De balans van een riiaand invasie WOENSDAG 5 JULI 1944 waarin opgenomen: DE LEIDSCHE COURANT, NIEUWE DELFTSCHE COURANT en DE WESTERBODE Kantoor: Papengracht 32 - Giro 103G03 L@idsch@ Ëdïtis Telef. Adm. 20935 Telef. Red. 20015 NIEUWE INVASIE-GOLF WAARSCHIJNLIJK EEN KORTE PAUZE INGETREDEN. In Berlijnsche militaire krin gen wordt een balans van de eerste maand der invasie aan de Normandische kust opgemaakt en wordt geconstateerd, dat de Amerikanen en Engelschen van de 535.000 vierk. km. groote Fransche oppervlakte sleohts één procent nl. 5200 vierk. km. in be zit konden nemen .Op dit tijdstip kunnen volgens het oordeel van deze kringen de volgende drie hoofdpunten worden aangestipt: 1. Na de hergroepeering van de Amerikanen op het schiereiland Cotentin staat ëen met alle tech nische wapens gepaard gaande poging te wachten, dé deur van St. Lo open te stooten en uit het schiereiland te voorschijn té ko men. De eerste gevechten zijn reeds begonnen 2. Montgomery forceert den materiaalslag om Caen. Al is er een korte pauze ingetreden, de verder gaande landingen en con centraties duiden er op, dat 'de grootste inspanningen van het in vasieleger zullen volgen. 3. Op grond van de voortdu rende waarnemingen is het begin van een nieuwe invasiegolf el ders waarschijnlijk. Pas het uit breken van de dan volgende ge vechten zou zich tot een grooten slag om Frankrijk kunnen ont wikkelen. IN AFWACHTING. Afgezien van een aantal plaat selijke aanvallen hielden de bei de legers van Montgomery zich Maandag rustig, aldus Interinf, Men krij^ den indruk, dat de te rughoudendheid ten deele toe te schrijven is aan de buitengewoon zware verliezen, die het tweede Engelsche leger onder bevel van generaal Dempsey in de afgelao- pen week in den pantserslag ten Zuidwesten van Caen heeft gele den. Ook de ongunstige weersge steldheid, die' een gebruik op grooter schaal van luchtstrijd krachten de laatste dagen onmo gelijk maakte, kan daartoe heb ben bijgedragen. In het eerste Arrrerikaansche leger, dat onder bevel staat van generaal Bradley zijn ongetwijfeld nog groote her groepeer ingibe wegingen aan den gang, daar het leger zich de laat ste dagen eerst gereed maakte voor den aanval naar het Zuiden. Toch kwam het in dat gebied Maandag nog op verscheidene plaatsen tot levendige plaatse lijke gevechten, bijv. in het ge bied St. Jores, bij Vindefontaine en Varenquebec. Daar onderna men de Amerikanen met soms zeer krachtigen steun van artil lerie met verscheidene regimen ten infanterie aanvallen op de vooruitgeschoven Duitsche posi ties, die ten deele achteruitge haald moesten worden om het Duitsche afweerwapen volledig tot uitwerking te doen komen. In alle gevallen gelukte het de Amerikaansohe aanvallen nog vóór de Duitsche hoofdgevecht- stellingen tot staan te brengen. Volgens verklaringen van gevan genen leden de aanvallende for maties hierbij overal buitenge woon zware bloedige verliezen. Over het geheel genomen zal de afwachtende houding van Motngomery wel moeten worden toegeschreven aan het feit. dat hij de hervatting van nieuwe groote operaties wat den tijd be treft wil afstemmen op het in dén strijd brengen van de Ameri- kaansche legergroep Patton. On getwijfeld is de aanval van deze legergroep op den anderen sector van het Atlantisohe front reeds zeer binnenkort te verwachten. Behalve de onmiddellijk aan- grenzenden sectoren tusschen Seine en Somme komen ook het gebied aan het Nauw van Calais en het Bretonsche schiereiland daarvoor in aanmerking. De ver overing van laatstgenoemd ge bied zou voor het geallieerde op perbevel misschien bijzonder verlokkend kunnen zijn door het feit, dat het met Brest de be schikking over een nieuwe groo te zeehaven zou krijgen. VERTROUWEN IN DUITSCHE HOOFDKWARTIER. Alex Sc'hmalfuss, de oorlogs correspondent van het D.N.B. in het Westen, schrijft: „Nu sinds het begin der invasie vier weken zijn voorbijgegaan, heb ik weer een bezoek gebracht aan het hoofdkwartier van