Een tweede kwestie Galilei Verplichte opname zeker geen uitweg Maronieten onder elkaar Hulpverleners tegenover politici ^HTNOVEMBER I960 TROUWKWARTET P 13 - RH 17 - S 15 loor Guus van Hamert ni*e tijd geleden kreeg Ik het idee m een ontspannen artikeltje te :hitven over de verschillende ty- van priester» die elkaar sinds L vóór de oorlog opgevolgd zijn. beginnen bij de ouderwetse pas r die rond en solled. de leer en oraal van de kerk zoals die uit de «entlende eeuw tot ons kwamen ^wrenwoordlgde. De priester van roodpluchen bldstoelen en de eerstemmlge hoogmissen. Zijn irochianen baden de rozenkrans. e tweede golf zijn zij die wisten «t er vóór de negentiende eeuw ik andere vormen bestaan heb- ,n zij zochten vroegchristelijke ronnen In blanke of bakstenen »rken zong een koor. en soms heel rt volk. gregoriaans De gelovigen idden een missaal In de hand. De bleef als uit één steen gehou- maar werd naverteld In con- met moderne literatuur, en cl Iets gerelativeerd door het van een historische ontwik derde type was het toffe. Het it zijn levensstijl buiten de ker ke vormen. De manier waarop priester met opgeschorte toog zware motor besteeg, toonde het evangelie mee kon doen met nieuwe tijd. Deze Don Camlllo's „ritten hun vernieuwing echter ét uit tot leer of moraal Met een einkslag en een stoer woord wer en deze onveranderd Ingepast in »t moderne leven. ent daarna volgden de priesters Ie èn in levensstijl en in denken de Lrtlse werkelijkheid serieus na- en Een modeme Schriftatudle. eilhard de Chardin. bet eigen hart geweten, de stemmen van de iensen. het waren bronnen waaruit normen en vormen zochten te smleuwen. Tot de eigen kleding ie die een gewoon pak werd. (De jpen zijn niet altijd te scheiden, sus Johannes bijvoorbeeld vere- ligdr iets van één en vier.) Ioe varianten, vooral de eerste Irie. had ik willen schilderen met de iehte romantische weemoed die kijken met zich brengt, sinds de laatste pauskeuze ;t hoe Je iets niet te snel tot len moet verklaren. Na type (Paulus VI) trad ineens type drtt 56 Jaar oud. in het volle licht ran de camera's: een sportieve man. |f net hoe hij zich in de wereld igrn moet, maar een statische verbreidt. lit je zelf ln een dertig Jaar van men afwegen ln geloof, van lulste- naar geweten, van blechtstoel- iktljk ook. geleerd had. wordt et één slag door een „vorig" type lester ontkend. De romantiek van verleden la even ver weg als toen e Amerikaanse soldaat midden nen de mitrailleurs van de Vlet- n-oorlog aangevallen werd door lts ouds en zeldzaams als een |R Een romantisch fenomeen, urreéle wonden lijn nogal wat mensen die mij e weken met medelijden of Idvermaak. ontsteld of met hoop gevraagd hebben wat lk van de luaelijke uitspraken over het ge- vond. Het gaat dan altijd over pee dingen tegelijk: wat lk van de pwtle zelf vind; en wat lk van de ■us vind hoe lk het nog klaar- pel katholiek te zijn). liet eerste zeg lk altijd de simpe lwoorden die kardinaal Alfrink op '1 moment dat de eigenlijke klap 1 (publlkatle van de encycliek r de pil, zomer '68). onvoorbe- 1. bij terugkomst van een reis, op t vliegveld tegen Journalisten zei: v Is alUJd ook het eigen geweten." *t hun ervaring staan gehuwden i een christelijke plaats waar de nis niet staat en waaraan zij een eigen gezag ontlenen. P de onderliggende vraag hoe ik nog katholiek kan blijven, zeg lk dat ik mij niet minder katholiek voel dan de paus. en vraag mijn gesprekspartner of hij dat mis schien ook zo voelt. 