Een tweede kwestie Galilei
Verplichte opname
zeker geen uitweg
Maronieten onder elkaar
Hulpverleners tegenover politici
^HTNOVEMBER I960
TROUWKWARTET P 13 - RH 17 - S 15
loor Guus van Hamert
ni*e tijd geleden kreeg Ik het idee
m een ontspannen artikeltje te
:hitven over de verschillende ty-
van priester» die elkaar sinds
L vóór de oorlog opgevolgd zijn.
beginnen bij de ouderwetse pas
r die rond en solled. de leer en
oraal van de kerk zoals die uit de
«entlende eeuw tot ons kwamen
^wrenwoordlgde. De priester van
roodpluchen bldstoelen en de
eerstemmlge hoogmissen. Zijn
irochianen baden de rozenkrans.
e tweede golf zijn zij die wisten
«t er vóór de negentiende eeuw
ik andere vormen bestaan heb-
,n zij zochten vroegchristelijke
ronnen In blanke of bakstenen
»rken zong een koor. en soms heel
rt volk. gregoriaans De gelovigen
idden een missaal In de hand. De
bleef als uit één steen gehou-
maar werd naverteld In con-
met moderne literatuur, en
cl Iets gerelativeerd door het
van een historische ontwik
derde type was het toffe. Het
it zijn levensstijl buiten de ker
ke vormen. De manier waarop
priester met opgeschorte toog
zware motor besteeg, toonde
het evangelie mee kon doen met
nieuwe tijd. Deze Don Camlllo's
„ritten hun vernieuwing echter
ét uit tot leer of moraal Met een
einkslag en een stoer woord wer
en deze onveranderd Ingepast in
»t moderne leven.
ent daarna volgden de priesters
Ie èn in levensstijl en in denken de
Lrtlse werkelijkheid serieus na-
en Een modeme Schriftatudle.
eilhard de Chardin. bet eigen hart
geweten, de stemmen van de
iensen. het waren bronnen waaruit
normen en vormen zochten te
smleuwen. Tot de eigen kleding
ie die een gewoon pak werd. (De
jpen zijn niet altijd te scheiden,
sus Johannes bijvoorbeeld vere-
ligdr iets van één en vier.)
Ioe varianten, vooral de eerste
Irie. had ik willen schilderen met de
iehte romantische weemoed die
kijken met zich brengt,
sinds de laatste pauskeuze
;t hoe Je iets niet te snel tot
len moet verklaren. Na type
(Paulus VI) trad ineens type
drtt 56 Jaar oud. in het volle licht
ran de camera's: een sportieve man.
|f net hoe hij zich in de wereld
igrn moet, maar een statische
verbreidt.
lit je zelf ln een dertig Jaar van
men afwegen ln geloof, van lulste-
naar geweten, van blechtstoel-
iktljk ook. geleerd had. wordt
et één slag door een „vorig" type
lester ontkend. De romantiek van
verleden la even ver weg als toen
e Amerikaanse soldaat midden
nen de mitrailleurs van de Vlet-
n-oorlog aangevallen werd door
lts ouds en zeldzaams als een
|R Een romantisch fenomeen,
urreéle wonden
lijn nogal wat mensen die mij
e weken met medelijden of
Idvermaak. ontsteld of met hoop
gevraagd hebben wat lk van de
luaelijke uitspraken over het ge-
vond. Het gaat dan altijd over
pee dingen tegelijk: wat lk van de
pwtle zelf vind; en wat lk van de
■us vind hoe lk het nog klaar-
pel katholiek te zijn).
liet eerste zeg lk altijd de simpe
lwoorden die kardinaal Alfrink op
'1 moment dat de eigenlijke klap
1 (publlkatle van de encycliek
r de pil, zomer '68). onvoorbe-
1. bij terugkomst van een reis, op
t vliegveld tegen Journalisten zei:
v Is alUJd ook het eigen geweten."
*t hun ervaring staan gehuwden
i een christelijke plaats waar de
nis niet staat en waaraan zij een
eigen gezag ontlenen.