den opperbevelhebber van alle Duit sche weermachtsonderdeelen in het Westen. Gezegd moet wor den, dat de rustige atmosfeer van vertrouwen op de overwinning, die de hooge Duitsche staven steeds heeft gekenmerkt, den be zoeker steeds weer onder haar bekoring brengt. Waar en onder welke uiterijlke omstandigheden dit fijngelede leidingsapparaat werkt, kan natuurlijk niet ge zegd worden. Maar dat het steeds paraat is om voorzorgsmaatrege ien en voorbereidingen voor de komende veldslagen te treffen, waaraan men wel -een beslissen de beteekenis mag toekennen, is een mededeeling, die geen mill taire geheimen verraadt. Opper bevelhebber en troepenleiders, die een hooge persoonlijke ver antwoordelijkheid te dragen heb ben, zijn liet gewend, eiken toe stand militair zakelijk en zeer nuchter te beoordeelen. Met dit feit voor oogen is het des te be langwekkender te constateeren, dat men in het hoofdkwartier van den opperbevelhebber-West absoluut vol vertrouwen Overeenkomstig de grootheid van de beslissing, waarom de strijd gaat, bereidt men zich voor op zeer harde en voor beide par tijen zonder twijfel met groote verliezen gepaard gaande ge vechten. De terugblik op de eerste vier weken na het begin van de inva sie schijnt echter volkomen de veronderstelling te rechtvaardi gen. dat de overmacht van de Duitschers in leiding en strijd lust zich tegen de materieele overmacht van den vijand zal blijven handhaven De verliezen, die de beide aan het Normandi sche bruggenhofod strijdende Engelsche en Amerikaansche le gers tot dusver hebben geleden, zijn zoowel wat menschen als materiaal betreft aanzienlijk hooger dan die van Duitsc'nland. Het eenige resultaat, dat de vij and in de eerste 4 weken kon be halen, was de met énorm groot bloedverlies gepaard gaan-de in bezitneming van de voorloopig volkomen onbruikbare haven Cherbourg. Nergens anders staan de Engelschen en Amerikanen thans daar, waar zij reeds na de eerste dagen van hun invasie hadden willen staan. Het succes, dat de Duitschers door de vol hardende afgrendeling van het bruggenhoofd behaald hebben, is derhalve aanzienlijk meer waard dan het vijandelijke resul taat op het schiereiland Cotentin. Al deze factoren rechtvaardi gen het vertrouwen, waarmede men in het hoofdkwartier van den operbevelhe'bber de toekom stige gebeurtenissen tegemoet ziet. DE PANTSERSLAG BIJ CAEN. In het gevechtsgebied van Caen herleefde in de ochtend uren van gisteren de pantserslag weder' in vqlle hevigheid. Nadat het den Britten de vorige week niet gelukt was, ondanks buiten gewoon groote, bloedige verlie zen en zeer zware materieele verliezen de beslissende heuvel- stellingea ten Zuiden van den AAN HET OOSTELIJK FRONT WILNA EN DUNABURG ALS AANVALSFRONT, Het Internationale Informa- tionsbuero meldt omtrent den toestand aan het Oostelijk front o.a., dat na de inneming van Minsk door de bolsjewieken de toestand zich thans aldus heeft ontwikkeld, dat als eerstvolgen de aanvalsdoelen in het centrale deel van het Oostelijk front de gebieden rond Barano\yice, Wil na en Dunaburg kunnen wor den beschouwd. Met een vierde sterke aanvalsgroep pogen de bolsjewieken in de flank van den Noordelijken vleugel van hei Oostelijk front door te dringen, zooals Miaandag, toen zich bij Drisa en Dzisna nieuwe hevige gevechten ontwikkelden. Het is verder mogelijk dat de bolsje wieken de eerstkomende dagen van het gebied van Kowel uit naar het N. aanvallen en zul len trachten de diepe Zuidflank van het centrale Duitsche front in te drukken. Hiervoor bestaan reeds zekere aanwijzingen. O.a. poogden vrij sterke strijdkrach ten via Sloesk naar het Zuid westen opdringende gemotori seerde strijdkrachten der bolsje wieken in den rug van deze die pe flink op de rukken, doch zij werden door tegenaanvallen van Duitsche reserves teruggeslagen. Ook in de naar het Noorden aansluitende gevechtssectoren leidden krachtige tegenaanval len van Duitsche pantserforma ties tot opmerkelijke success'en. O.a