80ms betoog ik dan nog dat er zich ln de historie een steeds verdergaande centralisa tie heeft voorgedaan van structuren die op zich. als christelijke commu nicatie. grote waarde hebben en dat het de moeite waard is om die tegen hun eigen overdreven perfectione ring en centralisatie te beschermen. Dat zal niet van Rome uitgaan, maar van loyale mensen die het geloof ln de kerk mochten bewaren. Dat het onderwerp kerkverlating hier ter sprake komt. Is niet zo vreemd. De Amerikaanse socioloog Oreeley heeft enkele Jaren geleden onderzocht waarom zoveel van zijn katholieke landgenoten de kerk verlieten. Aanvankelijk ging hij uit van de hypothese dat als Je asm een vast systeem ook maar iets veran dert. alles gaat schuiven. Dit werd echter door de enquête gelogen straft. De oorzaak was simpeler: de encycliek van 1968. Toen dit Jaar de televisie toonde hoe de paus. op zijn reis naar Ier land en de U.8A. die leer opnieuw aan de onder paraplu's schuilende menigten voorhield, heb lk mij da gen lang zeer down en vervreemd gevoeld. Daarna begon de christelij ke gemeenschap ter plaatse voor mij weer een tegenwicht te vormen en maanden later toonde ook deze paus weer een andere kant toen hij in Brazilië de onderdrukking aan klaagde. Ik ben nog analfabeet ge noeg om onder de Indruk te komen van het woordeloze gebaar waar mee Helder Camara en hij elkaar omheladen. Je beseft, dat de geestesgaven ver deeld zijn en dat de paus ze niet allemaal beeft maar ook niet alle maal mist. Gezamenlijke opbouw van het lichaam. (Oezamenlijk ook in oecumenische zin: het bestaan van de Reformatie geeft in deze situatie een eigen soort ruimte en steun). De laatste weken heb ik één keer iemand ontmoet die de pauselijke woorden rond de synode niet onver teerbaar vond. Deze witte raaf wks een natuurkundige, soiled en knap in zijn vak. HIJ dacht dat het goed was als er een geluld tegen de con- sumptle-sex klonk. Dat te doen kwam de paus toe. En de enige manier om dat geluld over zo'n be langrijk levensgebied te laten door dringen was: in de allerabsoluutste termen te spreken. Dan nemen de mensen Juist genoeg van het voor gestelde hoge ideaal mee om ln hun eigen leven tot een goed evenwicht te komen. Zou het zo werken? Ik denk dat er Iets anders bezig is. De ..periodieke onthouding" als Ideaal stellen bete kent namelijk iets voorhouden dat helemaal geen ideaal is. Hier wordt een fout gemaakt, die te vergelijken ia met de kwestie rond Galilei Misschien zou wel over een Ideaal te spreken zijn waar het abortus be treft. Maar omdat deze. in een soort koppelverkoop, tegelijk met de voorbehoedmiddelen wordt afgewe zen, is het gezag om dit te doen aanmerkelijk verminderd. (Dat schijnt overigens een lot te zijn dat de abortuskwestie ook anderszins tot zich trekt: verkoop samen met ieta anders. Hoe vaak wordt een gemakkelijke legalisering ervan au tomatisch als een verplicht onder deel van links denken beschouwd. Waarom? Het is een geheel eigen soort kwestie). Nog een andere reden waarom de kerkelijke leiding haar boodschap over abortus slecht doet doorko men. is de absoluutheid van haar afwijzing (nóóit, ln geen enkel ge val). Zou zij tegenover oorlog en doodstraf eenzelfde blind afwijzend standpunt innemen, dan had deze houding nog een zekere strenge consequentie en grootheid. Nu ech ter betekent die absoluutheid al leen dat de kerkelijke leiding zich buiten een discussie stelt waar zij een zeer zinnige bijdrage toe zou kunnen hebben. Of heeft genoemde natuurkundige gelijk en is zo'n ab solute uitspraak een manier om aan de meningsvorming mee te doen? Ik zie dat niet. Maar de kem