi-
in brengen.
lederlanders in Engeland
geïnterneerd
ingeland, vooral in de omstreken van
ooi, zijn verscheidene Nederlanders, die
en van de N.S.B. werden beschouwd,
c anderen, o.a. Nederlandsch marine-
eel, geïnterneerd en naar concentratie-
n overgebracht. Aan Duitsche zijde is
ter persconferentie scherpe critiek ge-
A.N.P. meldt naar aanleiding hiervan
a officieele Duitsche zijde is opgemerkt,
geland zich blijkbaar met de binnen-
<he aangelegenheden van Nederland be
en dat een deel van de Nederlandsche
ing door de Britsche régeering als ver
wordt bsichouwd. Het zal niet ver
ben, dat de Duitsche autoriteiten zich
tzelfde deel der bevolking bekommeren
het lot dezer menschen aantrekken.
Een Goudsche pijpenmaker
ONTDEKKINGSREIS IN EIGEN LAND
De curiosa der kleine musea
De lange gouwenaar is een
bekend en veel gebruikt voor
werp, dat' een lange reeks van
jaren bijdroeg tot verhooging
van huiselijkheid en gezellig
heid. Hij nog wordt bij menige
studentenorganisatie in eere
gehouden om bij te dragen tot
de sfeer en de genoegelijkheid
van het oude jaarsfestijn van
dispuut of club.
Intusschen worden deze
steenen Goudsche pijpen nog
altijd op dezelfde wijze ver
vaardigd als drie eeuwen te
rug, waartoe witte klei wordt
gebruikt, die afkomstig is uit
België, Frankrijk, Engeland en
Duitschland.
De Goudsche pijpenindustrie
heeft haar ontstaan te danken
aan het feit, dat omstfteks
1620 in het leger van Prins
Maurits een aantal soldaten
had dienst genomen, die om
geloofs- of andere redenen uit
Engeland waren gevlucht. Het
meerendeel van deze menschen
was in Engeland pijpmaker ge
weest en zij oefenden dit vak
nu ook in Gouda uit in den
tijd, dat zij niet ten strijde
trokken. Daar er in Gouda een
zeer uitgebreide pottenbak
kersindustrie bestond, konden
de pijpmakers hun pijpen het
best in Gouda laten bakken en
zoo ontwikkelde zich de pij
penindustrie, die voor de stad
Gouda van groot belang was.
Het is ons thans echter niet
zoozeer te doen om een be
schrijving van den groei en de
ontwikkeling van deze in
dustrie; Maar wij gebruiken
haar sleohts als een aanleiding
om eens te wijzen op een interessante dépen
dance van het Goudsche Stedelijk Museum,
die speciaal voor de geschiedenis der pijp- en
pottenbakkersindustrie is ingericht. Deze werd
in 1938 geopend en is gevestigd in het pand
De Moriaan (1ste kwart van de 17de eeuw)
aan de Westhaven 29. Het werd in 1920 met
den antieken tabakswinkel-inventaris aange
kocht en bevat tal van merkwaardige pij p-
modellen, „feest"pijpen, enkele oude pljpen-
vormen, kortom allerlei aardige curiosa, die
met de pijpindustrie verband houden.
Men heeft hier te doen met één van die
aardige kleine musea, veelal ook oudheidska
mer geheeten, die men in zoovele plaatsen van
ons land vindt en die vaak zulk een verras
sende kijk geven in de plaatselijke geschiede
nis of op kunstnijverheid en industrie, die
voor een bepaalde streek van belang zijn of
<Jit in het verleden waren.
Deze kleine musea genieten lang niet die
belangstelling en bekendheid waarop zij
krachtens hun verzamelingen recht hebben.
Heeft Gouda zijn pij pen-museum Loos-
drecht bezit een kostelijke verzameling, die
is ondergebraoht in het Kasteel Sypesteyn,
dat gelegen is in Nieuw-Loosdrecht, in de on
middellijke nabijheid van een heerlijk water
sportgebied. Het kasteel moet in 1288 zijn
gesticht, maar in 1400 zou het reeds zijn ver
woest. Een gedeelte werd daarna weer her
bouwd en gedurende de 16de eeuw verkeerde
het in welstand. Ook nu duurde de voorspoed
echter niet lang, want in 1588 werd het op
nieuw verwoest. Later herhaalde de geschiede
nis zich nog eens in 1672, toen de Franschen
er huis hielden, bleef er wederom niet veel
gespaard.