P de onderliggende vraag hoe ik
nog katholiek kan blijven, zeg lk
dat ik mij niet minder katholiek
voel dan de paus. en vraag mijn
gesprekspartner of hij dat mis
schien ook zo voelt. 80ms betoog ik
dan nog dat er zich ln de historie
een steeds verdergaande centralisa
tie heeft voorgedaan van structuren
die op zich. als christelijke commu
nicatie. grote waarde hebben en dat
het de moeite waard is om die tegen
hun eigen overdreven perfectione
ring en centralisatie te beschermen.
Dat zal niet van Rome uitgaan,
maar van loyale mensen die het
geloof ln de kerk mochten bewaren.
Dat het onderwerp kerkverlating
hier ter sprake komt. Is niet zo
vreemd. De Amerikaanse socioloog
Oreeley heeft enkele Jaren geleden
onderzocht waarom zoveel van zijn
katholieke landgenoten de kerk
verlieten. Aanvankelijk ging hij uit
van de hypothese dat als Je asm een
vast systeem ook maar iets veran
dert. alles gaat schuiven. Dit werd
echter door de enquête gelogen
straft. De oorzaak was simpeler: de
encycliek van 1968.
Toen dit Jaar de televisie toonde
hoe de paus. op zijn reis naar Ier
land en de U.8A. die leer opnieuw
aan de onder paraplu's schuilende
menigten voorhield, heb lk mij da
gen lang zeer down en vervreemd
gevoeld. Daarna begon de christelij
ke gemeenschap ter plaatse voor
mij weer een tegenwicht te vormen
en maanden later toonde ook deze
paus weer een andere kant toen hij
in Brazilië de onderdrukking aan
klaagde. Ik ben nog analfabeet ge
noeg om onder de Indruk te komen
van het woordeloze gebaar waar
mee Helder Camara en hij elkaar
omheladen.
Je beseft, dat de geestesgaven ver
deeld zijn en dat de paus ze niet
allemaal beeft maar ook niet alle
maal mist. Gezamenlijke opbouw
van het lichaam. (Oezamenlijk ook
in oecumenische zin: het bestaan
van de Reformatie geeft in deze
situatie een eigen soort ruimte en
steun).
De laatste weken heb ik één keer
iemand ontmoet die de pauselijke
woorden rond de synode niet onver
teerbaar vond. Deze witte raaf wks
een natuurkundige, soiled en knap
in zijn vak. HIJ dacht dat het goed
was als er een geluld tegen de con-
sumptle-sex klonk. Dat te doen
kwam de paus toe. En de enige
manier om dat geluld over zo'n be
langrijk levensgebied te laten door
dringen was: in de allerabsoluutste
termen te spreken. Dan nemen de
mensen Juist genoeg van het voor
gestelde hoge ideaal mee om ln hun
eigen leven tot een goed evenwicht
te komen.
Zou het zo werken? Ik denk dat er
Iets anders bezig is. De ..periodieke
onthouding" als Ideaal stellen bete
kent namelijk iets voorhouden dat
helemaal geen ideaal is. Hier wordt
een fout gemaakt, die te vergelijken
ia met de kwestie rond Galilei
Misschien zou wel over een Ideaal te
spreken zijn waar het abortus be
treft. Maar omdat deze. in een soort
koppelverkoop, tegelijk met de
voorbehoedmiddelen wordt afgewe
zen, is het gezag om dit te doen
aanmerkelijk verminderd. (Dat
schijnt overigens een lot te zijn dat
de abortuskwestie ook anderszins
tot zich trekt: verkoop samen met
ieta anders. Hoe vaak wordt een
gemakkelijke legalisering ervan au
tomatisch als een verplicht onder
deel van links denken beschouwd.
Waarom? Het is een geheel eigen
soort kwestie).
Nog een andere reden waarom de
kerkelijke leiding haar boodschap
over abortus slecht doet doorko
men. is de absoluutheid van haar
afwijzing (nóóit, ln geen enkel ge
val). Zou zij tegenover oorlog en
doodstraf eenzelfde blind afwijzend
standpunt innemen, dan had deze
houding nog een zekere strenge
consequentie en grootheid. Nu ech
ter betekent die absoluutheid al
leen dat de kerkelijke leiding zich
buiten een discussie stelt waar zij
een zeer zinnige bijdrage toe zou
kunnen hebben. Of heeft genoemde
natuurkundige gelijk en is zo'n ab
solute uitspraak een manier om aan
de meningsvorming mee te doen?