van het probleem blijft de afwijzing van de anti-con ceptie. Ik krijg het idee dat daar door de. altijd door de Kerk (tegen de gnostiek) volgehouden leer dat sexualltelt schepping van God en dus ln wezen goed is. en de ln onze tijd groeiende overtuiging dat sexu alltelt ook los van voortplanting een eigen menselijke zin heeft, ln de schaduw wordt gesteld en de katho lieken een schuldgevoel opgedron gen krijgen naar een verkeerd Ide aal toe. 8preek lk vanuit een bepaald krin getje? Ik weet wel dat de paus ln diverse delen van de wereld ver schillend functioneert. In Latljns- Amerika soms als symbool van be vrijding. elders als hoopvol teken ln een verwarde situatie. In Polen als tegenbeeld van een beklemmende bureaucratie. Dat hoeft ons er ech ter niet blind voor te maken dat hij bij ons niet bevrijdend werkt. Dat mag Je tocj ook wel opmaken uit de enquête die vorige week ln ons land werd gehouden. Tachtig procent van de katholieken legt de pauselijke uitspraken rond de syno de naast zich neer. Zo'n groot getal betekent niet automatisch een groot gelijk. Maar als het Inhoudt dat deze mensen niet alleen het met de paus oneens zijn, maar ook dat zij zich katholiek willen noemen, dan is dit een teken, dat er een nieuw geloofsbewustzijn groeit. door Bob van Amerongen In de Podiumrubriek van vorige week bepleitte het CDA kamerlid Gualthérie van Weezei verplichte opname (ge dwongen behandeling) van drugsverslaafden. Hij doet dat in tegenstelling tot vele anderen redelijk rustig. Hij is bepaald niet de eerste met dit pleidooi. Er zijn drie Hage naars naar het Oosten getogen. Ze zijn daar niet als wijzen vandaan gekomen en ze hebben een „rapport" gepubliceerd, dat die naam nauwelijks verdient. Politiecommissaris Blaauw uit Rotterdam heeft ook niet zo lang geleden gepleit voor een strengere Justitiële benadering. En nu hebben ook de burgemeesters van de vier grote gemeenten de drugsa- larmklok geluid. Amsterdam luidt daarbij een eigen dissi dente klok: men wil daar niet zo streng zijn. De algemene teneur van de veront rusten ls (al beweren ze niet alle maal hetzelfde): dwangbehandeling van herolneverslaafden. forse ver hoging van de strafmaat voor han delaren (dealers), zeker voor de niet- verslaafden onder hen. intensievere opsporing, dealers laten aangeven door burgers (ouders van verslaaf den). Het ls opvallend dat de politici van links en rechts niet zo ver uit elkaar liggen als men zou denken Toch mag Van Weezeis redelijke verhaal niet onweersproken blijven. In de eerste plaats ontkomt ook 20 „Ik wilde het vermogen van de sjah opnemen" Jol tet jn - *>Of H. J. Neuman u altijd gevaarlijk op grote Btand te oordelen en schuldigen JB te wijzen als Je leest dat ln een wijken van oost-Beiroet ette- doden zijn gevallen als gevolg »t ontploffen van sprtngladin- »n twee geparkeerde auto's, "ar we kunnen ih leder geval vast- men dat soortgelijke incidenten het verleden vaak toe te schrtj- m waren aan een bloedige vete Men maronitische families. Een poosje geleden kwam het no- eens voor. dat ln de berichtge- ne over Libanon alle christenen "r °P grote hoop werden ge- •8d en vervolgens voorzien van r.bijvoeglijk naamwoord écnts" Tegenwoordig lijkt die c'King wat minder groot, en dat ls maar goed ook. Want het maakt nogal wat uit, of een Libanese chris ten behoort tot de maronitische, de Grieks-orthodoxe of de grieks-kat- holieke kerk. De eerste en de twee de categorie kunnen slecht met el kaar overweg. Prof. A. Wessels heeft wel eens geschreven dat ze elkaar net zo slecht