In het laatst der vorige eeuw kocht jhr. C.
H. C. A. van Sypesteyn het terrein weer terug
en in het begin van de twintigste eeuw werd
het kasteel van lieverlede weer opgebouwd en
toen kwam ook de gedachte op het als mu
seum in te richten. Het bevat een groote reeks
familieportretten waaronder schilderijen door
Van Miereveld en Moreelse. De collectie Chi-
neesch porselein, die men er vindt, is zeer
belangrijk evenals de verzameling van het
zeldzame porselein van Oud-Loosdrecht. Het
museum bevat voorts een buitengewoon groot
aantal andere voorwerpen, als meubelen uit
verschillende eeuwen, wapens, een fraaie en
zeldzame verzameling pendules, oude boek
banden en gebruiksvoorwerpen.
Om tenslotte nog een derde voorbeeld te
jemen ook Haastrecht, een oud stadje aan
den Hollandschen Ysel, waaraan het meeste
toerisme met groote snelheid voorbij tracht
te gaan, heeft zijn eigen museum. Het dankt
zijn ontstaan aan de laatste wilsbeschikking
van de op 1 Juni 1923 overleden Vrouwe
Pauline Maria Bisdom van Vliet, weduwe
van den heer Lefèvre de Montigny. Zij was
de laatste afstammelinge van een bekend ge
slacht, dat ruim drie eeuwen in Haastrecht
heeft gewoond en meerdere malen het bestuur
over stad en land van Haastrecht heeft ge
voerd. Ook dit museum bevat prachtige col
lecties glas- en zilverwerk, kostelijk porce-
lein en waardevolle schilderijen en familie
portretten.
Wij deden hierbij een willekeurige greep
en wezen op een drietal minder bekende
musea, die als een voorbeeld mogen dienen
van het groote aantal historische en kunst
verzamelingen dat ons land telt. Men is. zoo
geneigd zijn aandacht alleen te bepalen bij
die enkele musea in ons land, die terecht een
internationale faam genieten. Toch doet de
toerist zichzelf daarmede schade, want er is
daarnaast nog heel veel schoons en interes
sants te vinden in kleine verzamelingen, die
men op de meest onverwachte plaatsen in ons
land aantreft. De toerist vindt al deze musea
1 oudheidkundige verzamelingen vermeld in
ZON EN MAAN
Maansopgang 21 Januari 3.13; ondergang
1.22.
Laatste Tcwartier 'Maandag '20 'Jan.:
nieuwe maan Maandag 27 Jan.; eerste
kwartier Dinsdag 4 Februari, volle
maan Woensdag 12 Februari
het handige en zeer overzichtelijk ingedeelde
museumboekje, dat indertijd door het depar
tement van onderwijs, kunsten en weten
schappen werd uitgegeven en ook de plaatse
lijke V.V.V.'s zullen hem gaarne alle inlich
tingen kosteloos verstrekken.
Het is voor den reiziger in ons land dan
ook een geringe moeite de kleine musea te
vinden en als hij van hun bestaan op de
hoogte is, moet hij een stap verder gaan. Dan
moet hij ze gaan bezoeken, omdat zijn reis
er zooveel aantrekkelijker door zal worden
en zijn kennis van onzen cultureelen rijkdom
er door zal worden verrijkt. Dan ook zal hij
profiteeren van den cultureelen kant, die het
toerisme biedt, en die door menig reiziger
nog lang niet genoeg wordt benut. Op de meest"*
verrassende plaatsen bloeit die, te weinig be
sefte, rijkdom in schoone vormen.
Ons land heeft een oude cultuur, de histo
rische herinneringen reiken vaak tot in de
prae-historie terug en vele takken van kunst
nijverheid en ambachten worden en werden
beoefend. De schoonste voorwerpen getuigen
ervan. Daarom: Vergeet de kleine musea niet!