Ik zie dat niet.
Maar de kem van het probleem
blijft de afwijzing van de anti-con
ceptie. Ik krijg het idee dat daar
door de. altijd door de Kerk (tegen
de gnostiek) volgehouden leer dat
sexualltelt schepping van God en
dus ln wezen goed is. en de ln onze
tijd groeiende overtuiging dat sexu
alltelt ook los van voortplanting
een eigen menselijke zin heeft, ln de
schaduw wordt gesteld en de katho
lieken een schuldgevoel opgedron
gen krijgen naar een verkeerd Ide
aal toe.
8preek lk vanuit een bepaald krin
getje? Ik weet wel dat de paus ln
diverse delen van de wereld ver
schillend functioneert. In Latljns-
Amerika soms als symbool van be
vrijding. elders als hoopvol teken ln
een verwarde situatie. In Polen als
tegenbeeld van een beklemmende
bureaucratie. Dat hoeft ons er ech
ter niet blind voor te maken dat hij
bij ons niet bevrijdend werkt.
Dat mag Je tocj ook wel opmaken
uit de enquête die vorige week ln
ons land werd gehouden. Tachtig
procent van de katholieken legt de
pauselijke uitspraken rond de syno
de naast zich neer. Zo'n groot getal
betekent niet automatisch een
groot gelijk. Maar als het Inhoudt
dat deze mensen niet alleen het met
de paus oneens zijn, maar ook dat
zij zich katholiek willen noemen,
dan is dit een teken, dat er een
nieuw geloofsbewustzijn groeit.
door Bob van Amerongen
In de Podiumrubriek van vorige week bepleitte het CDA
kamerlid Gualthérie van Weezei verplichte opname (ge
dwongen behandeling) van drugsverslaafden. Hij doet dat
in tegenstelling tot vele anderen redelijk rustig. Hij is
bepaald niet de eerste met dit pleidooi. Er zijn drie Hage
naars naar het Oosten getogen. Ze zijn daar niet als wijzen
vandaan gekomen en ze hebben een „rapport" gepubliceerd,
dat die naam nauwelijks verdient. Politiecommissaris
Blaauw uit Rotterdam heeft ook niet zo lang geleden gepleit
voor een strengere Justitiële benadering. En nu hebben ook
de burgemeesters van de vier grote gemeenten de drugsa-
larmklok geluid. Amsterdam luidt daarbij een eigen dissi
dente klok: men wil daar niet zo streng zijn.
De algemene teneur van de veront
rusten ls (al beweren ze niet alle
maal hetzelfde): dwangbehandeling
van herolneverslaafden. forse ver
hoging van de strafmaat voor han
delaren (dealers), zeker voor de niet-
verslaafden onder hen. intensievere
opsporing, dealers laten aangeven
door burgers (ouders van verslaaf
den). Het ls opvallend dat de politici
van links en rechts niet zo ver uit
elkaar liggen als men zou denken
Toch mag Van Weezeis redelijke
verhaal niet onweersproken blijven.
In de eerste plaats ontkomt ook
20
„Ik wilde het vermogen van de sjah opnemen"
Jol
tet
jn -
*>Of H. J. Neuman
u altijd gevaarlijk op grote
Btand te oordelen en schuldigen
JB te wijzen als Je leest dat ln een
wijken van oost-Beiroet ette-
doden zijn gevallen als gevolg
»t ontploffen van sprtngladin-
»n twee geparkeerde auto's,
"ar we kunnen ih leder geval vast-
men dat soortgelijke incidenten
het verleden vaak toe te schrtj-
m waren aan een bloedige vete
Men maronitische families.
Een poosje geleden kwam het no-
eens voor. dat ln de berichtge-
ne over Libanon alle christenen
"r °P grote hoop werden ge-
•8d en vervolgens voorzien van
r.bijvoeglijk naamwoord
écnts" Tegenwoordig lijkt die
c'King wat minder groot, en dat ls
maar goed ook. Want het maakt
nogal wat uit, of een Libanese chris
ten behoort tot de maronitische, de
Grieks-orthodoxe of de grieks-kat-
holieke kerk. De eerste en de twee
de categorie kunnen slecht met el
kaar overweg. Prof. A. Wessels heeft
wel eens geschreven dat ze elkaar
net zo slecht verdragen als baklawa
(een Arabische zoetigheid) en kno
flook.