verdragen als baklawa (een Arabische zoetigheid) en kno flook. Grieks-orthodoxen en grieks-katho- lleken hebben zich van oudsher veel meer verbonden gevoeld met de rest van de Arabische wereld dan de maronieten. Dat valt ook wel te begrijpen: de maronieten wonen voor het merendeel dicht bij elkaar: behoud en verdediging van hun ei gen identiteit komt neer op afscher ming tegen pan-Arabische en Isla mitische Invloeden De grieks-ort- hodoxen en de grieks-katholieken daarentegen realiseren zich maar al te goed, dat veel van hun geloofsge noten verspreid over het hele Mid den-Oosten wonen en dat hun vei ligheid alleen maar kan rusten op een goede verstandhouding met de omringende nlet-christelijke bevol king. Maar zelfs onder de maronieten ia het niet koekoek-eenzang en som mige van de ergste incidenten ln Libanon zijn het gevolg van ernsti ge meningsverschillen tussen de maronieten onderling. Een paar fei ten om het geheugen op te frissen. In mei 1968 werd ln Beiroet Naslb al-Matnl, hoofdredakteur van het linkse dagblad al-Telegraf en een bekend kritlcus van de toenmalige president. Camille Chamoun, ver moord. Het was de druppel die de emmer deed overlopen. Allerlei op gekropte spanningen ontlaadden zich. In Tripoli en Zgharta braken onlusten uit Nabij laatstgenoemde plaats kwam het tot een schietpartij ln de dorps kerk van Miziara. Omstreeks dertig mensen verloren daarbij het leven, voor het merendeel vijanden van een machtige maronietenfamllle ter plaatse, de FrandJiJJah's. Het clan- hoofd zelf, 8oeleiman. was ln de buurt van het bloedbad gesigna leerd en dat werd de aanleiding hem te beschuldigen van moord. Het ar- restaUebevel kwam evenwel te laat: 8oelelman FrandJU)ah was tijdig naar Syrië gevlucht waar hij nauwe relaties aanknoopte met de familie Vele Jaren later keerde FrandJIJJah naar Libanon terug. Niet alleen liet men hem rustig zijn gang gaan. hij werd zelfs, na verloop van tijd, tot president van het land gekozen, en wel ln september 1970. Het gezag van de familie FrandJIJJah nam daardoor natuurlijk sterk toe, iets wat twee andere maronitische fami lies met lede ogen gadesloegen: de Chamouns en de Oemayels. Alle drie beschikten zij over een particu lier legerttje): de FrandJiJJahs had den de zgn. Marada-brigade (die no- tabene wordt gecommandeerd door een maronitische pater), de Cha mouns konden bogen op de zgn. Tijger-militie en de Gemayels had den de sterkste strijdmacht van al lemaal: de Katê'lb Loebnantjah die de westerse krantelezer beter kent onder de naam Falange. Deze drie families en hun strijd machten werkten nauw samen tij dens de bloedige burgeroorlog van 1975-1976. Ze vormden het Libanese Front en de Libanese Strijdkrach ten. Het eerste teken van verdeeld heid trad op. toen president Frand JIJJah op grond van zijn nauwe betrekkingen met de familie Assad de 8yrlache interventie van eind mei 1976 begroette, uitlokte of daar misschien zelfs om verzocht Zolang de Syriërs hun gewicht ln de schaal van de benarde christenen wierpen viel het met die onenigheid nogal Maar de Syriërs waren er Juist op uit geen van de partijen ln de burge roorlog te laten winnen en daarom deden zich na verloop van tijd ook scherpe confrontaties voor tussen christen en Syrische legereeenhe- den. Daar kwam nog iets bU- De generatie van oude maronitische leiders liep ten einde en de band van gemeenschappelijke ervarin gen die hen enigszins bijeen hield verslapte. 