Nederl. Bond van J.V. op G.G.
Het nieuw# Jaarboek verschenen
Ons werd toegezonden het Jaarboek voor 1941
van den Ned. Bond van Jongelings-Vereenigin-
gen op Geref. Grondslag, 't Is de 50ste jaar
gang, zoodat 't bekende jaarboekje thans zijn
gouden jubileum herdenken mag. 't Heeft in
den loop der jaren zeer goede diensten bewe
zen, en ook deze nieuwe uitgave geeft weer
alles wat ieder meelevend J. V-er soms graag
weten wil en ook wel weten moet.
't Bevat de volledige naamlijst van alle bij
den Bond aangesloten vereenigingen Ct zijn er
1219), plaats en tijd van vergaderen, aantal
leden, en naam en adres van secretaris en
penningmeester. Voorts de samenstelling van
Bonds-, prov. afdeelingen- en ringbesturen, be
stuur van andere organisaties, jeugdbladen, or
ganen van nationale bonden.
Ook werd opgenomen een volledig verslag
van den op Hemelvaartsdag 1940 gehouden
Bondsdag, zoodat men de redevoeringen van
prof. dr. K. Dijk, mr. J. A. de Wilde, mr. H.
Bijleveld en dr. H. Colijn nog eens rustig kan
nalezen, 't Was een goede gedachte om de arti
kelen van den Bondsvoorzitter over „Onze
conclusies inzake de verhouding van Kerk en
Jeugdorganisaties", die in 't Jongelingsblad
werden opgenomen, ook een- plaats in 't Jaar
boek te geven, 't Zelfde kan gezegd worden
van Bondsreglement en regeling V.O.L. fonds.
Uit de verzamelstaat blijkt, dat thans 1219
vereenigingen met 24.388 leden bij den Bond
zijn aangesloten. In 1938 was de 25.000 even
overschreden; in 1939 was 't ledental 24.836,
verleden jaar 23.503. Laten we hopen, dat waar
de groei weer is ingezet, 't mooie cijfer van
1938 spoedig zal zijn ingehaald .en overtroffen.
Oudergewoonte geeft dit jaarboek ook -?en
algemeen overzicht over 't afgeloopen jaar. De
ledencijfers nemen we hier over:
Ned. Bond van J. V. op G. G24.388
Bond van Meisjes-vereen, op G.G. 23.030
Bond v. Ger. Jeugdorg. (KV. en M.V. 22.798
Bond van Chr. Geref. J. V. 1.450
Bond van N.H.J.V. op G. G. 3.200
Bond van N.H.M.V. op G. G2.621
Bond van N.H. Knapenver. op G.G. 1.700
Nederl. Jongelingsverbond (Jongem.
vereen., Jongel.ver. en Jong.clubs.. 35.000
Ned. Verb. v. Chr.J. Vrouwen-en
Meisjesvereen25.200
Ned. Luthersche Jongelingsbond 314
Bond van Luthersche Jongens 600
Ned Luthersche Meisjesbond 450
Totaal 140.751
Bij genoemde' 12 Chr. Jeugdorganisaties, die
samen 5781 vereenigingen omvatten, zijn dus
meer dan 140.000 jonge menschen aangesloten
Dat zijn cijfers, die we allerminst „dor" maar
wel zeer „welsprekend" mogen noemen
We hopen hartelijk; dat al deze organisaties
in 't pas begonnen jaar 't werk intensief zullen
aanpakken en kunnen doorzetten.
Voor 't heden en de toekomst van de Chr
actie in ons Vaderland is dit van de grootste
beteekenis.
ALG. FRIESGHE LEVENSVERZ.-MY
LEEUWARDEN - BURMANIAHU1S
VAN 1845
AMSTERDAM. VAN BRIENENHUIS
Nog eens: wetenschap
en leven
.Onlangs schreven wij .over de moeilijkheid
van den theoloog en' wellicht van ieder
ander niet minder; om de harmonie te ont
dekken en te handhaven tusschen weten
schap en practijk, misschien mogen wij hier
wel zeggen: tusschen leer en leven. Men
denkt zoo spoedig, dat men het leven „aan
kan", als men een behoorlijke hoeveelheid
wetenschap zich heeft eigen gemaakt. Maar
het leven vraagt meer dan wetenschap. Het
vraagt medegevoel, inzicht, het vraagt wijs
heid.