Grieks-orthodoxen en grieks-katho-
lleken hebben zich van oudsher veel
meer verbonden gevoeld met de
rest van de Arabische wereld dan de
maronieten. Dat valt ook wel te
begrijpen: de maronieten wonen
voor het merendeel dicht bij elkaar:
behoud en verdediging van hun ei
gen identiteit komt neer op afscher
ming tegen pan-Arabische en Isla
mitische Invloeden De grieks-ort-
hodoxen en de grieks-katholieken
daarentegen realiseren zich maar al
te goed, dat veel van hun geloofsge
noten verspreid over het hele Mid
den-Oosten wonen en dat hun vei
ligheid alleen maar kan rusten op
een goede verstandhouding met de
omringende nlet-christelijke bevol
king.
Maar zelfs onder de maronieten ia
het niet koekoek-eenzang en som
mige van de ergste incidenten ln
Libanon zijn het gevolg van ernsti
ge meningsverschillen tussen de
maronieten onderling. Een paar fei
ten om het geheugen op te frissen.
In mei 1968 werd ln Beiroet Naslb
al-Matnl, hoofdredakteur van het
linkse dagblad al-Telegraf en een
bekend kritlcus van de toenmalige
president. Camille Chamoun, ver
moord. Het was de druppel die de
emmer deed overlopen. Allerlei op
gekropte spanningen ontlaadden
zich. In Tripoli en Zgharta braken
onlusten uit
Nabij laatstgenoemde plaats kwam
het tot een schietpartij ln de dorps
kerk van Miziara. Omstreeks dertig
mensen verloren daarbij het leven,
voor het merendeel vijanden van
een machtige maronietenfamllle ter
plaatse, de FrandJiJJah's. Het clan-
hoofd zelf, 8oeleiman. was ln de
buurt van het bloedbad gesigna
leerd en dat werd de aanleiding hem
te beschuldigen van moord. Het ar-
restaUebevel kwam evenwel te laat:
8oelelman FrandJU)ah was tijdig
naar Syrië gevlucht waar hij nauwe
relaties aanknoopte met de familie
Vele Jaren later keerde FrandJIJJah
naar Libanon terug. Niet alleen liet
men hem rustig zijn gang gaan. hij
werd zelfs, na verloop van tijd, tot
president van het land gekozen, en
wel ln september 1970. Het gezag
van de familie FrandJIJJah nam
daardoor natuurlijk sterk toe, iets
wat twee andere maronitische fami
lies met lede ogen gadesloegen: de
Chamouns en de Oemayels. Alle
drie beschikten zij over een particu
lier legerttje): de FrandJiJJahs had
den de zgn. Marada-brigade (die no-
tabene wordt gecommandeerd door
een maronitische pater), de Cha
mouns konden bogen op de zgn.
Tijger-militie en de Gemayels had
den de sterkste strijdmacht van al
lemaal: de Katê'lb Loebnantjah die
de westerse krantelezer beter kent
onder de naam Falange.
Deze drie families en hun strijd
machten werkten nauw samen tij
dens de bloedige burgeroorlog van
1975-1976. Ze vormden het Libanese
Front en de Libanese Strijdkrach
ten. Het eerste teken van verdeeld
heid trad op. toen president Frand
JIJJah op grond van zijn nauwe
betrekkingen met de familie Assad
de 8yrlache interventie van eind
mei 1976 begroette, uitlokte of daar
misschien zelfs om verzocht Zolang
de Syriërs hun gewicht ln de schaal
van de benarde christenen wierpen
viel het met die onenigheid nogal
Maar de Syriërs waren er Juist op
uit geen van de partijen ln de burge
roorlog te laten winnen en daarom
deden zich na verloop van tijd ook
scherpe confrontaties voor tussen
christen en Syrische legereeenhe-
den. Daar kwam nog iets bU- De
generatie van oude maronitische
leiders liep ten einde en de band
van gemeenschappelijke ervarin
gen die hen enigszins bijeen hield
verslapte.