8oelelman FrandJIJJah wilde de teu gels overgeven aan zijn zoons Tony en Robert. Camille Chamoun dacht aan zijn zoon Dany als opvolger, en Pierre Gemayel had de keuze uit twee zoons: de betrekkelijk gema tigde Amin en de strijdbare Basjlr. Een derde twistappel was, of de maronieten nu wel of niet moesten samenwerken met Israël. In mei 1978 trokken de FrandJiJJahs zich terug uit het Libanese Front, omdat zij het niet eens waren met kritiek op de Syrische aanwezigheid en omdat de samenwerking met Is raël hun veel te ver ging. De volgen de maand al kwam de vergelding. Omstreeks 800 zwaarbewapende Falanglsten en andere tegenstan ders van de familie FrandJIJJah de den een aanval op haar zomerver blijf ln Ehden. Zo'n 45 mensen ver loren daarbij het leven, onder wie de 36-Jarige Tony FrandJIJJah, zijn vrouw en hun 3-Jarig dochtertje. Het oude clanhoofd zwoer wraak bij de open groeve. Nog diezelfde maand Juni overvie len medestanders van Frandjljjah (men zegt zelfs dat er Syrische mili tairen bU waren) vier dorpen in de buurt van Ba'lbak, waar minstens 31 mensen aanhangers van de Gemayels en de Chamouns het leven verloren. Amin Gemayel en zijn vrouw ontsnapten 13 mei 1979 aan een aanslag met handgranaten op hun auto. Even gelukkig was vader Pierre Gemayel op 4 Juni: een met explosieven geladen voertuig barstte uit elkaar langs de route die hij volgde. 23 februari van dit Jaar kwam de lading van een voertuig tot ontplof fing dat vlak bij het departement van buitenlandse zaken ln Beiroet stond geparkeerd: de auto van Bas jlr Gemayel werd totaal verwoest. Hij zelf zat er echter niet in. Wel werden zijn 1 "A-Jarig dochtertje Maya. zijn chauffeur en twee lijf wachten gedood. Tekenen dat ook de familie Cha moun uit het Libanese Front wilde treden was een van de redenen tot de „oorlog van de christenen" die in Juli van dit Jaar woedde en waarbij over en weer enkele honderden ma ronieten de dood vonden. Basjlr Ge mayel schijnt sindsdien de eerste viool te spelen, maar zijn positie ls een zeer hachelijke. deze politicus niet aan een zeer mis plaatst pathetisch taalgebruik, waarmee bepaald geen recht wordt gedaan aan het feit dat het heroïne gebruik zich landelijk aan het stabi liseren is en hier en daar zelfs terug loopt Natuurlijk spreekt Van Weezei ook over het „gif" (heroine is aanzienlijk minder giftig dan b.v. alcohol!) en over „dit verschrikkelijke virus". Maar dit is hem vergeven, want vrijwel iedereen zegt zulke dingen en het tekent in positieve zin toch ook de betrokkenheid bij het pro bleem. Veel aandacht Iets ernstiger wordt het wanneer hij beweert dat het drugsprobleem wei nig politieke aandacht heeft gekre gen. Dat ls gewoon niet waar. Vanaf de nota's Hulsman en Baan heeft de politiek zich er voortdurend mee bezig gehouden. De nieuwe Opium wet, wat men er ook van wil zeggen, is niet zonder grote politieke aan dacht tot stand gekomen. Voorts is er een nota van de Gezondheids raad, door de politici uitgelokt, dan nota's van de bewindslieden (de no ta Uitgangspunten en de nota Zwaarverslaafden) om er maar een paar te noemen. Vergeleken bij vooral de alcoholproblematiek, maar ook het roken en het medi- cijnmlsbruik, ls de politieke aan dacht voor het drugsprobleem gi gantisch geweest. Een geheel ande re kwestie ls, of al die aandacht veel heilzame politieke voorstellen heeft opgeleverd. Dan zegt Van Weezei, om de ver plichte opname als bijna onont koombaar voor te stellen: „Van de huidige verslaafden is tussen de vijf tot tien procent bereid zich vrijwil lig te laten afkicken". Waar deze schatting vandaan komt. weet lk niet, maar zij kan, zelfs als zij juist is, ook tegen de