Dat de moeilijkheid overigens niet Is
beperkt tot dit vraagstuk, maar reeds de
uitgebreidheid van het terrein der weten
schap zelve tot bijzondere problemen leidt,
is ons nog eens door den nog niet lang
geleden benoemden hoogleeraar Dr. G. C.
Berkouwer duidelijk gemaakt in den Alma
nak van het Studentencorps aan de Vrije
Universiteit. Hij schrijft daarin over „den
moeilijken weg", en dat is de moeilijke weg
der theologische studie. De moeilijkheid ziet
hij hierin, dat het terrein der studie lang
zamerhand zoo geweldig ruim eD breed
wordt. Hoeveel vaak zeer interessante vraag
punten zijn er niet, die de belangstelling
vragen! Het zijn vragen over het Verbond,
den doop, de onsterflijkheid der ziel, pluri
formiteit, algemeene genade, Barth, Brunner,
wijsbegeerte der wetsidee, om maar niet
meer te noemen, wat ditmaal een» u i e t
moeilijk zou zijn. Hoe hier een eenigszins
omvattenden kijk te krijgen?
Prof. Berkouwer spreekt terecht van een
„tremendum", van iets, dat bevreesd moet
maken. Maar aan dit tremendum ontbreekt
gelukkig niet de eigenschap van het „fasci-
nans", van het fascineerende, van het aan
trekkende, mogelijk zelfs van het aantrek
kelijke. Want al zijn er moeilijkheden, juist
door de veelheid van belangrijke onderwer
pen is het ook een mooie tijd met veel
perspectieven. „Ook al wordt daarmee de
verwarring in velerlei richting allerminst
geloochend. Men kan positief, maar ook
negatief worden geprikkeld tot studie en
voor menigeen is de verwarring dienstbaar
geworden aan de versterking van eigen Ge
reformeerde geloofsovertuiging".
Inderdaad, hier wordt de wetenschap
bevrucht door den rijkdom van het leven
zelf. Gelukkig is hij, die tusschen zijn leven
zijn wetenschap geen tegenstelling ziet,
maar beide vereenigd weet door zijn geloof.
Voor hem kan vermeerdering van weten
schap gelijk staan aan vermeerdering van
smart, maar hjj ziet toch ook zijn wetenschap
overglansd van eeuwigheids licht
Eens kon van iemand worden gezegd: „Al
wat in boeken steekt is in zijn hoofd ge
varen". Dat is sinds lang een onmogelijkheid,
het is sinds lang zelfs een onmogelijkheid
voor elke wetenschap afzonderlijk. Het
menschelijk bevattingsvermogen Is nu een
maal gering in vergelijking tot de vlucht
die de wetenschap zelve heeft genomen.
Bovendien, de wetenschap moge lang zijn,
het leven is kort Niettemin de grootere
waarde van het leven zelf steeds te beseffen
is vaak niet gemakkelijk. De oplossing ligt
tenslotte hierin, dat men verstaat dat de
wetenschap aan het leven dienstbaar moet
zijn.
De onderhandelingen tusschen
Nederl. Indië en Japan
Verklaringen van den heer
/an Mook
Domei meldt uit Batavia:
De heer H. J. van Mook, hoofd van .iet
departement 'van oeconomische zaken, heeft
gisteren verklaard, dat de regeering van Ne
derlandsch Indië niet het voornemen koestert
een oeconomsche voorkeursbehandeling te
verstrekken aan eenig land. De regeering
wensrht deze politiek te handhaven ten aan
zien van Japan.
Sprekende over het beloop van de onder
handelingen tusschen de Japansche delegatie
en de Nederlandsch Indische autoriteiten, zei-
de de heer van Mook, dat de besprekingen
een vriendschappelijk karakter dragen en dat
er geen reden aanwezig is om aan te nemen,
dat hierin wijziging zal komen. Nederlandsch
Indië, zoo voegde hij hieraan- toe, is bereid
nauwere handelsbetrekkingen met Japan aan
te gaan.