8oelelman FrandJIJJah wilde de teu
gels overgeven aan zijn zoons Tony
en Robert. Camille Chamoun dacht
aan zijn zoon Dany als opvolger, en
Pierre Gemayel had de keuze uit
twee zoons: de betrekkelijk gema
tigde Amin en de strijdbare Basjlr.
Een derde twistappel was, of de
maronieten nu wel of niet moesten
samenwerken met Israël.
In mei 1978 trokken de FrandJiJJahs
zich terug uit het Libanese Front,
omdat zij het niet eens waren met
kritiek op de Syrische aanwezigheid
en omdat de samenwerking met Is
raël hun veel te ver ging. De volgen
de maand al kwam de vergelding.
Omstreeks 800 zwaarbewapende
Falanglsten en andere tegenstan
ders van de familie FrandJIJJah de
den een aanval op haar zomerver
blijf ln Ehden. Zo'n 45 mensen ver
loren daarbij het leven, onder wie
de 36-Jarige Tony FrandJIJJah, zijn
vrouw en hun 3-Jarig dochtertje.
Het oude clanhoofd zwoer wraak bij
de open groeve.
Nog diezelfde maand Juni overvie
len medestanders van Frandjljjah
(men zegt zelfs dat er Syrische mili
tairen bU waren) vier dorpen in de
buurt van Ba'lbak, waar minstens
31 mensen aanhangers van de
Gemayels en de Chamouns het
leven verloren. Amin Gemayel en
zijn vrouw ontsnapten 13 mei 1979
aan een aanslag met handgranaten
op hun auto. Even gelukkig was
vader Pierre Gemayel op 4 Juni: een
met explosieven geladen voertuig
barstte uit elkaar langs de route die
hij volgde.
23 februari van dit Jaar kwam de
lading van een voertuig tot ontplof
fing dat vlak bij het departement
van buitenlandse zaken ln Beiroet
stond geparkeerd: de auto van Bas
jlr Gemayel werd totaal verwoest.
Hij zelf zat er echter niet in. Wel
werden zijn 1 "A-Jarig dochtertje
Maya. zijn chauffeur en twee lijf
wachten gedood.
Tekenen dat ook de familie Cha
moun uit het Libanese Front wilde
treden was een van de redenen tot
de „oorlog van de christenen" die in
Juli van dit Jaar woedde en waarbij
over en weer enkele honderden ma
ronieten de dood vonden. Basjlr Ge
mayel schijnt sindsdien de eerste
viool te spelen, maar zijn positie ls
een zeer hachelijke.
deze politicus niet aan een zeer mis
plaatst pathetisch taalgebruik,
waarmee bepaald geen recht wordt
gedaan aan het feit dat het heroïne
gebruik zich landelijk aan het stabi
liseren is en hier en daar zelfs terug
loopt
Natuurlijk spreekt Van Weezei ook
over het „gif" (heroine is aanzienlijk
minder giftig dan b.v. alcohol!) en
over „dit verschrikkelijke virus".
Maar dit is hem vergeven, want
vrijwel iedereen zegt zulke dingen
en het tekent in positieve zin toch
ook de betrokkenheid bij het pro
bleem.
Veel aandacht
Iets ernstiger wordt het wanneer hij
beweert dat het drugsprobleem wei
nig politieke aandacht heeft gekre
gen. Dat ls gewoon niet waar. Vanaf
de nota's Hulsman en Baan heeft de
politiek zich er voortdurend mee
bezig gehouden. De nieuwe Opium
wet, wat men er ook van wil zeggen,
is niet zonder grote politieke aan
dacht tot stand gekomen. Voorts is
er een nota van de Gezondheids
raad, door de politici uitgelokt, dan
nota's van de bewindslieden (de no
ta Uitgangspunten en de nota
Zwaarverslaafden) om er maar een
paar te noemen. Vergeleken bij
vooral de alcoholproblematiek,
maar ook het roken en het medi-
cijnmlsbruik, ls de politieke aan
dacht voor het drugsprobleem gi
gantisch geweest. Een geheel ande
re kwestie ls, of al die aandacht veel
heilzame politieke voorstellen heeft
opgeleverd.