verplichte opname pleiten. Als we namelijk ieder jaar tien procent vrijwillig kunnen laten afkicken, en nog met succes ook, dan is dat een fantastisch resultaat, want dan zijn we na vijf jaar al op de helft. De pleitbezorgers van deze merk waardig aanpak hebben, zoals ge zegd, naar het Oosten gekeken, zijn er zelfs naar toe gereisd, vooral naar Singapore. In een onlangs versche nen, zeer boeiend artikel ln het Bul letin on Narcotics geeft de Ameri kaan McGlothlin een uitstekende uiteenzetting over de in Singapore gebruikte methoden. Men richt zich daar in een zeer strenge aanpak allereerst op de gebruikers en de successen zijn spectaculair. Maar ook de handelaars blijven niet bul ten schot, letterlijk, want sinds 1975 ls het daar weer mogelijk om een echte dealer in heroine of morfine de doodstraf te geven. En dat is ook enige malen gebeurd. Andere cultuur „Het spectaculaire succes, zegt McGlothlin, werd toegeschreven aan de samenhangende benadering door de overheid, waarbij men een intensieve publieksvoorlichting combineerde met strenge repressie ve maatregelen, en zulks onder een homogene bevolking, die volgens traditie gezagsgetrouw is." Achter deze volzin gaat een andere cultuur en een ander overheidsbe leid schuil dan wij kennen. Boven dien was het heroïnegebruik in Sin gapore volstrekt nieuw en ver spreidde het zich via peergroupge- bruik op een snelle en epidemische wijze. Ook dat is een situatie die wij niet kennen. Het heroïnegebruik bij ons heeft zich heel langzaam ver breid. Van een explosie was geen sprake. Enigszins vergelijkbaar roet de he roine in Singapore was de plotse ling, vooral ln Amsterdam, enkele jaren geleden optredende gewoonte van het solutie snuiven door jonge tot zeer jonge gebruikers. Deze heel nieuwe en zich vrij snel uitbreiden de gewoonte kon door een slagvaar dig voorlichtingsbeleid, zonder re pressie overigens, vrijwel geëlimi neerd worden. Een andere belangrijke voorwaarde voor het succes ln Singapore was de situatie op de arbeidsmarkt aldaar. Er was een tekort aan arbeidskrach ten. Men had de verslaafden daar eenvoudig voor nodig en men kon ze na herstel dan ook een baan bieden. Kom daar bij ons eens om! Trouwens het succes was niet zo onverdeeld als men soms denkt, want men neemt op goede gronden aan dat veel ex-heroïnegebruikers in Singapore overgestapt zijn op andere drugs: cannabis, barbitura ten, tranquillizers en alcohol. McGlothlin besluit zijn artikel met de opmerking dat het Singapore- model wel eens onaanvaardbaar en inefficient kan zijn in andere cultu ren, waar de politieke filosofie een andere is en waar het druggebruik niet zo'n directe bedreiging van de welvaart betekent. Straf Overigens zijn we helemaal niet zo mild en toegeeflijk tegenover heroï negebruikers. zeker tegenover dege nen die daarbij nog andere verbo den dingen doen dan alleen heroïne gebruik. en dat zijn de meesten. Er worden flinke vrijheidsstraffen ge geven en dat impliceert al een vorm van gedwongen „behandeling". Maar het is een hoofdstuk apart wat wij met onze drugsgedetineerden doen en niet doen. Ook is de kans om als heroineverslaafde hier ge bakt te worden steeds groter gewor den. We schatten dat wel een kwart van hen leder Jaar gepakt wordt 4000) en dat daarvan weer de helft in de gevangenis of het huis van bewaring belandt 2000). De strafbedreiging is voor een ver slaafde al niet gering: een Jaar ge vangenisstraf voor harddrugge- bruik. Als daar nog handel bij komt: acht jaar gevangenisstraf voor binnenlandse handel, twaalf Jaar voor