Inmiddels wordt vernomen, dat de Japan
sche consul-generaal alhier, Joetaka, Vrijdag
ochtend aan den heer J. E. van Hoogstraten,
hoofd van de afdeeling handelszaken aan het
departement van oeconomische zaken, de Ja
pansche agenda heeft overhandigd voor de
komende besprekingen tusschen JapaD en
Nederlandsch Indië.
Vogels in den winter
Sommige soorten leden in den
vorigen winter ernstige verliezen
Het spreekt vanzelf, dat de gevolgen van
een strengen winter nog gedurende jaren
daarna in het aantal paren broedvogels van
de soort weerspiegeld worden. Bekend is
b.v., dat het aantal broedende roerdompen
in een bepaalde streek na een strengen win
ter steeds zeer sterk achteruitgegaan is en
dat het normale aantal pas na verloop van
jaren weer op het oqde peil terugkomt. In het
laatste nummer van „Der Vogelzug" publi
ceer en de redacteuren Drost en Schüz thans
de resultaten van een enquête, die zij na den
strengen winter van het vorige jaar gehou
den hebben onder de vele medewerkers aan
de twee groote Duitsche trekstations Helgo
land en Rossitten. Aan het zeer uitvoerige en
goed gedocumenteerde artikel ontleenen wij
het volgende:
Sterk tot zeer sterk hebben vooral geleden:
patrijs, meerkoet, waterhoen, roerdomp, ijs
vogel en scholekster. Ook de gewone wilde
zwaan (Cygnus olor) is-in 1940 in veel ge
ringer aantal op de broedplaatsen terugge
keerd, hoewel dikwijls tallooze exemplaren
op de overwinteringsplaatsen van voedsel
voorzien werden. (Men denke b.v. aan Har
derwijk, waar honderden wilde Cygnus olor
in Februari door de bevolking van den
hongerdood gered zijn!). Interessant is verder,
dat de ver Noordelijk broedende Cygnus Cug-
nus beter bestand is tegen de gevolgen van
een strengen winter dan de b.v. in Mecklen
burg en Oost-Duitschland in het wild broe
dende gewone zwaan (Cygnus olor). De
meeuwsoorten hebben in het algemeen wei
nig van de vorst te lijden gehad en met de
roofvogels is het weer anders gesteld: Slecht
valk, sperwer en havik, die zich vooral met
andere vogelsoorten voeden, hebben weinig
verliezen geleden, terwijl muizeneters, als
torenvalk en buizerd, zeer sterk in aantal zijn
achteruitgegaan. Van de uilen geldt dit laat
ste speciaal voor de kerkuil. En tenslotte zij
vermeld, dat van de lijstersoorten, vooral de
kramsvogel en de koperwiek, ernstige verlie
zen leden.
Eenden.
Wie wandelt langs het strand, zal in dezen
tijd nogal eens bespeuren, dat men vrij ver
uit de kust duidelijk eendachtige vogels
waarneemt, die men niet direct thuis kan
brengen, daar zij maar één kleur hebben, en
dat is zwart. Soms in heel groote troepen,
maar gewoonlijk in troepjes van een tien a
twintig stuks, zwerven zij langs de kust, en
duiken den heelen dag door naar voedsel. Het
zijn de zwarte zeeëenden, en het zwarte man
netje is, wanneer men hem dichtbij heeft, met
zekerheid te herkennen aan den stevigen roo-
den snavel. Het wijfje is bruin. Er komt nog
een tweede soort in ons land voor, die wat
zeldzamer is, maar niet zoo aan de zee is ge
bonden als de zwarte zeeëend.. Het is de groote
zeeëend, die ook wel eens op de binnenwateren
is waar te nemen. Het kenmerk, waardoor hij
onmiddellijk en reeds op grooten afstand te
onderscheiden is van de vorige soort, is de
duidelijke witte vleugelspiegel, dié zoowel
het mannetje als het wijfje bezit. Voor het
overige, is er tusschen beide soorten weinig
verschil. De groote zeeëend is inderdaad wat
forscher, en de knobbel op den snavel is niet
rood, maar zwart.