Dan zegt Van Weezei, om de ver
plichte opname als bijna onont
koombaar voor te stellen: „Van de
huidige verslaafden is tussen de vijf
tot tien procent bereid zich vrijwil
lig te laten afkicken". Waar deze
schatting vandaan komt. weet lk
niet, maar zij kan, zelfs als zij juist
is, ook tegen de verplichte opname
pleiten. Als we namelijk ieder jaar
tien procent vrijwillig kunnen laten
afkicken, en nog met succes ook,
dan is dat een fantastisch resultaat,
want dan zijn we na vijf jaar al op
de helft.
De pleitbezorgers van deze merk
waardig aanpak hebben, zoals ge
zegd, naar het Oosten gekeken, zijn
er zelfs naar toe gereisd, vooral naar
Singapore. In een onlangs versche
nen, zeer boeiend artikel ln het Bul
letin on Narcotics geeft de Ameri
kaan McGlothlin een uitstekende
uiteenzetting over de in Singapore
gebruikte methoden. Men richt zich
daar in een zeer strenge aanpak
allereerst op de gebruikers en de
successen zijn spectaculair. Maar
ook de handelaars blijven niet bul
ten schot, letterlijk, want sinds 1975
ls het daar weer mogelijk om een
echte dealer in heroine of morfine
de doodstraf te geven. En dat is ook
enige malen gebeurd.
Andere cultuur
„Het spectaculaire succes, zegt
McGlothlin, werd toegeschreven
aan de samenhangende benadering
door de overheid, waarbij men een
intensieve publieksvoorlichting
combineerde met strenge repressie
ve maatregelen, en zulks onder een
homogene bevolking, die volgens
traditie gezagsgetrouw is."
Achter deze volzin gaat een andere
cultuur en een ander overheidsbe
leid schuil dan wij kennen. Boven
dien was het heroïnegebruik in Sin
gapore volstrekt nieuw en ver
spreidde het zich via peergroupge-
bruik op een snelle en epidemische
wijze. Ook dat is een situatie die wij
niet kennen. Het heroïnegebruik bij
ons heeft zich heel langzaam ver
breid. Van een explosie was geen
sprake.
Enigszins vergelijkbaar roet de he
roine in Singapore was de plotse
ling, vooral ln Amsterdam, enkele
jaren geleden optredende gewoonte
van het solutie snuiven door jonge
tot zeer jonge gebruikers. Deze heel
nieuwe en zich vrij snel uitbreiden
de gewoonte kon door een slagvaar
dig voorlichtingsbeleid, zonder re
pressie overigens, vrijwel geëlimi
neerd worden.
Een andere belangrijke voorwaarde
voor het succes ln Singapore was de
situatie op de arbeidsmarkt aldaar.
Er was een tekort aan arbeidskrach
ten. Men had de verslaafden daar
eenvoudig voor nodig en men kon
ze na herstel dan ook een baan
bieden. Kom daar bij ons eens om!
Trouwens het succes was niet zo
onverdeeld als men soms denkt,
want men neemt op goede gronden
aan dat veel ex-heroïnegebruikers
in Singapore overgestapt zijn op
andere drugs: cannabis, barbitura
ten, tranquillizers en alcohol.
McGlothlin besluit zijn artikel met
de opmerking dat het Singapore-
model wel eens onaanvaardbaar en
inefficient kan zijn in andere cultu
ren, waar de politieke filosofie een
andere is en waar het druggebruik
niet zo'n directe bedreiging van de
welvaart betekent.
Straf
Overigens zijn we helemaal niet zo
mild en toegeeflijk tegenover heroï
negebruikers. zeker tegenover dege
nen die daarbij nog andere verbo
den dingen doen dan alleen heroïne
gebruik. en dat zijn de meesten. Er
worden flinke vrijheidsstraffen ge
geven en dat impliceert al een vorm
van gedwongen „behandeling".
Maar het is een hoofdstuk apart wat
wij met onze drugsgedetineerden
doen en niet doen. Ook is de kans
om als heroineverslaafde hier ge
bakt te worden steeds groter gewor
den. We schatten dat wel een kwart
van hen leder Jaar gepakt wordt
4000) en dat daarvan weer de helft
in de gevangenis of het huis van
bewaring belandt 2000).