werd de stad Stolpce. waar door de bolsjewieken de spoor lijn BaranowiceMinsk tijde lijk versperd werd. door een gepantserde Duitsche geveenfs- groep heroverd en aldus de rug van groote Duitsche formaties, die blootstonden aan het gevaar van omsingeling, weder vrij gé- maakt. Ten Westen en Noord- Westen van Minsk konden de aanvallen der bolsjewieken door de nieuwe Duitsche opvangstei- lin-gen met succes worden afge slagen. De luchtmacht had een zeer groot aandeel in het uiteenslaan der Sovjet-Russische aanvalston- pen en marcheerende colonnes. Zij viel mét vele honderden pant- serslagvliegtuigen en jachtbom menwerpers vooral bij Stolpce en Molodeczno Sovjet-Russische pantser- en infanterie-colonnei artilleriestellingen en voor den aanval gereedstaande troepen met stocces aan. Bijzonder hevig woedde Maan dag de slag om Polozk en de naar het Westen aansluitende terreinséetoren. De Duitsche be veiligingstroepen sloegen hier in taaie afweergevechten alle Sov jet-Russische pogingen om over de Dzisna en de Duna te trek ken met buitengewoon groote verliezen voor de aanvallers af. weg Caen-Viller Bocage in han den te krijgen, hergroepeei'den zij de laatste dagen het gros van hun zware artillerie en verleg den zij hun aanvalspunt eenige kilometers verder naar het Noor den. Bij het aanbreken van den dag bestookten zij de Duitsche stellingen aan weerszijden van den van Bayeux naar Caen lei denden nationalen weg over een breedte van ongeveer zeven ki lometer met een razend trom melvuur van elk kaliber, dat verscheidene uren aanhield. Om kwart over zeven gingen hier twee Britsche pantserdivisies diep geëchelonneerd over tot een doorbraakaanval, die een beslis sing trachtte brengen. In ver bitterden strijd, die tot den. mid dag duurde, sloegen de Duitsche verdedigers alle aanvallen af. Enkele gevechtswagens, welke het gelukt was bij Carpiquet de voorste Duitsche linies omver te loopen, werden nog vóór de Duitsche artilleriestellingen door pantserjagers aangevallen; zij staan op het punt vernietigd té worden. DE OORLOG IN DEN STILLEN OCEAAN VOL GOEDE MOED IN TOKIO. De A.N.P.-correspondenc te Berlijn meldt: De correspondent te Tokio van de „Berliner Boersenzeitung" meldt, dat in Japan een zekere spanning heerscht. Twee dingen zjjn het, die de gemoederen bezig houden, het nieuwe Duitsche wapen en de gevechten op Sai- pan. De Japansche bladen staan vol met berichten over de nieu we projectielen, zonder evenwel op het oogenblik reeds een oor deel hierover uit te spreken. Dit neemt, volgens den correspon dent. niet weg, dat sedert eenige dagen in alle artikelen nieuwe moed aan den dag wordt gelegd; doch men is zoo verrast, dat men zich niet aan zakelijke beoor deelingen wil wagen, want. zoo oordeelt men te Tokio, het is een voudig „te mooi om waar te zijn". De critieke situatie in den Stil len Oceaan wordt niet gebaga telliseerd. Men acht het niet on mogelijk, dat het belangrijke eiland Saipan tijdelijk verloren zal gaan, echter volkomen uitge sloten, dat men dan daar de Amerikanen zoo volkomen met rust zal laten als bijvoorbeeld op de Gilbert- of Marshall-eilan den. De Amerikanen zijn thans weldra zoover doorgedrongen, dat ook de Japanners geen „tac- tischen terugtocht" meer willen aanvaarden. DE STRIJD OP SAIPAN. Volgens berichten van het front staat vooral Aslito. de door de Amerikanen veroverde hoofd stad van het eiland Saipan, die aan de Zuidkust van het eiland tegenover het eiland Tinian ge legen is, de laatste dagen in het middelpunt der zware gevèch- ten. Steeds weer vallen Japan sche jachtbommenwerpers deze basis aan om te verhinderen, dat de vijand zich daar ongestoord kan nestelen. Anderzijds echter zijn de Amerikanen zich van de groote militaire en strategische beteekenis van dit eerste land en luchtmachtsteunpunt in het centrale deel van den Westelij ken Stillen Oceaan bewust en werpen zij derhalve alle be schikbare afweermiddelen in den strijd. Éen frontbericht van