Er komen nog heel wat meer soorten voor
in dezen tijd, maar die zijn zeldzamer, en
wanneer men de bovengenoemde soorten
kent, is het leeren kennen van de overige
zoo'n toer niet. De eenden zijn heel aardige
vogels om waarnemingen te verrichten. Want
hun levensgewoonten zijn zeer interessant
Zoo hebben wij vaak hartje Januari, bij har
den vorst, van de smienten paringsinleidingen
gezien! En dat helpt den mensch dan weer
in gedachten de lente reeds voelen naderen,
als de winter nog maar een paar dagen oud is.
Duitsch legerbericht
Engelsche schepen in de Middel-
landsche Zee gebombardeerd
Het opperbevel van de Duitsche weer
macht maakt bekend:
In de vroege middaguren vielen Duitsche ge
vechtsvliegtuigen Engelsche zeestrijdkrachten
aan in de haven van La Valetta op Malta met
voortreffelijke uitwerking. Het reeds op den
tienden Januari sterk beschadigde vliegtuig
moederschip werd door verscheidene zware
en middelzware voltreffers getroffen. Een
handelsschip kreeg een bomvoltreffer van het
zwaarste kaliber. De Engelsche kruiser
Southampton, die reeds door de aanvallen van
verbonden Duitsche en Italiaansche strijd
krachten op den lOden Januari zwaar getrof
fen was, was zoodanig geschadigd, dat hij in
tusschen gezonken is. Op gewapende verken
ningsvluchten werden gisteren op drie han
delsschepen van in totaal 13,000 bruto ton
Westelijk van Noord-Schotland en aan de
Engelsche Zuidoostkust verscheidene bommen
afgeworpen, die doel troffen. In den afgeloo
pen nacht vielen groepen gevechtsvliegers een
haven in West-Engeland, alsook doelen in
Zuid-Engeland met succes aan.
De vijand wierp in den nacht van 18 op
17 Januari met zwakke strijdkrachten op het
rijksgebied enkele brisant- en brandbommen
Er werd slechts geringe schade aan gebouwen
toegebracht. De vijand verloor op den 15den
Januari en gisteren tezamen vijf vliegtuigen,
en sinds den 15den Januari des avonds keer?
den drie van onze eigen vliegtuigen niet terug.
De hekken van het Vondelpark
te Amsterdam
Gerestaureerd hek in gebruik
genomen
Reeds gedurende zeer langen tijd verkeer
den de hekken welke toegang tot het Vondel
park te Amsterdam ^aven, in verregaanden
staat van verwaarloozing en bouwvalligheid.
De toestand was zoo erg geworden, dat zy
uit de scharnieren hingen en niet meer op
de normale wijze gesloten konden worden.
Bij de Stadhouderskade werden zij door mid
del van kettingen gesloten.
Dat aan dezen onmogelijken toestand een
einde moest komen, spreekt vanzelf, doch
eerst na geruimen tijd werd daartoe het ini
tiatief genomen. Dank zij de bemoeiingen van
de heeren Dingemans, Spaan en Stakebrand
kwam men zoover, dat de hekken onder han
den genomen konden worden.
Zeventien weken hebben gemiddeld tien
jongens in de werkplaats het eerste hek gron-
HUISVROUWEN
Met EEN PAK -TtjftCO
doet U MEER dan met 20 stukken zeep
Doei Uw voordeel! Slechls 29 een» per pak
In elk pak GEBRUIKSAANWIJZING
met tal van NUTTIGE WENKEN I
Verkrijgb. bij alle warenhuizen en drogisten
„GREVO S" HANDELMAATSCHAPPIJ
Nieuwland 6a Tel. 38169 Rotterdam
VRAAGT ONS PROSPECTUS:
HANDELSWETENSCHAPPEN
Boekhouden eD HandelscorresDnnai-ntie
STAATSPRAKT1JK-DIPLOMA
Boekhouden ivl O
RESA - ARNHEM
(Bekende Schriftelijke Cursus)
dig behandeld. De kosten aan materiaal, 100-
nen en verzekeringen zijn zoo laag, dat van
de ingekomen gelden ruim tweehonderd gul
den resteeren, welke gebezigd zullen worden
bil de reparatie van het tweede hek.