De strafbedreiging is voor een ver
slaafde al niet gering: een Jaar ge
vangenisstraf voor harddrugge-
bruik. Als daar nog handel bij
komt: acht jaar gevangenisstraf
voor binnenlandse handel, twaalf
Jaar voor grensoverschrijdende
handel. Meestal wordt de verslaafde
niet meer op zijn gebruik veroor
deeld, al kan dat nog steeds, maar
op de delicten die hij begaat om dat
verslaafde gebruik te kunnen finan
cieren.
Als een verslaafde het al te gek
maakt b.v. door zeer agressief ge
drag dan kan de in bewaringstelling
(die drie weken van kracht is) of
zelfs de zgn. machtiging voor een
opname in een gesloten Inrichting
toegepast worden. Het gebeurt niet
vaak, maar het kan. En daar moet
het volgens de hulpverleners ook bij
blijven. Die hulpverleners leggen te
recht de allergrootste nadruk op de
werking van het eigen besluit van
de verslaafde om ermee te kappen.
Een verslaafde die dat besluit
neemt en daar iets van terecht
brengt, levert een geweldige presta
tie. Die eigen prestatie geeft hem de
duw, noem het motivatie, om verder
te gaan.
Rechtsongelijkheid
Er zijn nog andere zwaarwegende
argumenten tegen gedwongen be
handeling, ofschoon het boven
staande het belangrijkste is. Bij ge
dwongen behandeling van herolne
verslaafden ontstaat een merk
waardige rechtsongelijkheid. Als
we er van uitgaan dat gedwongen
behandeling moet plaats vinden,
wanneer er sprake is van schade
aan de persoon zelf en aan zijn
omgeving, c.q. de maatschappij dan
moeten volgens die formule ook de
alcoholverslaafde, zeker de dronken
rijder, en de verslaafde roker onder
dwang «pgenomen en behandeld
worden. De „overlast" die degene
met alcohol achter het stuur ople
vert, is kwantitatief en kwalitatief
heel veel groter. De heroineverslaaf
de doet een forse aanslag op het
bezit, hij doodt zelden of nooit. De
alcoholrijders veroorzaken honder
den doden per Jaar. Rechterlijke
machtigingen zijn er voor hen niet
bij en ter beschikkingstelling van
de regering hoor je ook niet eisen.
Zelfs zijn auto, het moordwapen,
wordt niet verbeurd verklaard
We weten ook met zekerheid dat de
verslaafde roker zijn eigen gezond
heid grote schade berokkent, vaak
zelfs meer schade dan de heroïnege
bruiker, en we weten nu ook dat hij
anderen schade berokkent via het
passief roken. Gedwongen behen-
deling voor de roker? Wat denkt
Gualthérie van Weezei daarvan?
Dit zijn de belangrijkste argumen
ten vanuit de hulpverlening. Die
hulpverleners hebben makkelijk
praten, zeggen de politici, maar wij
horen van de burgerij, onze kiezers,
dat ze zo'n last hebben van die
verslaafden. Dat is waar. Die last ls
een realiteit. Er wordt door de ver
slaafden heel wat zogenaamde on-
derhoudscriminaliteit bedreven,
criminaliteit die nodig is voor het
onderhouden van de verslaving.
Maar het is ook waar dat veel men
sen zeer angstig zijn voor de feno
menen drugs en verslaving, en dat
die angst vaak verward wordt met
feitelijke overlast.
Als Je het wat schematisch weer
geeft en als Je goed weet dat sche
ma's de werkelijkheid niet dekken,
dan kan je zeggen dat politici het
drugsprobleem benaderen vanuit
de optiek der overlast en dat hulp
verleners hun optiek bepalen door
het ongelukkig zijn van de verslaaf
de. De boze politicus geef lk op
voorhand toe dat ook hij begrip
heeft voor het ongeluk van de ver
slaafde. Maar lk beweer dat zijn
politieke handelen, zoals de zaken
nu liggen, door andere factoren be
paald wordt, ln hoofdzaak.
Politiek en hulpverlening zullen be
ter naar elkaar moeten luisteren,
willen we dit soort eenzijdige, op
repressie gerichte voorstellen ver
mijden.
Drs. Bob van Amerongen is hoofd
van de afdeling Voorlichting en
Preventie van de Federatie van In
stellingen voor Alcohol en Drugs.