grensoverschrijdende handel. Meestal wordt de verslaafde niet meer op zijn gebruik veroor deeld, al kan dat nog steeds, maar op de delicten die hij begaat om dat verslaafde gebruik te kunnen finan cieren. Als een verslaafde het al te gek maakt b.v. door zeer agressief ge drag dan kan de in bewaringstelling (die drie weken van kracht is) of zelfs de zgn. machtiging voor een opname in een gesloten Inrichting toegepast worden. Het gebeurt niet vaak, maar het kan. En daar moet het volgens de hulpverleners ook bij blijven. Die hulpverleners leggen te recht de allergrootste nadruk op de werking van het eigen besluit van de verslaafde om ermee te kappen. Een verslaafde die dat besluit neemt en daar iets van terecht brengt, levert een geweldige presta tie. Die eigen prestatie geeft hem de duw, noem het motivatie, om verder te gaan. Rechtsongelijkheid Er zijn nog andere zwaarwegende argumenten tegen gedwongen be handeling, ofschoon het boven staande het belangrijkste is. Bij ge dwongen behandeling van herolne verslaafden ontstaat een merk waardige rechtsongelijkheid. Als we er van uitgaan dat gedwongen behandeling moet plaats vinden, wanneer er sprake is van schade aan de persoon zelf en aan zijn omgeving, c.q. de maatschappij dan moeten volgens die formule ook de alcoholverslaafde, zeker de dronken rijder, en de verslaafde roker onder dwang «pgenomen en behandeld worden. De „overlast" die degene met alcohol achter het stuur ople vert, is kwantitatief en kwalitatief heel veel groter. De heroineverslaaf de doet een forse aanslag op het bezit, hij doodt zelden of nooit. De alcoholrijders veroorzaken honder den doden per Jaar. Rechterlijke machtigingen zijn er voor hen niet bij en ter beschikkingstelling van de regering hoor je ook niet eisen. Zelfs zijn auto, het moordwapen, wordt niet verbeurd verklaard We weten ook met zekerheid dat de verslaafde roker zijn eigen gezond heid grote schade berokkent, vaak zelfs meer schade dan de heroïnege bruiker, en we weten nu ook dat hij anderen schade berokkent via het passief roken. Gedwongen behen- deling voor de roker? Wat denkt Gualthérie van Weezei daarvan? Dit zijn de belangrijkste argumen ten vanuit de hulpverlening. Die hulpverleners hebben makkelijk praten, zeggen de politici, maar wij horen van de burgerij, onze kiezers, dat ze zo'n last hebben van die verslaafden. Dat is waar. Die last ls een realiteit. Er wordt door de ver slaafden heel wat zogenaamde on- derhoudscriminaliteit bedreven, criminaliteit die nodig is voor het onderhouden van de verslaving. Maar het is ook waar dat veel men sen zeer angstig zijn voor de feno menen drugs en verslaving, en dat die angst vaak verward wordt met feitelijke overlast. Als Je het wat schematisch weer geeft en als Je goed weet dat sche ma's de werkelijkheid niet dekken, dan kan je zeggen dat politici het drugsprobleem benaderen vanuit de optiek der overlast en dat hulp verleners hun optiek bepalen door het ongelukkig zijn van de verslaaf de. De boze politicus geef lk op voorhand toe dat ook hij begrip heeft voor het ongeluk van de ver slaafde. Maar lk beweer dat zijn politieke handelen, zoals de zaken nu liggen, door andere factoren be paald wordt, ln hoofdzaak. Politiek en hulpverlening zullen be ter naar elkaar moeten luisteren, willen we dit soort eenzijdige, op repressie gerichte voorstellen ver mijden. Drs. Bob van Amerongen is hoofd van de afdeling Voorlichting en Preventie van de Federatie van In stellingen voor Alcohol en Drugs.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 17