de „Yomioeri Hotsii" melijt. dat voortdurend talrijke vijandelijke machines van verschillende ty pen van Aslito starten of aldaar landen. Uit verkenningen is ge bleken dat de Amerikanen hun te. Aslito gestationeerde lucht macht voortdurend versterken. In het havengebied van Saipan hebben zij bovendien meer dan twintig groote vliegbooten ge concentreerd, die in het gebied der Marianen voortdurend pa- trouilleeren. DE STRIJD IN FINLAND. Het Finsche weermaohtsb'ericht van Dinsdag meldt o.m.: „Op de Karelische landengte begon de vijand gisterochtend: opnieuw een algemeen, door krachtig artillerievuur alsmede door de luchtmacht en pantser formaties ondersteund offensief. Westelijk van Hanpalanjaervi werden verwoede gevechten ge leverd, waarbij de vijand na eenige succesvolle penetraties in onze steunpunten door hevige tegenaanvallen werd terugge worpen. In onze stellingen wer den op zijn minst 400 gesneuvel de vijanden geteld. Ook in alle andere sectoren wérden de aan vallen afgeslagen, waarbij de vijand op verscheidene plaatsen honderden manschappen aan gesneuvelden verloor. Toen de avond viel waren onze linies weer volkomen in onze handen. Des nachts begon de vijand na bijzonder krachtige artillerie voorbereiding en luchtbombarde menten een aanval op het brug genhoofd van Aeyaepaeae. waar bij het hem gelukte, op een plaats in onze stellingen binnen te dringen. Door een snelle te genaanval werd de vijand met zware verliezen voor hem afge slagen. In de richting Aunus werden bij Salmi. Vieljaervi en Jessoila hevige gevechten geleverd tegen sterken vii andelij ken druk. De vijand leed ook hier aanzienlij ke verliezen. In de richting Maa- selkae werden de "ijandelijke aanvallen Westelijk van Juust- iaervi en Muniaervi afgeslagen. Bii Rukajaervi werden kleine vijandelijke afdeelingen. die te gen onze stellingen oprukten, verdreven." BINNENLAND C. J. P. Zaalberg, f Op ruim 71-jarigen leeftijd is Maandag overleden de heer C. J. P. Zaal berg, directeur van de Benas en oud-directeur van den Arbeid. Als opvolger van ir. H. A. van IJsselsteyn die in 1918 minis ter was geworden en voor wien hij reeds als waarnemend-direc teur-generaal was opgetreden werd hi.j in 1920 tot directeur-ge neraal van den Arbeid be noemd. Stuka's naar voren. In zijn pantser- verkenningswagen leidt de Stuka- Leitoffizier telefonisch de operaties der Stuka's van de voorste linies uit PK Lücke/Atl/H/P m In de mobilisatiejaren trad hij tevens op als secretaris en van 1918'23 als algemeen secretaris van het Koninklijk Nationaal Steuncomité, in welke laatste functie de heer van IJsselsteyn hem eveneens was voorafge gaan. Zeer veel heeft de heer Zalberg bij de arbeidsinspecties en bij het steuncomité op de grondslagen voortgebouwd, wel ke gelegd waren door prof. ir. Is. de Vooys, indertijd inspecteur van den arbeid en van 1914'23 voorzitter van genoemd comité, dien hij met van IJsselsteyn als de steunpilaren van de arbeids inspectie beschouwde. Een massa hoogst belangrijk werk heeft de heer Zaalberg in die periode verricht. Bovendien heeft hi.j zich verdienstelijk ge maakt als voorzitter van den Nijverheidsraad gedurende tal van jaren, en verder als onder voorzitter van de Centrale Com missie voor de Statistiek, lid van den Economischen Raad, voorzit ter van de Hoofdcommissie voor de Normalisatie zoomede, na zijn aftreden uit het directeur generaalschap (1932), als direc teur van de Maatschappij ter be hartiging van de Nationale Scheepvaartbelangen, de finan cieringsmaatschappij, waarvan de meerderheid der aandeelen in handen van den Staat was en die in moeilijke tijden onze scheepvaart door de branding hielp. Radiopraatje Max Blokzijl. Max Blokzijl spreekt in de serie brandende kwesties, te zenden op Donderdag 6 Juli 1944 over Hilversum 1 om 18.45 uur. De ti tel van dit praatje is: „Hoe ra ken we ze straks weer kwijt?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Zuidhollandsch Dagblad | 1944 | | pagina 1