Gistermiddag was een aantal genoodigden
bijeengekomen voor de officieele overdracht
van het gereedgekomen hek. Onder de aan
wezigen bevond zich de waarnemende bur
gemeester, wethouder mr. G. C. J. D. Kropman
en de voorzitter van het Vondelparkbestuur,
de heer Chr. P. van Eeghen.
De heer A. J. Dingemans heette de genoo
digden welkom en wees op het belang van
dit werk. Met dankbaarheid wees hij op het
feit dat een kwart van de ingekomen gelden
afkomstig was van ijzer industrieel en, terwijl
hij voorts de Nederlandsche smedenvereeni-
ging te Amsterdam dank bracht voor haar zoo
kostbare gift Vervolgens droeg hij het hek
over aan den heer van Eeghen, die zijn be
wondering uitsprak voor het werk, door jonge
werkers verricht.
Hec Vondelpark heeft thans een nieuw oud
hek, dat echter goed sluit en een volkomen
verzorgd aspect biedt. Het middenhek is weg
genomen en ondergaat in de werkplaats een
grondige behandeling.
Dr. H. Fischböck te Hengelo
De commissaris-generaal voor financiën en
oeconomie, dr. H. Fischböck, heeft Donderdag
de reeks bezoeken voortgezet, welke hij aan
Nederlandsche bedrijven brengt Aan de beurt
waren de n.v. Gebr. Stork en Co., de n.v.
Heemaf, de n.v. Dikkers en Co., en de n.v.
Hazemeyers fabriek van seintoestellen te
Hengelo. In het gezelschap van den commis
saris-generaal bevonden zich Dipl.-lng Fiebig,
dr. Mojert dr. Wittmann, benevens eenige
andere leden van zijn staf.
De commissaris-generaal stelde in het bij
zonder belang in de capaciteit waarop ge
werkt wordt in de vier groote bedrijven en
kon tot zijn vreugde vaststellen, dat deze bij
alle bedrijven niets te wenschen laat. Er zijn
zoowel van overheidswege als van particuliere
zijde voldoende opdrachten voor langen tijd
voorhanden en verscheidene dezer onderne
mingen zagen zich reeds genoodzaakt, verdere
bestellingen te weigeren. De directies wezen
er algemeen op, dat reeds gebrek aan ar
beidskrachten voelbaar wordt.
In de eerste plaats zijn vakarbeiders
noodig, in eenige gevallen gespecialiseerden.
Genoemde bedrijven hebben de laatste maan
den de sterkte van hun personeel zoodanig
verhoogd, dat er thans meer werknemers zijn
dan onder de gunstigste omstandigheden van
voor den oorlog. De commissaris-generaal
informeerde naar de mogelijkheden tot her
scholing en de vakopleiding. Hij kon met ge
noegen vaststellen, dat de bedrijven op beide
gebieden met succes werkzaam zijn en gaf ui
het bijzonder zijn tevredenheid te kennen
over het leerlingenstelsel bij de firma Stork.
Voorts won de commissaris-generaal inlich
tingen in met betrekicing tot de grondstoffen-
voorziening. Hij kon vaststellen, dat de ver
antwoordelijke organen de belangen der be
drijven behartigden en dat tengevolge daar
van nergens zich moeilijkheden voordeden,
ofschoon deze bedrijven in hoofdzaak op
grondstoffen aangewezen zijn, welke naar ver
houding schaarsch zijn.
Voorts stelde de commissaris-generaal zich
op de hoogte van de loon- en sociale toestan
den der arbeiders, waarbij bleek, dat het
loonniveau in dezen tak van bedrijf gelijk
staat met het Duitsche. Met bijzondere bevre
diging werd er kennis van genomen, dat de
bestaande ouderdomszorg, de woontoestand,
het deel hebben aan de winst en dergelijke
aan de te stellen eischen in hooge mate vol-